gepubliceerd op 14 februari 2002
Ministerieel besluit houdende overdracht van bevoegdheid door de Minister van Landsverdediging inzake het gunnen en uitvoeren van overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en inzake diverse uitgaven
18 JANUARI 2002. - Ministerieel besluit houdende overdracht van bevoegdheid door de Minister van Landsverdediging inzake het gunnen en uitvoeren van overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en inzake diverse uitgaven
De Minister van Landsverdediging, Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, inzonderheid op artikel 6;
Gelet op de programmawet van 19 juli 2001, inzonderheid artikel 41;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 oktober 1996 betreffende het voorafgaand toezicht en de overdracht van bevoegdheid inzake de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en inzake de toekenning van concessies voor openbare werken op federaal niveau;
Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 2000 betreffende de invoering van de euro en de wijziging van bepaalde bedragen in de reglementering inzake overheidsopdrachten;
Gelet op het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot bepaling van de algemene structuur van het Ministerie van Landsverdediging en tot vastlegging van de bevoegdheden van bepaalde autoriteiten;
Overwegende dat het noodzakelijk is de bedragen van de bevoegdheidsoverdracht in het Departement van Landsverdediging aan te passen teneinde ze, op 1 januari 2002, in overeenstemming te brengen met de overgang naar de definitieve fase van de euro en met de herstructurering van het Ministerie van Landsverdediging;
Overwegende dat het verkieslijk is de bevoegdheidsoverdracht voor de vervreemding van overtollig geworden materieel, waren en munitie in onderhavig besluit onder te brengen, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit, wordt verstaan onder : 1° « de minister » : de minister van landsverdediging;2° « Div MP » : de chef van de divisie overheidsopdrachten van de algemene directie material ressources;3° « Div INFRA » : de chef van de divisie infrastructuur van de algemene directie material ressources;4° « tabel » : één van de genummerde tabellen in de bijlage bij dit besluit;5° « de wet » : de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten;6° « onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking » : de onderhandelingsprocedure zonder naleving van de bekendmakingregels bij de aanvang van de procedure in de zin van artikel 17, § 2 van de wet. HOOFDSTUK II. - Overdracht van bevoegdheid inzake overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten Afdeling I. - Bepalingen toepasselijk op alle opdrachten
Art. 2.Aan de overheden, hierna « ordonnateurs » benoemd, vermeld in de bij dit besluit gevoegde tabellen, worden de hierna bepaalde bevoegdheden overgedragen. In geval van afwezigheid, vooraf gepubliceerd in de dagelijkse orders, van een ordonnateur worden zijn bevoegdheden uitgeoefend door een vervanger aangeduid in tabel 4.
De overgedragen bevoegdheid mag niet verder worden overgedragen.
Elk ordonnateur kan de bevoegdheid, toegekend aan ordonnateurs die hen hiërarchisch en/of functioneel ondergeschikt zijn, beperken.
Art. 3.De overdracht omvat de bevoegdheid om : 1° de opdracht voor te bereiden binnen de perken van tabel 1, dat wil zeggen : a) beslissen over de gunningswijze en het inzetten van de procedure;b) het bestek goedkeuren.Div MP en Div INFRA keuren de bestekken goed voor de minister.
Voor de aanneming van werken, indien de ordonnateur niet ingeschreven is bij de orde van architecten of indien hij niet bevoegd is in de bijzondere technieken, wordt het bestek door hem goedgekeurd, gezamenlijk met de door de wet voorziene specialisten. 2° de inschrijvers bij een algemene procedure en de kandidaten bij een beperkte- of onderhandelingsprocedure te selecteren binnen de perken van tabel 2A indien het een meerjarige opdracht betreft en tabel 2B in de andere gevallen;3° de offertes te evalueren en deze die niet aanvaardbaar zijn af te wijzen binnen de perken van tabellen 2A en 2B;4° de opdracht al dan niet te gunnen, binnen de perken van tabellen 2A en 2B, dat wil zeggen : a) het gunningsverslag goedkeuren, de contracten ondertekenen of de offerte goedkeuren, rekening houdend met artikel 5;b) de beslissing van niet-gunning, bepaald in artikel 18 van de wet, nemen. De overdracht omvat ook de bevoegdheid om sommige elementen van een opdracht eventueel te wijzigen en de uitvoeringsbeslissingen te nemen overeenkomstig artikel 4.
