Etaamb.openjustice.be
Decreet van 04 februari 2022
gepubliceerd op 16 maart 2022

Decreet tot wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat betreft het inschrijvingsrecht in het gewoon onderwijs buiten het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en de regelgeving over het LOP en de CLR

bron
vlaamse overheid
numac
2022040496
pub.
16/03/2022
prom.
04/02/2022
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

4 FEBRUARI 2022. - Decreet tot wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat betreft het inschrijvingsrecht in het gewoon onderwijs buiten het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en de regelgeving over het LOP en de CLR (1)


Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt: Decreet tot wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat betreft het inschrijvingsrecht in het gewoon onderwijs buiten het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en de regelgeving over het LOP en de CLR HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepaling

Artikel 1.Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid. HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997

Art. 2.In artikel 37/6/1 van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten en gewijzigd bij de decreten van 22 november 2019, 8 mei 2020 en 25 juni 2021, wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: "Voor de toepassing van de termijnen, vermeld in hoofdstuk IV/1, hoofdstuk IV/2 en hoofdstuk IV/3, worden de vakantieperioden die de regering krachtens artikel 50 bepaalt, niet meegerekend, met uitzondering van de termijn, in artikel 37/30, 37/43/1 en 37/66.".

Art. 3.In hoofdstuk IV van hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van 3 juli 2020Relevante gevonden documenten type decreet prom. 03/07/2020 pub. 24/08/2020 numac 2020042552 bron vlaamse overheid Decreet over het onderwijs XXX sluiten, wordt afdeling 4, die bestaat uit artikel 37undevicies tot en met 37vicies septies, opgeheven.

Art. 4.In artikel 37/7, 3°, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de woorden "mix en" opgeheven.

Art. 5.In artikel 37/8 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 2, derde lid, wordt de zin "Ouders geven opnieuw schriftelijk akkoord." vervangen door de zin "Ouders geven dan schriftelijk of digitaal akkoord."; 2° aan paragraaf 4 worden een tweede en een derde lid toegevoegd, die luiden als volgt: "Bij registratie van de inschrijving in de administratieve toepassingen voor het uitwisselen van leerlingengegevens tussen scholen en het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, registreert een school, om de leerlingen uniek te kunnen identificeren en als de volgende gegevens beschikbaar zijn, de volgende gegevens van de leerling: 1° de identificatiegegevens;2° de nationaliteit;3° het identificatienummer. De bevoegde diensten van de Vlaamse Gemeenschap zijn de verwerkingsverantwoordelijke voor de gegevens, vermeld in het tweede lid. De gegevens, vermeld in tweede lid, worden maximaal dertig jaar bewaard met het oog op het garanderen van een vlot schooltraject, zeker in geval van een verlengd verblijf van de leerling in het onderwijs.".

Art. 6.In artikel 37/9, § 4, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de woorden "één geheel te beschouwen en één capaciteit te bepalen" vervangen door de woorden "één geheel te beschouwen of als één capaciteit te bepalen".

Art. 7.In artikel 37/10 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden tussen de woorden "voor hetzelfde schooljaar" en de woorden "in een andere school" de woorden "en hetzelfde onderwijsniveau" ingevoegd;2° in het tweede lid worden tussen de woorden "gewoon onderwijs" en de woorden "wordt vastgesteld" de woorden "en hetzelfde onderwijsniveau" ingevoegd.

Art. 8.Aan artikel 37/11, § 2, tweede lid, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende zinnen toegevoegd: "Nadat de voormelde termijn van zestig kalenderdagen is verstreken, is de leerling definitief ingeschreven. Als de school pas kennisneemt van een verslag als vermeld in het eerste lid, nadat de leerling is ingeschreven, start die termijn van zestig kalenderdagen op de dag van de kennisneming.".

Art. 9.In artikel 37/12 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt de zinsnede "zoals bepaald in artikel 37/22, §§ 3 en 4" vervangen door de zinsnede "vermeld in artikel 37/22, § 2 en § 3";2° in paragraaf 2, eerste lid, wordt de zinsnede "uit onderafdeling B" vervangen door de zinsnede "uit onderafdeling C"; 3° in paragraaf 2 wordt het derde lid vervangen door wat volgt: "Voor de onderdelen waarvoor het schoolbestuur besliste dat het ook leerlingen uit de voorrangsgroepen, vermeld in artikel 37/22, § 2 en § 3, wil kunnen weigeren, gelden de regels, vermeld in artikel 37/22."; 4° in paragraaf 3, eerste lid, worden de woorden "doordat de vragen tot inschrijving de door de schoolbesturen bepaalde capaciteit benaderen of overschrijden" opgeheven.

Art. 10.Aan artikel 37/13, § 2, eerste lid, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt de volgende zin toegevoegd: "De Vlaamse Regering bepaalt het model van inschrijvingsregister.".

Art. 11.In artikel 37/15, tweede lid, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt de zin "Na afsluiten van de aanmeldingsperiode worden de aangemelde leerlingen geordend, conform artikel 37/23, 37/24 en 37/25, en in voorkomend geval, volgens artikel 37/22." vervangen door de zin "Nadat de aanmeldingsperiode is afgesloten, worden de aangemelde leerlingen geordend, conform artikel 37/23 en 37/25, en, in voorkomend geval, conform artikel 37/22 en 37/24.".

Art. 12.In artikel 37/16 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 2 wordt vervangen door wat volgt: " § 2.Als een schoolbestuur, meerdere schoolbesturen samen of het LOP de inschrijvingen laten voorafgaan door een aanmeldingsprocedure, richten ze een ombudsdienst inschrijvingen op die instaat voor de eerstelijnsbehandeling van: 1° klachten en vaststellingen over technische fouten of zuiver materiële vergissingen voor of na de definitieve toewijzingen;2° vragen over een erkenning van de uitzonderlijke situatie van een in te schrijven leerling. De Vlaamse Regering bepaalt de samenstelling van de ombudsdienst inschrijvingen en regelt de werking ervan. De samenstelling van de ombudsdienst inschrijvingen bestaat minstens uit een vertegenwoordiger van een erkende oudervereniging en een vertegenwoordiging van alle schoolbesturen die de aanmeldingsprocedure organiseren waarvoor de ombudsdienst inschrijvingen instaat voor de eerstelijnsbehandeling als vermeld in het eerste lid."; 2° er worden een paragraaf 3 tot en met 5 toegevoegd, die luiden als volgt: " § 3.In paragraaf 2, eerste lid, 1°, wordt verstaan onder een technische fout of een zuiver materiële vergissing voor of na de definitieve toewijzingen: een geval waarbij een technische fout of een zuiver materiële vergissing tijdens het verloop van de aanmeldingsprocedure, afbreuk doet aan de ordening of toewijzing van de leerling in kwestie. De aanmeldingsprocedure loopt af bij de start van de vrije inschrijvingen. Klachten en vaststellingen die na de termijn van vijftien kalenderdagen na de vaststelling van de betwiste feiten ingediend worden, zijn onontvankelijk.

Als de ombudsdienst inschrijvingen na een klacht over of een vaststelling van een technische fout of een zuiver materiële vergissing voor de definitieve toewijzingen een gunstig advies geeft over de correctie van de fout, kan de leerling door het LOP, het schoolbestuur of meerdere schoolbesturen samen met de correctie van de fout worden opgenomen in het aanmeldingsregister voor de definitieve toewijzing gebeurt.

Als de ombudsdienst inschrijvingen na een klacht over een technische fout of een zuiver materiële vergissing na een definitieve toewijzing een gunstig advies geeft over de correctie van de fout, kan de leerling door het betrokken schoolbestuur in overcapaciteit worden ingeschreven conform artikel 37/28.

Als de ombudsdienst inschrijvingen een negatief advies geeft over een klacht over een technische fout of een materiële vergissing voor of na de definitieve toewijzingen, hoeft de school niets te wijzigen aan de aanmelding of toewijzing van de leerling in kwestie. § 4. In paragraaf 2, eerste lid, 2°, wordt verstaan onder een uitzonderlijke situatie van een in te schrijven leerling: een geval waarbij de betrokkene voor een specifieke school die aanmeldt een uitzonderlijke situatie inroept die alleen van toepassing is op de leerling in kwestie in die school en waarbij die inschrijving de enig mogelijke is om de toegang tot onderwijs te garanderen voor die leerling.

Als een ouder een vraag voor de erkenning van een uitzonderlijke situatie stelt aan de ombudsdienst inschrijvingen, legt de ombudsdienst de vraag voor aan het schoolbestuur in kwestie. Indien het schoolbestuur in kwestie een eventuele inschrijving in overcapaciteit haalbaar acht, legt ze die vraag voor aan de CLR. De CLR beslist binnen dertig kalenderdagen over de uitzonderlijke situatie waarbij die inschrijving de enige mogelijke is om de toegang tot onderwijs te garanderen voor die leerling.

Alleen als de CLR de uitzonderlijke situatie bevestigt waarbij die inschrijving de enige mogelijke is om de toegang tot onderwijs te garanderen voor die leerling, kan de leerling in overcapaciteit worden ingeschreven conform artikel 37/28. § 5. Nadat de klacht over een technische fout of materiële vergissing is behandeld, kan een klacht ingediend worden bij de CLR conform artikel 37/33. De behandeling van de uitzonderlijke situatie zoals bepaald in paragraaf 4, kan geen voorwerp uitmaken van een klacht bij de CLR. De behandeling van een klacht of vraag bij de ombudsdienst inschrijvingen schort de termijn op voor de indiening van een klacht bij de CLR, vermeld in artikel 37/33, en de termijn van tien kalenderdagen voor de bemiddeling in het LOP, vermeld in 37/32, § 2, eerste lid.".

