Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 17 augustus 2007
gepubliceerd op 30 augustus 2007

Koninklijk besluit tot wijziging van het KB/WIB 92 inzake de investeringsaftrek

bron
federale overheidsdienst financien en federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2007003414
pub.
30/08/2007
prom.
17/08/2007
ELI
eli/besluit/2007/08/17/2007003414/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

17 AUGUSTUS 2007. - Koninklijk besluit tot wijziging van het KB/WIB 92 inzake de investeringsaftrek (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, inzonderheid op artikel 77 gewijzigd bij de wetten van 20 december 1995, 4 mei 1999 en 25 april 2007;

Gelet op het KB/WIB 92, inzonderheid artikel 491, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 12 mei 2003 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 1 september 2006 en 11 december 2006;

Gelet op de adviezen van de Inspecteurs van Financiën gegeven op 16 april en 18 april 2007;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 6 juni 2007;

Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat : - de wijzigingen aangebracht aan artikel 69, § 1, eerste lid, 3°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, door de wet van 25 april 2007 houdende wijziging van de bepalingen inzake de investeringsaftrek, van toepassing zijn op de vaste activa die zijn verworven of tot stand gebracht gedurende een belastbaar tijdperk dat verbonden is aan aanslagjaar 2008 of een later aanslagjaar; - dat dit besluit de criteria en de toepassingsmodaliteiten vastlegt van de bepalingen die in bovengenoemde wet zijn opgenomen en dat het, om de rechtszekerheid te garanderen, aangewezen is dat dit besluit terzelfdertijd in werking treedt als het voormelde artikel 69, § 1, eerste lid, 3°; - dat gelet op het feit van deze inwerkingtreding, dit besluit zo snel mogelijk ter kennis moet worden gebracht van de betrokkenen; - dat het bijgevolg dringend moet worden genomen;

Gelet op het advies nr. 43.285/2 van de Raad van State gegeven op 20 juni 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën en van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 491 van het KB/WIB 92, ingevoegd bij koninklijk besluit van 12 mei 2003 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 1 september 2006 en 11 december 2006, wordt vervangen als volgt : «

Art. 491.- § 1. De in artikel 69, § 1, eerste lid, 3°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 bedoelde materiële vaste activa betreffen : 1° materieel dat de toegang tot beroepslokalen door misdadigers verhindert of vertraagt of hun vlucht na het plegen van een strafbaar feit vertraagt, namelijk : a) materieel dat inbraken, inzonderheid met een ramvoertuig, of popingen daartoe, verhindert of vertraagt;b) materieel en systemen die een toegangscontrole tot het beroepslokaal toelaten;c) materieel dat de toegang of de vlucht van voertuigen uit een parking vertraagt;d) specifiek inbraakwerend glas;e) specifiek inbraakwerende rolluiken;f) beveiligingssystemen voor deuren, ramen, luiken, garagepoorten, lichtkoepels, dakvensters, keldergaten en hekken zoals veiligheidssloten, slotbeveiligingssystemen, grendelbeveilingssystemen en kierstandhouders;g) gepantserde deuren. Indien het een bouwwerf betreft, moet tevens rekening worden gehouden met hekkens voor werfafsluiting; 2° materieel dat de diefstal van goederen uit de beroepslokalen voorkomt of detecteert, namelijk : a) materieel voor het uitrusten van roerende goederen tegen diefstal;b) materieel voor detectie van diefstal van goederen;c) kluizen met inbraakvertragend slot. Indien het een bouwwerf betreft, moet tevens rekening worden gehouden met het volgende materieel : sloten en andere beveiligingssystemen van het materieel of materiaal aanwezig op de bouwwerf; 3° materieel dat de diefstal van giraal of chartaal geld of waardepapieren waarvoor geen wettelijk verzet mogelijk is in de beroepslokalen vertraagt of voorkomt, namelijk : a) kluizen uitgerust met een inbraakvertragend slot;b) kassa's met beschermkap of anti-diefstal kassa's;c) neutralisatiesystemen van waarden zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 7 april 2003 houdende regeling van bepaalde methodes bij het toezicht op en de bescherming bij het vervoer van waarden en betreffende de technische kenmerken van de voertuigen voor waardevervoer, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 22 mei en 6 december 2005;4° materieel dat de inbraak of geweldsuitoefening in de beroepslokalen detecteert, verifieert of registreert, namelijk : a) alarmsystemen ter beveiliging van goederen of ter bescherming van personen en aan het alarmsysteem verbonden componenten, zoals bedoeld in artikel 1, § 4, van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid in zoverre de alarmopvolging geschiedt door een krachtens dezelfde wet vergunde alarmcentrale;b) camerasystemen uitgerust met registratiesysteem en camerasystemen die zijn uitgerust om beelden door te sturen naar een krachtens de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, vergunde alarmcentrale;c) volgsystemen, zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 17 mei 2002 tot regeling van de methodes van bewakingscentrales die volgsystemen gebruiken, in zoverre de opvolging na vermissing geschiedt door een daarvoor krachtens de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, vergunde alarmcentrale. § 2. De dienstverrichtingen betreffende de in § 1 vermelde materiële vaste activa moeten worden uitgevoerd door een persoon die, op het ogenblik van het afsluiten van de overeenkomst voor de uit te voeren werken, overeenkomstig artikel 401 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 geregistreerd is als aannemer.

