Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 april 2020
gepubliceerd op 22 april 2020

Koninklijk besluit houdende de afkondiging van de toestand van de coronavirus COVID-19 epidemie op het Belgisch grondgebied

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2020030656
pub.
22/04/2020
prom.
19/04/2020
ELI
eli/besluit/2020/04/19/2020030656/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

19 APRIL 2020. - Koninklijk besluit houdende de afkondiging van de toestand van de coronavirus COVID-19 epidemie op het Belgisch grondgebied


VERSLAG AAN DE KONING Sire, De drie ontwerpen van besluit die ik de eer heb aan Uwe Majesteit ter ondertekening voor te leggen, zijn de eerste stap in de ondersteuning die aan de ziekenhuizen geboden wordt in de strijd tegen de coronavirusepidemie COVID-19 die België treft.

De algemene ziekenhuizen en de zorgverleners in de ziekenhuizen worden geconfronteerd met verschillende meerkosten of een daling van inkomsten ten opzichte van hun normale werking. Het gaat om kosten die verband houden met de uitvoering van de noodplannen die een grote, onvoorziene impact hebben op de normale activiteit, om bijkomende kosten voor materiaal, personeel, wijzigingen van de structuur, enz., alsook om verlies van inkomsten (honoraria, forfaits ...) door de annulering van geplande ingrepen, zowel voor de patiënten die in het ziekenhuis zijn opgenomen als voor de ambulante patiënten.

De financiële middelen waarover de ziekenhuizen doorgaans beschikken, volstaan niet, met name inzake thesaurie, om die uitzonderlijke bijkomende kosten samen met een daling van de inkomsten, het hoofd te bieden (grote aankopen, betaling van het personeel, dekking van verlies van activiteit, met name voor de artsen en andere zorgverleners, en de eisen van de leveranciers om bij een bestelling de volledige betaling te voldoen).

In eerste instantie moet het wettelijke en reglementaire mechanisme in werking worden gesteld om de financiële middelen vrij te maken zodat er snel een thesaurievoorschot aan de algemene ziekenhuizen kan worden toegekend en om voorlopig de regels te bepalen voor de verdeling van dat voorschot over de ziekenhuizen.

In een volgende fase zullen de voorlopige regels worden bepaald voor de verdeling van dat voorschot over de post "honoraria" ter bestemming van de zorgverleners, met inbegrip van de kandidaat-artsen-specialisten en van de ziekenhuisbeheerder via de retrocessies die gewoonlijk in elk ziekenhuis worden overeengekomen en de andere posten ten laste van het ziekenhuis.

Vervolgens zal worden overgegaan tot een regularisatie via een definitieve verrekening van het toegekende voorschot. Het doel is om een vergelijking mogelijk te maken tussen de voorlopig ontvangen budgetten, als voorschot, en de aanvaardbare werkelijke financiële weerslag (kosten en lagere inkomsten). Er zal op worden toegezien dat bij de regularisaties rekening wordt gehouden met alle toegekende budgetten en dat er geen enkele dubbele financiering is.

Een werkgroep vanuit de Federale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen zal een advies geven over de regels inzake regularisatie van de posten ten laste van het ziekenhuis, dat wil zeggen gedekt door het budget van de financiële middelen van de ziekenhuizen of door enige andere financiering die tot de bevoegdheid van het RIZIV behoort, en over de maatregelen die op korte en middellange termijn moeten worden genomen in het kader van datzelfde budget.

Een werkgroep ad hoc, samengesteld uit vertegenwoordigers van de ziekenhuisfederaties, vertegenwoordigers van de artsensyndicaten, specialisten in de ziekenhuizen, vanuit de Nationale Commissie Artsen - Ziekenfondsen en vertegenwoordigers van de verzekeringsinstellingen, heeft als taak een advies te geven over de regels inzake regularisatie, alsook over de maatregelen die op korte en middellange termijn moeten worden genomen in het kader van de sectoren die tot de bevoegdheid van het RIZIV behoren.

Er moet worden opgemerkt dat die eerste fase tot toekenning van een voorschot van een miljard euro bestaat in een budgetoverheveling binnen de verzekering voor geneeskundige verzorging. Afhankelijk van de evolutie van de situatie en van de analyses van de reële behoeften die zullen worden uitgevoerd, zou in een tweede fase een bijkomend budget kunnen worden gevraagd, boven op het huidige budget voor geneeskundige verzorging, zodat de normale activiteiten uit de initiële partiële doelstellingen waarvan de over te hevelen bedragen zullen worden afgenomen, niet in het gedrang komen. Die verhoging van het huidige budget voor geneeskundige verzorging zou, gelet op het uitzonderlijke karakter van de uitgaven die het zal dekken in het kader van de volksgezondheid, deels ten laste moeten worden genomen door de overheid en niet uitsluitend door het globaal beheer van de sociale zekerheid.

