Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 11 december 2015
gepubliceerd op 27 januari 2016

Besluit van de Vlaamse Regering houdende de subsidiëring van de verwerving, de inrichting, de renovatie en de uitbreiding van terreinen voor woonwagenbewoners

bron
vlaamse overheid
numac
2016035042
pub.
27/01/2016
prom.
11/12/2015
ELI
eli/besluit/2015/12/11/2016035042/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

11 DECEMBER 2015. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende de subsidiëring van de verwerving, de inrichting, de renovatie en de uitbreiding van terreinen voor woonwagenbewoners


De Vlaamse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, artikel 20;

Gelet op het decreet van 15 juli 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/07/1997 pub. 19/08/1997 numac 1997036023 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de Vlaamse Wooncode sluiten houdende de Vlaamse Wooncode, artikel 33, § 1, vierde lid, 9° ;

Gelet op het decreet van 27 maart 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/03/2009 pub. 15/05/2009 numac 2009035411 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het grond- en pandenbeleid sluiten betreffende het grond- en pandenbeleid, artikel 4.1.4, § 2, derde lid, 3° ;

Gelet op het decreet van 8 juli 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/07/2011 pub. 05/08/2011 numac 2011035642 bron vlaamse overheid Decreet houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof sluiten houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof, artikel 57;

Gelet op het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 19/06/2014 numac 2014202522 bron vlaamse overheid Decreet houdende een subsidie voor investeringen in residentiële woonwagenterreinen en doortrekkersterreinen voor woonwagenbewoners type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten houdende een subsidie voor investeringen in residentiële woonwagenterreinen en doortrekkersterreinen voor woonwagenbewoners, artikel 5, tweede lid, en artikel 7;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 12/05/2000 pub. 10/08/2000 numac 2000035752 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende de subsidiëring van de verwerving, de inrichting, de renovatie en de uitbreiding van woonwagenterreinen voor woonwagenbewoners sluiten houdende de subsidiëring van de verwerving, de inrichting, de renovatie en de uitbreiding van woonwagenterreinen voor woonwagenbewoners;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 9 september 2015;

Gelet op het advies van de Vlaamse Woonraad, gegeven op 15 oktober 2015;

Gelet op advies 58.442/3 van de Raad van State, gegeven op 2 december 2015, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten van de Raad van State, gecoördineerd op12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : 1° agentschap : het agentschap Wonen-Vlaanderen van het Vlaams Ministerie van Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed;2° collectief dienstgebouw : één of meer als een geheel te beschouwen gebouwvolumes met voorzieningen voor het gemeenschappelijke gebruik door woonwagenbewoners;decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 19/06/2014 numac 2014202522 bron vlaamse overheid Decreet houdende een subsidie voor investeringen in residentiële woonwagenterreinen en doortrekkersterreinen voor woonwagenbewoners type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten : het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 19/06/2014 numac 2014202522 bron vlaamse overheid Decreet houdende een subsidie voor investeringen in residentiële woonwagenterreinen en doortrekkersterreinen voor woonwagenbewoners type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten houdende een subsidie voor investeringen in residentiële woonwagenterreinen en doortrekkersterreinen voor woonwagenbewoners;4° individueel dienstgebouw : één of meer gebouwvolumes met voorzieningen voor het individuele gebruik door woonwagenbewoners;5° initiatiefnemer : een instantie als vermeld in artikel 6 van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 19/06/2014 numac 2014202522 bron vlaamse overheid Decreet houdende een subsidie voor investeringen in residentiële woonwagenterreinen en doortrekkersterreinen voor woonwagenbewoners type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten;6° inrichting : de hiernavolgende werken : a) infrastructuurwerken als vermeld in artikel 1, 10° /1 van het Financieringsbesluit van 21 december 2012;b) de oprichting van collectieve dienstgebouwen;c) de oprichting van individuele dienstgebouwen;7° minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting;8° standplaats : een afgebakende ruimte op een woonwagenterrein voor het plaatsen van een woonwagen;9° Vlaamse Wooncode : het decreet van 15 juli 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/07/1997 pub. 19/08/1997 numac 1997036023 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de Vlaamse Wooncode sluiten houdende de Vlaamse Wooncode : 10° woonwagenterrein : een residentieel woonwagenterrein of een doortrekkersterrein voor woonwagenbewoners.

