gepubliceerd op 29 juli 2004
Decreet houdende goedkeuring van de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest betreffende de modaliteiten voor de toekenning van middelen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden door de werkgevers van de onderwijssector overeenkomstig artikel 4 van het Waalse decreet van 25 april 2002 betreffende de tegemoetkomingen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden door de plaatselijke, gewestelijke en gemeenschapsoverheden en door bepaalde werkgevers in de niet-commerciële sector, het onderwijs en de commerciële sector
27 MEI 2004. - Decreet houdende goedkeuring van de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest betreffende de modaliteiten voor de toekenning van middelen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden door de werkgevers van de onderwijssector overeenkomstig artikel 4 van het Waalse decreet van 25 april 2002 betreffende de tegemoetkomingen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden door de plaatselijke, gewestelijke en gemeenschapsoverheden en door bepaalde werkgevers in de niet-commerciële sector, het onderwijs en de commerciële sector (1)
De Waalse Gewestraad heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.Dit decreet regelt overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet een materie bedoeld in artikel 128 van de Grondwet.
Art. 2.De Samenwerkingsovereenkomst gesloten op 29 april 2004 tussen de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest m.b.t. de modaliteiten voor de toekenning van middelen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden door de werkgevers van de onderwijssector overeenkomstig artikel 4 van het Waalse decreet van 25 april 2002 betreffende de tegemoetkomingen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden door de plaatselijke, gewestelijke en gemeenschapsoverheden en door bepaalde werkgevers in de niet-commerciële sector, het onderwijs en de commerciële sector wordt goedgekeurd.
De tekst van de overeenkomst gaat bij dit decreet.
Art. 3.Dit decreet treedt in werking de dag waarop de laatste van de twee goedkeuringsakten van de ondertekenende partijen in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt wordt.
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Namen, 27 mei 2004.
De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Economie, K.M.O.'s, Onderzoek en Nieuwe Technologieën, S. KUBLA De Minister van Vervoer, Mobiliteit en Energie, J. DARAS De Minister van Begroting, Huisvesting, Uitrusting en Openbare Werken, M. DAERDEN De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, M. FORET De Minister van Landbouw en Landelijke Aangelegenheden, J. HAPPART De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken, Ch. MICHEL De Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid, Th. DETIENNE De Minister van Tewerkstelling, Vorming en Huisvesting, Ph. COURARD _______ Nota (1) Zitting 2003-2004. Stukken van de Raad 720 (2003-2004), nr. 1.
Volledig verslag, openbare vergadering van 13 mei 2004.
Bespreking. Stemming.
Samenwerkingsovereenkomst tussen de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest betreffende de modaliteiten voor de toekenning van middelen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden door de werkgevers van de onderwijssector overeenkomstig artikel 4 van het Waalse decreet van 25 april 2002 betreffende de tegemoetkomingen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden door de plaatselijke, gewestelijke en gemeenschapsoverheden en door bepaalde werkgevers in de niet-commerciële sector, het onderwijs en de commerciële sector Gelet op de artikelen 1, 39, 127, 128, 134 en 138 van de Grondwet;
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 92bis, § 1, ingevoegd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988 en gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;
Gelet op hoofdstuk II van Titel III van de programmawet van 30 december 1988 tot opzetting van een stelsel van gesubsidieerde contractuelen bij sommige openbare besturen;
Gelet op decreet van 25 april 2002 betreffende de tegemoetkomingen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden door de plaatselijke, gewestelijke en gemeenschapsoverheden, door bepaalde werkgevers in de niet-commerciële sector, inzonderheid op de artikelen 4, 14 en 18;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 3 maart 2004;
Gelet op het advies van de Minister van Begroting, gegeven op 4 maart 2004;
Gelet op het advies nr. 36.815/2 van de Raad van State, gegeven op 29 maart 2004, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat : 1° de samenwerkingsovereenkomst zo spoedig mogelijk aangenomen moet worden door de Regeringen van de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest rekening houdende met bovenbedoelde consideransen;2° dat deze samenwerkingsovereenkomst moet voorzien in een duidelijke juridische grondslag voor het voorontwerp van decreet van de Franse Gemeenschap tot vastlegging van de rechten en plichten van de kinderverzorgers en houdende andere bepalingen betreffende de valorisatie van de dagen gepresteerd door het niet-statutaire personeel van de Franse Gemeenschap, waarbij de dringende noodzakelijkheid in dat opzicht gerechtvaardigd wordt door het feit dat bedoeld decreet vanaf het begin van het komende schooljaar van toepassing moet zijn en dat het derhalve vóór het einde van de parlementaire zitting aan het Parlement van de Franse Gemeenschap overgelegd moet worden; Overwegende dat de specifieke bepalingen betreffende de toekenning, mits sluiting van een samenwerkingsovereenkomst tussen de Regeringen van de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest, van middelen ter bevordering van de indienstneming van gesubsidieerde contractuelen in de onderwijssector bij bovenbedoeld decreet van 25 april 2002 opgeheven worden;
Overwegende dat het geboden is modaliteiten vast te leggen voor de toekenning van middelen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden in die sector;
De Franse Gemeenschap, vertegenwoordigd door haar Regering in de persoon van haar Minister-President, de heer Hervé Hasquin, van de heer Christian Dupont, Minister van Cultuur, Ambtenarenzaken, Jeugdzaken en Sport, van de heer Jean-Marc Nollet, Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de Opdrachten toegewezen aan de « O.N.E. », van de heer Pierre Hazette, Minister van Secundair Onderwijs en Buitengewoon Onderwijs, van de heer Michel Daerden, Minister van Begroting, en van Mevr. Françoise Dupuis, Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie en Wetenschappelijk Onderzoek, en Het Waalse Gewest, vertegenwoordigd door zijn Regering, in de persoon van zijn Minister-President, de heer Jean-Claude Van Cauwenberghe, van de heer Michel Daerden, Minister van Begroting en van de heer Philippe Courard, Minister van Tewerkstelling en Vorming, Zijn overeengekomen hetgeen volgt :
Artikel 1.De Waalse Regering verbindt zich overeenkomstig bovenbedoeld decreet van 25 april 2002 tot de financiering van middelen voor de bevordering van de tewerkstelling, met name de « A.P.E.-Enseignement », naar rato van een globaal maximumaantal punten.
