gepubliceerd op 16 januari 2025
Ministerieel besluit tot bepaling van de indienings-, opvolgings- en evaluatievoorwaarden en tot bepaling van de toekennings-, aanwendings- en controlevoorwaarden van de financiële toelage van de strategische veiligheids- en preventieplannen en de dispositieven gemeenschapswachten 2025
20 DECEMBER 2024. - Ministerieel besluit tot bepaling van de indienings-, opvolgings- en evaluatievoorwaarden en tot bepaling van de toekennings-, aanwendings- en controlevoorwaarden van de financiële toelage van de strategische veiligheids- en preventieplannen en de dispositieven gemeenschapswachten 2025
De Minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing,
Gelet op de wet van 30 maart 1994Relevante gevonden documenten type wet prom. 30/03/1994 pub. 07/02/2012 numac 2012000056 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende sociale bepalingen type wet prom. 30/03/1994 pub. 27/01/2015 numac 2015000029 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende sociale bepalingen sluiten houdende sociale bepalingen, inzonderheid artikel 69, gewijzigd bij de wetten van 21 december 1994, 25 mei 1999, 22 december 2003, 20 december 2016 en artikel 69 bis;
Gelet op het koninklijk besluit van 7 november 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/11/2013 pub. 29/11/2013 numac 2013000765 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de strategische veiligheids- en preventieplannen en van de dispositieven Gemeenschapswachten type koninklijk besluit prom. 07/11/2013 pub. 27/12/2013 numac 2013000831 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de strategische veiligheids- en preventieplannen en van de dispositieven Gemeenschapswachten. - Addendum sluiten betreffende de strategische veiligheids- en preventieplannen en van de dispositieven Gemeenschapswachten;
Gelet op het koninklijk besluit van 25 december 2017Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/12/2017 pub. 05/02/2018 numac 2018030207 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de verlenging 2018-2019 van de strategische veiligheids-en preventieplannen 2014-2017 type koninklijk besluit prom. 25/12/2017 pub. 18/01/2018 numac 2018030061 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot bepaling van de modaliteiten betreffende de bijkomende financiering van de Gemeenschapswachten van de Strategische Veiligheids- en Preventieplannen sluiten betreffende de verlenging 2018-2019 van de strategische veiligheids-en preventieplannen 2014-2017;
Gelet op het koninklijk besluit van 3 juli 2019Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/07/2019 pub. 15/07/2019 numac 2019041386 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de verlenging 2020 van de strategische veiligheids-en preventieplannen 2018-2019 sluiten betreffende de verlenging 2020 van de strategische veiligheids- en preventieplannen 2018-2019;
Gelet op het koninklijk besluit van 24 december 2020Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/12/2020 pub. 01/02/2021 numac 2021040062 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot wijziging van het Koninklijk besluit van 3 juli 2019 betreffende de verlenging 2020 van de strategische veiligheids-en preventieplannen 2018-2019 sluiten tot wijziging van het Koninklijk besluit van 3 juli 2019Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/07/2019 pub. 15/07/2019 numac 2019041386 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de verlenging 2020 van de strategische veiligheids-en preventieplannen 2018-2019 sluiten betreffende de verlenging 2020 van de strategische veiligheids-en preventieplannen 2018-2019;
Gelet op het koninklijk besluit van 4 juli 2021Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 04/07/2021 pub. 09/07/2021 numac 2021042534 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot aanwijzing van de administratie bedoeld in artikel 7, § 1, tweede lid, van de wet van 27 juni 2021 houdende diverse financiële bepalingen type koninklijk besluit prom. 04/07/2021 pub. 27/07/2021 numac 2021031803 bron programmatorische federale overheidsdienst maatschappelijke integratie, armoedebestrijding en sociale economie Koninklijk besluit houdende dringende maatregelen inzake voedselhulp voor de doelgroep van gebruikers van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor het tweede semester van het jaar 2021 type koninklijk besluit prom. 04/07/2021 pub. 30/07/2021 numac 2021031809 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit houdende verdeling van het provisioneel krediet ingeschreven in het programma 25-52-21 van de wet van 22 december 2020 houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2021 en bestemd voor het dekken van de uitgaven van het project 1733 type koninklijk besluit prom. 04/07/2021 pub. 