Het vrijgemaakt bedrag zal dienen om een nog niet bepaalde periode te dekken tijdens welke de gevolgen van de epidemie nog voelbaar kunnen zijn.

Afhankelijk van de evolutie van de crisis is het mogelijk dat de directe-financieringsoperatie moet worden herhaald.

Er moet tevens worden opgemerkt dat de situatie voor de psychiatrische ziekenhuizen zal worden geanalyseerd en dat indien nodig ad-hocmaatregelen zullen kunnen worden genomen.

De werkgroepen zullen ook de maatregelen evalueren die kunnen worden genomen op basis van artikel 101 van de gecöordineerde wet op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen; in dat artikel is bepaald dat het budget van de financiële middelen van de ziekenhuizen op forfaitaire wijze de kosten kan dekken voor de dienstverlening ten gevolge van een epidemie of een pandemie die wordt vastgesteld door de Koning bij een in de Ministerraad overlegd besluit, na advies van de Hoge Gezondheidsraad. Naast de hiervoor beschreven thesaurieproblemen zouden alle ziekenhuizen, met inbegrip van de psychiatrische ziekenhuizen, met bijkomende kosten kunnen worden geconfronteerd.

Volgens de huidige formulering van het bovengenoemde artikel 101 kunnen alleen kosten worden gedekt die niet worden gedekt door het budget van de financiële middelen van de ziekenhuizen en die geen aanleiding geven tot een tegemoetkoming als bedoeld in de gecoördineerde wet van 14 juli 1994Relevante gevonden documenten type wet prom. 14/07/1994 pub. 08/10/2010 numac 2010000576 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 14/07/1994 pub. 19/12/2008 numac 2008001027 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 14/07/1994 pub. 04/03/2011 numac 2011000117 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 14/07/1994 pub. 25/01/2012 numac 2012000022 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 14/07/1994 pub. 10/07/2014 numac 2014000464 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 14/07/1994 pub. 20/03/2015 numac 2015000138 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 14/07/1994 pub. 20/11/2008 numac 2008000938 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen van het jaar 2007 sluiten betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen of zijn uitvoeringsbesluiten. In de huidige situatie zijn de kosten die worden gedekt door het budget van de financiële middelen van de ziekenhuizen en die aanleiding geven tot een tegemoetkoming echter zo hoog dat de tegemoetkomingen absoluut niet volstaan om hun uitbreiding tot de tenlasteneming van de gevallen COVID-19 te dekken. Dat artikel moet dus worden aangepast zodat de kosten die normaal ten laste worden genomen maar die veel hoger zijn dan in een normale periode, ten laste kunnen worden genomen door het budget van de financiële middelen van de ziekenhuizen.

Die mogelijkheid hangt af van het vaststellen door de Koning, bij in de Ministerraad overlegd besluit en na advies van de Hoge Gezondheidsraad, van een toestand van epidemie of pandemie.

De ontwerpen die u worden voorgelegd, geven u dus de mogelijkheid om alle nodige wettelijke en reglementaire maatregelen te nemen zodat dat voorschot enerzijds op korte termijn kan worden gestort en anderzijds eventuele andere kosten in het kader van het gewone budget van de financiële middelen van de ziekenhuizen in aanmerking kunnen worden genomen.

De eerste twee besluiten vinden hun wettelijke basis in artikel 5, § 1, 2°, 3° en 5° van de wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040938 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040937 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030524 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030525 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling sluiten die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II), de noodzakelijke opvangcapaciteit te vrijwaren (2° ), directe steun te bieden aan de non-profitsector (3° ) en aanpassingen door te voeren in het socialezekerheidsrecht (5° ).

In het eerste ontwerp van koninklijk besluit wordt voorzien in de toekenning van en de regels voor de uitsplitsing en vereffening van een voorschot aan de algemene ziekenhuizen in het kader van de coronavirusepidemie COVID-19.

In artikel 1 wordt bepaald dat een bedrag van 1 miljard euro wordt vrijgemaakt in de bestaande budgetten zodat de continuïteit van de ziekenhuisactiviteit in de algemene ziekenhuizen op financieel vlak kan worden verzekerd.