Art. 2.De Waalse Regering en de Regering van de Franse Gemeenschap bepalen jaarlijks en voor het eerst op 1 september 2003 in een overeenkomst het bedrag van de middelen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden in de inrichtingen van het basis-, secundair, buitengewoon, hoger onderwijs en in het onderwijs voor sociale promotie georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, alsook in de diensten van haar Regering en in instellingen die er onder ressorteren en/of die de onderwijssectoren aanvullende elementen verschaffen waardoor ze bijdragen tot een betere uitvoering van hun opdrachten.
Art. 3.§ 1. Overeenkomstig artikel 18 van bovenbedoeld decreet van 25 april 2002 komen het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschap de volgende bijkomende voorwaarden overeen wat betreft de plaatsing van kinderverzorg(st)ers : 1° het aantal banen, uitgedrukt in voltijdsequivalent, dat hen toegewezen wordt is gelijk aan of hoger dan het aantal toegewezen voor het schooljaar 2003-2004;2° het aantal banen, uitgedrukt in voltijdsequivalent, dat toegewezen wordt aan elk net, aan elke zone en, wat het gesubsidieerde vrij onderwijs betreft, al naar gelang elk type, is evenredig met het aantal leerlingen die regelmatig ingeschreven zijn in de schoolinrichtingen of -vestigingen op 30 september van het jaar dat voorafgaat aan dat waarvoor de banen toegewezen worden. § 2. De uitvoeringsmodaliteiten betreffende de procedure inzake toekenning van banen en werving van kinderverzorg(st)ers en andere werknemers die in het kader van bovenbedoeld decreet van 25 april 2002 in dienst genomen zijn in de onderwijssector kunnen door de Franse Gemeenschap nader bepaald worden. § 3. De Franse Gemeenschap is, mits strikte inachtneming van bovenbedoeld decreet van 25 april 2002, bovendien bevoegd voor de bepaling van : 1° bijkomende voorwaarden inzake toegang tot de functies van kinderverzorg(st)er en van de andere werknemers die in het kader van bovenbedoeld decreet van 25 april 2002 in dienst genomen worden in de onderwijssector;2° de rechten en plichten van laatstgenoemden, alsook de eventuele procedures en gevolgen als ze niet nageleefd worden;3° de omvang van de prestaties;4° de regels inzake opschorting en onderbreking van de uitvoering van contracten.
Art. 4.De Regering van de Franse Gemeenschap verbindt zich ertoe de punten te verdelen en toe te kennen overeenkomstig bovenbedoeld decreet van 25 april 2002 en overeenkomstig de bepalingen die vastliggen in de jaarlijkse overeenkomst bedoeld in artikel 2.
Art. 5.De Regering van de Franse Gemeenschap zorgt ervoor dat bij de hulpverdeling voorrang wordt gegeven aan de in artikel 2 bedoelde sectoren die onder haar bevoegdheid vallen, die punctueel of constant moeilijkheden ondervinden en waarvoor het enige institutionele stelsel weinig geschikt en zelfs gebrekkig blijkt te zijn, met inachtneming van de jaarlijkse overeenkomst bedoeld in artikel 2.
Art. 6.Deze overeenkomst wordt gesloten voor onbepaalde duur. Ze kan door de ondertekenende partijen opgezegd worden mits inachtneming van een opzegtermijn van zes volle maanden.
Gedaan in 9 exemplaren, op 29 april 2004.
Voor de Regering van het Waalse Gewest : De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Begroting, M. DAERDEN De Minister van Tewerkstelling en Vorming, Ph. COURARD Voor de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister-President van de Regering van de Franse Gemeenschap, belast met Internationale Betrekkingen, H. HASQUIN De Minister van Cultuur, Ambtenarenzaken, Jeugdzaken en Sport, Ch. DUPONT De Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de Opdrachten toegewezen aan de « O.N.E. », J.-M. NOLLET De Minister van Secundair Onderwijs en Buitengewoon Onderwijs, P. HAZETTE De Minister van Begroting, M. DAERDEN De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. Fr. DUPUIS