Art. 2.Binnen de daartoe op de begroting van de Vlaamse Gemeenschap beschikbare kredieten kan de minister, onder de voorwaarden van dit besluit en de uitvoeringsmaatregelen ervan, de subsidie, vermeld in artikel 5 van het decreet van 28 maart 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/03/2014 pub. 19/06/2014 numac 2014202522 bron vlaamse overheid Decreet houdende een subsidie voor investeringen in residentiële woonwagenterreinen en doortrekkersterreinen voor woonwagenbewoners type decreet prom. 28/03/2014 pub. 22/08/2014 numac 2014035709 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de landinrichting sluiten, verlenen aan de initiatiefnemers die, afzonderlijk of in onderlinge samenwerking, overgaan tot de verwerving, de inrichting, de renovatie of de uitbreiding van woonwagenterreinen.

Onder renovatie wordt de uitvoering verstaan van structurele of bouwfysische ingrepen die aan volgende voorwaarden cumulatief voldoen : a) de ingrepen hebben betrekking op de infrastructuur, op de collectieve of individuele dienstgebouwen of op de technische uitrusting van het woonwagenterrein of de dienstgebouwen;b) de ingrepen gebeuren voor het volledige woonwagenterrein of voor alle standplaatsen of dienstgebouwen die in dezelfde fase zijn gerealiseerd.

Art. 3.§ 1. Het woonwagenterrein ligt in een gezonde omgeving, waar gemakkelijk een aansluiting op bestaande infrastructuur gerealiseerd kan worden. In de omgeving zijn primaire voorzieningen van dagelijkse, commerciële, dienstverlenende en socioculturele aard beschikbaar.

De omvang van het woonwagenterrein stemt overeen met de lokale behoeften. De oppervlakte van een standplaats op een residentieel woonwagenterrein bedraagt minimaal 150 m² en maximaal 250 m² en de standplaats is uitgerust met een individueel dienstgebouw. De oppervlakte van een standplaats op een doortrekkersterrein bedraagt minimaal 100 m² en maximaal 200 m².

Elke nieuwe inplanting of uitbreiding van een bestaand woonwagenterrein wordt vóór de subsidieaanvraag besproken op een lokaal woonoverleg als vermeld in artikel 28, § 2, tweede lid, van het decreet van 15 juli 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/07/1997 pub. 19/08/1997 numac 1997036023 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de Vlaamse Wooncode sluiten houdende de Vlaamse Wooncode. Op het lokaal woonoverleg wordt besproken op welke manier het woonwagenterrein tegemoetkomt aan de lokale behoeften en hoe de inspraak van de woonwagenbewoners gewaarborgd zal worden. § 2. De initiatiefnemer wijst een contactpersoon aan met ervaring en deskundigheid inzake wonen, woonwagenbewoners of integratie, die als aanspreekpunt fungeert en de inspraak van de woonwagenbewoners bevordert in alle aangelegenheden met betrekking tot het woonwagenterrein. § 3. De initiatiefnemer verbindt zich ertoe : 1° het woonwagenterrein, waarvoor een subsidie werd verkregen, in te richten en in gebruik te nemen binnen het jaar na de voorlopige oplevering van de collectieve of individuele dienstgebouwen of de uitgevoerde renovatiewerken;2° in geval van verwerving van een onroerend goed met het oog op de inrichting van een woonwagenterrein, waarvoor een subsidie werd verkregen, een ontwerpdossier als vermeld in artikel 9, § 1, in te dienen binnen twee jaar na de uitbetaling van het saldo, vermeld in art.10, § 1, 2° ; 3° de subsidie terug te betalen, vermeerderd met de wettelijke intresten, als hij zich niet houdt aan de verbintenissen, vermeld in punt 1° en 2° of, in voorkomend geval, aan de verbintenis, vermeld in het derde lid;4° de subsidie pro rata terug te betalen, vermeerderd met de wettelijke intresten, als hij de bestemming van het terrein wijzigt zonder de toestemming van het agentschap;5° de subsidie pro rata terug te betalen, vermeerderd met de wettelijke intresten, als hij het woonwagenterrein geheel of gedeeltelijk vervreemdt binnen een termijn van twintig jaar na de ingebruikname vermeld in punt 1° ;6° de subsidie pro rata terug te betalen, vermeerderd met de wettelijke intresten, als hij de normen, vermeld in artikel 4, niet naleeft. De bepalingen, vermeld in het eerste lid, 3° tot 6° gelden met behoud van de toepassing van artikel 13 van de wet van 16 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/05/2003 pub. 25/06/2003 numac 2003003343 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof type wet prom. 16/05/2003 pub. 30/07/2015 numac 2015000394 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof.

