gepubliceerd op 24 september 1998
Ministerieel besluit betreffende de uitgifte van Schatkistbons
6 JULI 1998. - Ministerieel besluit betreffende de uitgifte van Schatkistbons
De Minister van Financiën, Gelet op de wet van 2 januari 1991 betreffende de markt van de effecten van de overheidsschuld en het monetair beleidsinstrumentarium, inzonderheid op hoofdstuk I;
Gelet op de wet van 22 juli 1991 betreffende de thesauriebewijzen en de depositobewijzen;
Gelet op de wet van 6 augustus 1993 betreffende de transacties met bepaalde effecten, inzonderheid op de artikelen 2 en 16, 1°;
Gelet op de wet van 19 december 1997 houdende de Rijksmiddelenbegroting voor het begrotingsjaar 1998, inzonderheid op artikel 8;
Gelet op het koninklijk besluit van 23 januari 1991 betreffende de effecten van de Staatsschuld;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 oktober 1991 betreffende de thesauriebewijzen en de depositobewijzen, inzonderheid op artikel 3;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 juni 1994 tot vaststelling van de regels van toepassing op het aanhouden op rekening van gedematerialiseerde effecten uitgedrukt in vreemde munten of in rekeneenheden andere dan ecu;
Overwegende dat de Staat, in het kader van de economische en monetaire Unie, er belang bij heeft zowel zijn financieringsmiddelen als de investeerders tot dewelke hij zich richt, te diversifiëren;
Overwegende dat thesauriebewijzen, uitgegeven overeenkomstig de wet van 22 juli 1991, van aard zijn dat zij de Staat toelaten om deze doelstellingen te bereiken door specifieke categorieën van inschrijvers financiële activa aan te bieden die hij voordien niet uitgaf, Besluit : HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied Vormen en kenmerken van de Schatkistbons
Artikel 1.§ 1. Thesauriebewijzen, Schatkistbons genaamd, die representatieve effecten van Staatsleningen zijn, mogen uitsluitend onder gedematerialiseerde vorm en overeenkomstig de bepalingen van de wet van 22 juli 1991 betreffende de thesauriebewijzen en de deposito-bewijzen uitgegeven worden, voor een looptijd van ten hoogste één jaar.
Deze maximumlooptijd kan worden verlengd opdat de vervaldatum zou overeenkomen met een bankwerkdag in het land van de betrokken munteenheid. § 2. De Schatkistbons kunnen worden uitgegeven in Belgische frank, in de euro-munteenheid, en in de munteenheid van een Staat die lid is van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling, met naleving van de reglementering toepasselijk op de uitgiften in deze munteenheden.
De andere technische karakteristieken voor de uitgifte worden opgesomd in de informatienota bedoeld in artikel 3.
Art. 2.Iedere schatkistbon wordt geïdentificeerd door een bijzondere standaardcode ISIN. Om de fungibiliteit van de uitgegeven effecten te waarborgen, kunnen diverse uitgiften van Schatkistbons, uitgedrukt in dezelfde munteenheid en met dezelfde eindvervaldag, onder éénzelfde ISIN-code gegroepeerd worden. HOOFDSTUK II. - De uitgifte van Schatkistbons Afdeling 1. - De wijze van uitgifte
Art. 3.De Schatkistbons worden uitgegeven hetzij via aanbesteding met offerteaanvraag hetzij via iedere andere procedure buiten mededinging die werd opgenomen in de informatienota waarin de technische modaliteiten voor de uitgifte van Schatkistbons en de uitvoering van transacties in deze effecten worden uitgelegd.
De offertes die worden ingediend in het kader van aanbestedingen worden hierna "aanbiedingen" genoemd.
De offertes die worden ingediend in het kader van procedures buiten mededinging worden hierna "inschrijvingen" genoemd.
Art. 4.De offerteaanvragen worden medegedeeld binnen een termijn die overeenstemt met de marktpraktijk.
