Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 23 december 2003
gepubliceerd op 31 december 2003

Ministerieel besluit houdende vaststelling van sociale maximumprijzen voor de levering van aardgas aan de beschermde residentiële klanten met een laag inkomen of in een kwetsbare situatie

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2003011618
pub.
31/12/2003
prom.
23/12/2003
ELI
eli/besluit/2003/12/23/2003011618/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

23 DECEMBER 2003. - Ministerieel besluit houdende vaststelling van sociale maximumprijzen voor de levering van aardgas aan de beschermde residentiële klanten met een laag inkomen of in een kwetsbare situatie


De Minister van Energie, Gelet op de wet van 22 januari 1945 op de economische reglementering en de prijzen, inzonderheid op artikel 2, § 1, gewijzigd bij de wet van 23 december 1969;

Gelet op de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, inzonderheid op artikel 15/10, gewijzigd bij de wet van 20 maart 2003;

Gelet op het ministerieel besluit van 12 december 2001 houdende vaststelling van de maximumprijzen voor de levering van aardgas;

Gelet op het ministerieel besluit van 15 mei 2003 tot vaststelling van maximumprijzen voor de levering van aardgas aan de residentiële beschermde klanten met een laag inkomen of in een kwetsbare situatie;

Gelet op het advies van de Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas, gegeven op 1 juli 2003;

Gelet op het overleg met de Gewesten gehouden op 9 december 2003, 11 december 2003 en 15 december 2003;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 16 december 2003;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 19 december 2003;

Gelet op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Besluit : HOOFDSTUK I.- Algemene bepalingen

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan onder « residentiële beschermde klanten met een laag inkomen of in een kwetsbare stituatie », in de zin van artikel 15/10, § 2, van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, gewijzigd inzonderheid bij de wet van 20 maart 2003 : A. Iedere eindafnemer die kan bewijzen dat hijzelf of iedere persoon die onder hetzelfde dak leeft, geniet van een beslissing tot toekenning van : 1. het leefloon toegekend door het O.C.M.W. van zijn gemeente krachtens de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijk integratie; 2. het gewaarborgd inkomen voor bejaarden, krachtens de wet van 1 april 1969 tot instelling van een gewaarborgd inkomen voor bejaarden en de inkomensgarantie voor ouderen (IGO) krachtens de wet van 22 maart 2001;3. - een tegemoetkoming aan gehandicapten ingevolge een blijvende arbeidsongeschiktheid of een invaliditeit van ten minste 65 %, krachtens de wet van 27 juni 1969 betreffende het toekennen van tegemoetkomingen aan gehandicapten; - een inkomensvervangende tegemoetkoming aan gehandicapten, krachtens de wet van 27 februari 1987 betreffende de tegemoetkomingen aan gehandicapten; - een integratietegemoetkoming aan gehandicapten behorend tot de categorieën II, II of IV, krachtens de wet van 27 februari 1987 betreffende de tegemoetkomingen aan gehandicapten; 4. een tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden, krachtens de artikelen 127 en volgende van de wet van 22 december 1989;5. een tegemoetkoming voor hulp van derden krachtens de wet van 27 juni 1969; 6. een financiële sociale steun verstrekt door een O.C.M.W. aan een persoon die is ingeschreven in het vreemdelingenregister met een machtiging tot verblijf voor onbeperkte tijd en die omwille van zijn nationaliteit niet kan beschouwd worden als een gerechtigde op maatschappelijke integratie.

B. De persoon, die bij gelijkstelling met de categorieën 2, 3, 4 en 5 van punt A . geniet van een tegemoetkoming hem toegekend door het O.C.M.W. in afwachting van het gewaarborgd inkomen voor bejaarden, een tegemoetkoming aan gehandicapten of een tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden.

Het specifiek sociaal tarief is niet van toepassing op de verbruiken : - van tweede verblijfplaatsen; - van gemeenschappelijke delen van appartementsgebouwen; - van professionele abonnees; - van occasionele abonnees.

Art. 2.De gasondernemingen leveren aardgas aan de klanten bedoeld in artikel 1 van dit besluit tegen de maximumprijzen vastgesteld overeenkomstig de tarieven beschreven in bijlage 1 van dit besluit. HOOFDSTUK II. - Wijzigings, opheffings- en eindbepalingen

Art. 3.De rubriek 1.2. « Specifiek sociaal tarief » van de bijlage bij het besluit van 12 december 2001 houdende vaststelling van de maximumprijzen voor de levering van aardgas wordt opgeheven.

Art. 4.Het ministeriële besluit van 15 mei 2003 tot vaststelling van maximumprijzen voor de levering van aardgas aan de residentiële beschermde klanten met een laag inkomen of in een kwetsbare situatie wordt opgeheven.

Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2004.

Brussel, 23 december 2003.

Mevr. F. MOERMAN

Bijlage De hieronder vermelde maximumprijzen bevatten geen belasting over de toegevoegde waarde (BTW) noch de extra belastingen en heffingen, gevestigd door de bevoegde overheden en van toepassing op de residentiële beschermde eindverbruikers. Ze zijn vrijgesteld van de bijdrage op de energie.

Bijzonder sociaal tarief A Tot 556 kWh per jaar = 0 EUR Proportionele term boven 556 kWh per jaar = [2,130002 Iga + 0,716789 Igd] (c/kWh) - 0,04337 (c/kWh) Bijzonder sociaal tarief B Het bijzonder sociaal tarief B is van toepassing op beschermde eindverbruikers waarvan de algemene verwarming van de lokalen gebeurt door middel van aardgas.

Het bijzonder sociaal tarief B is niet alleen van toepassing op eengezinswoningen maar ook op bewoners van appartementsgebouwen die over een individuele installatie beschikken.

Het bijzonder sociaal tarief B is automatisch van toepassing op residentiële beschermde eindverbruikers die genieten van een sociaal tarief in elektriciteit.

Proportionele term = 2,130002 x Iga + {0,716789 + [6735 - (4600/Igd)]x n /(12x Q) } x Igd - 0,04337 (c/kWh) waar Q is het verbruik en n het aantal maanden sinds het vorige overzicht.

Bijzonder sociaal tarief C Het bijzonder sociaal tarief C is van toepassing op appartementsgebouwen waarvan de verwarming met aardgas plaatsvindt door middel van een collectieve installatie en waarvoor tarief C wordt toegepast, wanneer de woningen in huur zijn gegeven voor sociale doeleinden en zij beheerd worden door huisvestingsmaatschappijen.

Vergoeding = 3,77 Igd EUR/maand/appt - (26,2/12) Eur/maand/appt Proportionele term = [2,130002 Iga + 0,4345 Igd]c/kWh - 0,04337c/kWh Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 23 december 2003 houdende vaststelling van sociale maximum prijzen voor de levering van aardgas aan de beschermde residentiële klanten met een laag inkomen of in een kwetsbare situatie.

Mevr. F. MOERMAN.

^