gepubliceerd op 31 oktober 2002
Ministerieel besluit tot regeling van de terugbetaling door het Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers van de kosten van de materiële hulp door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toegekend aan een behoeftige asielzoeker gehuisvest in een plaatselijk opvanginitiatief
18 OKTOBER 2002. - Ministerieel besluit tot regeling van de terugbetaling door het Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers van de kosten van de materiële hulp door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toegekend aan een behoeftige asielzoeker gehuisvest in een plaatselijk opvanginitiatief
De Minister van Maatschappelijke Integratie, Gelet op de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op artikel 11, § 2, vervangen bij de wet van 9 juli 1971;
Gelet op de programmawet van 19 juli 2001 voor het begrotingsjaar 2001, inzonderheid op de artikelen 60 en 62;
Gelet op het ministerieel besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 december 1996 en de ministeriële besluiten van 2 februari 1999, van 29 november 1999 en van 22 november 2001;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 7 oktober 2002;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 9 oktober 2002;
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat bij de programmawet van 19 juli 2001 een Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers, hierna te noemen het Agentschap, werd opgericht met het oog op een doeltreffend en gecoördineerd beheer van het opvangnetwerk voor asielzoekers; dat het Agentschap tot opdracht heeft de verschillende modaliteiten inzake onthaal en opvang van asielzoekers te organiseren en te beheren, dat één van de modaliteiten van onthaal van asielzoekers de opvang van asielzoekers in lokale opvanginitiatieven is; dat de structuur, de organisatie en de werking van het Agentschap bij koninklijk besluit van 15 oktober 2001 werd geregeld; dat overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 22 oktober 2001 het nodige personeel voor het opstarten en operationaliseren van het Agentschap werd aangeworven; dat op 1 januari 2003 de basisallocaties « opvang van asielzoekers » beheerd door de federale Staat, naar het Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers onder de noemer « dotatie FAO » worden overgeheveld; dat het derhalve dringend noodzakelijk is de reglementering betreffende de lokale opvanginitiatieven vervat in het ministerieel besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven, aan deze overdracht van bevoegdheid aan te passen en in een autonoom besluit op te nemen;
Gelet op het advies 34.245/3 van de Raad van State, gegeven op 17 oktober 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, Besluit :
Artikel 1.§ 1. Het Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers, hierna te noemen het Agentschap, komt tussen in de kosten van de opvang van behoeftige asielzoekers die worden opgevangen in een opvanginitiatief, georganiseerd door een openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn op basis van een overeenkomst tussen het Agentschap en het O.C.M.W., in uitvoering van artikel 57ter , tweede lid, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
De tussenkomst bestaat uit een forfaitair bedrag van 28,63 EUR per dag per bezette opvangplaats. Indien een aangeboden opvangplaats in het opvanginitiatief niet bezet wordt, bestaat de tussenkomst uit maximaal 60 % van het bovenvermeld bedrag ter vergoeding van de vaste kosten van de inrichting van deze opvangplaats. § 2. Mits een bijzondere overeenkomst tussen het O.C.M.W. en het Agentschap bestaat de tussenkomst voor iedere alleenstaande minderjarige asielzoeker die in een opvanginitiatief wordt opgevangen, in afwijking van wat bepaald is in voorgaand lid, uit een forfaitair bedrag van 33,37 EUR per dag per bezette opvangplaats. § 3. Binnen de grenzen, bepaald in artikel 11, § 1, van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, betaalt het Agentschap eveneens de kosten terug van medische en farmaceutische verstrekkingen.
Art. 2.De financiële tussenkomst voorzien in artikel 1 van dit besluit, kan niet gecumuleerd worden met de financiële tussenkomst van de Staat voorzien in de artikelen 1 tot 3 en 5, van het ministerieel besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven.
Art. 3.De bedragen vermeld in artikel 1 van dit besluit zijn gekoppeld aan de spilindex 103,14 (basis 1996 = 100) van de consumptieprijzen, overeenkomstig de bepalingen van de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld.
Zij worden opnieuw berekend de eerste januari van ieder jaar.
Art. 4.§ 1. In artikel 6 van het ministerieel besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven, worden het eerste, tweede, derde, vierde en vijfde lid, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 22 november 2001, opgeheven. § 2. In hetzelfde artikel 6 wordt het zesde lid, ingevoegd bij het ministerieel besluit van 29 november 1999, opgeheven.
Art. 5.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2003, met uitzondering van artikel 1, § 3, en artikel 4, § 2, die in werking treden op 1 januari 2004.
Brussel, 18 oktober 2002.
J. VANDE LANOTTE