De aanvragen tot inschrijving worden medegedeeld volgens de modaliteiten voorzien in de informatienota bedoeld in artikel 3.
De inschrijvingen mogen ingediend worden op verzoek van de inschrijvers.
Art. 5.De categorieën van bemiddelaars en beleggers die mogen deelnemen aan de aanbestedingen, worden bepaald in de informatienota bedoeld in artikel 3.
Art. 6.De aanbiedingen en de inschrijvingen worden ingediend in eigen naam bij de Administratie der Thesaurie.
Hun inhoud wordt bepaald in de informatienota bedoeld in artikel 3.
Art. 7.§ 1. Het bedrag van de aanbieding of de inschrijving is het te ontlenen en op de eindvervaldag terug te betalen bedrag in kapitaal, verhoogd met de interesten. § 2. Het minimumbedrag van een aanbieding of een inschrijving wordt vastgelegd in de informatienota bedoeld in artikel 3.
Art. 8.De interestvoet voorgesteld bij de aanbieding of de inschrijving moet de nominale interestvoet zijn (i) op basis waarvan de interesten, verschuldigd op de vervaldag, worden berekend met de volgende formule : geleend bedrag x i/100 x n/N waarbij : - n staat voor het exact aantal kalenderdagen begrepen tussen de valutadag (inbegrepen) van de aanbesteding of de inschrijving en de vervaldag (niet inbegrepen) van de toe te wijzen Schatkistbons. - N staat voor het aantal dagen die een jaar uitmaken volgens de marktgebruiken van de betrokken munteenheid.
Art. 9.De aanbiedingen worden toegewezen tegen de bij de aanbesteding door de inschrijvers voorgestelde rentevoeten.
Al de aanbiedingen tegen rentevoeten die lager zijn dan de hoogste in aanmerking genomen rentevoet worden toegewezen voor het totale bedrag.
De aanbiedingen tegen de hoogste in aanmerking genomen rentevoet kunnen ten belope van een naar evenredigheid verminderd bedrag worden toegewezen; in dat geval worden de gekorte bedragen afgerond overeenkomstig de bepalingen van de informatienota.
Een proces-verbaal van de toewijzing wordt opgemaakt door de Administrateur-generaal van de Administratie der Thesaurie of door de persoon die hij aanstelt overeenkomstig artikel 8, § 5, van de wet van 19 december 1997 houdende de Rijksmiddelenbegroting voor het begrotingsjaar 1998.
Art. 10.De inschrijvingen worden aanvaard of, in voorkomend geval, geweigerd in het hoogste belang van de Staat.
Art. 11.De aanvaarde aanbiedingen of inschrijvingen worden bevestigd door het versturen van een borderel of enig ander document met identieke bewijswaarde of via gelijkwelk communicatiemiddel naar keuze van de emittent.
De bevestiging bevat de voorwaarden van de aanvaarde offerte of inschrijving en omschrijft de betalingsmodaliteiten van de prijs in vreemde munt. Afdeling 2. - De levering van de effecten en de vereffening
Art. 12.§ 1. De Schatkistbons in Belgische frank en in euro- munteenheden worden afgeleverd op de valutadag van de uitgifte tegen betaling van het door de aanbesteder of de inschrijver verschuldigde bedrag via het effectenclearingstelsel van de Nationale Bank van België, en met tussenkomst van hun instellingen die rekeningen bijhouden. § 2. De Schatkistbons uitgedrukt in een andere munteenheid worden afgeleverd tegen betaling van het verschuldigde bedrag door inschrijving op een rekening, geopend bij een instelling die rekeningen bijhoudt, bedoeld in artikel 1, § 1, a) tot c), van het besluit van 14 juni 1994 tot vaststelling van de regels van toepassing op het aanhouden op rekening van gedematerialiseerde effecten uitgedrukt in vreemde munten of in rekeneenheden andere dan de ecu, volgens de modaliteiten voorzien in de informatienota bedoeld in artikel 3.