Art. 13.In artikel 37/17 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt: " § 1.Aanmeldende scholen die in het werkingsgebied van een LOP liggen, organiseren de aanmeldingsprocedure gezamenlijk. In gemeenten waar een LOP aanwezig is, wordt de aanmeldingsprocedure goedgekeurd door een meerderheid van de onderwijspartners van het LOP, vermeld in artikel VIII.4, § 1, eerste lid, 1° tot en met 3°, van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016."; 2° in paragraaf 3, tweede lid, wordt de zinsnede "blijven de respectieve ordeningscriteria, vermeld in artikel 37/22, artikel 37/23 en artikel 37/24 onverminderd gelden" vervangen door de zinsnede "blijven de respectievelijke voorrangsgroepen en ordeningscriteria, vermeld in artikel 37/22 en 37/23, en, in voorkomend geval, artikel 37/24, onverminderd gelden";3° er wordt een paragraaf 5 toegevoegd, die luidt als volgt: " § 5.In aanvulling op paragraaf 1 tot en met 4 kunnen de schoolbesturen werken met een afzonderlijke aanmeldingsprocedure per onderwijstaal.".

Art. 14.In artikel 37/19 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, inleidende zin, wordt tussen de zinsnede "gelden," en het woord "een" de zinsnede "uiterlijk tien kalenderdagen na ontvangst van het negatief besluit," ingevoegd;2° in paragraaf 1 wordt punt 1° vervangen door wat volgt: "1° melden aan de bevoegde diensten van de Vlaamse Gemeenschap en de CLR dat ze de aanmeldingen zal organiseren conform een standaarddossier als vermeld in artikel 37/16, § 1.Voor die melding wordt het formulier, vermeld in artikel 37/16, § 1, tweede lid, gebruikt;"; 3° in paragraaf 1, 3°, wordt de zin "De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regelingen inzake het verloop van de procedure." opgeheven; 4° aan paragraaf 1 wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels inzake het verloop van de procedure, vermeld in het eerste lid."; 5° in paragraaf 2 wordt het eerste lid vervangen door wat volgt: "Bij een negatief besluit van de CLR over de aangepaste afwijkingen van een standaarddossier die conform paragraaf 1, 2°, zijn voorgelegd, kan het betrokken schoolbestuur, meerdere betrokken schoolbesturen samen of het betrokken LOP, een van de volgende beslissingen nemen: 1° uiterlijk tien kalenderdagen na ontvangst van het negatieve besluit, beslissen om de aanmeldingsprocedure te organiseren volgens een standaarddossier als vermeld in artikel 37/16, § 1; 2° uiterlijk tien kalenderdagen na ontvangst van het negatieve besluit, en eenmalig het aangepaste voorstel van afwijkingen van een standaarddossier als vermeld in artikel 37/16, § 1, voorleggen aan de Vlaamse Regering."; 6° aan paragraaf 2 wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "Bij een negatief besluit van de Vlaamse Regering beslissen het betrokken schoolbestuur, meerdere betrokken schoolbesturen samen of het betrokken LOP, uiterlijk tien kalenderdagen na het negatieve besluit om de aanmeldings- procedure te organiseren volgens een standaarddossier als vermeld in artikel 37/16, § 1, of om af te zien van een aanmeldingsprocedure.In dat geval zijn de bepalingen, vermeld in onderafdeling B, van toepassing."; 7° in paragraaf 3, eerste lid, wordt tussen het woord "LOP" en het woord "beslissen" de zinsnede ", uiterlijk tien kalenderdagen na ontvangst van het negatieve besluit," ingevoegd;8° aan paragraaf 3 wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "Bij een negatief besluit van de CLR beslissen het betrokken schoolbestuur, meerdere betrokken schoolbesturen samen of het betrokken LOP, uiterlijk tien kalenderdagen na ontvangst van het negatieve besluit, om de aanmeldings- procedure te organiseren volgens een standaarddossier als vermeld in artikel 37/16, § 1, of om af te zien van een aanmeldingsprocedure.In dat geval zijn de bepalingen, vermeld in onderafdeling B, van toepassing.".

Art. 15.In artikel 37/20 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 2 wordt het eerste lid vervangen door wat volgt: "Daarnaast maakt het schoolbestuur de resterende vrije plaatsen, namelijk het aantal plaatsen waarin een inschrijving gerealiseerd kan worden, minstens bekend op de volgende momenten: 1° in voorkomend geval, voor de start van de inschrijvingen of de aanmeldingen van de voorrangsgroepen, vermeld in artikel 37/22, § 2 en § 3;2° voor de start van de aanmeldingsperiode, vermeld in artikel 37/21; 3° voor de start van de vrije inschrijvingsperiode, vermeld in artikel 37/27."; 2° in paragraaf 3, eerste lid, wordt de zinsnede "de volgens artikel 37/24 te bepalen contingenten" vervangen door de zinsnede "artikel 37/26".

Art. 16.Aan artikel 37/21, § 1, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "In afwijking van het eerste lid gelden de volgende periodes en data voor de inschrijvingen voor het schooljaar 2023-2024: 1° de aanmeldingsperiode voor de inschrijvingen loopt van 28 februari 2023 tot en met 21 maart 2023;2° de uiterste datum waarop de resultaten van de aanmeldingen van de leerlingen bekend worden gemaakt is 21 april 2023;3° de gunstig gerangschikte leerlingen kunnen zich inschrijven van 24 april 2023 tot en met 15 mei 2023; 4° de vrije inschrijvingsperiode voor de eventueel resterende vrije plaatsen start op 23 mei 2023.".

Art. 17.In artikel 37/22, § 4, tweede lid, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt de zinsnede "het ordeningscriterium of de combinatie van ordeningscriteria, en met toepassing van artikel 37/24," vervangen door de zinsnede "de volgorde van de voorrangsgroepen en het ordeningscriterium of de combinatie van ordeningscriteria, zoals de overige kinderen, vermeld in artikel 37/23 en".

Art. 18.In artikel 37/23, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt: " § 1.Op het einde van de aanmeldingsperiode die de Vlaamse Regering vastlegt, ordent het schoolbestuur of, na akkoord van de schoolbesturen in kwestie, het LOP voor elk van zijn scholen alle aangemelde leerlingen op de volgende wijze: 1° in voorkomend geval, de leerlingen die behoren tot de ondervertegenwoordigde groep, vermeld in artikel 37/24;2° tot slot de overige kinderen, aan de hand van een van de volgende ordeningscriteria of een combinatie ervan, in voorkomend geval met inbegrip van de leerlingen die overblijven na de toepassing van het criterium, vermeld in punt 1° : a) de afstand van het domicilieadres van de leerling tot de school of vestigingsplaats;b) de afstand van het werkadres van een van beide ouders tot de school of vestigingsplaats;c) toeval.Dit ordeningscriterium kan alleen gekozen worden in combinatie met minstens een van de ordeningscriteria, vermeld in punt a), b) of d); d) de plaats van de school of vestigingsplaats binnen de rangorde in de keuze die de ouders hebben gemaakt.Dit ordeningscriterium kan alleen gekozen worden in combinatie met minstens een van de ordeningscriteria, vermeld in punt a), b) of c).

Het schoolbestuur, de schoolbesturen samen of het LOP hanteren bij het ordenen van de aangemelde leerlingen het ordeningscriterium of de combinatie van ordeningscriteria uit het standaarddossier dat ze onderschreven hebben, of de eventuele afwijkingen daarop, zoals de CLR ze heeft goedgekeurd.

Als de vooraf bepaalde capaciteit, vermeld in artikel 37/20, reeds bereikt wordt binnen de leerlingengroep, vermeld in het eerste lid, 1°, worden de leerlingen binnen die betreffende leerlingengroep, geordend volgens de volgorde van de voorrangsgroepen en volgens het ordeningscriterium of de combinatie van ordeningscriteria, zoals de overige kinderen, vermeld in het eerste lid, 2° en vermeld in het door het schoolbestuur onderschreven standaarddossier of de door de CLR goedgekeurde afwijkingen op het standaarddossier, vermeld in artikel 37/16."; 2° paragraaf 2 wordt vervangen door wat volgt: " § 2.Als het schoolbestuur beslist om de voorrang voor de voorrangsgroepen, vermeld in artikel 37/22, uitsluitend of na een voorafgaande voorrangsperiode, te organiseren via de aanmeldingsprocedure voor alle leerlingen, worden alle aangemelde leerlingen geordend op de volgende wijze: 1° eerst de leerlingen die behoren tot beide voorrangsgroepen, vermeld in artikel 37/22, § 2 en § 3;2° dan de leerlingen die behoren tot dezelfde leefentiteit, vermeld in artikel 37/22, § 2;3° dan de kinderen met een ouder die personeelslid is, vermeld in artikel 37/22, § 3;4° in voorkomend geval, dan de leerlingen die behoren tot de ondervertegenwoordigde groep, vermeld in artikel 37/24;5° tot slot de overige kinderen, aan de hand van een ordeningscriterium of een combinatie ervan, in voorkomend geval met inbegrip van de leerlingen, vermeld in punt 4°, die overblijven na de toepassing van de criteria, vermeld in punt 1° tot en met 4° : a) de afstand van het domicilieadres van de leerling tot de school of vestigingsplaats;b) de afstand van het werkadres van een van beide ouders tot de school of vestigingsplaats;c) toeval.Dit ordeningscriterium kan alleen gekozen worden in combinatie met minstens een van de ordeningscriteria, vermeld in punt a), b) of d); d) de plaats van de school of vestigingsplaats binnen de rangorde in de keuze die de ouders hebben gemaakt.Dit ordeningscriterium kan alleen gekozen worden in combinatie met minstens een van de ordeningscriteria, vermeld in punt a), b) of c).