Als de initiatiefnemer de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een sociale huisvestingsmaatschappij is, verbindt hij zich ertoe met de gemeente of het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn een overeenkomst te sluiten voor het beheer van het woonwagenterrein. § 4. De initiatiefnemer verbindt zich er toe de woonwagenbewoners te sensibiliseren inzake de kwaliteit van hun woonwagen aan de hand van het richtinggevend model van technisch verslag van het onderzoek van de kwaliteit van woonwagens, dat de minister vaststelt.

De initiatiefnemer van een residentieel woonwagenterrein verbindt er zich toe geen woonwagens toe te laten groter dan 200 m®. De initiatiefnemer van een doortrekkersterrein verbindt er zich toe geen woonwagens toe te laten groter dan 150 m®.

Als de initiatiefnemer de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een sociale huisvestingsmaatschappij is, verbindt hij zich ertoe in de overeenkomst, vermeld in paragraaf 3, derde lid, afspraken te maken over die sensibilisering. § 5. Als de initiatiefnemer een beroep wil doen op een private eigenaar om het aanbod aan woonwagenterreinen uit te breiden, sluit hij er een overeenkomst mee. In de schriftelijke overeenkomst worden minstens volgende elementen opgenomen : 1° de verbintenis om de grond ter beschikking te stellen van de initiatiefnemer voor minstens twintig jaar, te rekenen vanaf de dag van de ingebruikname van het woonwagenterrein;2° de kostprijs van de terbeschikkingstelling;3° de bestemming van de op het terrein opgerichte constructies bij het beëindigen van de overeenkomst;4° de opzeggingsmodaliteiten.

Art. 4.De toekenning van de subsidie is afhankelijk van de naleving van de normen die de minister vaststelt voor een minimale uitrusting met individuele en collectieve nutsvoorzieningen, voor de wegen-, riolerings- en omgevingswerken, voor de individuele en collectieve dienstgebouwen, voor de standplaatsen en voor het beheer.

Art. 5.Het bedrag van de subsidie wordt vastgesteld op 100% van de kostprijs voor de verwerving, inrichting of uitbreiding van een woonwagenterrein.

Het bedrag van de subsidie wordt vastgesteld op 90% van de kostprijs voor de renovatie van een woonwagenterrein.

Art. 6.§ 1. Voor de verwerving van een onroerend goed met het oog op de inrichting van een woonwagenterrein komen de volgende investeringen in aanmerking voor de subsidie : 1° de aankoopprijs of de kosten van de onteigeningsvergoeding, 2° de registratie- en notariskosten, 3° de kosten voor de opmeting van het onroerend goed;4° de kosten voor het grondmechanisch en milieutechnisch onderzoek; De initiatiefnemer dient bij de verwerving steeds beroep te doen op de Vlaamse Belastingdienst met toepassing van artikel 5 van het decreet van 19 december 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 19/12/2014 pub. 12/01/2015 numac 2015035015 bron vlaamse overheid Decreet houdende de Vlaamse vastgoedcodex sluiten houdende de Vlaamse Vastgoedcodex. De aankoopprijs of de kosten van de onteigeningsvergoeding, vermeld in het eerste lid, 1°, worden beperkt tot de raming die in dat kader wordt opgemaakt door de Vlaamse commissarissen. § 2. Voor de inrichting, de renovatie en de uitbreiding van een woonwagenterrein komen de volgende kosten in aanmerking voor de subsidie : 1° de kostprijs van de opdracht, zoals die bij de eindafrekening wordt vastgesteld;2° de kostprijs voor de uitvoering van aanvullende werken die overeenkomstig artikel 26, § 1, 2°, a), van de Wet Overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 via onderhandelingsprocedure aan dezelfde opdrachtnemer gegund wordt als de hoofdopdracht;3° de kosten voor archeologische prospecties en opgravingen en, voor zover ze niet begrepen zijn in de kostprijs, vermeld in paragaaf 1, eerste lid, 4°, voor het grondmechanisch en milieutechnisch onderzoek, die nodig zijn voor de uitvoering van de werken. De kosten, vermeld in het eerste lid, zijn beperkt tot het initieel goedgekeurde aanbestedingsbedrag.