16/07/2021 numac 2021203388 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 december 1971 houdende uitvoering van sommige bepalingen van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 type koninklijk besluit prom. 04/07/2021 pub. 07/07/2021 numac 2021021226 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 april 2021 tot vaststelling van de parameters waarmee het volume aan te kopen capaciteit wordt bepaald, inclusief hun berekeningsmethode, en van de andere parameters die nodig zijn voor de organisatie van de veilingen, alsook de methode en voorwaarden tot het verkrijgen van individuele uitzonderingen op de toepassing van de intermediaire prijslimiet in het kader van het capaciteitsvergoedingsmechanisme type koninklijk besluit prom. 04/07/2021 pub. 16/07/2021 numac 2021203400 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 27 september 2015 tot regeling van de wijze van inning en verdeling van de socialezekerheidsbijdragen verschuldigd door de door beroepsziekten getroffenen die gerechtigd zijn op de wetten betreffende de preventie van beroepsziekten en de vergoeding van de schade die uit die ziekten voortvloeit, gecoördineerd op 3 juni 1970 sluiten tot wijziging van het Koninklijk besluit van 3 juli 2019Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/07/2019 pub. 15/07/2019 numac 2019041386 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de verlenging 2020 van de strategische veiligheids-en preventieplannen 2018-2019 sluiten betreffende de verlenging 2020 van de strategische veiligheids- en preventieplannen 2018-2019;
Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/07/2022 pub. 28/10/2022 numac 2022041791 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de verlenging 2023-2024 van de strategische veiligheids- en preventieplannen 2020-2022 sluiten betreffende de verlenging 2023-2024 van de strategische veiligheids- en preventieplannen 2020-2022;
Gelet op het koninklijk besluit van 17 juli 2024Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/07/2024 pub. 24/07/2024 numac 2024007426 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 2022 betreffende de verlenging 2023-2024 van de strategische veiligheids- en preventieplannen 2020-2022 sluiten tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/07/2022 pub. 28/10/2022 numac 2022041791 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de verlenging 2023-2024 van de strategische veiligheids- en preventieplannen 2020-2022 sluiten betreffende de verlenging 2023-2024 van de strategische veiligheids- en preventieplannen 2020-2022.
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 13 december 2024, Besluit : TITEL I. - Definities
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° minister : de minister bevoegd voor Binnenlandse zaken;2° administratie: de Algemene Directie Veiligheid en Preventie van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken;3° gemeente: de door de minister aangewezen gemeente of stad;4° plan: strategisch veiligheids- en preventieplan;5° onveiligheidsgevoel: evaluatie door het individu van de persoonlijke risico's die hij loopt en de angst dat hijzelf, of één van zijn naasten, het slachtoffer zal worden van een gewelddaad; algemene bezorgdheid met betrekking tot de gevolgen van de criminaliteit op de samenleving; 6° geïntegreerde en integrale aanpak: benadering die beoogt een fenomeen, een problematiek in zijn totaliteit aan te snijden en dit via verschillende coherente en op elkaar afgestemde instrumenten en maatregelen zowel gericht op preventie, als op repressie en nazorg;7° SWOT-analyse: instrument dat de werkzaamheden en prestaties van een dienst, een fenomeen in kaart brengt om het vervolgens te verbeteren en dit aan de hand van vier dimensies: sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen;8° terrorisme: het gebruik van geweld tegen personen of materiële belangen om ideologische of politieke redenen met het doel zijn doelstellingen door middel van terreur, intimidatie of dreigingen te bereiken, waaronder ook het radicaliseringproces wordt begrepen, zoals gedefinieerd in artikel 8, alinea 2, b) van de organieke wet van de inlichtingendiensten van 30 november 1998;9° extremisme: racistische, xenofobe, anarchistische, nationalistische, autoritaire of totalitaire opvattingen of bedoelingen, ongeacht of ze van politieke, ideologische, confessionele of filosofische aard zijn, die theoretisch of in de praktijk strijdig zijn met de beginselen van de democratie of de mensenrechten, met de goede werking van de democratische instellingen of andere grondslagen van de rechtsstaat, waaronder ook het radicaliseringproces wordt begrepen, zoals bepaald in artikel 8, alinea 2, c) van de organieke wet van de inlichtingendiensten van 30 november 1998;10° sociale