Het schoolbestuur, de schoolbesturen samen of het LOP hanteren bij het ordenen van de aangemelde leerlingen het ordeningscriterium of de combinatie van ordeningscriteria uit het standaarddossier die ze hebben onderschreven, of de eventuele afwijkingen daarop, zoals de CLR ze heeft goedgekeurd.

Als de vooraf bepaalde capaciteit, vermeld in artikel 37/20, al bereikt wordt binnen de leerlingengroep, vermeld in het eerste lid, 1°, 2°, 3° of 4°, worden de leerlingen binnen die leerlingengroep in kwestie, geordend volgens de volgorde van de voorrangsgroepen en volgens het ordeningscriterium of de combinatie van ordeningscriteria, zoals de overige kinderen als vermeld in het eerste lid, 5°, en vermeld in het door het schoolbestuur onderschreven standaarddossier of de door de CLR goedgekeurde afwijkingen op het standaarddossier, vermeld in artikel 37/16.".

Art. 19.Artikel 37/24 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 37/24.§ 1. Een schoolbestuur kan ervoor kiezen om voor een of meer van zijn scholen per bepaalde capaciteit als vermeld in artikel 37/12, voorrang te verlenen aan een of meer ondervertegenwoordigde groepen, namelijk een of meer groepen van leerlingen die, op basis van een of meer objectieve kenmerken, in de school relatief ondervertegenwoordigd zijn ten aanzien van een referentiepopulatie. De voorrang wordt toegepast tot maximaal 20% van de bepaalde capaciteit bezet wordt door de leerlingen behorende tot één of meerdere ondervertegenwoordigde groepen. Ook in geval van meerdere ondervertegenwoordigde groepen bedraagt de voorrang maximaal 20% van de bepaalde capaciteit, vermeld in artikel 37/12.

Als het LOP of een schoolbestuur opteert voor meer ondervertegenwoordigde groepen, bepaalt het LOP of een schoolbestuur ook telkens welke groep in de ordening voorrang heeft op welke andere groep.

Het LOP kan een voorstel uitwerken over de voorrang van ondervertegenwoordigde groepen in de scholen die in zijn werkingsgebied liggen, zowel wat betreft het aandeel van de capaciteit die scholen voorbehouden als het bepalen van de inhoudelijke afbakening van de lokaal gekozen ondervertegenwoordigde groep. Dit voorstel wordt goedgekeurd door een meerderheid van de onderwijspartners van het LOP, vermeld in artikel VIII.4, § 1, eerste lid, 1° tot en met 3°, van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016. De scholen gelegen in het werkingsgebied van een LOP respecteren hierover de gemaakte afspraken in het LOP. Het LOP legt dit voorstel ter bekrachtiging voor aan de gemeenteraad van de gemeente of van de gemeenten waarin de vestigingsplaatsen liggen die de voorrang toepassen.

Als de gemeenteraad een voorstel van een LOP een eerste keer niet bekrachtigt, werkt het LOP een nieuw voorstel uit. Het nieuwe voorstel wordt goedgekeurd door een meerderheid van de onderwijspartners van het LOP, vermeld in artikel VIII.4, § 1, eerste lid, 1° tot en met 3°, van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016. Het LOP legt dat nieuwe voorstel ter bekrachtiging voor aan de gemeenteraad van de gemeente of van de gemeenten waarin de vestigingsplaatsen liggen die de voorrang toepassen.

Als een eerste voorstel reeds bekrachtigd werd door de gemeenteraad, dan kan die gemeenteraad, wanneer een nieuw voorstel wordt voorgelegd ter bekrachtiging aan die gemeenteraad, ervoor kiezen om dat eerste voorstel te vervangen door het nieuwe voorstel. Als het nieuwe voorstel, vermeld in het vierde lid, bekrachtigd wordt, vervangt het nieuwe voorstel het eerste voorstel.

Als het nieuwe voorstel niet bekrachtigd wordt, wordt het eerste voorstel, vermeld in het derde lid, behouden voor de vestigingsplaatsen die in de gemeente liggen waar de gemeenteraad het eerste voorstel bekrachtigd heeft.

Als de gemeenteraad een voorstel bekrachtigt, passen de vestigingsplaatsen die in die gemeente liggen, het voorstel toe.

Als een gemeenteraad geen voorstel bekrachtigt, kunnen de schoolbesturen zelf beslissen voor de vestigingsplaatsen die in het werkingsgebied van het LOP liggen, welke ondervertegenwoordigde groepen ze toepassen. § 2. Scholen die de voorrang, vermeld in paragraaf 1, toepassen, melden dat uiterlijk op 31 januari aan de bevoegde diensten van de Vlaamse Gemeenschap. Voor scholen die in het werkingsgebied van een LOP liggen, meldt het LOP de toepassing van die voorrang uiterlijk op 31 januari aan de bevoegde diensten van de Vlaamse Gemeenschap.

Scholen en LOP kunnen hun voorstel van inhoudelijke afbakening van de lokaal gekozen ondervertegenwoordigde groepen ook voor advies voorleggen aan de CLR. Ze doen dat uiterlijk op 15 september voorafgaand aan de aanmeldingen. De inhoudelijke afbakening van de lokaal gekozen ondervertegenwoordigde groepen maken geen deel uit van het standaarddossier, vermeld in artikel 37/16, of afwijking op het standaarddossier, vermeld in artikel 37/18.".

Art. 20.In artikel 37/25 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 2, tweede lid, worden tussen de woorden "op basis van" en de woorden "dezelfde combinatie" de woorden "de volgorde van de voorrangsgroepen en" ingevoegd;2° in paragraaf 2, derde lid, wordt het woord "ordeningscriteria" vervangen door de woorden "volgorde van de voorrangsgroepen en de ordeningscriteria";3° in paragraaf 3, derde lid, worden de woorden "of indicatoren" vervangen door de woorden "of voorrangsgroepen" en worden de woorden "disfuncties en eerstelijnsklachten" vervangen door de zinsnede "klachten, vaststellingen en vragen".

Art. 21.In artikel 37/26 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt de zinsnede ", in voorkomend geval per contingent," opgeheven; 2° in paragraaf 2, eerste lid, wordt de zin "Met uitzondering van leerlingen die werden ingeschreven in overcapaciteit, zoals bepaald in artikel 37/28, wordt bij het invullen van vrijgekomen plaatsen of bijkomende plaatsen door verhoogde capaciteit als vermeld in artikel 37/20, de volgorde van de weigeringen, indien van toepassing binnen het betreffende contingent, gerespecteerd en dit tot en met de vijfde schooldag van oktober van het schooljaar waarop de inschrijving betrekking had." vervangen door de zinnen "Met uitzondering van leerlingen die zijn ingeschreven in overcapaciteit conform artikel 37/28, wordt bij het invullen van vrijgekomen plaatsen of bijkomende plaatsen door verhoogde capaciteit als vermeld in artikel 37/20, de volgorde van de weigeringen gerespecteerd, met inbegrip van de volgorde van de voorrangsgroepen, vermeld in artikel 37/22 en 37/24, en dat tot en met de vijfde schooldag van oktober van het schooljaar waarop de inschrijving betrekking had. En dit wat de leerlingen, vermeld in artikel 37/24 betreft, met het oog op het bereiken van het respectievelijke aandeel in artikel 37/24, § 1.".

Art. 22.In artikel 37/28 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, inleidende zin, wordt de zinsnede "artikel 37/20, § 5," vervangen door de zinsnede "artikel 37/20, § 4,"; 2° in paragraaf 1 wordt punt 1° vervangen door wat volgt: "1° leerlingen die voldoen aan de definitie van een anderstalige nieuwkomer in het gewoon onderwijs, vermeld in artikel 3, 4° quater, met uitzondering van de leeftijdsvereisten, vermeld in die definitie;"; 3° in paragraaf 1, 2°, wordt punt a) vervangen door wat volgt: "a) hetzij beschikken over een jeugdhulpverleningsbeslissing voor de functie verblijf, namelijk aangepaste woon- en leefomgeving onder toezicht en begeleiding, bij een jeugdhulpaanbieder op verwijzing van een gemandateerde voorziening of een Sociale Dienst Jeugdrechtbank;"; 4° aan paragraaf 1, 2°, worden een punt d) en een punt e) toegevoegd, die luiden als volgt: "d) hetzij geadopteerd zijn in een gezin dat beschikt over een verzoekschrift tot binnen- of buitenlandse adoptie, dat ingediend is bij de bevoegde rechtbank, of, bij gebrek daaraan, een buitenlandse adoptiebeslissing of een buitenlandse beslissing tot plaatsing met het oog op adoptie; e) hetzij beschikken over een verslag als vermeld in artikel 15;"; 5° in paragraaf 1, 4°, worden de woorden "hetzelfde niveau" vervangen door de zinsnede "hetzelfde geboortejaar of leerjaar, vermeld in artikel 37/20, § 1";6° in paragraaf 1, 6°, wordt de zinsnede "disfunctiecommissie, bepaald in artikel 37/16, § 2, toestemming heeft verleend" vervangen door de zinsnede "ombudsdienst inschrijvingen of de CLR, vermeld in artikel 37/16, § 2 tot en met § 4, gunstig advies heeft verleend of de uitzonderlijke situatie heeft bevestigd"; 7° aan paragraaf 1 wordt een punt 7° toegevoegd, dat luidt als volgt: "7° leerlingen die in het lopende schooljaar of na de eerste schooldag van maart van het schooljaar voorafgaand aan het schooljaar waarvoor de inschrijving wordt gevraagd, verhuisd zijn vanuit een andere gemeente en nu gedomicilieerd zijn in de gemeente van de vestigingsplaats."; 8° in paragraaf 2 wordt de zinsnede "artikel 37/20, § 5," vervangen door de zinsnede "artikel 37/20, § 4,".