Het ereloon van de ontwerper, de kosten voor de aanbesteding en de kosten van het toezicht op de uitvoering worden als algemene kosten van de opdracht beschouwd en worden forfaitair vastgesteld op 7 % van de subsidiabele kosten, vermeld in het eerste lid.

Als de werkzaamheden in eigen beheer worden uitgevoerd, wordt de subsidie berekend op basis van de kostenraming voor de aankoop van de materialen, de huur van het materieel opgenomen in het ontwerpdossier, vermeld in art. 9, § 1 en de personeelsinzet. Als de werkelijke uitgaven minder bedragen dan geraamd, gebeurt de berekening op basis van de werkelijke kostprijs. De minister kan deze subsidieberekening nader regelen.

Bij de berekening van de subsidie wordt rekening gehouden met het maximumbedrag, vermeld in artikel 7.

Art. 7.De subsidie voor de individuele of collectieve nutsvoorzieningen, de individuele of collectieve dienstgebouwen en de wegen-, riolerings- en omgevingswerken bedraagt ten hoogste 55.000 euro per standplaats. Dit bedrag wordt gekoppeld aan de ABEX-index en jaarlijks aangepast in de maand januari met als basis de ABEX-index van 1 januari 2016.

Art. 8.De initiatiefnemer dient zijn subsidieaanvraag voor de verwerving van een onroerend goed met het oog op de inrichting van een woonwagenterrein in bij het agentschap. De minister bepaalt de stukken die in de subsidieaanvraag moeten zitten.

Het agentschap bezorgt de initiatiefnemer onmiddellijk een ontvangstbevestiging en beoordeelt de volledigheid van het aanvraagdossier binnen dertig kalenderdagen te rekenen vanaf de verzending van de ontvangstbevestiging.

Als het aanvraagdossier onvolledig is, brengt het agentschap de initiatiefnemer daarvan op de hoogte. De initiatiefnemer bezorgt de ontbrekende stukken binnen negentig kalenderdagen aan het agentschap.

Als het aanvraagdossier volledig is, bezorgt het agentschap de initiatiefnemer een volledigverklaring.

Het agentschap onderzoekt of het aanvraagdossier in overeenstemming is met de voorwaarden, vermeld in artikel 3, § 1, en verstrekt een advies over het aanvraagdossier aan de minister.

Binnen negentig kalenderdagen na de volledigverklaring, vermeld in het vierde lid, neemt de minister een principiële beslissing over het al dan niet subsidieerbaar zijn van de geplande verwerving van het onroerend goed.

Het agentschap brengt de initiatiefnemer op de hoogte van de principiële beslissing van de minister.

De initiatiefnemer bezorgt de bewijsstukken van de kosten, vermeld in artikel 6, § 1, aan het agentschap dat binnen vijfenveertig kalenderdagen een definitieve subsidieberekening en voorstel van beslissing aan de minister of zijn gemachtigde voorlegt. De minister of zijn gemachtigde beslist over de toekenning van de definitieve subsidie binnen vijfenveertig kalenderdagen te rekenen vanaf de verzending van de definitieve subsidieberekening en het voorstel van beslissing.

Art. 9.§ 1. De initiatiefnemer dient zijn subsidieaanvraag voor de inrichting, de renovatie of de uitbreiding van een woonwagenterrein, met inbegrip van een ontwerpdossier, in bij het agentschap. De minister bepaalt de stukken die in de subsidieaanvraag en het ontwerpdossier moeten zitten.

Het agentschap bezorgt de initiatiefnemer onmiddellijk een ontvangstbevestiging en beoordeelt de volledigheid van het aanvraagdossier binnen dertig kalenderdagen te rekenen vanaf de verzending van de ontvangstbevestiging.

Als het aanvraagdossier onvolledig is, brengt het agentschap de initiatiefnemer daarvan op de hoogte. De initiatiefnemer bezorgt de ontbrekende stukken binnen negentig kalenderdagen aan het agentschap.