Art. 4.§ 1. - De wijzigingsclausules die afwijken van de essentiële bepalingen en/of voorwaarden van een opdracht : 1° die door de minister werd gegund, worden ondertekend door Div MP of Div INFRA, indien het wijzigingen betreft zonder financiële weerslag of waarvan de financiële weerslag kan becijferd worden en voor zover deze minder bedraagt dan het bedrag bepaald in tabel 2B voor het gunnen van opdrachten bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking;2° die door een overheid uit tabel 2A of 2B werd gegund, worden door deze overheid ondertekend binnen de perken van haar bevoegdheid vermeld in tabel 2B om opdrachten bij onderhande-lingsprocedure zonder bekendmaking te gunnen. De essentiële bepalingen en/of voorwaarden zijn de prijzen, de termijnen en al wat in het bestek of in het contract als essentieel is vermeld. § 2. - De wijzigingsclausules die afwijken van de niet-essentiële bepalingen en/of voorwaarden van de opdracht, worden ondertekend door de chef van de leidende dienst, en dit binnen de perken van de bevoegdheid vermeld in tabel 2B om opdrachten bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking te gunnen.
Bij de Div INFRA zijn de leidende diensten de ondersectiechefs van de Sectie Techniek en Controle, en de Chefs van de Regionale Infrastructuur Centra (*).
Bij de Div MP wordt de leidende dienst in het bestek aangeduid. § 3. - De wijzigingsclausules met administratief karakter in verband met de aannemer zoals juridische vorm, naam, maatschappelijke zetel of statuten, worden ondertekend door de chef van de leidende dienst.
De wijzigingsclausules met betrekking tot de wijziging van de rechtspersoonlijkheid van de aannemer worden ondertekend door de ordonnateur die de opdracht heeft gegund.
De akten van overdracht van een opdracht worden goedgekeurd door de ordonnateur die de opdracht heeft gegund. § 4. - De ordonnateurs uit tabel 2 beslissen over het aanvaarden onder beding van korting wegens minderwaarde van werken, leveringen en diensten. Het bedrag van de korting moet binnen de perken blijven van hun bevoegdheid vermeld in tabel 2B om opdrachten bij onderhan-delingsprocedure zonder bekendmaking te gunnen.
Div MP en Div INFRA hebben de bevoegdheid om deze beslissing te nemen in de opdrachten gegund door de minister en dit binnen de perken van hun bevoegdheid vermeld in tabel 2B om opdrachten bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking te gunnen. § 5. - De ordonnateurs uit tabel 2 nemen de beslissingen inzake de verbreking en de toepassing van de maatregelen van ambtswege van de door hun gegunde opdrachten, waarvan de waarde van het gedeelte dat verbroken wordt of waarop de maatregelen van ambtswege worden toegepast, hun bevoegdheid vermeld in tabel 2B om opdrachten te gunnen bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking, niet overschrijdt.
Div MP en Div INFRA hebben de bevoegdheid om hogergenoemde beslissingen te nemen in de opdrachten gegund door de minister en dit binnen de perken van hun bevoegdheid vermeld in tabel 2B om opdrachten bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking te gunnen. § 6. - De ordonnateurs nemen de beslissingen inzake de teruggave van boeten binnen de perken van tabel 3. Deze beperkingen betreffen het bedrag van de toegepaste boeten. § 7. - De ordonnateurs kennen de schadevergoeding toe voort-vloeiend uit de verbrekingen of uit de eenvoudige toepassing van contractuele of reglementaire bepalingen volgens de regels van artikel 4, § 1.
Art. 5.De directeur-generaal material resources stelt uitvoeringsonderrichtingen op die de procedures van zijn algemene directie regelen.