Bovendien moeten, wat alarmsystemen en aan het alarmsysteem verbonden componenten betreft, de dienstverrichtingen betreffende de materiële vaste activa vermeld in § 1, 4°, a, worden uitgevoerd door een overeenkomstig de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid erkende beveiligingsonderneming. § 3. De aannemer of onderneming bedoeld in § 2 garandeert de conformiteit van het materieel op basis van de elementen die voorkomen in bijlage IIquater.

Ten dien einde moet de door de geregistreerde aannemer of erkende onderneming uitgereikte factuur, of de bijlage ervan : a) het adres vermelden van het beroepslokaal of de werf waar de werken worden uitgevoerd; b) de volgende formule bevatten : « Verklaring met toepassing van artikel 491 van het KB/WIB 92 betreffende de investeringsaftrek bedoeld in artikel 69, § 1, 1ste lid, 3°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 Ik, ondergetekende ........., bevestigd dat : - (per maatregel de vermeldingen overnemen die worden opgelegd door bijlage IIquater van het KB/WIB 92) - ... ... (datum) ... (naam) ... (handtekening). » § 4. De belastingplichtige die de investeringsaftrek bedoeld in artikel 69, § 1, eerste lid, 3°, van het voornoemd Wetboek vraagt, moet ter beschikking van de Federale Overheidsdienst Financiën houden : - de facturen over de investeringen in de materiële vaste activa bedoeld in § 1; - het betalingsbewijs van de bedragen die voorkomen op die facturen.

Wat de alarmsystemen en aan het alarmsysteem verbonden componenten bedoeld in § 1, 4°, a, en wat de na-diefstalsystemen bedoeld in § 1, 4°, c, betreft, moet de belastingplichtige, naast de voorwaarde bedoeld in het eerste lid, het bewijs van schriftelijke overeenkomst met een vergunde alarmcentrale bedoeld in en krachtens de wet van 10 april 1990 op de private en de bijzondere veiligheid ter beschikking van de Federale Overheidsdienst Financiën houden.

Wat de camerasystemen bedoeld in § 1, 4°, b, betreft, moet de belastingplichtige naast de voorwaarde bedoeld in het eerste lid, het origineel of een kopie van het attest dat bewijst dat het systeem werd aangegeven bij de commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, zoals bedoeld door de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, ter beschikking van de Federale Overheidsdienst Financiën houden.

Art. 2.Dit besluit is toepassing op de vaste activa die zijn verworven of tot stand gebracht gedurende een belastbaar tijdperk dat verbonden is aan aanslagjaar 2008 of een later aanslagjaar.

Art. 3.Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën en Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 17 augustus 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 10 april 1992, Belgisch Staatsblad van 30 juli 1992. Wet van 20 december 1995, Belgisch Staatsblad van 23 december 1995.

Wet van 4 mei 1999, Belgisch Staatsblad van 12 juni 1999.

Wet van 25 april 2007, Belgisch Staatsblad van 10 mei 2007.

KB/WIB 92 - Koninklijk besluit van 27 augustus 1993 tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, Belgisch Staatsblad van 13 september 1993.

Koninklijk besluit van 12 mei 2003, Belgisch Staatsblad van 20 mei 2003.

Koninklijk besluit van 1 september 2006, Belgisch Staatsblad van 8 september 2006.

Koninklijk besluit van 11 december 2006, Belgisch Staatsblad van 18 december 2006.

Wetten op de Raad van State, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 12 januari 1973, Belgisch Staatsblad van 21 maart 1973.

Bijlage bij het koninklijk besluit van 17 augustus 2007 tot wijziging van het KB/WIB 92 inzake de investeringsaftrek Bijlage IIquater bij het KB/WIB 92 Vermeldingen die verplicht moeten voorkomen op de factuur betreffende de materiële vaste activa opgesomd in artikel 69, § 1, eerste lid, 3°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake investeringsaftrek (KB/WIB 92, artikel 491).

I. Wat het materieel betreft dat de toegang tot beroepslokalen door misdadigers verhindert of vertraagt of hun vlucht na het plegen van een strafbaar feit vertraagt bedoeld in artikel 491, § 1, 1°, KB/WIB 92, verklaart de geregistreerde aannemer dat : a) het geplaatste materieel inbraken, inzonderheid met een ramvoertuig, of pogingen daartoe beoogt te verhinderen of te vertragen;b) het materieel en de systemen die zijn geplaatst een toegangscontrole tot de beroepslokalen beogen;c) het geplaatste materieel de toegang of de vlucht van voertuigen uit een parking beoogt te vertragen;d) het geplaatste glas minstens een gelaagde kant heeft (geplaatst aan de binnenkant) conform met de klasse P4A van de Europese norm EN 356. Het glas moet worden geplaatst volgens de richtlijnen van de norm NBN S 23-002 (STS 38) of volgens de instructies van de glasfabrikanten; e) het geplaatste materieel een specifiek inbraakwerend rolluik is;f) de geplaatste beveiligingssystemen daadwerkelijk de weerstand verzekeren of versterken van de gevelelementen van het beroepslokaal zodat een minimale weerstand wordt gewaarborgd van drie minuten aan de inbraakpogingen die worden uitgevoerd met behulp van volgende instrumenten : een schroevendraaier, een tang en een wig. Om de weerstand van de geïnstalleerde gevelelementen te waarborgen, kan de geregistreerde aannemer refereren naar de klasse 2 van de Europese voornormen ENV 1627 tot 1630 of elk ander voorgeschreven document dat hetzelfde prestatieniveau waarborgt in termen van inbraakwerendheid in afwachting van de publicatie van de toekomstige Europese normen EN 1627 tot 1630. De geregistreerde aannemer zal naar deze laatste normen kunnen refereren om de weerstand van de geïnstalleerde gevelelementen te waarborgen; g) het geplaatste materieel een gepantserde deur is. Wat de beveiliging van een bouwwerf betreft : de geregistreerde aannemer verklaart dat het geplaatste materieel een hekken voor werfafsluiting is.

II. Wat het materieel dat de diefstal van goederen uit de beroepslokalen voorkomt of detecteert betreft, bedoeld in artikel 491, § 1, 2°, KB/WIB 92, verklaart de geregistreerde aannemer dat : a) het geplaatste materieel het uitrusten van roerende goederen tegen diefstal beoogt;b) het geplaatste materieel de detectie van diefstal van goederen beoogt;c) het geplaatste materieel een kluis is uitgerust met een inbraakvertragend slot. Wat de beveiliging van een bouwwerf betreft : de geregistreerde aannemer verklaart dat het geplaatste materieel een slot of een ander beveiligingssysteem van het op de bouwwerf aanwezige materieel of materiaal is.

III. Wat het materieel dat de diefstal van giraal of chartaal geld of waardepapieren waarvoor geen wettelijk verzet mogelijk is in de beroepslokalen vertraagt of voorkomt betreft, bedoeld in artikel 491, § 1, 3°, KB/WIB 92, verklaart de geregistreerde aannemer dat : a) het geplaatste materieel een kluis is uitgerust met een inbraakvertragend slot;b) het geplaatste materieel een kassa is met beschermkap of een anti-diefstal kassa;c) het geplaatste materieel een neutralisatiesysteem is van waarden zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 7 april 2003 houdende regeling van bepaalde methodes bij het toezicht op en de bescherming bij het vervoer van waarden en betreffende de technische kennerken van de voertuigen voor waardevervoer, zoals gewijzigd door de koninklijke besluiten van 22 mei en 6 december 2005. IV. Wat het materieel dat de inbraak of geweldsuitoefening in de beroepslokalen detecteert, verifieert of registreert betreft, bedoeld in artikel 491, § 1, 4°, KB/WIB 92, verklaart de erkende beveiligingsonderneming aannemer dat in zoverre het geïnstalleerd materiaal een alarmsysteem of eraan verbonden componenten betreft ter beveiliging van goederen of ter bescherming van personen, het materieel is gecertificeerd volgens het kwaliteitslabel INCERT of volgens een gelijkaardige kwaliteitsnorm voorgesteld door de sector van de beveiligheidsondernemingen, en het alarmsysteem verbonden is met een alarmcentrale.

V. Wat het materieel dat de inbraak of geweldsuitoefening in de beroepslokalen detecteert, verifieert of registreert betreft, bedoeld in artikel 491, § 1, 4°, KB/WIB 92, verklaart de geregistreerde aannemer dat : a) het geplaatste materiaeel een camerasysteem is uitgerust met een registratiesysteem of is uitgerust met een systeem om beelden door te sturen naar een vergunde alarmcentrale;b) het geplaatste materieel een volgsysteem is, zoals bedoeld krachtens de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 17 augustus 2007 tot wijziging van het KB/WIB 92 inzake investeringsaftrek.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

^