Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 15 mei 2022
gepubliceerd op 17 juni 2022

Koninklijk besluit betreffende de organisatiebeheersing binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht, en tot wijziging van de koninklijk besluiten van 4 mei 2016 tot oprichting van de Federale Interneauditdienst en van 17 augustus 2007 tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid

bron
federale overheidsdienst beleid en ondersteuning
numac
2022041403
pub.
17/06/2022
prom.
15/05/2022
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

15 MEI 2022. - Koninklijk besluit betreffende de organisatiebeheersing binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht, en tot wijziging van de koninklijk besluiten van 4 mei 2016 tot oprichting van de Federale Interneauditdienst en van 17 augustus 2007 tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid


VERSLAG AAN DE KONING, Inleiding Sire, Het besluit dat we de eer hebben ter uwer handtekening voor te leggen, vloeit voort uit een voorstel van een federale werkgroep samengesteld uit leden van het thematisch interdepartementaal netwerk, zoals voorzien in artikel 6, § 1, derde lid van het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht (hierna: "het koninklijk besluit van 2007" genoemd). Deze werkgroep werd op 11 februari 2020 gemandateerd door de voorzitters van de federale overheidsdiensten, de voorzitters van de programmatorische overheidsdiensten en het Hoofd van Defensie.

Het koninklijk besluit van 2007 creëerde voor elke federale overheidsdienst, voor elke federale programmatorische overheidsdienst en voor het Ministerie van Defensie de verplichting om de goede werking van zijn intern controlesysteem te waarborgen . Het voerde met andere woorden voor elke verantwoordelijke de verplichting in om mechanismen op te zetten die waarborgen dat de hen toegemeten doelstellingen worden gehaald. Het koninklijk besluit van 2007 voerde bovendien middels het artikel 7 voor de eerste keer een verplichting in om jaarlijks te rapporteren over de werking van het toenmalige interne controlesysteem.

Dit voorliggend koninklijk besluit vervangt het koninklijk besluit van 2007. Het past sommige bepalingen aan, verduidelijkt ze en vult ze aan rekening houdend met evoluties binnen de federale overheid sinds 2007: ? de oprichting van de Federale Interne Audit bij het koninklijk besluit van 4 mei 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten0; ? de integratie van de federale overheidsdienst Budget en Beheerscontrole middels het koninklijk besluit van 22 februari 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten1 houdende oprichting van de Federal Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning in de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning. ? de vraag van het College van Voorzitters van 5/11/2019 om de regelgeving inzake interne controle en interne audit af te stemmen op de actuele situatie.

Bovendien laat het koninklijk besluit van 21/12/2021 tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten en tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 2002 betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten toe om via transversale doelstellingen ambities inzake organisatiebeheersing voor de Federale Overheidsdiensten en de Programmatorische Overheidsdiensten te formuleren.

Dit koninklijk besluit heeft bovendien tot doel bij te dragen tot een vereenvoudiging van de reglementering doordat de evaluatie van beheersdomeinen kan gebruikt worden als 1) een meting van de maturiteit van de organisatiebeheersing in de dienst;2) een rapportering aan het Auditcomité van de federale overheid en aan de Federale interne Audit om aan te geven in welke mate de algemene doelstellingen van organisatiebeheersing werden bereikt en om een samenvattende beschrijving van het systeem voor organisatiebeheersing te geven;3) een basis voor het uitvoeren van (interne) audits en het definiëren van verbeteracties. Deze aanpak zorgt voor eenvormigheid, continuïteit en efficiëntie tijdens het streven naar verbetering.

Het gekozen raamwerk in dit besluit komt overeen met de internationaal erkende criteria inzake interne controle, COSO (Committee of Sponsoring Organisations of the Treadway Commission) van 2013. Het COSO-model werd later vertaald naar de publieke sector in het INTOSAI-model (International Organisation of Supreme Audit Institutions).

Dit voorliggend koninklijk besluit wijzigt eveneens het koninklijk besluit van 4 mei 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten0 tot oprichting van de Federale Interneauditdienst en het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid. HOOFDSTUK I. - Definitie en organisatie Toepassingsgebied Artikel 1 Artikel 1 bepaalt het toepassingsgebied van dit besluit.

Om de samenhang met de besluiten inzake de oprichting van de Federale Interneauditdienst en van het Auditcomité van de Federale Overheid te bewaren, is het toepassingsgebied hetzelfde als het toepassingsgebied, zoals bepaald in het koninklijk besluit van 4 mei tot oprichting van de Federale Interneauditdienst en in het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten tot oprichting van het Auditcomité van de federale overheid. Op advies van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven werd het toepassingsgebied niet uitgebreid met het Federaal Planbureau.

Om de definitie van het toepassingsgebied stabiel te maken, werd verwezen naar onderdelen van het toepassingsgebied van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat.

Wat de diensten van algemeen bestuur betreft (federale overheidsdiensten, federale programmatorische overheidsdiensten, Ministerie van Landsverdediging) en de diensten die ervan afhangen, verlenen de artikelen 37 en 107, tweede lid van de Grondwet, de Koning de bevoegdheid om de organisatie van die diensten te regelen. Zowel de rechtspraak als de rechtsleer leiden uit de bovenstaande grondwettelijke bepalingen af dat de oprichting en de organisatie van de diensten van algemeen bestuur uitsluitend tot de bevoegdheid van de Koning behoren.

Artikel 6 van de wet van 1 april 1971 houdende oprichting van een Regie der Gebouwen vormt de rechtsgrondslag van dit besluit voor de Regie der Gebouwen.

Aangezien de Koning bij artikel 2, tweede lid, van de wet van 4 februari 2000Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/02/2000 pub. 18/02/2000 numac 2000022108 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet houdende oprichting van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen sluiten houdende oprichting van het federaal Agentschap voor de Veiligheid van de voedselketen en bij artikel 22 van de wet van 20 juli 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/07/2006 pub. 08/09/2006 numac 2006022888 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Wet betreffende de oprichting en de werking van het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten sluiten betreffende de oprichting en de werking van het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten, gemachtigd is om bij besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad de organisatie en de werkwijze te regelen van verschillende instellingen van openbaar nut, kunnen deze artikelen ook als rechtsgrond dienen voor dit besluit.

Wat het Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers betreft, wordt de rechtsgrond geboden door artikel 55, tweede lid, van de wet van 12 januari 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/01/2007 pub. 07/05/2007 numac 2007002066 bron programmatorische federale overheidsdienst maatschappelijke integratie, armoedebestrijding en sociale economie Wet betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën van vreemdelingen type wet prom. 12/01/2007 pub. 19/10/2007 numac 2007000860 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën van vreemdelingen sluiten betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën van vreemdelingen.

Wat het Federaal Agentschap van de Schuld betreft, verleent het artikel 7 van de wet houdende oprichting van het Federaal Agentschap van de Schuld en opheffing van het Rentenfonds de Koning de bevoegdheid om de wijze en de organisatie van de organisatiebeheersing en van de interne audit van het Agentschap te regelen.

Twee andere categorieën vallen ook onder het toepassingsgebied van dit besluit, zonder specifiek genoemd te worden, namelijk de administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (art 2, lid 1, 2° van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten) en de staatsbedrijven (art 2, lid 1, 4° van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten), die beheersautonomie hebben, maar zonder rechtspersoonlijkheid. Definities Artikel 2 Om een aantal termen te verduidelijken worden deze in artikel 2 gedefinieerd.