Art. 23.In artikel 37/30 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt: " § 1.Een schoolbestuur, of het daartoe gemandateerde schoolbestuur of het LOP, dat een leerling weigert, deelt haar beslissing binnen een termijn van zeven kalenderdagen schriftelijk of digitaal mee aan de ouders van de leerling en aan de bevoegde diensten van de Vlaamse Gemeenschap via de administratieve toepassingen voor het uitwisselen van leerlingengegevens tussen scholen en het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming. De bevoegde diensten van de Vlaamse Gemeenschap bezorgen die melding aan het LOP. Die melding bevat het rijksregisternummer en de identificatiegegevens van de leerlingen en de feitelijke en juridische grond van de weigering. De Vlaamse Regering kan de regels bepalen over de opslagperioden en de verwerkingsactiviteiten en de procedures, waaronder maatregelen om te zorgen voor een behoorlijke, veilige en transparante verwerking. De weigeringsdocumenten worden ook, op vraag van de ouders, op papier ter beschikking gesteld."; 2° in paragraaf 2 wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: "Het model, vermeld in het eerste lid, bevat al de volgende elementen: 1° de feitelijke en de juridische grond van de beslissing tot weigering; 2° de informatie over de mogelijkheden voor bemiddeling, eerstelijnsklachten en de indiening van een klacht bij de CLR."; 3° in paragraaf 2, derde lid, wordt de zinsnede ", desgevallend in het betreffende contingent," opgeheven.

Art. 24.In artikel 37/31, § 2, eerste lid, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de zinsnede "per provincie," en de woorden "en een onderwijsinspecteur" worden opgeheven;2° het woord "opnemen" wordt vervangen door het woord "opneemt".

Art. 25.In artikel 37/32, § 2, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt het eerste lid vervangen door wat volgt: "Het LOP bemiddelt binnen tien kalenderdagen na het verzoek van de ouders of na de afgifte van het weigeringsdocument tussen de leerling en zijn ouders en de schoolbesturen van de scholen binnen het werkingsgebied, met het oog op een definitieve inschrijving van de leerling in een school.".

Art. 26.In artikel 37/33 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt tussen de zinsnede "als vermeld in artikel 37/32" en de zinsnede ", een schriftelijke klacht" de zinsnede ", of een behandeling door de ombudsdienst inschrijvingen, vermeld in artikel 37/16, § 2" ingevoegd;2° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "weigering of de uitschrijving" vervangen door het woord "klacht"; 3° paragraaf 2, tweede lid, wordt vervangen door wat volgt: "Het oordeel van de CLR wordt uiterlijk binnen een termijn van zeven kalenderdagen schriftelijk of elektronisch verstuurd naar de betrokkenen."; 4° aan paragraaf 2 wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "In geval van een klacht als vermeld in artikel 37/31, § 1, eerste lid, 4°, blijft de leerling ingeschreven in de school tot het oordeel aan de betrokkenen kenbaar is gemaakt en wordt de termijn van een maand, vakantieperioden niet inbegrepen, vermeld in artikel 37/11, § 2, derde lid, ook tot dat moment opgeschort.". HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010

Art. 27.In artikel 2 van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010, het laatst gewijzigd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, tweede lid, 2°, wordt de zinsnede "110/19 tot en met 110/27" opgeheven; 2° in paragraaf 2 wordt het vierde lid vervangen door wat volgt: "Artikel 253/1 tot en met 253/6, artikel 253/21 tot en met 253/37, en artikel 253/52 tot en met 253/61 gelden ook voor het deeltijds beroepssecundair onderwijs en de leertijd."; 3° aan paragraaf 2 wordt een vijfde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "Artikel 253/1 tot en met 253/61 zijn niet van toepassing op de opleiding verpleegkunde van het hoger beroepsonderwijs die wordt georganiseerd door scholen voor voltijds secundair onderwijs."; 4° in paragraaf 6 wordt de zinsnede "253/38" vervangen door de zinsnede "253/37".

Art. 28.In deel III, titel 2, van dezelfde codex, het laatst gewijzigd bij het decreet van 12 februari 2021Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/02/2021 pub. 17/02/2021 numac 2021030376 bron vlaamse overheid Decreet tot het nemen van dringende tijdelijke maatregelen in het onderwijs naar aanleiding van de coronacrisis (1) type decreet prom. 12/02/2021 pub. 04/03/2021 numac 2021030406 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie met betrekking tot de landelijke en regionale radio-omroeporganisaties en de technische eindapparatuur voor FM-radio-ontvangst van radio-omroeporganisaties type decreet prom. 12/02/2021 pub. 26/05/2021 numac 2021031270 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de onderwijsdoelen voor de tweede en de derde graad van het secundair onderwijs en diverse andere verwante maatregelen sluiten, wordt hoofdstuk 1/2, dat bestaat uit artikel 110/19 tot en met 110/27, opgeheven.

Art. 29.In artikel 111, § 1bis, 2°, van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 1 juli 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/07/2011 pub. 30/08/2011 numac 2011035708 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het onderwijs XXI sluiten, worden de woorden "opnieuw schriftelijk akkoord" vervangen door de woorden "dan schriftelijk of digitaal akkoord".

Art. 30.In artikel 253/1 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: "Voor de toepassing van de termijnen, vermeld in dit hoofdstuk, worden de vakantieperioden die de Vlaamse Regering bepaalt krachtens artikel 12, niet meegerekend, met uitzondering van de termijn, vermeld in artikel 253/26, § 1.".

Art. 31.In artikel 253/2 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt een punt 2° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "2° /1 het bevorderen van sociale cohesie;".

Art. 32.In artikel 253/3, § 2, van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in punt 1° worden de woorden "het structuuronderdeel" vervangen door de woorden "de administratieve groep";2° er wordt een punt 4° toegevoegd, dat luidt als volgt: "4° de identificatiegegevens, de nationaliteit en het identificatienummer van de leerling als die gegevens beschikbaar zijn, om de leerling uniek te identificeren.De bevoegde diensten van de Vlaamse Gemeenschap zijn de ver- werkingsverantwoordelijke voor de voormelde gegevens. De voormelde gegevens worden dertig jaar bewaard met het oog op het garanderen van een vlot schooltraject van de leerling.".

Art. 33.Artikel 253/5 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 253/5.Elke inschrijving vóór 1 september voor het daaropvolgende schooljaar voor een bepaalde administratieve groep in een bepaalde school voor gewoon onderwijs maakt de daaraan voorafgaande inschrijving voor diezelfde administratieve groep en hetzelfde schooljaar in een andere school van rechtswege ongedaan.

Elke inschrijving vóór 1 februari voor een administratieve groep, ingericht als Se-n-Se dat op 1 februari start, in een bepaalde school maakt de daaraan voorafgaande inschrijving voor diezelfde administratieve groep in een andere school voor gewoon onderwijs van rechtswege ongedaan.

Elke inschrijving in de loop van het schooljaar in kwestie voor een bepaalde administratieve groep maakt de daaraan voorafgaande inschrijving voor dezelfde administratieve groep of een andere administratieve groep voor datzelfde schooljaar in een andere school voor gewoon onderwijs ongedaan vanaf de start van de effectieve, tenzij gewettigde afwezigheid, lesbijwoning.".

Art. 34.Aan artikel 253/6, § 2, tweede lid, van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende zinnen toegevoegd: "Nadat de voormelde termijn van zestig kalenderdagen is verstreken, is de leerling definitief ingeschreven. Als de school pas kennisneemt van een verslag als vermeld in het eerste lid, nadat de leerling is ingeschreven, start die termijn van zestig kalenderdagen de dag van die kennisneming.".

Art. 35.In artikel 253/7 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt de datum "31 januari" vervangen door de datum "15 november";2° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "wanneer de vragen tot inschrijving de door de schoolbesturen bepaalde capaciteit benaderen of overschrijden" opgeheven.

Art. 36.Aan artikel 253/8 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt de volgende zin toegevoegd: "In afwijking van het eerste lid starten de inschrijvingen voor het eerste leerjaar van de eerste graad voor het schooljaar 2023-2024 op 16 mei 2023.".