In artikel 2 worden alle beoogde ziekenhuisactiviteiten gedefinieerd.

In artikel 3 wordt de verdeelsleutel voor de voorlopige uitsplitsing van het voorschot over de algemene ziekenhuizen gedefinieerd.

In artikel 4 wordt voorzien in de mogelijkheid om een rechtstreekse storting uit te voeren van het bedrag dat door het RIZIV wordt berekend, op de bankrekening van elk algemeen ziekenhuis.

In artikel 5 wordt uitgelegd dat het vrijgemaakte budget voortvloeit uit een herverdeling door de minister die bevoegd is voor Sociale Zaken, in de partiële begrotingsdoelstellingen van de geneeskundige verzorging, in naleving van de globale begrotingsdoelstelling van de geneeskundige verzorging die voor 2020 al is vastgesteld.

Met het tweede ontwerp van koninklijk besluit wordt een wijziging doorgevoerd van artikel 101 van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/07/2008 pub. 31/03/2011 numac 2011000186 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Gecoördineerde wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 10/07/2008 pub. 04/06/2010 numac 2010000299 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling sluiten op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinstellingen.

In artikel 1 wordt het begrip 'forfaitaire' dekking van de kosten geschrapt zodat rekening kan worden gehouden met reële kosten die, op basis van de adviezen van de werkgroepen, zullen worden 'aanvaard' in de bijzondere omstandigheden die toe te schrijven zijn aan de sanitaire aanpak van de epidemie. In datzelfde artikel wordt ook de voorwaarde dat de kosten niet al door een overheidstegemoetkoming mogen worden gedekt, geschrapt.

Het derde ontwerp van koninklijk besluit vormt de noodzakelijke voorwaarde voor de toepassing van het voormelde artikel 101, met name de vaststelling, bij in de Ministerraad overlegd besluit en na advies van de Hoge Gezondheidsraad, van een toestand van epidemie in België.

Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Sociale zaken en Volksgezondheid, M. DE BLOCK

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving Advies 67.212/3 van 14 april 2020 over een ontwerp van koninklijk besluit `houdende de afkondiging van de toestand van de coronavirus COVID-19 epidemie op het Belgisch grondgebied' Op 6 april 2020 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, en van Asiel en Migratie verzocht binnen een termijn van vijf werkdagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `houdende de afkondiging van de toestand van de coronavirus COVID-19 epidemie op het Belgisch grondgebied'.

Het ontwerp is door de derde kamer onderzocht op 9 april 2020. De kamer was samengesteld uit Jo BAERT, kamervoorzitter, Jeroen VAN NIEUWENHOVE en Koen MUYLLE, staatsraden, Jan VELAERS en Bruno PEETERS, assessoren, en Astrid TRUYENS, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Tim CORTHAUT, auditeur.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Jeroen VAN NIEUWENHOVE, staatsraad.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 14 april 2020. 1. Volgens artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, moeten in de adviesaanvraag de redenen worden opgegeven tot staving van het spoedeisende karakter ervan. In het onderhavige geval wordt het verzoek om spoedbehandeling gemotiveerd als volgt: "L'urgence est motivée par (...) le fait que l'article 101 de la loi coordonnée du 10 juillet 2008 sur les hôpitaux et autres établissements de soins permet de prendre en charge des frais liés à une épidémie déterminée par le Roi, par arrêté délibéré en Conseil des ministres, après avis du Conseil supérieur de la Santé; que l'Organisation mondiale de la santé a qualifié le coronavirus COVID-19 comme une pandémie en date du 11 mars 2020; que l'état d'épidémie de coronavirus COVID-19 doit être déterminée en Belgique." 2. Overeenkomstig artikel 84, § 3, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, heeft de afdeling Wetgeving zich moeten beperken tot het onderzoek van de bevoegdheid van de steller van de handeling, van de rechtsgrond, alsmede van de vraag of aan de te vervullen vormvereisten is voldaan. STREKKING VAN HET ONTWERP 3. Het voor advies voorgelegde ontwerp van koninklijk besluit strekt tot de vaststelling van het bestaan van de COVID-19-epidemie, teneinde toepassing te kunnen maken van de wettelijke regeling inzake de kostendekking voor de dienstverlening ingevolge deze epidemie via het budget van financiële middelen, overeenkomstig artikel 101 van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/07/2008 pub. 31/03/2011 numac 2011000186 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Gecoördineerde wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 10/07/2008 pub. 04/06/2010 numac 2010000299 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling sluiten `op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen' (hierna: de ziekenhuiswet) (artikel 1 van het ontwerp). Het te nemen besluit treedt in werking op de datum van bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad (artikel 2). 4. Het ontwerp hangt samen met twee andere ontwerpen van koninklijk besluit die gelijktijdig om advies worden voorgelegd aan de Raad van State, waarbij enerzijds artikel 101 van de ziekenhuiswet wordt gewijzigd om de omvang van de in aanmerking komende kosten uit te breiden1, en anderzijds wordt voorzien in een voorlopige voorschottenregeling voor de algemene ziekenhuizen om hun onmiddellijke cashflowproblemen te lenigen2.De gemachtigde lichtte de samenhang tussen deze ontwerpen toe als volgt: "Les hôpitaux doivent faire face d'une part à des surcoûts (par exemple : heures supplémentaires du personnel, coûts du matériel, des vêtements de travail, extension des services de soins intensifs, ...) et d'autre part, l'activation des plans d'urgence impose une baisse des activités non urgentes. Or, les sources principales de financement des hôpitaux généraux sont pour environ 40 % en lien avec le budget des moyens financiers des hôpitaux (BMF), mais aussi dans une proportion similaire en lien avec les honoraires des prestataires de soins (médecins, paramédicaux, ...) et les suppléments d'honoraires via les mécanismes de rétrocessions, et enfin les forfaits Inami (hôpital de jour, biologie clinique, imagerie médicale, ...), les spécialités pharmaceutiques et la part patient.