Art. 13.Het op de valutadag van de uitgifte door de aanbesteder of de inschrijver te betalen bedrag (c), dat overeenkomt met het bedrag dat voor iedere aanvaarde aanbieding of inschrijving geleend wordt, wordt berekend door toepassing van de volgende formule : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld . waarbij : - Y staat voor het bedrag van het effect dat toegewezen werd of waarop ingeschreven werd, bepaald overeenkomstig artikel 5; - i gelijk is aan de rentevoet van de aanvaarde aanbieding of inschrijving; - n staat voor het exact aantal kalenderdagen begrepen tussen de valutadag (inbegrepen) van de uitgifte en de vervaldag (niet inbegrepen) van de Schatkistbons die werden toegewezen of waarop werd ingeschreven. - N staat voor het aantal dagen die een jaar uitmaken volgens de marktgebruiken van de betrokken munteenheid.
Art. 14.De effecten waarvan de prijs van aanbesteding of inschrijving niet werd betaald op de valutadag van de uitgifte, kunnen van dan af worden geannuleerd zonder ingebrekestelling, door eenvoudige beslissing van de Administrateur-generaal van de Administratie der Thesaurie. Indien de prijs nog niet werd betaald bij het begin van de derde bankwerkdag in België na de valutadag en de Administrateur-generaal van de Administratie der Thesaurie van te voren nog geen gebruik gemaakt heeft van zijn annuleringsmogelijkheid, worden de effecten van rechtswege en zonder ingebrekestelling geannuleerd.
Lid 1 doet geen afbreuk aan het recht van de Staat om herstel te eisen van de geleden schade. HOOFDSTUK III. - Interestbetalingen en terugbetaling van het kapitaal
Art. 15.De Administratie der Thesaurie heeft de mogelijkheid om tegen voorwaarden die zijn overeengekomen met de houders, de uitgegeven Schatkistbons te verwerven op de secundaire markt. De aldus verworven effecten kunnen, naar keuze van de Administratie, afgelost worden of bewaard tot op de vervaldag of opnieuw verkocht worden op de secundaire markt. HOOFDSTUK IV. - Afgevaardigde ambtenaren Bevoegde rechtbanken - Toepassingsgebied - Inwerkingtreding
Art. 16.§ 1. De Administrateur-generaal van de Administratie der Thesaurie beslist over de uitgifte en over het maximaal uitstaande bedrag van de thesauriebewijzen. § 2. Aan de Administrateur-generaal van de Administratie der Thesaurie of aan de persoon die hij aanstelt overeenkomstig artikel 8, § 5 van de wet van 19 december 1997 houdende de Rijksmiddelenbegroting voor het begrotingsjaar 1998, wordt de bevoegdheid gedelegeerd : 1° om aanbiedingen of inschrijvingen te aanvaarden en de informatienota bedoeld in artikel 3 op te stellen;2° om de effecten waarvan de prijs van aanbesteding of inschrijving niet werd betaald op de valutadag van de uitgifte, te annuleren.3° om alle overeenkomsten of documenten te ondertekenen die vereist zijn voor de toepassing van dit besluit.
Art. 17.De rechtbanken van Brussel zijn exclusief bevoegd voor alle geschillen betreffende de uitgifte van Schatkistbons.
Art. 18.§ 1. De Schatkistbons uitgedrukt in vreemde munteenheden die zijn uitgegeven vóór de inwerkingtreding van dit besluit, zijn niet onderworpen aan dit besluit. § 2. Dit besluit is niet van toepassing op schatkistbons uitgegeven overeenkomstig de bepalingen van het ministerieel besluit van 4 februari 1993 betreffende de vorm en de kenmerken van de Schatkistbons die worden uitgegeven in het kader van de financiële participatie van de Staat in de internationale instellingen waarvan België lid is. § 3. Het ministerieel besluit van 29 mei 1996 betreffende de uitgifte van Schatkistbons uitgedrukt in vreemde munt, wordt opgeheven.
Art. 19.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Brussel, 6 juli 1998.
J.-J. VISEUR