Art. 37.In artikel 253/11 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 2 worden het eerste en het tweede lid vervangen door wat volgt: "De Vlaamse Regering bepaalt: 1° de start- en de einddatum van de aanmeldingen voor inschrijvingen voor een bepaald schooljaar;2° de datum waarop de resultaten van de aanmeldingsprocedure uiterlijk worden bekendgemaakt;3° de inschrijvingsperiode voor de gunstig gerangschikte leerlingen. In afwijking van het eerste lid gelden de volgende periodes en data voor de inschrijvingen voor het schooljaar 2023-2024: 1° de aanmeldingsperiode voor de inschrijvingen loopt van 27 maart 2023 tot en met 21 april 2023;2° de uiterste datum waarop de resultaten van de aanmeldingen van de leerlingen bekend worden gemaakt, is 15 mei 2023; 3° de gunstig gerangschikte leerlingen kunnen zich inschrijven van 16 mei 2023 tot en met 12 juni 2023."; 2° paragraaf 3 wordt vervangen door wat volgt: " § 3.Als een schoolbestuur, meerdere schoolbesturen samen, of het LOP de inschrijvingen laten voorafgaan door een aanmeldingsprocedure, richten ze een ombudsdienst inschrijvingen op die instaat voor de eerstelijnsbehandeling van: 1° klachten en vaststellingen over technische fouten of zuivere materiële vergissingen voor of na de definitieve toewijzingen;2° vragen over een erkenning van de uitzonderlijke situatie van een in te schrijven leerling. De Vlaamse Regering bepaalt de samenstelling van de ombudsdienst inschrijvingen en regelt de werking ervan. De samenstelling van de ombudsdienst inschrijvingen bestaat minstens uit een vertegenwoordiger van een erkende oudervereniging en een vertegenwoordiging van alle schoolbesturen die de aanmeldingsprocedure organiseren waarvoor de ombudsdienst inschrijvingen instaat voor de eerstelijnsbehandeling zoals vermeld in het eerste lid."; 3° er worden een paragraaf 4 tot en met paragraaf 9 toegevoegd, die luiden als volgt: " § 4.In paragraaf 3, eerste lid, 1°, wordt verstaan onder een technische fout of zuiver materiële vergissing voor of na de definitieve toewijzingen: een geval waarbij een technische fout of een zuiver materiële vergissing tijdens het verloop van de aanmeldingsprocedure afbreuk doet aan de ordening of toewijzing van de leerling in kwestie. De aanmeldingsprocedure loopt af bij de start van de vrije inschrijvingen. Klachten en vaststellingen die na de termijn van vijf tien kalenderdagen na de vaststelling van de betwiste feiten ingediend worden, zijn onontvankelijk.

Als de ombudsdienst inschrijvingen na een klacht over of een vaststelling van een technische fout of zuiver materiële vergissing voor de definitieve toewijzingen een gunstig advies geeft over de correctie van de fout, kan de leerling door het LOP, het schoolbestuur of meerdere schoolbesturen samen met de correctie van de fout worden opgenomen in het aanmeldingsregister voor de definitieve toewijzing gebeurt.

Als de ombudsdienst inschrijvingen na een klacht over een technische fout of zuiver materiële vergissing na een definitieve toewijzing een gunstig advies geeft over de correctie van de fout, kan de leerling door het betrokken schoolbestuur in overcapaciteit worden ingeschreven conform artikel 253/20.

Als de ombudsdienst inschrijvingen een negatief advies geeft over een klacht over een technische fout of materiële vergissing voor of na de definitieve toewijzingen, hoeft het schoolbestuur niks te wijzigen aan de aanmelding of toewijzing van de leerling in kwestie. § 5. In paragraaf 3, eerste lid, 2°, wordt verstaan onder een uitzonderlijke situatie van een in te schrijven leerling: een geval waarbij de betrokkene voor een specifieke school die aanmeldt een uitzonderlijke situatie inroept die alleen van toepassing is op de leerling in kwestie in die school en waarbij die inschrijving de enig mogelijke is om de toegang tot onderwijs te garanderen voor die leerling.

Als een ouder een vraag voor de erkenning van een uitzonderlijke situatie stelt aan de ombudsdienst inschrijvingen legt de ombudsdienst de vraag voor aan het schoolbestuur in kwestie. Indien het schoolbestuur in kwestie een eventuele inschrijving in overcapaciteit haalbaar acht, legt ze die vraag voor aan de CLR. De CLR beslist binnen dertig kalenderdagen over de uitzonderlijke situatie waarbij die inschrijving de enig mogelijke is om de toegang tot onder wijs te garanderen voor die leerling.

Alleen als de CLR de uitzonderlijke situatie bevestigt waarbij die inschrijving de enig mogelijke is om de toegang tot onderwijs te garanderen voor die leerling, kan de leerling in overcapaciteit worden ingeschreven conform artikel 253/20. § 6. Nadat de klacht over een technische fout of materiële vergissing is behandeld, kan een klacht ingediend worden bij de CLR conform artikel 253/30. De behandeling van de uitzonderlijke situatie, zoals bepaald in paragraaf 5 kan geen voorwerp uitmaken van een klacht bij de CLR. De behandeling van een klacht of vraag bij de ombudsdienst inschrijvingen schort de termijn op voor de indiening van een klacht bij de CLR, vermeld in artikel 253/30, en de termijn van tien kalenderdagen voor de bemiddeling in het LOP, vermeld in artikel 253/28, § 2, eerste lid. § 7. Aanmeldende scholen die in het werkingsgebied van een LOP liggen, organiseren de aanmeldingsprocedure. In gemeenten waar een LOP aanwezig is, wordt de aanmeldingsprocedure goedgekeurd door een meerderheid van de onderwijspartners van het LOP, vermeld in artikel VIII.4/1, § 1, eerste lid, 1° tot en met 3°, van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016. § 8. De Vlaamse Regering kan binnen de beschikbare begrotingskredieten middelen voorzien ter ondersteuning van het instellen van een aanmeldingsprocedure en bepaalt hiervoor de nadere modaliteiten. § 9. In aanvulling op paragraaf 1 tot en met 8 kunnen de schoolbesturen werken met een afzonderlijke aanmeldingsprocedure per onderwijstaal.".

Art. 38.Artikel 253/12 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten en gewijzigd bij de decreten van 22 november 2019, 8 mei 2020 en 25 juni 2021 wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 253/12.§ 1. Voor de aanmeldingen voor de inschrijvingen vanaf het schooljaar 2023-2024 melden een schoolbestuur, meerdere schoolbesturen samen of het LOP uiterlijk op 15 november voorafgaand aan het schooljaar waarvoor de inschrijvingen gelden, aan de bevoegde diensten van de Vlaamse Gemeenschap: 1° voor welke scholen, vestigingsplaatsen of structuuronderdelen de inschrijvingen zullen worden voorafgegaan door een aanmeldingsprocedure conform ar tikel 253/11;2° welk standaarddossier ze zullen hanteren bij de organisatie van de aanmeldingsprocedure, of van welk standaarddossier het schoolbestuur, meerdere schoolbesturen samen of het LOP willen afwijken conform paragraaf 2.Een standaarddossier is een dossier waarin de verschillende stappen van een aanmeldingsprocedure concreet worden uitgewerkt.

De Vlaamse Regering bepaalt het model van ieder standaarddossier en het formulier waarmee de melding, vermeld in het eerste lid, moet gebeuren. § 2. Als een schoolbestuur, meerdere schoolbesturen samen of het LOP willen afwijken van een standaarddossier, leggen ze uiterlijk op 15 november van het schooljaar voorafgaand aan het schooljaar waarvoor de inschrijvingen gelden, de afwijkingen in kwestie ter goedkeuring voor aan de CLR. De CLR toetst de afwijkingen van het standaarddossier aan de bepalingen, vermeld in deze afdeling en afdeling 2 en 4, en beslist over die afwijkingen uiterlijk twee maanden na de indiening conform het eerste lid, en in ieder geval voor 24 december.".

Art. 39.In dezelfde codex wordt in deel IV, titel 2, hoofdstuk 1/1, afdeling 3, onderafdeling 3, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, een artikel 253/12/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "Art. 253/12/1. § 1. Bij een negatief besluit van de CLR over de afwijkingen van een standaarddossier kunnen het betrokken schoolbestuur, de meerdere betrokken schoolbesturen samen of het betrokken LOP voorafgaand aan het schooljaar waarvoor de inschrijvingen gelden, uiterlijk tien kalenderdagen na de het negatieve besluit, een van volgende initiatieven nemen: 1° aan de bevoegde diensten van de Vlaamse Gemeenschap en de CLR melden de aanmeldingen te zullen organiseren conform een standaarddossier als vermeld in 253/12, Daarvoor wordt het formulier, vermeld in artikel 253/12, § 1, tweede lid, gebruikt;2° aangepaste afwijkingen indienen bij de CLR.In dat geval toetst de CLR de aangepaste afwijkingen aan de bepalingen van deze afdeling en afdeling 2 en 4, en beslist het uiterlijk dertig kalenderdagen volgend op de dag van de indiening ervan; 3° het voorstel van afwijkingen van het standaarddossier, vermeld in artikel 253/12, voorleggen aan de Vlaamse Regering.In dat geval toetst de Vlaamse Regering het voorstel aan de bepalingen van deze afdeling en afdeling 2 en 4. De Vlaamse Regering beslist over het voorstel van aanmeldingsprocedure uiterlijk dertig kalenderdagen volgend op de dag van de indiening ervan.

De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels inzake het verloop van de procedure, vermeld in het eerste lid. § 2. Bij een negatief besluit van de CLR over de aangepaste afwijkingen van een standaarddossier die conform paragraaf 1, eerste lid, 2°, zijn voorgelegd, kunnen het betrokken schoolbestuur, meerdere betrokken schoolbesturen samen of het betrokken LOP een van de volgende beslissingen nemen: 1° uiterlijk tien kalenderdagen na het negatieve besluit, beslissen om de aanmeldingsprocedure te organiseren volgens een standaarddossier als vermeld in artikel 253/12;2° uiterlijk tien kalenderdagen na ontvangst van het negatieve besluit eenmalig het aangepaste voorstel van afwijkingen van een standaarddossier als vermeld in artikel 253/12, voorleggen aan de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering toetst de voorgestelde afwijkingen van het standaarddossier aan de doelstellingen, vermeld in artikel 253/2, en aan de bepalingen van deze afdeling en afdeling 2, en beslist uiterlijk dertig kalenderdagen volgend op de dag van de indiening ervan.

De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels inzake het verloop van de procedure, vermeld in het eerste lid.