L'article 101 permet de couvrir des surcoûts. L'article 101 implique donc également que soit activée la notion d'épidémie ou de pandémie : c'est le premier lien entre ces arrêtés. La modification de l'article 101 s'impose car tel qu'initialement rédigé, cet article n'aurait pas permis de couvrir les surcoûts rencontrés : ainsi, les services de soins intensifs sont couverts par le BMF... sans modification de l'article, les surcoûts dans ces services ne pourraient pas être pris en charge. Or la crise implique justement une extension importante des capacités d'accueil en soins intensifs à la demande des autorités.

La notion de `couverture forfaitaire' prévue à l'article 101 paraissait également `limitante' car actuellement un groupe de travail du Conseil fédéral des Etablissements Hospitaliers est occupé à travailler pour établir les éléments qui seront couverts en plus de ce qui est couvert en période normale d'activités hospitalières. Rien ne permet, à ce stade, de conclure avec certitude que les couvertures les plus adéquates seront des forfaits (bien que l'idée n'est pas de couvrir à coût réel non plus car cela impliquerait des charges administratives trop importantes, tant pour les hôpitaux que pour les administrations). La modification proposée permet de pouvoir couvrir des frais qui feront l'objet d'un arrêté royal comme cela est prévu par l'article 74septies de l'arrêté royal du 25 avril 2002 relatif à la fixation et à la liquidation du budget des moyens financiers des hôpitaux.

Si le mécanisme prévu à l'article 101 a le mérite d'exister, il n'a jusqu'à présent jamais servi dans le cadre d'une épidémie/pandémie. De plus, ce mécanisme implique que la couverture de surcoûts ne pourra intervenir que dans le cadre du calcul d'un BMF prochain (après objectivation et calcul de ces surcoûts) : concrètement, cela concernera donc l'exercice 2021. Or, les hôpitaux doivent faire face actuellement à de gros problèmes de trésorerie : en effet, ils doivent assumer les coûts habituels (financement de leur personnel, du matériel, de l'infrastructure, etc ...), des surcoûts (achats en plus grand volume et à prix plus élevés, achat d'autre type de matériel, etc ...) et en même temps, hormis la partie fixe du BMF qui leur est acquise, leurs recettes sont fortement diminuées puisque leurs activités non essentielles ont dû être mises à l'arrêt.

Et donc, le troisième arrêté permet de donner une réponse à court terme à ce problème de trésorerie en liquidant directement (et non étalé en douzième comme pour le BMF), un montant par hôpital lui permettant, notamment, de pouvoir payer son personnel à comprendre au sens large, c'est-à-dire y compris les prestataires de soins. Ce système permet un financement des hôpitaux rapide et direct car il est distinct du système habituel de financement des hôpitaux par les organismes assureurs et les honoraires rétrocédés des prestataires de soins.