Als het aanvraagdossier volledig is, bezorgt het agentschap de initiatiefnemer een volledigverklaring en stuurt het één exemplaar door naar de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, die nagaat of het ontwerpdossier in overeenstemming is met de normen, vermeld in artikel 4. De Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen bezorgt zijn met redenen omkleed advies aan het agentschap binnen vijfenveertig kalenderdagen na ontvangst van het dossier.

Het agentschap onderzoekt of het aanvraagdossier in overeenstemming is met de voorwaarden, vermeld in artikel 3, en verstrekt, rekening houdende met het advies van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen over het ontwerpdossier, een advies over het aanvraagdossier aan de minister.

Binnen negentig kalenderdagen na de volledigverklaring, vermeld in het vierde lid, neemt de minister een principiële beslissing over het al dan niet subsidieerbaar zijn van de geplande investeringen.

Het agentschap brengt de initiatiefnemer op de hoogte van de principiële beslissing van de minister. De goedkeuring van de minister geeft de initiatiefnemer het recht de gunningsprocedure te starten. De initiatiefnemer vraagt in het bestek een afzonderlijke prijszetting voor elk van de kosten, vermeld in artikel 6, § 2.

De initiatiefnemer bezorgt de gunningsbeslissing vooraf aan het agentschap dat binnen vijfenveertig kalenderdagen een subsidieberekening en voorstel van beslissing aan de minister of zijn gemachtigde voorlegt. De minister bepaalt de stukken die bij de gunningsbeslissing moeten zitten. De minister of zijn gemachtigde beslist over de toekenning van de subsidie binnen vijfenveertig kalenderdagen te rekenen vanaf de verzending van de subsidieberekening en het voorstel van beslissing.

Art. 10.§ 1. De subsidie voor een verwerving als vermeld in artikel 6, § 1, wordt als volgt uitbetaald : 1° de subsidie voor de kosten, vermeld in artikel 6, § 1, eerste lid, 1°, na de principiële beslissing van de minister, vermeld in artikel 8, zesde lid, en na de overlegging van de beslissing tot verwerving en de raming, vermeld in artikel 6, § 1, tweede lid;2° het saldo van de subsidie na de beslissing van de minister over de toekenning van de definitieve subsidie, vermeld in artikel 8, achtste lid. § 2. De subsidie voor werkzaamheden als vermeld in artikel 6, § 2, wordt als volgt uitbetaald : 1° een eerste schijf van 30 % van de subsidie na de overlegging van het aanvangsbevel;2° een tweede schijf van 30 % van de subsidie als de kostprijs van de uitgevoerde werkzaamheden meer bedraagt dan 75 % van het voorschot, vermeld in punt 1° ;3° een derde schijf van 30 % van de subsidie als de kostprijs van de uitgevoerde werkzaamheden meer bedraagt dan 75 % van de voorschotten, vermeld in punt 1° en 2°. Het saldo van de subsidie wordt uitbetaald na de goedkeuring van de eindafrekening.

Art. 11.De subsidiebedragen toegestaan met toepassing van dit besluit, worden verleend met inachtneming van de voorwaarden van het Besluit nr. 2012/21/EU van de Commissie van 20 december 2011 betreffende de toepassing van artikel 106, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op staatssteun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst, verleend aan bepaalde met het beheer van diensten van algemeen economisch belang belaste ondernemingen.

Het agentschap voert op geregelde tijdstippen, en ten minste om de drie jaar, controles op overcompensatie uit. In het geval van een overcompensatie vordert het agentschap het overschot terug. Als het bedrag van de overcompensatie niet meer bedraagt dan 10 % van het bedrag van de gemiddelde jaarcompensatie, mag de overcompensatie naar de volgende periode worden overgedragen en op het voor die periode te betalen compensatiebedrag in mindering worden gebracht.

Art. 12.Het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 12/05/2000 pub. 10/08/2000 numac 2000035752 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende de subsidiëring van de verwerving, de inrichting, de renovatie en de uitbreiding van woonwagenterreinen voor woonwagenbewoners sluiten houdende de subsidiëring van de verwerving, de inrichting, de renovatie en de uitbreiding van woonwagenterreinen voor woonwagenbewoners wordt opgeheven, behoudens voor de toepassing op de dossiers waarvoor de belofte van subsidie werd betekend voor de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Art. 13.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2016.

Art. 14.De Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 11 december 2015.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding, L. HOMANS

^