overlast: factoren van het stadsleven waarvan de openbare uiting leidt tot een onveiligheidsgevoel en zich vertaalt in milieubederf en een achteruitgang van het sociaal weefsel.Het betreft de inbreuken op de burgerlijke wellevendheid voorzien door de Wet van 24 juni 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/06/2013 pub. 01/07/2013 numac 2013000441 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties sluiten betreffende de gemeentelijke administratieve sancties; 11° vastlegging: de handeling waarbij de gemeente een verplichting creëert of constateert die tot een begrotingslast, een schuld of uitgave ten laste van het gemeentebudget leidt. De uitgevoerde vastlegging vervult de goedkeuring en vermindert de beschikbare kredieten om vast te leggen. De betalingen die eventueel gebeuren in de loop van latere boekjaren zijn het gevolg van de vastlegging die een vervulling blijft van het boekjaar waarin deze is tussengekomen; 12° saldo: het verschil tussen het bedrag van het toegekende jaarlijks krediet en het bedrag dat gerechtvaardigd en toegekend wordt na financiële controle;13° toewijzingsbeginsel van de kredieten: de verdeling van de toegekende kredieten in categorieën van uitgaven;14° in aanmerking komende uitgaven: de vastgestelde uitgaven of voorziene uitgaven door middel van overeenkomst of afwijkend schriftelijk akkoord;15° opportuniteit van de uitgaven : het verband dat kan worden gelegd tussen uitgave en de realisatie van de in het gefinancierde project vastgestelde doelstellingen;16° bewijsdocumenten: de loonfiches, het kopie van diploma, de aanwervingscontracten, de facturen die uitgaan van externe leveranciers, de bestelbonnen die van de steden of gemeenten uitgaan, gedetailleerde schuldvorderingen en interne facturen.De volledige en leesbare documenten kunnen zijn: - ofwel de originele exemplaren ; - ofwel de voor eensluidend verklaarde afschriften; - ofwel de kopieën gepaard gaande met de verklaring op erewoord van de gemeenteontvanger waarin de gedetailleerde en volledige lijst van de ingezonden kopieën is opgenomen en waarin geattesteerd wordt dat zij met de originele documenten overeenstemmen; 17° betalingsbewijs: de kopieën van rekeninguittreksels of ieder door de begunstigde van een kwijting voorziene document of, bij gebreke daaraan, een verklaring op erewoord van de Gemeenteontvanger/Financieel beheerder waarin de gedetailleerde en volledige lijst van de gedane uitgaven is opgenomen en waarin verklaard wordt dat zij wel degelijk betaald werden.Kopieën van een betalingsopdracht of bevel hebben geen enkele bewijswaarde; 18° personeelskosten : de kosten die de werkgever draagt voor de indienstneming van het in het kader van de overeenkomst aangeworven personeel en die eveneens de kosten omvatten van de tewerkstelling van ambtenaren die in het kader van specifieke statuten of functies aangeworven worden;19° werkingskosten : de kosten die de administratiekosten, de reiskosten, de actiemiddelen omvatten, die nodig zijn voor de uitvoering van de in het kader van de overeenkomst ontwikkelde initiatieven;20° investeringen : de uitgaven die een eenheidswaarde hebben die tenminste 1000 euro bedraagt en waarvan het betrokken voorwerp een vermoedelijke gebruiksduur van meer dan één jaar heeft;21° werkdagen: alle dagen met uitzondering van zaterdagen, zondagen en wettelijke feestdagen;22° resultaatsverbintenis: de verbintenis waarbij de gemeente er zicht toe verbindt om de vooropgestelde resultaten te bereiken. TITEL II. - Projectoproep en prioriteiten
HOOFDSTUK I. - Indieningsmodaliteiten & Inhoud
Art. 2.De plannen worden afgesloten van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025.
Art. 3.§ 1. De doelstellingen zoals opgenomen in de plannen voor het jaar 2023-2024 worden verlengd tot en met 31 december 2025. § 2. Op straffe van niet-ontvankelijkheid, dienen de gemeenten hun plan voor het jaar 2025 uiterlijk in tegen 31 maart 2025 via een dossier dat bestaat uit: - de beslissing van de Gemeenteraad, met de notificatie dat het plan ongewijzigd verlengd wordt; - het projectplan 2025. § 3. De gemeenten dienen verplicht gebruik te maken van het modelplan dat ter beschikking wordt gesteld door de administratie. § 4. Het plan bedoeld in artikel 3 wordt via elektronische weg verstuurd, volgens de door de administratie vastgestelde voorwaarden.
Art. 4.§ 1. Op straffe van nietigheid, moeten de gemeenten die, voor de periode 2025, wijzigingen wensen door te voeren, een dossier indienen dat voldoet aan de eisen zoals voorzien in paragraaf 2 tot en met 5 van dit artikel. § 2. Deze wijzigingen kunnen de toevoeging, schrapping of wijziging zijn van één of meerdere fenomenen, strategische doelstellingen, operationele doelstellingen, te verwachten resultaten of indicatoren.