Bij een negatief besluit van de Vlaamse Regering beslissen het betrokken schoolbestuur, meerdere betrokken schoolbesturen samen of het betrokken LOP, uiterlijk tien kalenderdagen na het negatieve besluit, de aanmeldingsprocedure te organiseren volgens een standaarddossier als vermeld in artikel 253/12, of om af te zien van een aanmeldingsprocedure. In dat geval zijn de bepalingen, vermeld in onderafdeling 2, van toepassing. § 3. Bij een negatief besluit van de Vlaamse Regering over het voorstel van afwijkingen van een standaarddossier, vermeld in artikel 253/12, die conform paragraaf 1, eerste lid, 3°, zijn voorgelegd kunnen het betrokken schoolbestuur, de meerdere betrokken schoolbesturen samen of het betrokken LOP een van de volgende beslissingen nemen: 1° uiterlijk tien kalenderdagen na ontvangst van het negatieve besluit, beslissen om de aanmeldingsprocedure te organiseren volgens een standaarddossier als vermeld in artikel 253/12;2° uiterlijk tien kalenderdagen na ontvangst van het negatieve besluit, eenmalig een aangepast voorstel van afwijkingen van een standaarddossier voorleggen aan de CLR.In dat geval toetst de CLR het aangepaste voorstel aan de bepalingen van deze afdeling en afdeling 2 en 4.

De CLR beslist over het voorstel van afwijkingen van een standaarddossier uiterlijk dertig kalenderdagen volgend op de dag van de indiening ervan.

Bij een negatief besluit van de CLR beslissen het betrokken schoolbestuur, meerdere betrokken schoolbesturen samen of het betrokken LOP, uiterlijk tien kalenderdagen na ontvangst van het negatieve besluit, om de aanmeldingsprocedure te organiseren volgens een standaarddossier, of af te zien van een aanmel dingsprocedure. In dat geval zijn de bepalingen, vermeld in onderafdeling 2, van toepassing.".

Art. 40.In artikel 253/15 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt de zin "Deze voorrang bedraagt ook in geval van meer ondervertegenwoordigde groepen, in totaal maximum 20 procent van de bepaalde capaciteit." vervangen door de zinnen "De voorrang wordt toegepast tot maximaal 20% van de bepaalde capaciteit bezet wordt door de leerlingen behorende tot één of meerdere ondervertegenwoordigde groepen. Ook in geval van meerdere ondervertegenwoordigde groepen bedraagt de voorrang maximaal 20% van de bepaalde capaciteit, vermeld in artikel 253/13."; 2° in paragraaf 1 wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: "Als het LOP of een schoolbestuur opteert voor meer ondervertegenwoordigde groepen, bepaalt het LOP of een schoolbestuur ook telkens welke groep in de ordening voorrang heeft op welke andere groep."; 3° aan paragraaf 1 worden een derde tot en met een achtste lid toegevoegd, die luiden als volgt: "Het LOP kan een voorstel uitwerken over de voorrang van ondervertegenwoordigde groepen in de scholen die in zijn werkingsgebied liggen, zowel wat betreft het aandeel van de capaciteit die scholen voorbehouden als het bepalen van de inhoudelijke afbakening van de lokaal gekozen ondervertegenwoordigde groep.Dat voorstel wordt goedgekeurd door een meerderheid van de onderwijspartners van het LOP, vermeld in artikel VIII.4/1, § 1, eerste lid, 1° tot en met 3°, van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016. De scholen gelegen in het werkingsgebied van een LOP respecteren hierover de gemaakte afspraken in het LOP. Het LOP legt het voorstel ter bekrachtiging voor aan de gemeenteraad van de gemeente of van de gemeenten waarin de vestigingsplaatsen liggen die de voorrang toepassen.

Als de gemeenteraad een voorstel van een LOP een eerste keer niet bekrachtigt, werkt het LOP een nieuw voorstel uit. Het nieuwe voorstel wordt goedgekeurd door een meerderheid van de onderwijspartners van het LOP, vermeld in artikel VIII.4, § 1, eerste lid, 1° tot en met 3°, van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016. Het LOP legt dat nieuwe voorstel ter bekrachtiging voor aan de gemeenteraad van de gemeente of van de gemeenten waarin de vestigingsplaatsen liggen die de voorrang toepassen.

Als een eerste voorstel reeds bekrachtigd werd door de gemeenteraad, dan kan die gemeenteraad, wanneer een nieuw voorstel wordt voorgelegd ter bekrachtiging aan die gemeenteraad, ervoor kiezen om dat eerste voorstel te vervangen door het nieuwe voorstel. Als het nieuwe voorstel, vermeld in het vierde lid, bekrachtigd wordt, vervangt het nieuwe voorstel het eerste voorstel.

Als het nieuwe voorstel niet bekrachtigd wordt, wordt het eerste voorstel, vermeld in het derde lid, behouden voor de vestigingsplaatsen die in de gemeente liggen waar de gemeenteraad het eerste voorstel bekrachtigd heeft.

Als de gemeenteraad een voorstel bekrachtigt, passen de vestigingsplaatsen die in die gemeente liggen, het voorstel toe.

Als een gemeenteraad geen voorstel bekrachtigt, kunnen de schoolbesturen zelf beslissen voor de vestigingsplaatsen die in het werkingsgebied van het LOP liggen, welke ondervertegenwoordigde groepen ze toepassen."; 4° in paragraaf 2, eerste lid, wordt de zin "Zij gebruiken hiervoor het model zoals vastgelegd door de Vlaamse Regering, vermeld in artikel 253/13, laatste lid." opgeheven; 5° in paragraaf 2, tweede lid, wordt de datum "1 december" vervangen door de datum "15 september" en wordt een zin toegevoegd die luidt als volgt: "De inhoudelijke afbakening van de lokaal gekozen ondervertegenwoordigde groepen maken geen deel uit van het standaarddossier of afwijking op het standaarddossier, vermeld in artikel 253/12.".

Art. 41.Artikel 253/16 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten en gewijzigd bij de decreten van 22 november 2019, 8 mei 2020 en 25 juni 2021, wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 253/16.§ 1. Voor de inschrijvingen ordent het schoolbestuur of, na akkoord van de betrokken schoolbesturen, het schoolbestuur dat daarvoor gemandateerd is of het LOP, op het einde van de aanmeldingsperiode voor zijn school of voor elk van zijn scholen alle aangemelde leerlingen op de volgende wijze: 1° eerst de leerlingen die tot dezelfde leefentiteit behoren, vermeld in artikel 253/14, eerste lid, 1° ;2° dan de kinderen van een ouder die personeelslid is, vermeld in artikel 253/14, eerste lid, 2° ;3° in voorkomend geval, dan de leerlingen die behoren tot de ondervertegenwoordigde groep, vermeld in artikel 253/15;4° tot slot de overige leerlingen, in voorkomend geval met inbegrip van de leer lingen, die overblijven na de toepassing van de criteria, vermeld in punt 1° tot en met 3°, volgens een van de volgende ordeningscriteria: a) toeval;b) de plaats van de school of vestigingsplaats binnen de rangorde in de keuze die de betrokken personen hebben gemaakt, en dan toeval;c) toeval en dan de plaats van de school of vestigingsplaats binnen de rangorde in de keuze die de betrokken personen hebben gemaakt. Het schoolbestuur, de schoolbesturen samen of het LOP hanteren bij het ordenen van de aangemelde leerlingen het ordeningscriterium of de combinatie van ordeningscriteria uit het standaarddossier dat ze hebben onderschreven, of de eventuele afwijkingen daarop, zoals de CLR ze heeft goedgekeurd. § 2. Als de vooraf bepaalde capaciteit, vermeld in artikel 253/13, al bereikt wordt binnen de leerlingengroep, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, 1°, 2° of 3°, worden de leerlingen binnen die leerlingengroep in kwestie geordend volgens de volgorde van de voorrangsgroepen en volgens het ordeningscriterium of de combinatie van ordeningscriteria, zoals de overige leerlingen als vermeld in het eerste lid, 4°, en vermeld in het standaarddossier dat door hen is onderschreven, of de eventuele afwijkingen daarop zoals de CLR ze heeft goedgekeurd. § 3. In voorkomend geval wordt aan een leerling die voor meerdere scholen of vestigingsplaatsen gunstig gerangschikt is, de hoogste school of vestigingsplaats van voorkeur toegewezen en wordt die leerling verwijderd in de scholen of vestigings plaatsen van lagere keuze.

Het schoolbestuur, de schoolbesturen samen of het LOP kunnen beslissen dat na de definitieve toewijzing geen leerlingen kunnen zijn die elkaars hogere keuze hebben. Deze beslissing mag er niet toe leiden dat de voorrang van een geweigerde leerling geschonden zou worden.".

Art. 42.In artikel 253/17, § 2, van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het tweede lid wordt tussen het woord "ordeningscriteria" en het woord "eerstvolgend" de zinsnede "en voorrangsgroepen als vermeld in artikel 253/14 tot en met 253/16," ingevoegd;2° in het derde lid worden tussen de woorden "volgens de" en de woorden "daartoe gekozen" de woorden "volgorde van de voorrangsgroepen en de" inge voegd;3° in het zevende lid worden de woorden "disfuncties en eerstelijnsklachten" vervangen door de zinsnede "de klachten, de vaststellingen en de vragen".

Art. 43.In artikel 253/18 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, tweede lid, wordt de zinsnede "253/16" vervangen door de zinsnede "253/17"; 2° in paragraaf 2, eerste lid, wordt de zinsnede ", rekening houdend met de voorrangsgroepen, gerespecteerd en dit tot en met de vijfde schooldag van oktober van het schooljaar waarop de inschrijving betrekking had." vervangen door de zinsnede "gerespecteerd, met inbegrip van de volgorde van de voorrangsgroepen, in voorkomend geval met het oog op het bereiken van hun respectieve aandeel en dat tot en met de vijfde schooldag van oktober van het schooljaar waarop de inschrijving betrekking had.".

