gepubliceerd op 15 april 2005
Ministerieel besluit tot erkenning van verenigingen voor de paardenfokkerij
16 MAART 2005. - Ministerieel besluit tot erkenning van verenigingen voor de paardenfokkerij
De Vlaamse minister van Institutionele Hervormingen, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsontwikkeling, Gelet op de wet van 20 juni 1956 betreffende de verbetering van de rassen van voor de landbouw nuttige huisdieren, gewijzigd bij de wetten van 24 maart 1987 en 23 maart 1998 en bij het koninklijk besluit nr. 426 van 5 augustus 1985;
Gelet op het koninklijk besluit van 10 december 1992 betreffende de verbetering van paardachtigen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 juli 2000;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 juli 2004 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 oktober 2004;
Gelet op het ministerieel besluit van 23 december 1992 betreffende de verbetering van paardachtigen, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 14 oktober 1996;
Gelet op het ministerieel besluit van 23 december 1992 tot erkenning en betoelaging van verenigingen met betrekking tot paardachtigen, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 16 mei 1995, 16 september 1998, 16 december 1999, 15 december 2000, 6 november 2001, 8 december 2001, 21 december 2001 en 28 augustus 2003;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 17 januari 2005;
Gelet op het overleg tussen de gewesten en de federale overheid op 29 november 2004;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat het noodzakelijk is het coördinerende orgaan en de fokkersverenigingen te erkennen en hen te belasten met opdrachten, Besluit :
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : 1° het koninklijk besluit : het koninklijk besluit van 10 december 1992 betreffende de verbetering van paardachtigen;2° de dienst : de Vlaamse administratie, belast met de fokkerij.
Art. 2.Ter uitvoering van artikel 3, 1°, van het koninklijk besluit worden de volgende fokkersverenigingen erkend : 1° de V.Z.W. Belgisch Warmbloedpaard voor de rassen : a) Belgisch Warmbloedpaard;b) Belgische Rijpony;c) Dartmoor Pony;d) Connemara Pony;e) Tuigpaard;2° de vzw Belgisch Arabisch Paardenstamboek voor het ras Arabisch Volbloed; 3° de V.Z.W. Het Belgisch Haflinger Stamboek voor het ras Haflinger; 4° de V.Z.W. Belgisch Welsh Pony Stamboek voor het ras Welsh Pony; 5° de V.Z.W. Belgian New Forest Pony Studbook voor het ras New-Forest Pony; 6° de V.Z.W. Belgisch Studbook van de Shetland Pony voor het ras Shetland Pony; 7° de V.Z.W. Belgisch Stamboek voor IJslandse Pony's, Vereniging voor de Bevordering van het IJslandse Paardenras voor het ras Ijslandse Pony; 8° de V.Z.W. Belgisch Stamboek van de Lipizzaner voor het ras Lipizzaner; 9° de V.Z.W. Belgian Highland Pony Society voor het ras Highland Pony; 10° de V.Z.W. Studbook Zangersheide voor het ras Zangersheide; 11° de V.Z.W. Het Belgisch Stamboek voor het Miniatuurpaard voor het ras Miniatuurpaard; 12° de V.Z.W. Vlaamse Fokkers van het Belgisch Trekpaard voor het ras Belgisch Trekpaard.
De verenigingen, genoemd in het eerste lid, worden belast met de opdrachten, vermeld in artikel 3, 1°, a) en b), van het koninklijk besluit. De dienst kan deze verenigingen belasten met extra opdrachten.
Art. 3.Ter uitvoering van artikel 3, 2°, van het koninklijk besluit wordt de V.Z.W. Vlaamse Confederatie van het Paard, hierna de VCP te noemen, erkend. De VCP wordt belast met de opdrachten, vermeld in artikel 3, 2°, a), b), d), e) en f), van het koninklijk besluit. De dienst kan de VCP belasten met extra opdrachten.
Art. 4.Het ministerieel besluit van 23 december 1992 tot erkenning en betoelaging van verenigingen met betrekking tot paardachtigen, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 16 mei 1995, 16 september 1998, 16 december 1999, 15 december 2000, 6 november 2001, 8 december 2001, 21 december 2001 en 28 augustus 2003, wordt, wat de toepassing ervan in het Vlaamse Gewest betreft, opgeheven.
Art. 5.Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Brussel, 16 maart 2005.
De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsontwikkeling, Y. LETERME