De toevoeging van een nieuw fenomeen gaat gepaard met een lokale veiligheidsdiagnostiek waaruit duidelijk en objectief blijkt dat dit fenomeen een risicofactor vormt voor de gemeente. § 3. De gemeenten dienen hun aanvraag tot wijziging met betrekking tot het jaar 2025 uiterlijk in tegen 31 maart 2025 via een wijzigingsdossier dat bestaat uit: - de beslissing van de Gemeenteraad - het aangepaste projectplan - het volledig ingevulde wijzigingsformulier - de actualisatie van de lokale veiligheidsdiagnostiek, wanneer de wijzigingsaanvraag betrekking heeft op de toevoeging van een fenomeen. § 4. De gemeenten dienen verplicht gebruik te maken van het modelplan en wijzigingsformulier dat ter beschikking wordt gesteld door de administratie. § 5. De aanvragen tot wijzigingen, zoals bedoeld in dit artikel, worden elektronisch verstuurd volgens de door de administratie vastgestelde modaliteiten.
Art. 5.De gemeenten respecteren de specifieke indieningsprocedures zoals uitgewerkt door de administratie.
Art. 6.Op basis van haar Lokale Veiligheidsdiagnostiek stelt de gemeente een volledige lijst op van fenomenen die aanwezig zijn op haar territorium, kiest de prioriteiten die ze wenst te ontwikkelen in het kader van haar plan en motiveert haar keuze.
Art. 7.In het kader van de doelstellingen zoals beoogd in artikel 4 van het koninklijk besluit van 25 december 2017Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/12/2017 pub. 05/02/2018 numac 2018030207 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de verlenging 2018-2019 van de strategische veiligheids-en preventieplannen 2014-2017 type koninklijk besluit prom. 25/12/2017 pub. 18/01/2018 numac 2018030061 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot bepaling van de modaliteiten betreffende de bijkomende financiering van de Gemeenschapswachten van de Strategische Veiligheids- en Preventieplannen sluiten betreffende de strategische veiligheids- en preventieplannen en van de dispositieven van Gemeenschapswachten en behoudens beperkende bepalingen voorgeschreven door artikel 8 van het huidig besluit, betreft het volgende fenomenen: ? Overlast ? Geweldscriminaliteit, aantasting van de persoonlijke integriteit en discriminatie: o Discriminatie, haatmisdrijven en bestrijding van racisme o Geweld tegenover de representatieve overheidsfuncties (veiligheidsberoepen) o Intrafamiliaal geweld o Seksueel delinquentie o Partnergeweld o Jongerengeweld o Geweld gepleegd door stadsbenden o Geweld tegen kinderen o Geweld tegen senioren o Geweld in openbaar vervoer o Geweld in schoolmilieu o Geweld tijdens evenementen en publieke gebeurtenissen o Geweld tegen holebi's en transgenders o Eergerelateerd geweld en de gedwongen huwelijken ? Eigendomscriminaliteit: o Inbraak o Afpersing o Diefstal met geweld o Gewapende diefstal o Diefstal van en in auto's o Fietsdiefstal o Winkeldiefstal o Gauwdiefstal o Diefstal door middel van list ? Terrorisme en gewelddadige radicalisering ? Georganiseerde misdaad ? Financiële, economische, fiscale, sociale fraude en corruptie; ? Cybercriminaliteit en andere vormen van misbruik van informatie en technologie (informaticacriminaliteit, cyberhate, stalking via het internet, radicalisme via het internet, criminaliteit via internet, identiteitsfraude, enz.). ? De veiligheids- en preventieopdrachten van de Gemeenschapswachten betreffende de verkeersveiligheid zoals bepaald door de wet van 15 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/2007 pub. 29/06/2007 numac 2007000628 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot instelling van de functie van gemeenschapswacht, tot instelling van de dienst gemeenschapswachten en tot wijziging van artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet type wet prom. 15/05/2007 pub. 13/08/2007 numac 2007000721 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot instelling van de functie van gemeenschapswacht, tot instelling van de dienst gemeenschapswachten en tot wijziging van artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet. - Duitse vertaling sluiten tot instelling van de functie van gemeenschapswacht, tot instelling van de dienst gemeenschapswachten en tot wijziging van artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet).
Art. 8.De preventie, de opsporing en de beperking van de openbare overlast verbonden aan drugsgebruik en/of het bijhorende onveiligheidsgevoel vallen binnen het kader van de Ministeriële omzendbrief PREV 30.
Art. 9.§ 1. Voor de fenomenen vermeld in artikel 7, passen de strategische doelstellingen die door de gemeente zijn opgesteld binnen het kader van: 1° verminderen van het risicogedrag.2° inwerken op de criminogene omstandigheden en omgeving.3° potentiële daders van overtredingen ontraden.4° de resocialisatie van druggebruikers bevorderen.5° de resocialisatie van probleemjongeren bevorderen.6° een geïntegreerde en integrale aanpak bevorderen.7° de sociale controle bevorderen.8° de negatieve gevolgen gelinkt aan slachtofferschap doen afnemen.9° buurtinformatienetwerken ontwikkelen. § 2. Voor de coördinatie van het plan, moeten volgende strategische doelstellingen integraal vermeld worden : 1° een goede administratieve, logistieke en financiële werking van het plan en opvolging met de subsidiërende autoriteiten verzekeren.2° een samenwerkingsverband tussen de verschillende lokale preventie-acties en een afstemming met de zonale politionele preventie verzekeren.3° een permanent evaluatieproces van het plan verzekeren.4° verzekeren van informatie naar de bevolking.