Art. 44.In artikel 253/20, eerste lid, van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in punt 1° wordt punt a) vervangen door wat volgt: "a) hetzij beschikken over een jeugdhulpverleningsbeslissing voor de functie verblijf, namelijk aangepaste woon- en leefomgeving onder toezicht en begeleiding, bij een jeugdhulpaanbieder op verwijzing van een gemandateerde voorziening of een Sociale Dienst Jeugdrechtbank;"; 2° aan punt 1° worden een punt d) en een punt e) toegevoegd, die luiden als volgt: "d) hetzij geadopteerd zijn in een gezin dat beschikt over een verzoekschrift tot binnen- of buitenlandse adoptie dat ingediend is bij de bevoegde rechtbank, of, bij gebrek daaraan, een buitenlandse adoptiebeslissing of een buitenlandse beslissing tot plaatsing met het oog op adoptie; e) hetzij beschikken over een verslag als vermeld in artikel 294;"; 3° in punt 3° wordt de zinsnede "disfunctiecommissie, zoals bepaald in artikel 253/11, § 3, toestemming heeft verleend" vervangen door de zinsnede "ombudsdienst inschrijvingen of de CLR, vermeld in artikel 253/11, § 3 tot en met § 5, gunstig advies heeft verleend of de uitzonderlijke situatie heeft beves tigd."; 4° er wordt een punt 4° toegevoegd, dat luidt als volgt: "4° voor de toelating van leerlingen die in het lopende schooljaar of na de eerste schooldag van maart van het schooljaar voorafgaand aan het schooljaar waarvoor de inschrijving wordt gevraagd, veranderd zijn van domicilieadres en veranderd zijn van gemeente.".

Art. 45.In artikel 253/22, eerste lid, van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt punt d) vervangen door wat volgt: "d) per administratieve groep of combinatie van administratieve groepen, al dan niet per vestigingsplaats.".

Art. 46.In artikel 253/24, § 1, van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in punt 1° wordt punt a) vervangen door wat volgt: "a) hetzij beschikken over een jeugdhulpverleningsbeslissing voor de functie verblijf, namelijk aangepaste woon- en leefomgeving onder toezicht en begeleiding, bij een jeugdhulpaanbieder op verwijzing van een gemandateerde voorziening of een Sociale Dienst Jeugdrechtbank;"; 2° aan punt 1° worden een punt d) en een punt e) toegevoegd, die luiden als volgt: "d) hetzij geadopteerd zijn in een gezin dat beschikt over een verzoekschrift tot binnen- of buitenlandse adoptie dat ingediend is bij de bevoegde rechtbank, of, bij gebrek daaraan, een buitenlandse adoptiebeslissing of een buitenlandse beslissing tot plaatsing met het oog op adoptie; e) hetzij beschikken over een verslag als vermeld in artikel 294."; 3° er wordt een punt 3° toegevoegd, dat luidt als volgt: "3° voor de toelating van leerlingen die in het lopende schooljaar of na de eerste schooldag van maart van het schooljaar voorafgaand aan het schooljaar waarvoor de inschrijving wordt gevraagd, veranderd zijn van domicilieadres en veranderd zijn van gemeente.".

Art. 47.In artikel 253/26 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt: " § 1.Een schoolbestuur, of het daartoe gemandateerde schoolbestuur of het LOP, dat een leerling weigert, deelt haar beslissing binnen een termijn van zeven kalenderdagen schriftelijk of digitaal mee aan de ouders van de leerling en aan de bevoegde diensten van de Vlaamse Gemeenschap via de administratieve toepassingen voor het uitwisselen van leerlingengegevens tussen scholen en het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming. De bevoegde diensten van de Vlaamse Gemeenschap bezorgen die melding aan het LOP. Die melding bevat het rijksregisternummer en de identificatiegegevens van de leerlingen en de feitelijke en juridische grond van de weigering. De Vlaamse Regering kan de regels bepalen over de opslagperioden en de verwerkingsactiviteiten en procedures, waaronder maatregelen om te zorgen voor een behoorlijke, veilige en transparante verwerking. De weigeringsdocumenten worden ook, op vraag van de ouders, op papier ter beschikking gesteld."; 2° in paragraaf 2 wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: "Het model, vermeld in het eerste lid, bevat al de volgende elementen: 1° de feitelijke en de juridische grond van de beslissing tot weigering; 2° de informatie over de mogelijkheden voor bemiddeling, eerstelijnsklachten en het indienen van een klacht bij de CLR.".

Art. 48.In artikel 253/28 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt de zin "Bij een weigering op basis van andere bepalingen dan deze van artikel 253/25 start het LOP een bemiddeling wanneer de betrokken personen er uitdrukkelijk om verzoeken." vervangen door de zin "In de volgende gevallen start het LOP een bemiddeling als de betrokken personen er uitdrukkelijk om verzoeken: 1° bij een weigering als vermeld in artikel 253/27, § 1, eerste lid, 1° of 5° ;2° bij een weigering op basis van artikel 253/25, § 1, § 2 en § 3; 3° bij een ontbinding van de inschrijving als vermeld in artikel 253/27, § 1, eerste lid, 4° ;4° bij een uitschrijving op basis van een inschrijving in een andere school als vermeld in artikel 253/5 en als vermeld in artikel 253/27 § 1, eerste lid, 3°."; 2° paragraaf 2 wordt vervangen door wat volgt: " § 2.Het LOP bemiddelt binnen tien kalenderdagen na het verzoek van de betrokken personen of na de afgifte van het weigeringsdocument, vermeld in artikel 253/26, § 1, tussen de leerling en de betrokken personen en de schoolbesturen van de scholen binnen het werkingsgebied, met het oog op een definitieve inschrijving van de leerling in een school. De bemiddeling schort de termijn van dertig kalenderdagen, vermeld in artikel 253/30, § 1, tweede lid, op."; 3° in paragraaf 3, eerste lid, worden de woorden "over de gegrondheid van de weigeringsbeslissing" vervangen door de zinsnede "over de gegrondheid van de weigeringsbeslissing of de ontbinding van de inschrijving of de uitschrijving, conform artikel 253/30, § 2"; 4° paragraaf 3, tweede lid, wordt vervangen door wat volgt: "Het oordeel van de CLR wordt uiterlijk binnen een termijn van zeven kalenderdagen schriftelijk of elektronisch verstuurd naar de betrokkenen."; 5° paragraaf 4 en paragraaf 5 worden opgeheven.

Art. 49.In artikel 253/29 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de woorden "per provincie" en de woorden "en een onderwijsinspecteur" worden opgeheven;2° het woord "opnemen" wordt vervangen door het woord "opneemt".

Art. 50.In artikel 253/30 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt: " § 1.Betrokken personen en andere belanghebbenden kunnen in de volgende gevallen al dan niet na een bemiddelingsprocedure door het LOP of na behandeling door de ombudsdienst inschrijvingen, een schriftelijke klacht indienen bij de CLR: 1° bij een weigering als vermeld in artikel 253/27, § 1, eerste lid, 1°, 2° of 5° ;2° bij een ontbinding van de inschrijving als vermeld in artikel 253/27, § 1, eerste lid, 4° ;3° bij een uitschrijving op basis van een inschrijving in een andere school als vermeld in artikel 253/5 en als vermeld in artikel 253/27, § 1, eerste lid, 3° ; 4° klachten die na dertig kalenderdagen nadat de betwiste feiten zijn vast gesteld, ingediend worden, zijn onontvankelijk."; 2° in paragraaf 2, eerste lid, wordt het woord "weigering" vervangen door het woord "klacht"; 3° paragraaf 2, tweede lid, wordt vervangen door wat volgt: "Het oordeel van de CLR wordt uiterlijk binnen een termijn van zeven kalenderdagen schriftelijk of elektronisch verstuurd naar de betrokkenen."; 4° aan paragraaf 2 wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "In geval van een klacht als vermeld in artikel 253/27, § 1, eerste lid, 4°, blijft de leerling ingeschreven in de school tot het oordeel van de CLR aan de betrokkenen kenbaar is gemaakt en wordt de termijn van een maand, vakantieperioden niet inbegrepen, vermeld in artikel 253/6, § 2, derde lid, ook tot dat moment opgeschort."; 5° in paragraaf 3, eerste lid, worden de woorden "de weigering" vervangen door de zinsnede "een weigering als vermeld in artikel 253/27, § 1, eerste lid, 1°, 2° of 5°, een ontbinding van de inschrijving als vermeld in artikel 253/27, § 1, eerste lid, 4°, of een uitschrijving op basis van een inschrijving in een andere school als vermeld in artikel 253/5 en als vermeld in artikel 253/27, § 1, eerste lid, 3°, ";6° in paragraaf 3, tweede lid, wordt de zinsnede "een weigering op basis van artikel 253/6" vervangen door de zinsnede "een ontbinding van de inschrijving als vermeld in artikel 253/27, § 1, eerste lid, 4°, ";7° in paragraaf 4 worden de woorden "de weigering" vervangen door de zinsnede "een weigering als vermeld in artikel 253/27, § 1, eerste lid, 1°, 2° of 5°, een ontbinding van de inschrijving als vermeld in artikel 253/27, § 1, eerste lid, 4°, of een uitschrijving op basis van een inschrijving in een andere school als vermeld in artikel 253/5 en als vermeld in artikel 253/27, § 1, eerste lid, 3°, ".