Art. 6.§ 1. - Het bedrag van de bevoegdheid omvat het totale werkelijke of geraamde bedrag van de opdracht in lopende euro, erbij inbegrepen de bijkomende kosten, met uitsluiting van de belasting op de toegevoegde waarde en rekening houdend met de regels uit de artikelen 2, 28 en 54 van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken.
Enkel het bedrag van de bevoegdheid van gedecentraliseerde ordonnateurs van de categorie B is een bedrag inclusief de belasting op de toegevoegde waarde. § 2. - In het geval van meerjarige open - of bestelovereenkomsten van werken heeft het bedrag, in alle stadia, betrekking op de opdracht voor het beschouwde budgettair jaar overeenkomstig tabel 2B. In geval van verlenging van deze opdrachten wordt de bevoegdheid bepaald rekening houdend met de gunningswijze van de oorspronkelijke opdracht. § 3. - In het geval van opdrachten van werken met voorwaardelijke schijven heeft het bedrag in alle stadia betrekking op het geheel van de schijven, overeenkomstig tabel 2A. § 4. - Div MP en Div INFRA hebben de bevoegdheid om de meerjarige open - of bestelovereenkomsten gegund door de minister te verlengen.
Div MP en Div INFRA hebben de bevoegdheid om in de meerjarige opdrachten met gedefinieerde opties of voorwaardelijke schijven gegund door de minister, deze opties of schijven te bestellen.
De ordonnateurs van tabel 2A mogen de opdrachten die zij hebben gegund verlengen.
Zij mogen de opties of schijven bestellen van de opdrachten die zij hebben gegund. Afdeling II. - Bepalingen toepasselijk op ruilovereenkomsten en
uitgestelde contracten
Art. 7.Div MP heeft de bevoegdheid om ruilovereenkomsten voor te bereiden, te gunnen en uit te voeren, mits naleving van de wetgeving op de overheidsopdrachten en van de bepalingen uit afdeling I van dit hoofdstuk.
De bevoegdheid wordt bepaald door tabellen 1 en 2B, in functie van de ruilwaarde en de gunningswijze.
Art. 8.De overheden in tabel 9 aangeduid hebben de bevoegdheid om in vredestijd uitgestelde contracten voor werken, leveringen en diensten voor te bereiden. In oorlogstijd, of ermee gelijkgesteld, gaan ze over tot de uitvoering.
Div MP en Div INFRA hebben, ieder wat hem betreft, de bevoegdheid om in vredestijd de uitgestelde contracten voor werken, leveringen en diensten te gunnen en te verbreken. Afdeling III. - Bepalingen toepasselijk op vervreemding
Art. 9.Div MP heeft de bevoegdheid om : 1° onderhandse contracten te sluiten voor verkoop van overtollig materieel waarvan het bedrag 27.000 EUR niet overschrijdt; 2° voor verkoop van het materieel aangeboden tijdens de openbare verkopen, contracten te sluiten waarvan het bedrag 27.000 EUR niet overschrijdt. Bij toewijzing van meerdere percelen aan eenzelfde kandidaat zal het cumulatief bedrag van deze percelen in beschouwing worden genomen.
Art. 10.Artikel 9 is niet van toepassing op contracten betreffende wapens en munitie.
Art. 11.De overgedragen bevoegdheid, zoals vermeld in artikel 9, mag niet verder worden overgedragen. Afdeling IV. - Speciale overdrachten van bevoegdheid
Art. 12.§ 1. - De directeur van het Belgian Military Supply Office te Washington mag de opdrachten in de Verenigde Staten van Amerika en Canada voorbereiden, binnen de perken van tabel 1.