Art. 10.De operationele doelstellingen zijn specifiek, meetbaar, aanvaardbaar, realistisch en tijdsgebonden.
Art. 11.Het voorgelegde plan moet leiden tot aantoonbare kwantitatieve en kwalitatieve resultaten en moet opgesplitst worden in indicatoren.
HOOFDSTUK II. - Uitvoering
Art. 12.De administratie verbindt er zich toe om de lokale overheden te ondersteunen en te begeleiden in de uitvoering van hun plan.
Art. 13.De gemeente verbindt zich ertoe de nodige organisatorische maatregelen te nemen om een permanente opvolging en ondersteuning van de in het plan opgenomen initiatieven te verzekeren en alles in het werk te stellen om de geplande doelstellingen en de resultaten te bereiken.
Art. 14.§ 1. De coördinatie, de supervisie en de opvolging van het plan worden verzekerd door een preventieambtenaar, een interne evaluator en een administratief en financieel coördinator. § 2. Wat betreft het specifieke lokale karakter, kunnen deze functies uitgeoefend worden door dezelfde persoon.
Art. 15.De preventieambtenaar zal instaan voor de coördinatie, de ondersteuning en de begeleiding van de verschillende preventiemaatregelen die door de gemeente worden genomen, inclusief deze voorzien in het plan.
Art. 16.De administratief en financieel coördinator is verantwoordelijk voor het vlot verloop van de administratieve en logistieke taken binnen het plan. Hij zorgt er met name voor dat de beschikbare middelen correct ingeschreven worden binnen de stadsbegroting zodat deze overeenkomen met de uitvoering van het plan en volgt de administratieve procedures op voor de aanwerving van het personeel, evenals de procedures met betrekking tot openbare aanbestedingen in het kader van de aanschaf van goederen.
Hij organiseert en houdt de boekhouding bij van het plan en stelt het dossier met verantwoordingsstukken samen teneinde de subsidie te rechtvaardigen.
Art. 17.De interne evaluator is verantwoordelijk voor de permanente evaluatie, zowel ten opzichte van de gemeente als ten opzichte van de subsidiërende overheid, die zich vertaalt in de aanwending en uitwerking van het plan.
Hij staat in voor het verzamelen van relevante gegevens en biedt een methodologische steun aan de operationalisering van het plan.
Art. 18.De gemeente richt een beperkt stuurcomité op waar de informatie-uitwisseling tussen de preventiediensten, de sociale diensten en de bestuurlijke autoriteiten plaatsvindt. Deze cel bestaat minstens uit de Burgemeester en/of zijn vertegenwoordiger, de Korpschef en/of zijn vertegenwoordiger, de preventieambtenaar. Het stuurcomité kan eveneens experten verzoeken hun vergaderingen bij te wonen.
Art. 19.Met het oog op het neerzetten en het opzetten van het geïntegreerd aspect van een veiligheids- en preventiebeleid, roept de preventieambtenaar de te consulteren lokale actoren samen teneinde deze actief te betrekken bij het opzetten van een lokale veiligheidsdiagnostiek, bij het formuleren van voorstellen met betrekking tot de prioriteiten onder de bestaande fenomenen in de gemeente, om toe te lichten op welke manier ze worden aangepakt en om een actieprogramma vast te leggen met de beoogde doelstellingen, de betrokken operatoren, de instrumenten en de nodige actiemiddelen.
TITEL III. - Financiële richtlijnen
HOOFDSTUK I. - Algemeen
Art. 20.De gemeente is verantwoordelijk voor het gebruik van de subsidies toegekend door de minister, en verbindt zich ertoe deze te beheren overeenkomstig de wettelijke en reglementaire bepalingen die van toepassing zijn op federale subsidies.
HOOFDSTUK II. - Financiële richtlijnen Afdeling 1. - Financiële modaliteiten inzake de toekenning van de
financiële toelagen "Strategisch veiligheids- en preventieplan", "Bijkomend contingent 346" en" Dispositief 90"
Art. 21.De toekenning van de financiële toelagen "Strategisch veiligheids- en preventieplan", Gemeenschapswachten "Bijkomend contingent 346" en "Dispositief 90" is afhankelijk van het afsluiten van een ondertekende overeenkomst tussen de minister en de gemeente.