Dienst: vormt de definitie van wat dient te worden verstaan onder `dienst' verder in dit Koninklijk besluit.

Leidinggevende: is de hoogste bestuursverantwoordelijke binnen een bepaalde dienst (Voorzitter van het directiecomité van een federale overheidsdienst, Voorzitter van een federale programmatorische overheidsdienst, Hoofd Defensie, Administrateur-generaal of gedelegeerde Bestuurder van een parastatale).

Auditcomité van de Federale Overheid: vormt de definitie van wat dient te worden verstaan onder "Auditcomité van de Federale Overheid" verder in dit Koninklijk besluit.

Federale Interneauditdienst: vormt de definitie van wat dient te worden verstaan onder "Federale Interneauditdienst" verder in dit Koninklijk besluit.

Organisatiebeheersing: vormt de definitie van wat dient te worden verstaan onder `organisatiebeheersing' verder in dit Koninklijk besluit.

Het vervangen van de term "interne controle" door de term "organisatiebeheersing" grijpt terug naar de nota " Voor een globale beheersing van de risico's in de FOD's en POD's ", die de Minister van Begroting heeft voorgesteld en de Ministerraad op 30 juni 2006 heeft goedgekeurd. In deze nota werd reeds bij definities verduidelijkt dat interne controle begrepen diende te worden in de zin van het Angelsaksische beheersing. Deze naamswijziging werd bovendien ingegeven door de talrijke misvattingen inzake de term interne controle, zoals: het betreft een extra controle laag, het behandelt enkel financiële en budgettaire onderwerpen, het impliceert totale transparantie, het maakt het mogelijk om volledige zekerheid te verschaffen betreffende het behalen van de doelstellingen. Deze naamswijziging zal dan ook bijdragen tot een groter draagvlak binnen de organisatie.

Systeem voor organisatiebeheersing: Om deze zes algemene doelstellingen van organisatiebeheersing te realiseren, namelijk : 1) het effectief bereiken van de doelstellingen;2) het efficiënt beheren van de risico's gerelateerd aan de doelstellingen;3) de naleving van de regelgeving en de procedures;4) de effectieve, efficiënte, ethische werking van de diensten en het economisch inzetten van de middelen;5) de bescherming van hun activa en de voorkoming van fraude;6) de naleving van de verplichting tot rekenschap afleggen, stelt elke dienst een verzameling van initiatieven op om concreet de organisatiebeheersing te implementeren, rekening houdend met de specificiteit van de eigen dienst, zoals missie, strategische doelstellingen, activiteiten en grootte van de dienst. De verzameling van deze samenwerkende maatregelen vormt een systeem en kan beschouwd worden als een gereedschapskist of als logistieke ondersteuning om de organisatiebeheersing concreet in de dienst te implementeren.

De vermelde interne maatregelen kunnen verschillend van aard zijn: ? maatregelen met betrekking tot de organisatiestructuur: naast het aanduiden van een Coördinator organisatiebeheersing en een Risk officer, dient te worden nagedacht over de optimale structuur om de organisatiebeheersing in de dienst te implementeren. Zo kan bijvoorbeeld worden beslist om een intern netwerk met vertegenwoordigers uit de verschillende entiteiten van de dienst op te zetten om de Coördinator organisatiebeheersing in zijn opdracht te ondersteunen; ? maatregelen met betrekking tot het gebruik van bepaalde instrumenten: bij de concrete implementatie van de organisatiebeheersing in de dienst is er nood aan ondersteuning door het ter beschikking stellen van instrumenten voor de Coördinator organisatiebeheersing, de Risk officer en alle andere belanghebbenden.

Zo kan bijvoorbeeld beslist worden om de werkzaamheden van de Coördinator organisatiebeheersing, van de Risk officer en van andere belanghebbenden te ondersteunen door middel van databanken, toepassingen en methodologische instrumenten; ? maatregelen met betrekking tot het volgen van bepaalde procedures: het betreft hier alle procedures die de concrete implementatie van de organisatiebeheersing in de dienst ondersteunen. Zo kan er bijvoorbeeld een procedure worden geïmplementeerd die de rapportering tussen de Coördinator organisatiebeheersing, de Risk officer en het management bepaalt.

Bovendien is het `3 lines of defense' -model een systeem dat een effectieve en efficiënte coördinatie tussen de verschillende rollen en activiteiten binnen risicobeheer verzekert. De eerste lijn bestaat uit het operationeel management, de tweede lijn omvat de risico- nalevingsfuncties, alsook de risico-conformiteitsfuncties en tot slot bestaat de derde lijn uit de interne audit. De coördinator organisatiebeheersing en de Risk officer, hierboven vermeld, maken deel uit van de tweede lijn.

Maturiteitsniveau: De maturiteit van een dienst laat toe om enerzijds de huidige positionering van de dienst op de maturiteitsschaal vast te stellen en de evolutie ervan te observeren, en anderzijds om een vergelijkingsschaal te bieden voor de interne of externe benchmark.

Beheersdomein: Voorbeelden van mogelijke beheersdomeinen zijn: doelstellingenmanagement, proces- en risicomanagement, belanghebbendenmanagement, monitoring, organisatiestructuur, human resources management, organisatiecultuur, informatie en communicatie, financieel management, facilitymanagement en Informatie- en communicatietechnologie.

De beheersdomeinen staan niet los van elkaar. Elk beheersdomein heeft tal van raakpunten met de andere beheersdomeinen. Tussen deze beheersdomeinen bestaat een voortdurende wisselwerking. Een voldoende maturiteit in deze beheersdomeinen is een basisvoorwaarde waaraan elke organisatie moet voldoen om te komen tot een performante organisatiebeheersing en een performant systeem voor organisatiebeheersing.

Alle beheersdomeinen samen dienen de vijf componenten van het COSO-model van 2013 af te dekken en zo bij te dragen tot de realisatie van de algemene doelstellingen van organisatiebeheersing.

Risicocomité : Comité zoals bepaald in het artikel 5, § 3 van het huidig besluit.

De vijf COSO-componenten: 1) Beheersingsomgeving De beheersingsomgeving bepaalt de mentaliteit binnen een organisatie en beïnvloedt zo het beheersingsbewustzijn van het personeel.De beheersomgeving bestaat uit de volgende onderdelen: ? waarden en integriteit ? competenties, opleiding en evaluatie van het personeel ? structuur van de organisatie, rollen en verantwoordelijkheden ? visie en beleid ? filosofie en managementstijl ? middelen en beheerinstrumenten Deze omgeving vormt de basis voor de overige onderdelen van organisatiebeheersing. 2) Risicobeheer Risicobeheer is het proces van identificatie en analyse van relevante risico's voor het bereiken van de doelstellingen van de organisatie en het bepalen van de juiste reactie.3) Beheersingsmaatregelen Beheersingsmaatregelen bestaan uit het beleid en de procedures die zijn ingesteld om risico's het hoofd te bieden en de doelstellingen van de organisatie te bereiken.4) Monitoring Monitoring van een beheersdomein is noodzakelijk om de kwaliteit van de werking van het systeem voor organisatiebeheersing in de tijd te kunnen beoordelen.Monitoring verloopt via routineactiviteiten, afzonderlijke evaluaties of een combinatie van beide. 5) Informatie en communicatie Is een horizontale component: functioneert transversaal doorheen de andere 4 componenten.De aanwezigheid van werkwijzen en systemen die de medewerkers moeten toelaten de nodige informatie te verzamelen, registreren, analyseren, ontvangen en door te geven.