Comme indiqué dans le rapport au Roi, il s'agit d'une première étape : l'arrêté concernant l'avance ne fixe en effet que le montant, le budget actuel dont il est issu, la clé de répartition entre hôpitaux et [les] modalités de liquidation (directement sur un compte de l'hôpital). Un nouvel arrêté est en préparation, en concertation avec les acteurs concernés (médecins, hôpitaux, organismes assureurs) pour fixer les modalités de répartition au sein de l'hôpital afin de déterminer ce que couvre cette avance, et les modalités de régularisations doivent également être définies. De plus, en fonction de l'évolution de la crise et du temps de celle-ci, il n'est pas exclu de devoir prendre une mesure complémentaire pour une nouvelle avance.

En résumé, un arrêté permet de répondre au problème aigu de trésorerie, un second permet de garantir la prise en charge des surcoûts et le troisième permet de déclencher le second (épidémie)." RECHTSGROND 5. Het ontworpen besluit vindt rechtsgrond in artikel 101, eerste lid, 2°, van de ziekenhuiswet.Vanaf de inwerkingtreding van het te nemen besluit 67.211/3 wordt het eerste lid echter het enige lid van artikel 101 (zie ook opmerking 6).

ONDERZOEK VAN DE TEKST Aanhef 6. Gelet op hetgeen is uiteengezet omtrent de rechtsgrond voor het ontworpen besluit, moet in het eerste lid van de aanhef worden verwezen naar "artikel 101, 2°, van de ziekenhuiswet, zoals vervangen bij de wet van 17 juli 2015Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/07/2015 pub. 17/08/2015 numac 2015024189 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Wet houdende diverse bepalingen inzake gezondheid sluiten en gewijzigd bij het koninklijk besluit [nr....] van ...", althans indien het te nemen besluit 67.211/3 eerder of gelijktijdig in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

In het andere geval moet worden verwezen naar artikel 101, eerste lid, 2°, en moet de zinsnede "en gewijzigd bij (...)" worden weggelaten.

DE VOORZITTER, Jo BAERT DE GRIFFIER, Astrid TRUYENS _______ Nota's 1 Ontwerp van koninklijk besluit `tot wijziging van artikel 101 van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/07/2008 pub. 31/03/2011 numac 2011000186 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Gecoördineerde wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 10/07/2008 pub. 04/06/2010 numac 2010000299 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling sluiten op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen' (adviesaanvraag 67.211/3). 2 Ontwerp van koninklijk besluit `voor de toekenning van en de regels voor de verdeling en vereffening van een voorschot aan de algemene ziekenhuizen in het kader van de epidemie door het coronavirus COVID-19' (adviesaanvraag 67.210/3).

19 APRIL 2020. - Koninklijk besluit houdende de afkondiging van de toestand van de coronavirus COVID-19 epidemie op het Belgisch grondgebied FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de gecoördineerde wet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/07/2008 pub. 31/03/2011 numac 2011000186 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Gecoördineerde wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 10/07/2008 pub. 04/06/2010 numac 2010000299 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling sluiten op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, artikel 101, 2°, zoals vervangen bij de wet van 17 juli 2015Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/07/2015 pub. 17/08/2015 numac 2015024189 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Wet houdende diverse bepalingen inzake gezondheid sluiten en gewijzigd bij het koninklijk besluit nr. 8 van 19 april 2020;;

Gelet op het advies van de Hoge Gezondheidsraad, gegeven op 17 maart 2020;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 2 april 2020;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister voor Begroting, gegeven op 4 april 2020;

Gelet op artikel 8, § 2, 1° en 2°, van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging is dit besluit uitgezonderd van de regelgevingsimpactanalyse;

Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat het artikel 101 van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/07/2008 pub. 31/03/2011 numac 2011000186 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Gecoördineerde wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 10/07/2008 pub. 04/06/2010 numac 2010000299 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling sluiten op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen toelaat om de kosten verbonden aan een epidemie op te vangen die werd vastgesteld door de Koning, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, na advies van de Hoge Gezondheidsraad; dat de Wereldgezondheidsorganisatie het coronavirus COVID-19 gekwalificeerd heeft als een pandemie op 11 maart 2020, dat de toestand van de coronavirus COVID-19 epidemie vastgesteld moet worden in België.

Gelet op advies 67.212/3 van de Raad van State, gegeven op 14 april 2020, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid en op het advies van de in Raad vergaderde ministers;

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De toestand van de coronavirus COVID-19 epidemie wordt afgekondigd in België.

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 11 maart 2020.

Art. 3.De minister bevoegd van Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 19 april 2020.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid, M. DE BLOCK

^