Art. 51.In artikel 253/31, § 1, eerste lid, van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt de zinsnede "als vermeld in artikel 253/28, § 5" vervangen door de zinsnede "als vermeld in artikel 253/30, § 4". HOOFDSTUK 4. - Wijziging van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016

Art. 52.In artikel VIII.1 van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, bekrachtigd bij het decreet van 23 december 2016Relevante gevonden documenten type decreet prom. 23/12/2016 pub. 13/02/2017 numac 2017020115 bron vlaamse overheid Decreet aangaande de bekrachtiging van de codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs, gecodificeerd op 28 oktober 2016 type decreet prom. 23/12/2016 pub. 29/12/2016 numac 2016036695 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2017 sluiten, worden punt 2°, 3°, 5° en 7° opgeheven.

Art. 53.In artikel VIII.2 van dezelfde codificatie wordt de zinsnede "in hoofdstuk IV, afdeling 3 van het decreet basisonderwijs en in deel III, titel 2, hoofdstuk 1/1 en 1/2 van de Codex Secundair Onderwijs" vervangen door de zinsnede "in hoofdstuk IV/1, IV/2 en IV/3 van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, en in deel IV, titel 2, hoofdstuk 1/1 en 1/2, en deel V, titel 2, hoofdstuk 2, afdeling 2, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010".

Art. 54.Artikel VIII.4 van dezelfde codificatie, gewijzigd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt vervangen door wat volgt: "Art. VIII.4. § 1. Een lokaal overlegplatform basisonderwijs omvat alle ondergenoemde stemgerechtigde participanten die in het werkingsgebied aanwezig zijn en zich aanmelden: 1° de directies en schoolbesturen van alle in het werkingsgebied gelegen scholen;2° directies en schoolbesturen van de niet in het werkingsgebied gelegen scholen voor buitengewoon onderwijs wanneer tussen deze scholen en de in het werkingsgebied gelegen scholen frequent leerlingenstromen bestaan;3° de directies en schoolbesturen van de centra voor leerlingenbegeleiding die de in het werkingsgebied gelegen scholen begeleiden;4° een lokale vertegenwoordiger van elke representatieve vakorganisatie die de beroepsbelangen van het personeel van de in het werkingsgebied gelegen scholen behartigt;5° twee lokale vertegenwoordigers van erkende ouderverenigingen;6° in totaliteit ten hoogste tien vertegenwoordigers van: a) lokale socio-culturele en/of -economische partners;b) vertegenwoordigers van organisaties van etnisch-culturele minderheden;c) vereniging waar armen het woord nemen;7° een vertegenwoordiger van het Agentschap Integratie en Inburgering;8° een vertegenwoordiger van de integratiedienst;9° een vertegenwoordiger van het schoolopbouwwerk;10° een vertegenwoordiger van het betrokken gemeentebestuur of de betrokken gemeentebesturen-in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad: van de Vlaamse Gemeenschapscommissie.Deze persoon treedt niet op in de hoedanigheid van vertegenwoordiger van de gemeente, respectievelijk de Vlaamse Gemeenschapscommissie als schoolbestuur.

De Vlaamse Regering bepaalt welke organen worden belast met de coördinatie van het aanduiden van de in het eerste lid, 4°, 5°, 6°, b) en c), en 7°, bedoelde participanten. De in het eerste lid, 1°, 2°, 3°, 4°, 5°, 7°, 8° en 10°, bedoelde participanten duiden bij een eerste samenkomst de in het eerste lid, 6°, a), b) en c), en 9°, bedoelde participanten aan. Zij worden daartoe samengeroepen door de in paragraaf 3 bedoelde deskundige.

Het totaal aantal participanten, vermeld in het eerste lid, 4° tot en met 10°, is steeds kleiner dan het totaal aantal participanten, vermeld in het eerste lid, 1° tot en met 3°. § 2. De Vlaamse Regering stelt na overleg met het lokaal overlegplatform een voorzitter aan, die vertrouwd is met het ruime onderwijsveld. De voorzitter zetelt niet in een schoolbestuur en is geen personeelslid van één van de betrokken scholen, scholengroepen, scholengemeenschappen of centra voor leerlingenbegeleiding, met uitzondering van de vertegenwoordiger van het betrokken lokaal bestuur, of in voorkomend geval, de betrokken lokale besturen.

De Vlaamse Regering bepaalt de wijze waarop de voorzitter wordt vergoed. § 3. De Vlaamse Regering voorziet, rekening houdend met artikel VIII.3, § 2, eerste lid, in de subsidiëring van een deskundige die de inhoudelijke en organisatorische ondersteuning van het lokaal overlegplatform waarneemt. Zij bepaalt de nadere aanwervings- en functioneringsvoorwaarden van de deskundige.

De deskundige kan niet worden aangesteld als voorzitter. § 4. De schoolbesturen zoals bedoeld in artikel VIII.4, § 1, 1°, 2° en 3°, kunnen zich respectievelijk laten vertegenwoordigen door een directie van de school van het eigen schoolbestuur of door een directie van een centrum voor leerlingenbegelei ding van het eigen schoolbestuur.".

Art. 55.Artikel VIII.5 van dezelfde codificatie, gewijzigd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt vervangen door wat volgt: "Art. VIII.5. Een lokaal overlegplatform basisonderwijs heeft volgende opdrachten: 1° het opmaken van een omgevingsanalyse inzake ongelijke onderwijskansen binnen het werkingsgebied.De participanten van het lokaal overleg leveren daartoe de noodzakelijke kwantitatieve en kwalitatieve gegevens; 2° het maken van afspraken inzake het nastreven van de doelstellingen inzake gelijke kansen;3° het maken van afspraken inzake de opvang, het aanbod en de toeleiding van leerlingen naar het onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers en de opvolging van gewezen anderstalige nieuwkomers in het gefinancierd of gesubsidieerd onderwijs;4° het maken van afspraken inzake de uitoefening van de bemiddelingsbevoegdheid;5° het maken van afspraken over de toepassing van de voorrang zoals bepaald in hoofdstuk IV/1 en hoofdstuk IV/3 van het decreet basisonderwijs;6° het maken van afspraken over de communicatie over het inschrijvingsbeleid van de scholen en de afstemming ervan op de communicatie door de Vlaamse overheid;7° het maken van afspraken over de startdata van de inschrijvingen;8° het maken van afspraken over het verhogen van de kleuterparticipatie;9° het uitwerken van aanvullende bepalingen over het positieve engagement van ouders ten aanzien van de onderwijstaal. Een lokaal overlegplatform kan beslissen om bijkomende opdrachten op te nemen.

De Vlaamse Regering kan bijkomende opdrachten toewijzen aan de lokale overlegplatforms.".

Art. 56.In artikel VIII.5/1, eerste lid, van dezelfde codificatie, ingevoegd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten en gewijzigd bij de decreten van 22 november 2019, 8 mei 2020 en 25 juni 2021, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° punt 5° wordt vervangen door wat volgt: "5° het maken van afspraken over de toepassing van de voorrang, vermeld in deel IV, titel 2, hoofdstuk 1/1 en hoofdstuk 1/2, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010;"; 2° in punt 9° wordt de zinsnede "zoals bepaald in artikel 253/15" vervangen door de zinsnede "vermeld in artikel 253/15 en 253/46".

Art. 57.Aan artikel VIII.8, § 4, van dezelfde codificatie, vervangen bij de decreten van 17 mei 2019, en gewijzigd bij de decreten van 22 november 2019, 8 mei 2020 en 25 juni 2021, wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De samenstelling, vermeld in het eerste lid, geldt ook als de Commissie voor het schooljaar 2023-2024 en verder adviseert en oordeelt naar recht over de klachten die betrekking hebben op het passende alternatief conform artikel 37/43/4 van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 en artikel 295/15 van de Codex Secundair Onderwijs.".

Art. 58.In artikel VIII.9 van dezelfde codificatie, vervangen bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, en gewijzigd bij de decreten van 22 november 2019, 8 mei 2020 en 25 juni 2021, wordt het eerste lid vervangen door wat volgt: "De Commissie adviseert en oordeelt naar recht over het recht op inschrijving voor inschrijvingen tot en met het schooljaar 2022-2023 conform artikel 37quater decies en 37sedecies van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, en arti kel 110/14 en 110/16 van de Codex Secundair Onderwijs, en voor inschrijvingen voor het schooljaar 2023-2024 en verder conform artikel 37/14, 37/33, 37/34, 37/68, 37/69 en 37/70 van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, en artikel 253/10, 253/28, 253/30, 253/31, 235/59, 253/60 en 253/61 van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010, en ook bij een weigering of een uitschrijving op basis van een inschrijving in een andere school conform artikel 37/43/4 van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 en artikel 295/15 van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010.".

Art. 59.In artikel VIII.10 van dezelfde codificatie, gewijzigd bij het decreet van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/05/2019 pub. 26/07/2019 numac 2019041360 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat het inschrijvingsrecht betreft sluiten, wordt de zinsnede "deel II" vervangen door de zinsnede "deel IV". HOOFDSTUK 5. - Slotbepaling

Art. 60.Dit decreet treedt in werking op 1 september 2022.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 4 februari 2022.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand, B. WEYTS _______ Nota (1) Zitting 2021-2022 Documenten: - Ontwerp van decreet : 1054 - Nr.1 - Verslag : 1054 - Nr. 2 - Amendementen ingediend na verslag : 1054 - Nr. 3 - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 1054 - Nr. 4 Handelingen - Bespreking en aanneming: Vergadering van 2 februari 2022.

^