Deze vijf componenten worden verduidelijkt in de COSO-principes.

Afhankelijk van de specificiteit van een dienst is de coördinator organisatiebeheersing en de Risk officer een rol of een functie.

De Coördinator organisatiebeheersing coördineert en faciliteert het Plan-Do-Check-Act proces om de organisatiebeheersing en het systeem voor organisatiebeheersing te verbeteren. Hij beschikt over een gedegen kennis van de vijf componenten en de zeventien principes van het COSO model van 2013. In zijn dagelijkse activiteiten kan de coördinator organisatiebeheersing worden bijgestaan door de risk officer en dit voor specifieke aspecten inzake risicobeheer.

De risk officer heeft een diepgaandere expertise op het vlak van risicobeheer en coördineert en faciliteert het proces inzake risicobeheer als onderdeel van de organisatiebeheersing.

Artikel 3 In dit besluit wordt de organisatiebeheersing opgevat en geëvalueerd volgens het COSO raamwerk van 2013 en de hoofdlijnen van het-INTOSAI van 2004 inzake normen voor organisatiebeheersing binnen de overheid.

Indien een leidinggevende kiest voor een ander raamwerk, kan dit, mits goedkeuring door de Minister bevoegd voor ambtenarenzaken en de Minister bevoegd voor de begroting (na advies van het Auditcomité van de federale overheid), voor zover het raamwerk op een lijst met andere raamwerken die alle zeventien COSO principes afdekken, is opgenomen.

Deze lijst wordt bijgehouden door de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning opdat alle diensten waarop dit besluit van toepassing is, kennis zouden kunnen nemen van de raamwerken waarvan de verenigbaarheid met het COSO raamwerk werd vastgesteld. Evoluties in het COSO raamwerk of in raamwerken opgenomen in de lijst beheerd door de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning kunnen de Minister bevoegd voor ambtenarenzaken en de Minister bevoegd voor begroting doen beslissen om de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning op te dragen de raamwerken waarvan de verenigbaarheid met het COSO raamwerk in het verleden werd vastgesteld, van deze lijst te verwijderen. Deze beslissing is gebaseerd op een advies van het Auditcomité van de federale overheid.

Artikel 4 De verschillende beheersdomeinen worden samen met hun evaluatieroosters gedefinieerd en opgelegd in een ministerieel besluit opgesteld door de Minister bevoegd voor ambtenarenzaken en de Minister bevoegd voor begroting op basis van een voorstel van de Federale Interne Audit.

Voor de verschillende beheersdomeinen zal het minimumniveau van de maturiteit bepaald worden. Dit gebeurt op het niveau van de dienst of op het niveau van de onderliggende entiteiten van de desbetreffende dienst. De leidinggevende hanteert hiervoor een zelfevaluatie per beheersdomein. Deze aanpak maakt het de leidinggevende van een dienst mogelijk om op een praktische manier alle belanghebbenden te informeren over het niveau van de maturiteit dat er minstens moet worden bereikt opdat het realiseren van de doelstellingen waarvoor hij verantwoordelijk is, niet van toevalligheden afhangt. Bovendien zal het feit of een minimumniveau van de maturiteit al dan niet wordt bereikt, bepalend zijn voor het opzetten van verbeteracties in bepaalde beheersdomeinen. Door het nemen van beslissingen inzake minimumniveau van de maturiteit faciliteert de leidinggevende de organisatiebeheersing in zijn dienst.

Er wordt met andere woorden gestreefd naar een redelijke zekerheid voor het realiseren van alle doelstellingen waarvoor de leidinggevende verantwoordelijk is, terwijl het goed bestuur van de organisatie wordt gewaarborgd. Redelijke zekerheid is een hoge mate van zekerheid. Deze mate van zekerheid wordt verkregen wanneer de leidinggevende voldoende en gepaste bewijzen heeft verzameld om te concluderen dat hij hoogst waarschijnlijk zijn doelstellingen zal realiseren. Redelijke zekerheid is niet hetzelfde als absolute zekerheid. Een systeem voor organisatiebeheersing zal dus nooit absolute zekerheid voor het behalen van de doelstellingen van een dienst kunnen verzekeren.

Artikel 4 houdt bovendien rekening met het subsidiariteitsbeginsel, waarbij de leidinggevende het minimumniveau van de maturiteit bepaalt voor de realisatie van de doelstellingen waarvoor hij verantwoordelijk is. Elke minister gaat na of er voldoende waarborgen worden verstrekt opdat er eveneens een redelijke zekerheid is opdat de beleidsdoelstellingen worden gerealiseerd. Hiervoor baseert elke minister zich op risiconiveaus en dus ook op de risico's die de diensten overstijgen.

De documentatie van het systeem voor organisatiebeheersing voorzien in het artikel 4 hoeft niet in het jaarverslag, zoals bedoeld in artikel 7 van onderhavig besluit opgenomen te worden, maar het dient op elk moment beschikbaar te zijn voor audits. Deze documentatie waarborgt bovendien de continuïteit van de organisatie.

Artikel 5 De eerste paragraaf van artikel 5 heeft betrekking op de operationele verantwoordelijkheid inzake de goede werking van de organisatiebeheersing. De strategische verantwoordelijkheid van de leidinggevende wordt behandeld in artikel 3.

De tweede paragraaf van artikel 5 geeft aan dat de leidinggevende in functie van de context kan bepalen of de rol van Coördinator organisatiebeheersing samen met de rol van Risk officer kan worden opgenomen door dezelfde persoon of niet. Als de Coördinator organisatiebeheersing eveneens over een diepgaandere expertise op het vlak van risicobeheer beschikt, kunnen de taken en verantwoordelijkheden van beide rollen opgenomen worden door dezelfde persoon. Afhankelijk van de specificiteit van een dienst kan bovendien worden beslist of de taken en verantwoordelijkheden van de Coördinator organisatiebeheersing, of de taken en verantwoordelijkheden van de Risk officer of de taken en verantwoordelijkheden van beide een functie vormen.

De derde paragraaf specificeert, op basis van advies 71.091/4 van de Raad van State, de samenstelling en de taken van de risicocomité die de leidinggevende regelmatig moet laten samenkomen.

Artikel 6 Artikel 6 verduidelijkt de rol van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning.

De methodologische ondersteuning bij de uitbouw van de organisatiebeheersing kan betrekking hebben op de volgende aspecten: - harmonisering; - identificatie van goede praktijken; - personen in een zelfde functie en met een zelfde expertise samenbrengen in een netwerk; - begeleiding en opleiding; - hulp bij veranderingsprocessen.

De opdracht van ondersteunende dienst door de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning wordt bekrachtigd in twee formules: - op vraag van belangstellende leidinggevenden neemt de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning de opdrachten waar van raadgever en begeleider; - op eigen initiatief creëert en coördineert hij brede thematische netwerken. HOOFDSTUK II. - Rapporteringsmodaliteiten Artikel 7 Artikel 7 formaliseert een jaarlijks rapporteringsmechanisme met betrekking tot de organisatiebeheersing, tot het systeem voor organisatiebeheersing en tot de elementen die men in de toekomst wil verbeteren. Dit rapporteringsmechanisme biedt de leidinggevende een overzicht van de organisatiebeheersing en van het systeem voor organisatiebeheersing in zijn dienst, het zet de leidinggevende aan om de mate waarin hij zijn activiteiten beheerst te verhogen en het laat tenslotte de leidinggevende toe om de voorwaarden te scheppen om andere betrokken partijen gerust te stellen door een evaluatie uit te voeren volgens de principes van het raamwerk zoals aangeven in artikel 3.