Hij mag deze opdrachten gunnen en uitvoeren binnen de perken van tabel 2A en 2B. Boven deze drempel is een bijzondere overdracht van bevoegdheid vanwege de minister vereist, in voorkomend geval na goedkeuring door de Ministerraad. § 2. - De onderstafchef operaties en training en de chef van de divisie synthese, evaluatie en coördinatie van dit stafdepartement hebben de bevoegdheid ten belope van 67.000 EUR om niet-meerjarige opdrachten te gunnen waarvan het principe werd goedgekeurd door de chef defensie. Deze bevoegdheid geldt niet voor de aankoop van voertuigen. § 3. - De militaire attachés en de directeur van het Belgian Military Supply Office hebben de bevoegdheid ten belope van 67.000 EUR om niet-meerjarige opdrachten te gunnen waarvan het principe werd goedgekeurd door de chef defensie en bestemd om de specifieke behoeften voor de werking van hun bureau en/of voor de uitvoering van hun opdracht te dekken. Deze bevoegdheid geldt niet voor de aankoop van voertuigen. § 4. - In het domein van de host nation support heeft de commandant van de territoriale directie de bevoegdheid om niet-meerjarige opdrachten in het kader van de steun aan de werking van de communicatielijnen van de vreemde strijdkrachten, voor te bereiden, te gunnen en uit te voeren.
Elke opdracht wordt gegund voor rekening van deze vreemde staten en voor een maximaal bedrag van 330.000 EUR. § 5. - De directeur van de 4(BE)PL Div heeft de bevoegdheid om opdrachten, bestemd om aan specifieke behoeften voor zijn opdracht te voldoen, voor te bereiden, te gunnen en uit te voeren, ten belope van volgende maximumbedragen : 1° 270.000 EUR voor de opdrachten gegund bij openbare aanbesteding of algemene offerteaanvraag; 2° 135.000 EUR voor de opdrachten gegund bij beperkte aanbesteding, beperkte offerteaanvraag of bij onderhandelingsprocedure met bekendmaking in de zin van artikel 17, § 3 van de wet; 3° 67.000 EUR voor de opdrachten gegund bij onderhandelings-procedure zonder bekendmaking.
Bovendien mag de directeur bestellingen aan het Federaal Aankoopbureau overmaken ten belope van maximum 135.000 EUR. § 6. - Het overmaken van bestellingen aan het Federaal Aankoopbureau, in uitvoering van het koninklijk besluit van 23 februari 1977 betreffende dit bureau, mag slechts gebeuren door de ordonnateurs opgenomen in tabel 1 en dit binnen de aangeduide limieten.
Art. 13.§ 1. - Bij hoogdringendheid en in omstandigheden die niet toelaten een overheid aangeduid in tabel 2 te doen tussenkomen en wanneer zij met opdracht, op oefening of op maneuver zijn in het buitenland, hebben : - de overheid met de hoogste graad die de eenheid of de instelling beveelt, - de boordcommandant van een militair luchtvaartuig, - de commandant van een schip van de marinecomponent, de bevoegdheid om opdrachten te gunnen die noodzakelijk zijn om : - mensenlevens te beschermen, - te voorzien in de medische verzorging, het vervoer of de repatriëring van het militair personeel en de eventuele burgers die deel uitmaken van het gevolg der strijdkrachten, - de gebruiksveiligheid van het militair materieel of de goede uitvoering van de opdracht te verzekeren.
Voor de boordcommandant van een luchtvaartuig geldt deze bevoegdheid ook in België. § 2. - Bij hoogdringendheid en in omstandigheden die niet toelaten een overheid aangeduid in tabel 2 te doen tussenkomen, heeft de onderstafchef operaties en training overdracht van bevoegdheid om opdrachten voor te bereiden, te gunnen en uit te voeren die noodzakelijk zijn om de goede uitvoering van een operatie of van een dringende transportopdracht te verzekeren. § 3. - De bepalingen van dit artikel gelden voor zover de opdracht niet dient voorgelegd aan de Ministerraad en voor zover de bedragen bepaald in artikel 9, § 1 van het koninklijk besluit van 14 oktober 1996 betreffende het voorafgaand toezicht en de overdracht van bevoegdheid inzake de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en inzake de toekenning van concessies voor openbare werken op federaal niveau, niet worden overschreden. Afdeling V. - Bijzondere procedures
Art. 14.§ 1. - Voor opdrachten van werken, leveringen en diensten in gemeenschappelijk, nationaal of internationaal verband : 1° de conventies, voorbereid door de betrokken stafdepartementen en algemene directies in samenwerking met Div MP of Div INFRA, na het akkoord van de Ministerraad, worden ondertekend en gewijzigd door Div MP of Div INFRA, binnen de perken van hun bevoegdheid om opdrachten bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking te gunnen.2° tenzij het verdrag of de conventie het anders bepaalt, worden de opdrachten, die eruit voortspruiten, voorbereid, gegund en uitgevoerd volgens de regels van Afdeling I. § 2. - Voor de opdrachten van werken, leveringen en diensten in naam en voor rekening van zowel nationale als internationale derden geldt dezelfde regeling als in § 1. HOOFDSTUK III. - Overdracht van bevoegdheid inzake diverse uitgaven
Art. 15.De overheden aangeduid in tabel 8 hebben de bevoegdheid om uitgaven vast te leggen tengevolge van verbintenissen die voortvloeien uit een door de Minister goedgekeurd verbruiksprogramma en die geen betrekking hebben op overheidsopdrachten maar die noodzakelijk zijn voor het in werking stellen van hun stafdepartement, algemene directie, component of dienst zoals uitgaven van internationale aard, cursuskosten, kosten ter gelegenheid van zendingen in het buitenland in het kader van de richtlijnen van de minister, medische en farmaceutische onkosten, representatiekosten en huurkosten voor onroerende goederen.
