gepubliceerd op 25 april 2002
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 december 1976 tot uitvoering van sommige bepalingen van artikel 59quater van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971
2 APRIL 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 december 1976 tot uitvoering van sommige bepalingen van artikel 59quater van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, inzonderheid op artikel 59quater , eerste lid, ingevoegd bij de wet van 24 december 1976, vervangen bij koninklijk besluit nr. 530 van 31 maart 1987 en gewijzigd bij de wet van 25 januari 1999, en op artikel 59quater , tweede lid, ingevoegd bij de wet van 24 december 1976 en vervangen bij de wet van 19 juli 2001;
Gelet op het koninklijk besluit van 30 december 1976 tot uitvoering van sommige bepalingen van artikel 59quater van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, inzonderheid op Afdeling IVbis , ingevoegd bij het koninklijk besluit van 25 september 1990;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van het Fonds voor arbeidsongevallen, gegeven op 15 maart 1999;
Gelet op het advies van de inspecteur van financiën gegeven op 20 september 2001;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 27 november 2001;
Gelet op advies 32.847/1 van de Raad van State, gegeven op 17 januari 2002;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en van Onze Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het opschrift van Afdeling IVbis van het koninklijk besluit van 30 december 1976 tot uitvoering van sommige bepalingen van artikel 59quater van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 25 september 1990, wordt vervangen als volgt : « Afdeling IVbis : Invordering van de bijdragen bedoeld in artikel 59quater , eerste en tweede lid, van de wet. »
Art. 2.Artikel 10bis van hetzelfde besluit ingevoegd bij het koninklijk besluit van 25 september 1990, wordt vervangen als volgt : « Het Fonds kan de invordering van de bijdragen bedoeld in artikel 59quater , eerste en tweede lid, van de wet toevertrouwen aan de Administratie van het kadaster, de registratie en de domeinen. Deze kan optreden bij dwangbevel overeenkomstig artikel 94 van de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991. »
Art. 3.Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Minister van Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Nice, 2 april 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE De Minister van Financiën, D. REYNDERS