Het jaarverslag is samengesteld uit vier rubrieken.

De eerste rubriek geeft een beeld van de organisatiebeheersing en van het systeem voor organisatiebeheersing conform het gekozen kader zoals bedoeld in artikel 3. Deze rubriek bevat minstens: a) de maturiteit van de organisatiebeheersing en van het systeem voor organisatiebeheersing per beheersdomein en dat ofwel op het niveau van de dienst ofwel op het niveau van alle onderliggende entiteiten van de dienst;b) een zelfevaluatie per beheersdomein.Deze zelfevaluatie bepaalt de sterktes en de zwaktes in de organisatiebeheersing en in het systeem voor organisatiebeheersing. De evaluatie wordt uitgevoerd per beheersingsdomein op het niveau van de dienst of op het niveau van alle onderliggende entiteiten; c) de beheersdomeinen waarvoor verbeteracties zullen opgezet worden, alsook de streefdoelen voor de desbetreffende beheersdomeinen.Het betreft hier in eerste instantie de beheersdomeinen die een lage score tijdens de zelfevaluatie (zie rubriek 1b) kregen toebedeeld.

In rubriek 2 worden de acties toegelicht die de diensten zullen ondernemen om hun organisatiebeheersing en hun systeem voor organisatiebeheersing te verbeteren. Dit betreft niet alleen acties voor het realiseren van de streefdoelen, opgenomen in 1 c).

Verbeteracties die bijvoorbeeld het gevolg zijn van incidenten, risicoanalyses, aanbevelingen van audits of beleidskeuzes dienen ook hier te worden vermeld.

In rubriek 3 wordt aangegeven dat de leidinggevende samen met zijn directiecomité (of met alle eventuele houders van een managementfunctie of staffunctie) en de vertegenwoordigers van de 2de lijnsdefensie regelmatig risicocomités organiseren. Tijdens deze risicocomités wordt het risicobeheer van de dienst besproken.

In rubriek 4 wordt bepaald dat de leidinggevende zijn verantwoordelijkheid erkent voor de goede werking en de evaluatie van het organisatiebeheersingssysteem van de dienst waar hij leiding geeft.

Het jaarverslag dient vervolgens door de leidinggevende van de dienst aan het Auditcomité van de Federale Overheid en aan de Federale Interneauditdienst worden overgemaakt, met afschrift aan de Minister die de dienst onder zijn bevoegdheid heeft . De Federale Interneauditdienst maakt een evaluatie van het jaarverslag, op basis van informatie waar zij op dat moment over beschikt.

De Federale Interneauditdienst maakt zijn evaluatie over aan het Auditcomité van de Federale Overheid. Deze evaluatie laat het Auditcomité van de Federale Overheid toe om haar eigen evaluatie, zoals voorzien in artikel 13 van het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid te vervolledigen op basis van de bevindingen van de interne audit. HOOFDSTUK III. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid. Artikel 8 Dit artikel vraagt geen verdere toelichting.

Artikel 9 Dit artikel vraagt geen verdere toelichting.

Artikel 10 Dit artikel vraagt geen verdere toelichting. HOOFDSTUK IV. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 4 mei 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten0 tot oprichting van de Federale Interneauditdienst Artikel 11 Dit artikel vraagt geen verdere toelichting.

Artikel 12 Dit artikel vraagt geen verdere toelichting.

Artikel 13 Het artikel 7 van dit besluit voorziet dat de leidinggevende een jaarverslag met betrekking tot de organisatiebeheersing opstelt. Dit jaarverslag wordt geëvalueerd door de Federale Interneauditdienst.

Artikel 14 Dit artikel vraagt geen verdere toelichting.

Artikel 15 Dit artikel vraagt geen verdere toelichting. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen en overgangsbepalingen Artikel 16 Artikel 14 bepaalt dat het koninklijk besluit van 2007 betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht wordt opgegeven. Deze keuze vloeit voort uit de wil om de leesbaarheid van de regelgeving te waarborgen. Het belang van de aangebrachte veranderingen rechtvaardigt het feit dat het koninklijk besluit van 2007 integraal zou worden herschreven.

Artikel 17 Dit artikel vraagt geen verdere toelichting.

Artikel 18 Dit artikel vraagt geen verdere toelichting.

Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Eerste Minister, A. DE CROO De Minister van Ambtenarenzaken, P. DE SUTTER De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE De Staatssecretaris voor Begroting E. DE BLEEKER

Raad van State, afdeling Wetgeving Advies 71.091/4 van 21 maart 2022 over een ontwerp van koninklijk besluit `betreffende de organisatiebeheersing binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht, en tot wijziging van de koninklijk besluiten van 4 mei 2016 tot oprichting van de Federale Interneauditdienst en van 17 augustus 2007 tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid' Op 22 februari 2022 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Vice-eersteminister en Minister van Ambtenarenzaken, Overheidsbedrijven, Telecommunicatie en Post verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `betreffende de organisatiebeheersing binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht, en tot wijziging van de koninklijk besluiten van 4 mei 2016 tot oprichting van de Federale Interneauditdienst en van 17 augustus 2007 tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid'.

Het ontwerp is door de vierde kamer onderzocht op 21 maart 2022 . De kamer was samengesteld uit Martine Baguet, kamervoorzitter, Luc Cambier en Bernard Blero, staatsraden, en Anne-Catherine Van Geersdaele, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Véronique Schmitz, eerste auditeur.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Martine Baguet .

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 21 maart 2022 .

Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten `op de Raad van State', gecoördineerd op 12 januari 1973, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.

Wat die drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.

Voorafgaand vormvereiste Uit artikel 129, tweede lid, van de wet van 21 december 1994Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1994 pub. 07/03/2012 numac 2012000130 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende sociale en diverse bepalingen . - Duitse vertaling van uittreksels sluiten `houdende sociale en diverse bepalingen', dat als rechtsgrond wordt vermeld, blijkt dat de Centrale Raad voor het bedrijfsleven moet worden geraadpleegd.

Noch uit de stukken van het aan de afdeling Wetgeving overgezonden dossier, noch uit de aanhef blijkt dat dit verplichte voorafgaande vormvereiste is vervuld.

Het staat aan de steller van het ontwerp om erop toe te zien dat dat vormvereiste naar behoren wordt vervuld en dat dit in de aanhef wordt vermeld.

Rechtsgronden Het ontworpen koninklijk besluit moet over een toereikende rechtsgrond beschikken om het in de artikelen 1, 8 en 11 gedefinieerde toepassingsgebied te bestrijken. 1. Voor de federale overheidsdiensten en de programmatorische overheidsdiensten alsook voor het ministerie van Defensie) gaat het om de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet (en niet 108). Het eerste lid van de aanhef alsook het verslag aan de Koning1 moeten op dat punt worden gewijzigd. 2. Voor de federale instellingen van openbaar nut van categorie A (in de zin van artikel 2, eerste lid, 3°, a), van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten `houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat', waarvan de Regie der Gebouwen, het Federaal Planbureau, het FAVV, het FAGG, FEDASIL en het Federaal Agentschap van de Schuld deel uitmaken), gaat het om de wettelijke bepalingen die worden genoemd in het tweede tot het zevende lid van de aanhef.3. Wat betreft de administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie (in de zin van artikel 2, eerste lid, 2°, van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten) en de staatsbedrijven (in de zin van artikel 2, eerste lid, 4°, van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten), wordt noch in de aanhef, noch in het verslag aan de Koning2 een rechtsgrond geformuleerd. De aanhef moet dienovereenkomstig worden aangevuld3.

Algemene opmerking Bij het redigeren van normatieve teksten dient te worden gestreefd naar duidelijkheid en begrijpelijkheid, die onontbeerlijke voorwaarden voor de rechtszekerheid zijn.

Zo dienen over de definities die in het ontwerp van koninklijk besluit staan, de volgende opmerkingen te worden geformuleerd. - De definitie van "maturiteitsniveau" (artikel 2, 5°, van het ontwerp) is onvoldoende duidelijk in die zin dat ze veeleer een aanbeveling of een te bereiken doelstelling lijkt te zijn4. - De definitie van "beheersdomein" (artikel 2, 6°, van het ontwerp) wordt vastgesteld door verwijzing naar de "COSO componenten", die niet in het ontworpen koninklijk besluit, maar in het verslag aan de Koning worden gedefinieerd5. Bovendien worden in artikel 3 van het ontwerp andere begrippen gebruikt, zoals "de principes van het COSO raamwerk" de "hoofdlijnen van het INTOSAI", de "COSO principes" en het "COSO raamwerk", zonder dat de nuances tussen die verschillende begrippen wordt toegelicht. Op dat punt zou het ontwerp van koninklijk besluit duidelijker moeten aangeven naar welke Europese en internationale normen het beoogt te verwijzen6. - De verschillende "beheersdomeinen" en de "evaluatieroosters" worden niet vastgesteld in het ontworpen koninklijk besluit. Het is de bedoeling om die te "definiëren" en "op te leggen" in een omzendbrief opgesteld door de Minister(s) tot wiens of wier bevoegdheid de ambtenarenzaken/begroting behoren, op basis van het voorstel van de Federale Interne Audit (artikel 4, § 1, van het ontwerp). Het is echter niet aangewezen om te bepalen dat verordeningsbepalingen bij een omzendbrief bindend zullen worden verklaard; daartoe moet aan de minister een machtiging worden verleend om die bepalingen bij een besluit vast te stellen. - De definitie van "Risicocomité" (artikel 2, 9°, van het ontwerp) moet worden geherformuleerd zodat ze niet de samenstelling en de rol van dat comité regelt. Die normatieve elementen moeten immers worden geregeld in het dispositief, en niet in een bepaling met betrekking tot de definities. - Het zou nuttig zijn om in artikel 2 van het ontwerp de definities toe te voegen van "Auditcomité van de Federale Overheid" en "Federale Interneauditdienst", termen die in het ontworpen koninklijk besluit meermaals worden gebruikt.

Bijzondere opmerkingen Aanhef Uit artikel 6, § 1, van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging type wet prom. 15/12/2013 pub. 24/12/2013 numac 2013024436 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Wet houdende diverse bepalingen inzake landbouw sluiten `houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging' volgt dat van het voorliggende ontwerp van koninklijk besluit, waarover in de Ministerraad overleg is gepleegd, in principe een impactanalyse moet worden uitgevoerd.

In casu is de steller van het ontwerp evenwel vrijgesteld van het vervullen van dat vormvereiste krachtens artikel 8, § 1, 4°, van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging type wet prom. 15/12/2013 pub. 24/12/2013 numac 2013024436 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Wet houdende diverse bepalingen inzake landbouw sluiten (autoregulering van de federale overheid).

De aanhef moet dan ook worden aangevuld met de vermelding van die vrijstelling, overeenkomstig artikel 10 van het koninklijk besluit van 21 december 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021141 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Koninklijk besluit houdende uitvoering van titel 2, hoofdstuk 2 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten `houdende uitvoering van titel 2, hoofdstuk 2 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging type wet prom. 15/12/2013 pub. 24/12/2013 numac 2013024436 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Wet houdende diverse bepalingen inzake landbouw sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging'.

Dispositief Artikel 3 1. In paragraaf 2 dienen de woorden "In dit besluit" te worden weggelaten.Een soortgelijke opmerking geldt voor het vervolg van het ontwerp en met name voor paragraaf 4, alsook voor de artikelen 4, § 2, en 7, § 1, 4°, van het ontwerp, wanneer ze onnodig preciseren "waarop dit koninklijk besluit van toepassing is" of "van onderhavig (koninklijk) besluit". 2. In paragraaf 5 moet het woord "kalenderdagen" telkens worden vervangen door het woord "dagen". Er moet voorts worden bepaald dat het uitblijven van een advies impliceert dat voorbijgegaan wordt aan de raadpleging van het Comité.

Artikel 7 In het eerste lid, 4°, dient te worden verwezen naar het Risicocomité zoals dat wordt gedefinieerd in artikel 2, 9° (en niet 8° ).

Artikel 9 Artikel 9 strekt ertoe in het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten `tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid (ACFO)' de woorden "interne controlesystemen" te vervangen door de woorden "systemen voor de organisatiebeheersing".

Het zou nuttig zijn te verwijzen naar de definitie van "systeem voor organisatiebeheersing", waarin artikel 2, 4°, van het ontwerp voorziet.

Artikel 10 1. De redactie van het eerste, het tweede en het vierde lid moet worden herzien teneinde overlapping te vermijden en de correcte invoeging te verzekeren van de wijzigingen aangebracht bij het koninklijk besluit van 4 mei 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten0 `tot oprichting van de Federale Interneauditdienst' in de gewijzigde bepalingen van het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten. Het eerste, het tweede en het vierde lid moeten dienovereenkomstig worden herzien. 2. De woorden die moeten worden vervangen indien de in het derde lid beoogde wijziging betrekking heeft op artikel 13, § 1, eerste lid, van het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten, luiden in het Frans "pour le 31 juillet de chaque année". Artikel 12 De definitie van "organisatiebeheersing" en van "systeem voor organisatiebeheersing" is, zoals ze thans is geformuleerd, tautologisch.

Er dient te worden verwezen naar de definities die vervat zijn in artikel 2, 3° en 4°, van het ontwerp.

Artikel 12 moet in die zin worden gesteld.

Wetgevingstechnische slotopmerking Er wordt dienstig verwezen naar de Handleiding wetgevingstechniek7. Zo bijvoorbeeld dienen te worden geverifieerd: de officiële opschriften (zie bijvoorbeeld de Franse tekst van het derde en het vierde lid van de aanhef), de te vermelden wijzigingen (zevende lid van de aanhef) of de niet te vermelden wijzigingen (achtste lid van de aanhef), de onderverdeling in paragrafen (artikelen 3 tot 7 van het ontwerp), de vermeldingen betreffende de regeling waarvan de bepalingen worden gewijzigd (artikelen 8 tot 16 van het ontwerp), de redactie van de uitvoeringsbepaling (artikel 18 van het ontwerp).

Het ontworpen koninklijk besluit moet zorgvuldig worden herzien.

De griffier, De voorzitter, Anne-Catherine Van Geersdaele Martine Baguet _______ Nota's 1 Verslag aan de Koning, 4. 2 Verslag aan de Koning, 5. 3 In dat verband lijkt artikel 31, derde lid, van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten geen toereikende rechtsgrond te kunnen bieden in zoverre het bepaalt dat "[de Koning op] voordracht van de Minister van Begroting de modaliteiten van de organisatie en van de tussenkomst van de interne audit met betrekking tot de begroting en de boekhouding [bepaalt]".

Zie advies 58.829/4, op 3 maart 2016 verstrekt over een ontwerp dat heeft geleid tot het koninklijk besluit van 4 mei 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten0 `tot oprichting van de Federale Interneauditdienst', http://www.raadvst-consetat.be/dbx/adviezen/58829.pdf. 4 Ook al wordt in artikel 4, § 2, van het ontwerp bepaald dat het de leidinggevende is die het minimumniveau van de maturiteit voor de verschillende beheersdomeinen bepaalt. 5 Verslag aan de Koning, 3, 8 en 9. 6 Zie in dezelfde zin advies 42.545/4, gegeven op 16 april 2007 over een ontwerp dat heeft geleid tot het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten `betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht', http://www.raadvst-consetat.be/dbx/adviezen/42545.pdf; advies 42.766/4, gegeven op 2 mei 2007 over een ontwerp dat heeft geleid tot het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten `betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht', http://www.raadvst-consetat.be/dbx/adviezen/42766.pdf; advies 42.767/4, gegeven op 2 mei 2007 over een ontwerp dat heeft geleid tot het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten `tot oprichting van het Auditcomité van de Federale overheid (ACFO)", http://www.raadvst-consetat.be/dbx/adviezen/42767.pdf. 7 Beginselen van de wetgevingstechniek - Handleiding voor het opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, www.raadvst-consetat.be, tab "Wetgevingstechniek", aanbeveling 27, a) en c), 30, 57 e.v., 112 en 167.

15 MEI 2022. - Koninklijk besluit betreffende de organisatiebeheersing binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht, en tot wijziging van de koninklijk besluiten van 4 mei 2016 tot oprichting van de Federale Interneauditdienst en van 17 augustus 2007 tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de Grondwet, de artikelen 37 en 107, tweede lid;

Gelet op de wet van 1 april 1971 houdende oprichting van een regie der gebouwen, artikel 6;

Gelet op de wet van 21 december 1994Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1994 pub. 07/03/2012 numac 2012000130 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende sociale en diverse bepalingen . - Duitse vertaling van uittreksels sluiten houdende sociale en diverse bepalingen, artikel 129;

Gelet op de wet van 4 februari 2000Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/02/2000 pub. 18/02/2000 numac 2000022108 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet houdende oprichting van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen sluiten houdende oprichting van het federaal Agentschap voor de Veiligheid van de voedselketen, artikel 2, tweede lid;

Gelet op de wet van 20 juli 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/07/2006 pub. 08/09/2006 numac 2006022888 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Wet betreffende de oprichting en de werking van het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten sluiten betreffende de oprichting en de werking van het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten, artikel 22;

Gelet op de wet van 12 januari 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/01/2007 pub. 07/05/2007 numac 2007002066 bron programmatorische federale overheidsdienst maatschappelijke integratie, armoedebestrijding en sociale economie Wet betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën van vreemdelingen type wet prom. 12/01/2007 pub. 19/10/2007 numac 2007000860 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën van vreemdelingen sluiten, betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën van vreemdelingen, artikel 55, tweede lid;

Gelet op de wet van 25 oktober 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/10/2016 pub. 16/11/2016 numac 2016003379 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende oprichting van het Federaal Agentschap van de Schuld en opheffing van het Rentenfonds type wet prom. 25/10/2016 pub. 13/02/2017 numac 2017010551 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting van het Federaal Agentschap van de Schuld en opheffing van het Rentenfonds. - Duitse vertaling sluiten houdende oprichting van het Federaal Agentschap van de Schuld en opheffing van het Rentenfonds, artikel 7;

Gelet op het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht;

Gelet op het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid (ACFO);

Gelet op het koninklijk besluit van 4 mei 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten0 tot oprichting van de Federale Interneauditdienst;

Gelet op advies nr. 2022-1080 van de Centrale Raad voor het bedrijfsleven, gegeven op 28/04/2022, in toepassing van artikel 129, tweede lid, van de wet van 21 december 1994Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1994 pub. 07/03/2012 numac 2012000130 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende sociale en diverse bepalingen . - Duitse vertaling van uittreksels sluiten "houdende sociale en diverse bepalingen", Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 13 januari 2022;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting van 3 februari 2022;

Gelet op advies nr.71.091/4 van de Raad van State, gegeven op 21 maart 2022, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het artikel 8 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging type wet prom. 15/12/2013 pub. 24/12/2013 numac 2013024436 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Wet houdende diverse bepalingen inzake landbouw sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging, is dit besluit vrijgesteld van een regelgevingsimpactanalyse omdat het bepalingen van autoregulering betreft;

Op de voordracht van de Eerste Minister, de Minister van Ambtenarenzaken, de Minister van Justitie en de Staatssecretaris voor Begroting en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Definitie en organisatie

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op: 1° de federale overheidsdiensten en de programmatorische overheidsdiensten, 2° het Ministerie van Landsverdediging, 3° de administraties met beheersautonomie maar zonder rechtspersoonlijkheid, "administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie" genaamd, in de zin van artikel 2, lid 1, 2° van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat, 4° de Regie der Gebouwen, 5° het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, 6° het Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers, 7° het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten, 8° het Federaal Agentschap van de Schuld, 9° de ondernemingen met een handels-, industrieel of financieel karakter, met een vorm van autonomie maar zonder rechtspersoonlijkheid, "staatsbedrijven" genaamd, in de zin van artikel 2, lid 1, 4° van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat.

Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° Diensten: de entiteiten vermeld in artikel 1;2° Leidinggevende: de administratief verantwoordelijke met het hoogste niveau in een dienst vermeld in artikel 1;3° Auditcomité van de Federale Overheid: onafhankelijk adviesorgaan opgericht door het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid en gedefinieerd in het artikel 2, § 1 en § 2;4° Federale Interneauditdienst: dienst opgericht door het koninklijk besluit van 4 mei 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten0 tot oprichting van de Federale Interneauditdienst en gedefinieerd in het artikel 6, § 1;5° Organisatiebeheersing: een geïntegreerd proces bewerkstelligd door alle verantwoordelijken en medewerkers om een redelijke zekerheid te krijgen over: a) het effectief bereiken van de doelstellingen;b) het efficiënt beheren van de risico's gerelateerd aan de doelstellingen;c) de naleving van de regelgeving en de procedures;d) de effectieve, efficiënte, ethische werking van de diensten en het economisch inzetten van de middelen;e) de bescherming van hun activa en de voorkoming van fraude;f) de naleving van de verplichting tot rekenschap afleggen.6° Systeem voor organisatiebeheersing: is een geheel van samenwerkende maatregelen, activiteiten en projecten met inbegrip van de structuur, de organisatie, de processen, de procedures en de instrumenten om binnen een dienst de organisatiebeheersing praktisch te implementeren en op te volgen;7° Maturiteitsniveau : score die de leerstructuur van een dienst bepaalt en aangeeft in welke mate de dienst in staat is om zich voortdurend te verbeteren.De score is het resultaat van een zelfevaluatie per beheersdomein die wordt uitgevoerd aan de hand van een evaluatierooster, opgelegd bij ministerieel besluit, zoals bepaald in artikel 4. Hoe meer een dienst een hoge mate van maturiteit heeft, hoe meer de dienst in staat zal zijn om expliciet en consistent processen in te zetten die worden beheerd, gemeten, gecontroleerd en continu worden verbeterd; 8° Beheersdomein: specifiek organisatorisch thema om tot een performante organisatiebeheersing binnen een dienst te komen, die een volledige component van het COSO raamwerk of een deel van één of meerdere componenten van het COSO raamwerk, zoals gedefinieerd in artikel 3 van het huidig besluit, afdekt;9° Coördinator organisatiebeheersing: persoon binnen de dienst belast met de coördinatie van de activiteiten betreffende de organisatiebeheersing en van de opzet, de ontwikkeling en het onderhoud van het systeem voor organisatiebeheersing;10° Risk officer: persoon binnen de dienst belast met de coördinatie van het gedeelte risicobeheer van de organisatiebeheersing;11° Risicocomité: comité zoals bepaald in het artikel 5, § 3 van het huidig besluit.

Art. 3.Elk van de in artikel 1 beoogde diensten verzekert de goede werking van zijn organisatiebeheersing en zijn systeem voor organisatiebeheersing. De leidinggevende is de eindverantwoordelijke van de organisatiebeheersing en van het systeem voor organisatiebeheersing en draagt aldus de eindverantwoordelijkheid voor de opzet en de goede werking ervan.

De organisatiebeheersing wordt opgevat en geëvalueerd volgens de zeventien principes van het COSO raamwerk van het Committee of Sponsoring Organisations of the Treadway Commission van 2013 en verduidelijkt in de hoofdlijnen van het INTOSAI van 2004 inzake normen voor organisatiebeheersing binnen de overheid.

In afwijking van het tweede lid kan een leidinggevende beslissen om een ander raamwerk te gebruiken, voor zover het raamwerk op een lijst met andere raamwerken die alle zeventien COSO principes afdekken, is opgenomen.

De Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning houdt deze lijst bij opdat alle diensten, kennis zouden kunnen nemen van de raamwerken waarvan de verenigbaarheid met het COSO raamwerk werd vastgesteld.

Elke leidinggevende kan beslissen om een raamwerk opgenomen in deze lijst te gebruiken.

Deze verenigbaarheid van een ander raamwerk met het COSO raamwerk wordt beslist door de Minister bevoegd voor ambtenarenzaken en de Minister bevoegd voor begroting nadat hiervoor advies bij het Auditcomité van de Federale Overheid werd ingewonnen. Het Auditcomité van de federale overheid beschikt over 120 dagen om hieromtrent een advies te formuleren. Bij afwezigheid van een advies binnen dit tijdsbestek wordt voorbijgegaan aan de raadpleging van het Comité.

Art. 4.De verschillende beheersdomeinen samen met hun evaluatieroosters worden op basis van een voorstel van de Federale Interne Audit gedefinieerd en opgelegd in een ministerieel besluit opgesteld door de Minister bevoegd voor ambtenarenzaken en de Minister bevoegd voor begroting.

De leidinggevende bepaalt het minimumniveau van de maturiteit voor de verschillende beheersdomeinen. Het minimumniveau van de maturiteit wordt zo bepaald dat het een redelijke zekerheid biedt voor de realisatie van alle doelstellingen waarvoor de leidinggevende verantwoordelijk is, zoals vermeld in artikel 2, 3° en voor het goed bestuur van de organisatie. De leidinggevende deelt het minimumniveau van de maturiteit voor de verschillende beheersdomeinen mee aan de bevoegde minister.

Elke minister ziet erop toe, in overleg met de leidinggevende, dat de organisatiebeheersing, uitgebouwd in elke dienst waarvoor hij of zij bevoegd is, in staat is om waarborgen te bieden zodat er met een redelijke zekerheid kan verwacht worden dat de beleidsdoelstellingen gerealiseerd worden.

Elk van de entiteiten vermeld in artikel 1 is verantwoordelijk voor het documenteren van zijn systeem voor organisatiebeheersing. Deze documentatie vermeldt ook de actuele status van de aanbevelingen van de vorige audits.

Art. 5.§ 1 .Elk personeelslid draagt op zijn niveau bij tot de goede werking van de organisatiebeheersing. De operationele verantwoordelijkheid voor de goede werking van de organisatiebeheersing behoort toe aan elke verantwoordelijke, aan elke houder van een managementfunctie en uiteindelijk aan de leidinggevende. § 2. De leidinggevende duidt minstens één Coördinator organisatiebeheersing en minstens één Risk officer aan. De leidinggevende kan beslissen om beide rollen of beide functies aan één persoon toe te kennen. § 3. De leidinggevende zorgt ervoor dat het risicocomité, een overlegorgaan waar de leidinggevende samen met zijn directiecomité, desgevallend de houders van een managementfunctie of staffunctie, de vertegenwoordigers van de 2de lijnsdefensie en eventueel externe experten, regelmatig bijeenkomt om de risico's van de dienst te bespreken (met inbegrip van de risico's die de correcte werking van het systeem voor organisatiebeheersing in het gedrang zouden kunnen stellen), de risicoappetijt te bepalen, en de risicoanalyse goed te keuren.

Art. 6.§ 1. De Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning staat in voor de methodologische ondersteuning bij de uitbouw van de organisatiebeheersing in de diensten. 1) Op verzoek van een dienst, kan zij belast worden met adviesopdrachten;2) Deze dienst kan op eigen initiatief thematische interdepartementale netwerken opzetten en instaan voor de coördinatie ervan. § 2. In het kader van de organisatiebeheersing verzekert de ondersteuningsdienst, bedoeld in § 1, het secretariaat en de technische ondersteuning van een contactnetwerk samengesteld uit Coördinatoren organisatiebeheersing en Risk officers. HOOFDSTUK II. - Rapporteringsmodaliteiten

Art. 7.Elk jaar stelt de leidinggevende een verslag op waarin hij aangeeft in welke mate de algemene doelstellingen van organisatiebeheersing werden bereikt, alsook waarin hij een beschrijving van zijn systeem voor organisatiebeheersing geeft.

Dit verslag bevat minstens de volgende rubrieken: 1° Een beeld van de organisatiebeheersing en van het systeem voor organisatiebeheersing conform het gekozen kader bedoeld in artikel 3. Deze rubriek bevat minstens de volgende elementen: a) Een overzicht van het maturiteitsniveau bepaald door zelfevaluatie, per beheersdomein;b) Een zelfevaluatie per beheersdomein;c) De streefdoelen voor de verbetering van de organisatiebeheersing en voor het systeem voor organisatiebeheersing op basis van de zelfevaluatie;2° Een actieplan waarin wordt aangetoond hoe de diensten hun organisatiebeheersing en hun systeem voor organisatiebeheersing zullen verbeteren;3° De data waarop het risicocomité, zoals bepaald in artikel 5, § 3 heeft overlegd en een synthese van de conclusies van dat overleg en van de genomen beslissingen.4° Een erkenning van de verantwoordelijkheid door de leidinggevende voor de goede werking en voor de evaluatie van de organisatiebeheersing en van het systeem voor organisatiebeheersing. Het verslag dat betrekking heeft op het afgelopen jaar wordt overgemaakt aan het Auditcomité van de Federale Overheid tegen 15 maart van het lopende jaar, met afschrift aan de Minister die de dienst onder zijn bevoegdheid heeft.

Deze Minister kan aan het Auditcomité van de Federale Overheid de eventuele aanmerkingen, die hij wenst te formuleren op basis van dit verslag, meedelen. Indien hij van deze mogelijkheid wenst gebruik te maken, maakt hij zijn aanvullende beoordelingselementen over aan het Auditcomité van de Federale Overheid niet later dan de laatste dag van de maand maart.

Het verslag dat betrekking heeft op het afgelopen jaar wordt eveneens tegen 15 maart van het lopende jaar overgemaakt aan de Federale Interneauditdienst. De Federale Interneauditdienst evalueert dit verslag op basis van de gegevens inzake de elementen opgenomen in het verslag, waarover de Federale Interneauditdienst op dit ogenblik beschikt. De resultaten van deze evaluatie worden met de leidinggevende van de desbetreffende dienst besproken, alvorens de Federale Interneauditdienst haar resultaten aan het Auditcomité van de Federale Overheid overmaakt. HOOFDSTUK III. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid

Art. 8.In artikel 1, § 1 van het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid (ACFO), gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 mei 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten0, wordt het eerste lid vervangen als volgt: "Dit besluit is van toepassing op: 1° de federale overheidsdiensten en de programmatorische overheidsdiensten, 2° het Ministerie van Landsverdediging, 3° de administraties met beheersautonomie maar zonder rechtspersoonlijkheid, "administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie" genaamd, in de zin van artikel 2, lid 1, 2° van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat, 4° de Regie der Gebouwen, 5° het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, 6° het Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers, 7° het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten, 8° het Federaal Agentschap van de Schuld, 9° de ondernemingen met een handels-, industrieel of financieel karakter, met een vorm van autonomie maar zonder rechtspersoonlijkheid, "staatsbedrijven" genaamd, in de zin van artikel 2, lid 1, 4° van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat."

Art. 9.In de artikelen 1, § 1, tweede lid, 2, § 1, eerste lid en 13, § 1 derde lid van hetzelfde besluit worden de woorden " interne controlesystemen " vervangen door de woorden " systemen voor de organisatiebeheersing ", zoals bepaald in het artikel 2, 4°.

Art. 10.In artikel 13, § 1 van hetzelde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° In lid 1, worden de woorden "tegen 31 juli van elk jaar" vervangen door de woorden "tegen 30 september van elk jaar." 2° In lid 6, wordt de zin "Het Auditcomité baseert zich bovendien op het jaarverslag van de leidinggevende zoals bepaald in artikel 7 van het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten betreffende het interne controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht", vervangen als volgt : "Het Auditcomité baseert zich bovendien op het verslag opgesteld door de leidinggevende en op de evaluatie van dit verslag uitgevoerd door de Federale Interneauditdienst zoals voorzien in de reglementering betreffende de organisatiebeheersing binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht " HOOFDSTUK IV.- Wijzigingen van het koninklijk besluit van 4 mei 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten0 tot oprichting van de Federale Interneauditdienst

Art. 11.Artikel 1 van het koninklijk besluit van 4 mei 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten0 tot oprichting van de Federale Interneauditdienst wordt vervangen als volgt: «

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op: 1° de federale overheidsdiensten en de programmatorische overheidsdiensten, 2° het Ministerie van Landsverdediging, 3° de administraties met beheersautonomie maar zonder rechtspersoonlijkheid, "administratieve diensten met boekhoudkundige autonomie" genaamd, in de zin van artikel 2, lid 1, 2° van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat, 4° de Regie der Gebouwen, 5° het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, 6° het Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers, 7° het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten, 8° het Federaal Agentschap van de Schuld, 9° de ondernemingen met een handels-, industrieel of financieel karakter, met een vorm van autonomie maar zonder rechtspersoonlijkheid, "staatsbedrijven" genaamd, in de zin van artikel 2, lid 1, 4° van de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat."

Art. 12.In artikel 2 van hetzelfde besluit, wordt 5° vervangen door: « 5° "organisatiebeheersing" of "systeem voor organisatiebeheersing" zoals voorzien in het artikel 2, 3° en 4° van de reglementering betreffende de organisatiebeheersing binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht";

Art. 13.In het artikel 6, § 1, van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht: a) eerste lid, de woorden "interne controle" worden vervangen door het woord "organisatiebeheersing";b) tweede lid, de woorden "interne controle" worden vervangen door het woord "organisatiebeheersing";c) de eerste paragraaf is aangevuld met het volgende lid: "Naast deze evaluaties inzake betrouwbaarheid van organisatiebeheersing, risicobeheer en goed bestuur evalueert de Federale Interneauditdienst elk jaar het verslag opgesteld door de leidinggevende voorzien in de reglementering betreffende de organisatiebeheersing binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht.De Federale Interneauditdienst bespreekt de resultaten van dit verslag met de leidinggevende alvorens de resultaten aan het Auditcomité over te maken."

Art. 14.In artikel 10 van hetzelfde besluit wordt paragraaf 1 vervangen als volgt: " § 1. Het specifiek verzoek om een audit uit te voeren, gaat uit van de minister bevoegd voor een dienst of een onderdeel ervan, van de leidinggevende van een dienst of van het Auditcomité.

Het verzoek bepaalt de doelstellingen, de aard en het domein van de opdracht. Een afschrift van elk specifiek verzoek door de minister bevoegd voor een dienst of een onderdeel ervan of door een leidinggevende, wordt bezorgd aan het Auditcomité."

Art. 15.Artikel 16 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de paragrafen 3 en 4, luidende: " § 3. De interne auditactiviteiten worden uitgevoerd onder de voorwaarden die de bekwaamheid, de onafhankelijkheid en de objectiviteit van de interne auditoren garanderen, zoals vereist in de definitie van de interne audit in artikel 7. § 4.De Federale Interneauditdienst houdt een register van belangenconflicten bij, waarmee rekening wordt gehouden voor de samenstelling van het auditteam voor elke auditopdracht Indien er een belangenconflict in het kader van een specifieke auditopdracht door een interne auditor wordt gemeld, treft de verantwoordelijke van de interne auditactiviteiten de nodige maatregelen door een andere interne auditor die zich niet in een toestand van belangenconflict bevindt, toe te wijzen aan de desbetreffende interne audit.

Er is sprake van een belangenconflict wanneer de onpartijdige en objectieve uitoefening van de interne auditactiviteiten in het gedrang komt om gezinsredenen, affectieve redenen, beroepsredenen, van economisch of financieel belang of om elke andere reden van belangengemeenschap of tegenstelling met de verantwoordelijken van de geëvalueerde processen." HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen en overgangsbepalingen

Art. 16.Het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende de interne auditactiviteiten binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003451 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 18/10/2007 numac 2007003449 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Koninklijk besluit tot oprichting van het Auditcomité van de Federale Overheid sluiten betreffende het intern controlesysteem binnen sommige diensten van de federale uitvoerende macht, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 mei 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten0 tot oprichting van de Federale Interne auditdienst, wordt opgeheven, met uitzondering van artikel 7 dat in werking blijft tot 31 augustus 2022.

Art. 17.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na afloop van een termijn van tien dagen te rekenen van de dag volgend op de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

In afwijking van het eerste lid treedt het artikel 7 van dit besluit in werking op 1 september 2022.

Art. 18.De Eerste Minister, de Minister bevoegd voor Ambtenarenzaken en de Minister bevoegd voor Begroting, ieder wat hem betreft, zijn belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brissel, op 15 mei 2022.

FILIP Van Koningswege : De Eerste Minister, A. DE CROO De Minister van Ambtenarenzaken, P. DE SUTTER De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE De Staatssecretaris voor Begroting, E. DE BLEEKER

^