Elke toelage wordt toegekend in de vorm van globale jaarlijkse enveloppe.
Art. 22.Onder voorbehoud van de beschikbare kredieten wordt de toelage gewaarborgd voor 1 jaar, vanaf 1 januari 2025.
Art. 23.Er is geen enkele overdracht toegelaten tussen de verschillende toegekende enveloppen.
Art. 24.Deze uitgave wordt aangerekend op het begrotingsartikel 56 81 432201 van de sectie 13, van de algemene uitgavenbegroting. Afdeling 2. - Financiële modaliteiten inzake de aanwending van de
toelagen
Art. 25.Alleen de tussen 1 januari en 31 december toegestane en vastgelegde uitgaven van het betreffende jaar kunnen verantwoord worden op de jaarlijkse toelage.
Uitgaven die vóór 1 januari 2025 of na 31 december 2025 zijn gemaakt, worden niet ten laste van de toelage voor 2025 gebracht.
Art. 26.Het bedrag van de jaarlijkse toelage dat niet aangewend is op 31 december, gaat definitief verloren.
Art. 27.§ 1. De aanwending van de jaarlijkse toelage wordt onderworpen aan het beginsel van de bestemming van de uitgaven. § 2. De volgende quota zijn van toepassing: 1° Maximum 10% van de financiële jaarlijkse toelage kan worden aangewend om de investeringen te dekken uitgevoerd door de gemeente in het kader van de uitvoering van het plan.2° De tenlasteneming van multi-cheques (PWA), in het kader van het status Gemeenschapswachten "PWA 53u" wordt - berekend op basis van het prestatiestelsel; - beperkt voor de gemachtigde gemeenten; - en beperkt tot de door bijlage 2 opgelegde quota.
Art. 28.De aanwending van de jaarlijkse toelage wordt onderworpen aan het beginsel van de in aanmerking komende uitgaven en het opportuniteitsbeginsel van de uitgaven.
Er dient een duidelijk verband te zijn tussen de gemaakte personeels-, werkingskosten en investeringen en de realisatie van de in de overeenkomst vastgestelde doelstellingen. Afdeling 3. - Betalingsmodaliteiten
Art. 29.Onder voorbehoud van de beschikbare kredieten gebeurt de vereffening van de verschuldigde toelagen volgens een voorschot/saldosysteem. Het percentage van die voorschotten wordt berekend op jaarbasis.
Art. 30.§ 1. Het voorschot van de jaarlijkse toelage wordt vastgelegd op 80% van het bedrag van de toelage. § 2. De betaling van het voorschot inzake de toelage wordt gestort in het tweede kwartaal 2025. § 3. Het saldo zal gestort worden na controle van de door de gemeente ingediende uitgaven en afsluiten van de definitieve jaarlijkse afrekening.
Deze controle stelt dat alle uitgaven geboekt op de enveloppen Gemeenschapswachten "Bijkomend contingent 346" en "Dispositief 90" beantwoorden aan de voorwaarden van het in aanmerking komen en tot verkiesbaarheid en opportuniteit, dit met naleving van de voorwaarden zoals vastgesteld door de wet van 15 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/2007 pub. 29/06/2007 numac 2007000628 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot instelling van de functie van gemeenschapswacht, tot instelling van de dienst gemeenschapswachten en tot wijziging van artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet type wet prom. 15/05/2007 pub. 13/08/2007 numac 2007000721 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot instelling van de functie van gemeenschapswacht, tot instelling van de dienst gemeenschapswachten en tot wijziging van artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet. - Duitse vertaling sluiten tot instelling van de functie van gemeenschapswacht, tot instelling van de dienst gemeenschapswachten, en tot wijziging van het artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet. Afdeling 4. - Controlewerkwijze voor de financiële toelagen
Onderafdeling 1. - Voorstelling van het financieel dossier
Art. 31.De gemeenten rechtvaardigen hun uitgaven door een jaarlijks financieel dossier voor te stellen.
Art. 32.§ 1. Het jaarlijks financieel dossier van elke toelage is samengesteld uit twee delen: 1° De jaarlijkse financiële vordering die ter beschikking gesteld wordt via het ICT-platform online van de administratie;2° De bewijsdocumenten betreffende van het referentiejaar betreffende de personeels-, werkings- en investeringsuitgaven, die uitsluitend via het ICT-platform online worden doorgegeven. Elke voorgelegde uitgave moet vergezeld zijn van een bewijsdocument en een betalingsbewijs.
Het financieel dossier en de bijgevoegde gezamenlijke bewijsdocumenten en betalingsbewijzen kan geen verantwoording omvatten voor een hoger bedrag dan het toegekende subsidiebedrag, op straffe van nietigheid van het financieel dossier.
De lijst met vereiste bewijsdocumenten bevindt zich in bijlage 1.
Moeten ook bij het financieel dossier gevoegd worden : a) Een uittreksel uit het register van de beraadslagingen van de Gemeenteraad of van het College van Burgemeester en Schepenen/Gemeentecollege : - tot goedkeuring van de uitgaven gerechtvaardigd in het kader van de toelage; - als bewijs dat de uitgaven voorgesteld via de online samenvattende uitgavenstaat werkelijk verwezenlijkt werden in het kader van de toelage bestemd voor de uitwerking van een lokaal veiligheids- en preventiebeleid voor de betrokken periode; b) Een verklaring op erewoord van de Financieel directeur/Gemeentelijke ontvanger die de vereffening van de door de toelage gerechtvaardigde uitgaven bewijst.De gemeente dient verplicht gebruik te maken van het model van verklaring dat ter beschikking wordt gesteld in bijlage 3. § 2. De financiële vordering wordt ingediend samen met de bewijstukken, volgens de volgende planning: 1° De financiële vordering 2025 zal online vervolledigd en gevalideerd worden en dat ten laatste op 30 juni 2026; De financiële schuldvordering wordt pas gevalideerd op voorwaarde dat de datum van goedkeuring van de financiële schuldvordering ingevoerd wordt in het systeem en dat het uittreksel uit het register van de beraadslagingen van de Gemeenteraad of van het College van Burgemeester en Schepenen/Gemeentecollege als bijlage overgemaakt wordt. § 3. De beveiligde toegangscodes die de vertrouwelijkheid van de gegevens waarborgen, en tevens een handleiding van de online toepassing, worden verspreid aan elke door de gemeentelijke overheid aangestelde verantwoordelijke via beraadslaging van het College van Burgemeester en Schepenen/Gemeentecollege.
De gemeentelijke overheid blijft verantwoordelijk voor de geleverde toegang en geeft informatie aan de administratie over de bestemmingsveranderingen en toegangswijzigingen noodzakelijk voor de goede opvolging van de financiële controleprocedures. § 4. De documenten zullen bewaard worden gedurende tien jaar. Die termijn gaat in vanaf de afsluiting van de procedure van de financiële controle.
Onderafdeling 2. - Controlewerkwijze en toepassingsprocedures voor de totstandbrenging van de financiële afrekening
Art. 33.§ 1. De administratie voert een controle uit van de bestanddelen van het jaarlijks financieel dossier bedoeld in artikel 32. § 2. De controle van de bestanddelen bedoeld in artikel 32 § 1 2° kan steekproefsgewijs gebeuren. § 3. De administratie behoudt zich het recht voor om de financiële vordering te heropenen, gedurende een periode van 5 jaar vanaf de datum van kennisgeving van de eindafrekening, in het geval dat latere controleprocedures bepaalde onregelmatigheden aan het licht brengen.
Art. 34.§ 1. De controle bedoeld in artikel 38 heeft betrekking op: 1° de ontvankelijkheid van de ingediende bewijsdocumenten; Een document wordt als ontvankelijk beschouwd zodra de in de artikels 25 tot 33 van onderhavig besluit vermelde voorwaarden worden nageleefd en het deel uitmaakt van de in bijlage 1 van onderhavig besluit voorgeschreven documenten. 2° de naleving van de bij dit besluit bepaalde voorwaarden, met name die met betrekking tot de beginselen van subsidiabiliteit en geschiktheid van uitgaven; § 2. Een bijkomend controle in de gemeente zelf, die betrekking heeft op het effectief plaatshebben van de uitgaven en hun verband met de doelstellingen van de overeenkomst kan steekproefsgewijs gebeuren.
Art. 35.De administratie kan bijkomende informatie opvragen. Het niet bezorgen van de opgevraagde aanvullingen leidt tot de afwijzing van de betrokken uitgaven.
Art. 36.§ 1. Na afloop van de controle ontvangt elke gemeente een jaarlijkse voorlopige afrekening en beschikt ze over twintig werkdagen om haar akkoord te geven of, in geval van niet-akkoord over de toegekende bedragen, haar argumenten voor te leggen via het online ICT-platform. Alleen argumenten die via het online ICT-platform worden ingediend, zullen in aanmerking worden genomen.
Deze termijn begint te lopen op de datum van voorlegging van de jaarlijkse afrekening. Die wordt voorgelegd via het online ICT-platform.
Wanneer de termijn overschreden is of in geval van akkoord over de bedragen van de jaarlijkse voorlopige afrekening, wordt dit definitief.
Wanneer er geen akkoord is over de jaarlijkse voorlopige afrekening worden de motiveringen en/of bijkomende bewijzen, aangevoerd door de gemeenten, onderzocht om de jaarlijkse definitieve afrekening op te stellen.
Aan het eind van de controleprocedure wordt de gemeente elektronisch in kennis gesteld van de door de administratie opgestelde jaarlijkse eindafrekening. Afdeling 5. - Terugvorderingen en financiële sancties
Art. 37.De administratie onderbreekt de betalingen: 1° in geval het door de stad of gemeente ingediende voorstel van plan geweigerd wordt door de minister of zijn afgevaardigde 2° in geval het niet naleven van de algemene verplichtingen wordt vastgesteld;3° in geval wordt vastgesteld dat een deel of het geheel van de overeenkomst niet wordt uitgevoerd.
Art. 38.§ 1. Er moet een verband kunnen worden gelegd tussen het resultaat en de uitvoering van het plan. § 2. De opvolging en de evaluatie van de overeenkomst kunnen aanleiding geven tot financiële sancties, welke van toepassing zijn gedurende de overeenkomst en/of op het einde van de overeenkomst.
Art. 39.Budgetbegeleiding kan opgestart worden, op beslissing van de minister of zijn administratie, voor de steden en gemeenten waarvoor uit de opvolging en/of evaluatie de aanwezigheid blijkt van: - tekortkomingen bij de uitvoering van het strategisch plan, - tekortkomingen bij de realisatie van de doelstellingen of het bereiken van de resultaten.
Art. 40.§ 1. De onverschuldigde bedragen, die na grondige controle van de uitgaven worden vastgesteld, worden teruggevorderd door de administratie.
De terugvordering gebeurt op verzoek van de minister of zijn administratie. § 2. De gemeente beschikt over een termijn van 60 kalenderdagen om de in paragraaf 1 bedoelde onterechte ontvangen bedragen terug te betalen.
Bij niet-terugbetaling binnen de gestelde termijn wordt de herinneringsprocedure geactiveerd: 1° een eerste aanmaning wordt aan de gemeente doorgegeven.Deze laatste beschikt over een termijn van 30 kalenderdagen om zijn situatie te regulariseren en de onterechte bedragen terug te betalen. 2° Als de vergoeding binnen de nieuwe aanmaningstermijn van 30 kalenderdagen nog steeds niet is verwerkt, wordt een tweede en laatste aanmaning gestuurd naar de gemeente.Deze laatste beschikt over een laatste termijn van 30 kalenderdagen om over te gaan tot terugbetaling van de onterechte bedragen. 3° Na het verstrijken van deze laatste termijn en na afloop van de aanmaningsprocedure wordt het dossier overgedragen aan de Federale Overheidsdienst Financiën voor invordering. De gemeente die de onterechte bedragen niet binnen de gestelde termijnen kan terugbetalen, heeft de mogelijkheid om bij de administratie een verzoek tot afbetalingsplan in te dienen.
TITEL IV. - Organisatie van de opvolging en de evaluatie van de plannen
Art. 41.De filosofie van de plannen houdt een adequaat gebruik in van de middelen om de door de gemeenten bepaalde algemene, strategische en operationele doelstellingen te bereiken.
Art. 42.In het kader van de controlemechanismen van de financiële toelage, van de opvolging en van de evaluatie van de plannen, bepaalt de Minister de overlegorganen, de te volgen procedures, alsook de voorstellingsmodaliteiten van de opvolging en de evaluatie.
Art. 43.De administratie organiseert een regelmatige follow-up om ervoor te zorgen dat de toekenningsvoorwaarden van de financiële toelage zoals bepaald in onderhavig besluit door de gemeente worden nageleefd.
De gemeente maakt een jaarlijks voortgangsrapport over aan de administratie, en dit volgens de volgende planning en modaliteiten : 1° De jaarlijkse voortgangsrapporten worden, via elektronische weg, overgemaakt overeenkomstig de instructies en termijnen van de administratie;2° Het voortgangsrapport voor de periode januari 2025 - december 2025 wordt ten laatste op 31 maart 2026 overgemaakt.3° De gemeenten dienen verplicht gebruik te maken van het model van voortgangsrapport dat ter beschikking wordt gesteld door de administratie. TITEL V. - Eindbepaling
Art. 44.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2025.
Gegeven te Brussel, 20 december 2024.
De Minister van Binnenlandse Zaken, A. VERLINDEN
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 20 december 2024.
De Minister van Binnenlandse Zaken, A. VERLINDEN
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 20 december 2024.
De Minister van Binnenlandse Zaken, A. VERLINDEN
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 20 december 2024.
De Minister van Binnenlandse Zaken, A. VERLINDEN