20 JULI 1998. - Wet tot wijziging van de wet van 3 april 1953 betreffende de rechterlijke inrichting, de wet van 15 juli 1979 tot vaststelling van de personeelsformatie van de rechtbanken van koophandel en tot wijziging van de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek, de wet van 2 juli 1975 tot vaststelling van de personeelsformatie van de rechtbanken van eerste aanleg en de artikelen 151 en 213 van het Gerechtelijk Wetboek (1)

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2.De tabel die voorkomt in artikel 1 van de wet van 3 juli 1953 betreffende de rechterlijke inrichting, vervangen bij de wet van 9 juli 1997, wordt vervangen door de volgende tabel.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 3.De tabel III « Rechtbanken van eerste aanleg » gevoegd bij dezelfde wet, vervangen bij de wet van 11 juli 1994 en gewijzigd bij de wetten van 27 december 1994 en 21 november 1996, wordt vervangen door de volgende tabel : III. Rechtbanken van eerste aanleg Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 4.De tabel « Aantal eerste substituut-procureurs des Konings in de rechtbanken van eerste aanleg » gevoegd bij dezelfde wet en vervangen bij de wet van 11 juli 1994, wordt vervangen door de volgende tabel : Aantal eerste substituut-procureurs des Konings in de rechtbanken van eerste aanleg Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 5.De volgende tabel is gevoegd bij dezelfde wet : Aantal substituut-procureurs des Konings gespecialiseerd in fiscale aangelegenheden in de rechtbanken van eerste aanleg Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 6.De tabel voorkomend in artikel 1 van de wet van 15 juli 1970 tot vaststelling van de personeelsformatie van de rechtbanken van koophandel en tot wijziging van de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek, vervangen bij de wet van 25 juli 1974 en gewijzigd bij de wetten van 23 september 1985, 28 december 1990 en 30 maart 1994, wordt door de volgende tabel vervangen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 7.De tabel voorkomend in artikel 1 van de wet van 2 juli 1975 tot vaststelling van de personeelsformatie van de rechtbanken van eerste aanleg, vervangen bij de wet van 11 juli 1994 en gewijzigd bij de wet van 27 december 1994, wordt vervangen door de volgende tabel : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 8.Artikel 151, vierde lid, van het Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd bij de wet van 4 augustus 1986 en gewijzigd bij de wet van 28 december 1990, wordt opgeheven.

Art. 9.Artikel 213, eerste lid, van hetzelfde Wetboek, vervangen bij de wet van 9 juli 1997, wordt vervangen door het volgend lid : « Het aantal voordrachten die de provincieraden of de taalgroepen van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad voor openstaande plaatsen van raadsheer mogen indienen, is bepaald als volgt : 1° hof van beroep te Antwerpen. De provincieraad van Antwerpen dient voordrachten in voor 33 plaatsen.

De provincieraad van Limburg dient voordrachten in voor 15 plaatsen. 2° hof van beroep te Brussel. De Franse taalgroep van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad dient voordrachten in voor 22 plaatsen.

De Nederlandse taalgroep van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad dient voordrachten in voor 7 plaatsen.

De provincieraad van Vlaams-Brabant dient voordrachten in voor 20 plaatsen.

De provincieraad van Waals-Brabant dient voordrachten in voor 7 plaatsen. 3° hof van beroep te Gent. De provincieraad van West-Vlaanderen dient voordrachten in voor 23 plaatsen.

De provincieraad van Oost-Vlaanderen dient voordrachten in voor 27 plaatsen. 4° hof van beroep te Luik. De provincieraad van Luik dient voordrachten in voor 23 plaatsen.

De provincieraad van Namen dient voordrachten in voor 9 plaatsen.

De provincieraad van Luxemburg dient voordrachten in voor 4 plaatsen. 5° hof van beroep te Bergen. De provincieraad van Henegouwen dient voordrachten in voor 26 plaatsen. »

Art. 10.De bijkomende plaatsen van rechter in de rechtbank van eerste aanleg of in de rechtbank van koophandel voorzien bij deze wet mogen enkel bezet worden door rechters die gelijktijdig benoemd worden op verschillende zetels binnen het rechtsgebied van het betrokken hof van beroep.

Art. 11.§ 1. Voor de volgende plaatsen voorzien in het kader door deze wet kan slechts effectief de oproep tot de kandidaten in het Belgisch Staatsblad geschieden indien de Koning, bij in Ministerraad overlegd besluit en op basis van een evaluatie daartoe beslist. Bij ontstentenis van beslissing van de Koning, gebeurt de oproep tot de kandidaten ten laatste op 1 april 2000 : - raadsheer in het hof van beroep te : - Antwerpen : 1; - Brussel : 1; - substituut-procureur-generaal bij het hof van beroep te : - Antwerpen : 1; - Brussel : 1; - Gent : 1; - Luik : 1; - Bergen : 1; - rechter in de rechtbank van eerste aanleg te : - Antwerpen : 2; - Mechelen : 1; - Hasselt : 2; - Tongeren : 1; - Brussel : 4; - Leuven : 1; - Gent : 2; - Kortrijk : 1; - Luik : 2; - Namen : 1; - Charleroi : 1; - rechter in de rechtbank van koophandel te : - Antwerpen : 1; - Brussel : 1; - Kortrijk : 1; - substituut van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te : - Antwerpen : 2; - Mechelen : 1; - Turnhout : 1; - Hasselt : 2; - Brussel : 4; - Leuven : 2; - Nijvel : 1; - Gent : 1; - Brugge : 1; - Kortrijk : 1; - Hoei : 1; - Luik : 1; - Namen : 2; - Charleroi : 1; - Bergen : 1; - Doornik : 1; - griffier in de rechtbank van eerste aanleg te : - Antwerpen : 4; - Hasselt : 1; - Brussel : 7; - Gent : 1; - Brugge : 1; - Charleroi : 1; - griffier in de rechtbank van koophandel te : - Antwerpen : 1; - Mechelen : 1; - Hasselt : 1; - Tongeren : 1; - Brussel : 1; - Gent : 1; - Brugge : 1; - Kortrijk : 1; - Charleroi : 1; - Bergen : 1. § 2. Tot 1 april 2000 kan de Koning bij een in Ministerraad overlegd besluit op basis van de in paragraaf één bedoelde evaluatie de in dezelfde paragraaf vastgestelde verdeling over de arrondissementen aanpassen zonder het totaal aantal bijkomende plaatsen te overschrijden. Dit besluit houdt op uitwerking te hebben op het einde van de twaalfde maand volgend op de datum van inwerkingtreding, tenzij het voor die dag bij wet is bekrachtigd.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 20 juli 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, T. VAN PARYS Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, T. VAN PARYS _______ Nota (1) Gewone zitting 1997-1998 Senaat : Parlementaire bescheiden.- Wetsontwerp nr. 953/1 van 15 april 1998.

Amendementen nr. 953/2. - Verslag nr. 953/3 van 17 juni 1998 door de heer Vandenberghe. - Tekst aangenomen door de commissie nr. 953/4.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking. Vergadering van 24 juni 1998.

Aanneming. Vergadering van 25 juni 1998.

Gewone zitting 1997-1998 Kamer van volksvertegenwoordigers : Parlementaire bescheiden. - Ontwerp overgezonden door de Senaat nr. 1633/1 van 29 juni 1998. - Amendementen nr. 1633/2. - Verslag nr. 1633/3 van 10 juli 1998 door de heer Giet. - Tekst aangenomen door de commissie nr. 1633/4.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 16 juli 1998.