Art. 16.De goedkeuring van de uitgaven gebeurt door de overheden die bevoegd zijn om te beslissen over deze uitgaven. Deze overheden mogen, op hun verantwoordelijkheid, een beperkt aantal hen ondergeschikte overheden aanduiden die bevoegd zijn om deze uitgaven goed te keuren. HOOFDSTUK IV. - Overdracht van bevoegdheid inzake geschillen en schadevergoeding
Art. 17.De hierna vermelde overheden van de algemene directie juridische steun en bemiddeling hebben de bevoegdheid om alle beslissingen te nemen en, met name, om het bedrag vast te stellen dat invorderbaar is van de aansprakelijke personen en om het gedeelte van de schade te bepalen dat ten laste valt van de staat, alsook om uitgaven goed te keuren, die voortvloeien uit een dading of uit een eenvoudige schuldbekentenis van de staat, met betrekking tot : 1° schade aan personen;2° schade aan goederen bij verkeersongevallen of wanneer er een derde bij betrokken is;3° vergoeding wegens opeisingen en schade berokkend door legereenheden op maneuver en van door het gewapend verzet aangegane verbintenissen;4° gerechtelijke geschillen, die ontstaan op het ogenblik van de ontvangst van de ingebrekestelling;5° gerechtskosten, met inbegrip van de rechtplegingsvergoeding. De overdracht van bevoegdheid geldt tot beloop van de volgende bedragen : Directeur-generaal juridische steun en bemiddeling : 180.000 EUR Divisiechef geschillen : 135.000 EUR Sectiechef burgerlijke geschillen, sectiechef ongevallen, sectiechef claims : 90.000 EUR Ondersectiechefs binnen de secties burgerlijke geschillen, ongevallen en claims : 67.000 EUR Bureauchefs binnen de secties burgerlijke geschillen, ongevallen en claims : 20.000 EUR Onderbureauchefs binnen de secties burgerlijke geschillen, ongevallen en claims : 2.200 EUR De uitoefening van de bevoegdheid door de gedelegeerden met een lagere functie dan ondersectiechef is onderworpen aan de toelating van de sectiechefs waarvan zij afhangen. Deze toelating kan ingetrokken worden. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen
Art. 18.Worden opgeheven : 1° Het ministerieel besluit van 30 april 1997 houdende overdracht van bevoegdheid door de Minister van Landsverdediging inzake het gunnen en uitvoeren van overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en inzake diverse uitgaven 2° het ministerieel besluit Nr 76522 van 30 mei 1997 die betrekking heeft op de verkopen.
Art. 19.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2002.
Brussel, 18 januari 2002.
FLAHAUT _______ Nota's (*) Gedurende de transitiefase, en tot hun integratie in de eenheidsstructuur, blijven KTG en KDR leidende dienst.
Bijlage aan het ministerieel besluit nr. 82603 van 18 januari 2002 Tabel 1 Overdracht van bevoegdheid in het stadium voorbereiding (in euro) Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld