gepubliceerd op 20 december 2000
Ministerieel besluit betreffende de algemene regels inzake de schatkistcertificaten
12 DECEMBER 2000. - Ministerieel besluit betreffende de algemene regels inzake de schatkistcertificaten
De Minister van Financiën, Gelet op artikel 37 van de Gecoördineerde Grondwet;
Gelet op de wet van 2 januari 1991 betreffende de markt van de effecten van de overheidsschuld en het monetair beleidsinstrumentarium gewijzigd door de wetten van 22 juli 1991, 28 juli 1992, 6 augustus 1993, 4 april 1995, 18 juni 1996, 15 juli en 30 oktober 1998, inzonderheid op hoofdstuk I;
Gelet op de wet van 24 december 1999 houdende de Rijksmiddelenbegroting voor het begrotingsjaar 2000, inzonderheid op artikel 8, § 1, 2°;
Gelet op het koninklijk besluit van 23 januari 1991 betreffende de effecten van de staatsschuld, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 juli 1991, 10 februari 1993, 30 september en 3 december 1997, en van 26 november 1998;
Gelet op het koninklijk besluit van 22 december 1995 betreffende de organisatie van de secundaire buitenbeursmarkt van de lineaire obligaties, de gesplitste effecten en de schatkistcertificaten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 14 december 1997, inzonderheid op artikel 8;
Gelet op het ministerieel besluit van 17 december 1998 betreffende de uitgifte van schatkistcertificaten, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 15 maart en 26 augustus 1999;
Overwegende dat het aangewezen is het ministerieel besluit van 17 december 1998 betreffende de uitgifte van schatkistcertificaten aan te passen aan de voortdurende evolutie van de gebruiken van de markt, inzonderheid door de mogelijkheid te voorzien om sommige technische bepalingen aan te passen via de uitgifteprospectus van de schatkistcertificaten, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen
Artikel 1.§ 1. Dit besluit is van toepassing op de in euro uitgedrukte schatkistcertificaten met een looptijd van ten hoogste één jaar.
Deze maximumlooptijd mag worden verlengd ten einde de vervaldag te laten samenvallen met een werkdag van het betalingssysteem "TARGET" (Trans-european Automate Realtime Grosssettlement Express Transfert system). § 2. De schatkistcertificaten worden beheerst door : 1° de bepalingen van dit besluit en 2° de regelen en andere bepalingen opgenomen in de handleidingen of overeenkomsten betreffende de betrokken wijze van uitgifte. De handleidingen kunnen bevatten : 1° de specifieke technische en financiële modaliteiten van bepaalde wijzen van uitgifte;2° bepaalde bijzondere regelen die de algemene regelen inzake de uitgifte van schatkistcertificaten aanvullen;3° elke nuttige informatie ten behoeve van de deelnemers, inschrijvers of beleggers.
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1) primary dealer : de instellingen markthouders bedoeld in artikel 8 van het koninklijk besluit van 22 december 1995 betreffende de organisatie van de secundaire buiten-beursmarkt van de lineaire obligaties, de gesplitste effecten en de schatkistcertificaten, verbonden met de Schatkist door het lastenboek van de primary dealers in schatkistwaarden van het Koninkrijk België;2) recognized dealers : de instellingen markthouders bedoeld in artikel 8 van het koninklijk besluit van 22 december 1995 betreffende de organisatie van de secundaire buiten-beursmarkt van de lineaire obligaties, de gesplitste effecten en de schatkistcertificaten, verbonden met de Schatkist door het lastenboek van de recognized dealers in schatkistwaarden van het Koninkrijk België.
Art. 3.De schatkistcertificaten hebben de vorm van gedematerialiseerde effecten overeenkomstig de artikelen 3 tot 12 van de wet van 2 januari 1991 betreffende de markt van de effecten van de overheidsschuld en het monetair beleidsinstrumentarium.
De schatkistcertificaten kunnen eveneens de vorm aannemen van een inschrijving op naam in een grootboek van de staatschuld, volgens de modaliteiten vastgesteld door het koninklijk besluit van 23 januari 1991 betreffende de effecten van de staatsschuld.
De inschrijvingen op naam van schatkistcertificaten kunnen omgezet worden in gedematerialiseerde effecten en omgekeerd volgens de modaliteiten vastgesteld door het voormelde koninklijk besluit van 23 januari 1991.
Art. 4.Het bedrag aan schatkistcertificaten in te schrijven op een effectenrekening of in een grootboek van de staatsschuld, is het bedrag, in kapitaal en intresten, door de Staat te betalen op de vervaldag, voor eventuele inhouding van de roerende voorheffing.
Art. 5.De schatkistcertificaten worden uitgegeven via : 1° aanbestedingen na een offerteaanvraag;2° inschrijvingen buiten mededinging;3° aanmaak voor de werkingsbehoeften van het systeem van automatische uitlening van effecten van het effectenclearingstelsel van de Nationale Bank van België. HOOFDSTUK II. - Uitgifte van schatkistcertificaten via aanbesteding na een offerteaanvraag Afdeling 1. De deelneming aan de aanbestedingen
Art. 6.De deelname aan de aanbestedingen gebeurt uitsluitend in eigen naam.
Enkel de primary dealers en de recognized dealers zijn gerechtigd deel te nemen aan de aanbestedingen.
Een primary dealer of een recognized dealer kan, indien daartoe aanleiding bestaat, tijdelijk van de aanbestedingen worden uitgesloten overeenkomstig de bepalingen van het lastenboek waaraan hij is onderworpen. Afdeling II. Emissiekalender - Bekendmaking van de offerteaanvraag
Art. 7.Voor één januari van ieder jaar wordt een indicatieve kalender van de uitgiften voor het volgende jaar bekendgemaakt op de Internetsite van het Ministerie van Financiën, Administratie der thesaurie, Staatsschuld.
De inhoud van de indicatieve kalender van de uitgiften wordt vastgesteld door de handleiding.
Art. 8.§ 1. De offerteaanvraag wordt meegedeeld op de wijze en binnen een termijn verenigbaar met de gebruiken van de markt.
De inhoud van de offerteaanvraag wordt vastgesteld door de handleiding. § 2. De vervaldag en de code van de uitgegeven schatkistcertificaten mogen dezelfde zijn als die van voorheen uitgegeven schatkistcertificaten. § 3. In geval van uitzonderlijke en onvoorziene omstandigheden kan worden verzaakt aan een offerteaanvraag.
Een verzaking overeenkomstig het vorige lid wordt aangekondigd op de wijze en binnen een termijn verenigbaar met de gebruiken van de markt. Afdeling III. Speciale uitgiften
Art. 9.§ 1. De lijnen van schatkistcertificaten, voorzien in de kalender waarvan sprake is in artikel 7 van dit besluit, kunnen vervroegd worden geopend of heropend op de datum : 1) van de terugbetaling van leningen op de eindvervaldag;2) van de gehele of gedeeltelijke vervroegde terugbetaling van leningen overeenkomstig de beschikkingen van de koninklijke of ministeriële besluiten van uitgifte;3) waarop er financiële beheersverrichtingen van de Schatkist plaatsvinden. § 2. Een indicatieve kalender van deze uitgiften wordt gepubliceerd op de Internetsite van het Ministerie van Financiën, Administratie der thesaurie, Staatsschuld.
De inhoud van de indicatieve kalender en de offerteaanvragen betreffende speciale uitgiften wordt vastgelegd door de handleiding.
Aan de offerteaanvraag kan verzaakt worden voor elk van de uitgiften die op de indicatieve kalender zijn voorzien en dit op de wijze en binnen een termijn verenigbaar met de gebruiken van de markt.
Art. 10.De artikelen 15 tot 17 zijn niet van toepassing op de speciale uitgiften bedoeld in artikel 9, § 1. Afdeling IV. De inhoud van de offertes
Art. 11.De offertes moeten worden opgesteld overeenkomstig de regelen vastgelegd in de handleiding. Offertes die hiermede niet in overeenstemming zijn kunnen worden verworpen.
Het bedrag van de offerte is het bedrag van het kapitaal dat de Staat moet ontlenen en op de vervaldag moet terugbetalen, vermeerderd met de intresten.
De voorgestelde rentevoet dient de nominale rentevoet (i) te zijn waartegen de op de vervaldag verschuldigde intresten worden berekend met toepassing van de volgende formule : geleend bedrag x i/100 x n/360 waarbij n het exact aantal kalenderdagen is tussen de valutadatum van de uitgifte (inbegrepen) en de vervaldatum (niet inbegrepen) van de toe te wijzen schatkistcertificaten. Afdeling V. De indiening van de offertes
Art. 12.De offertes moeten ingediend worden bij het Ministerie van Financiën, Agentschap van de schuld, volgens de richtlijnen die in de handleiding gegeven worden.
De verantwoordelijkheid voor het gebruik van telecommunicatiemiddelen berust uitsluitend bij de inschrijver.
Een ingediende offerte is bindend en onherroepelijk. Afdeling VI. De aanbesteding
Art. 13.De offertes worden toegewezen tegen de door de inschrijvers bij de aanbesteding voorgestelde rentevoeten.
Al de offertes ingediend tegen rentevoeten die lager zijn dan de hoogste in aanmerking genomen rentevoet worden toegewezen voor hun totaal bedrag.
De offertes tegen de hoogste in aanmerking genomen rentevoet kunnen ten belope van een naar evenredigheid verminderd bedrag worden toegewezen. In dat geval worden de aldus verminderde bedragen afgerond volgens de regels vastgesteld in de handleiding.
Van de aanbesteding wordt een proces-verbaal opgesteld. Afdeling VII. De bekendmaking van de resultaten van de aanbesteding
Art. 14.§ 1. De resultaten van de aanbesteding worden zo snel mogelijk na de aanbesteding bekendgemaakt.
De inhoud van de meegedeelde resultaten wordt vastgelegd in de handleiding. § 2. Indien de resultaten van de aanbesteding niet worden bekendgemaakt voor 14 uur op de dag van de aanbesteding, kunnen diegenen aan wie de aanbesteding werd gegund aan hun offerte verzaken middels een mededeling aan de back-offfice van het Agentschap van de schuld.
De modaliteiten volgens dewelke deze verzaking geldig wordt ontvangen, worden vastgesteld in de handleiding.
Art. 15.Uiterlijk om 12 uur op de dag van de aanbesteding kan de Nationale Bank van België, voor rekening van buitenlandse centrale banken en hiermee gelijk te stellen instellingen en voor rekening van internationale financiële instellingen waarvan België lid is, inschrijven tegen de gewogen gemiddelde rentevoet van de aanbesteding.
Deze inschrijving buiten mededinging kan worden aangepast in functie van de noden van de Schatkist.
Art. 16.§ 1. De primary dealers kunnen inschrijven op schatkistcertificaten tegen de gewogen gemiddelde rentevoet van de aanbesteding overeenkomstig de bepalingen van het lastenboek van de primary dealers.
In geval van verzaking aan een uitnodiging tot het indienen van offertes, overeenkomstig artikel 8, § 4, van dit besluit, kan aan de primary dealers worden toegestaan om inschrijvingen buiten mededinging in te dienen tegen de rentevoet en volgens de regels vastgesteld van geval tot geval.
De verzaking aan een offerte overeenkomstig artikel 14, § 2, van dit besluit doet geen afbreuk aan een recht op inschrijving buiten mededinging zoals voorzien door het lastenboek.
Het recht van de primary dealers om deel te nemen aan de inschrijvingen buiten mededinging kan worden geschorst of verminderd overeenkomstig de bepalingen van het lastenboek. § 2. Het Muntfonds, de Deposito- en Consignatiekas en het Rentenfonds kunnen inschrijven op schatkistcertificaten tegen de gewogen gemiddelde rentevoet van de aanbesteding in het kader van het portefeuillebeheer, overeenkomstig de voorwaarden vastgesteld door de Administrateur-generaal van de Administratie der thesaurie of de ambtenaar-generaal die hem vervangt in geval van verhindering.
Art. 17.Artikel 11 is van toepassing op de inschrijvingen bedoeld in de artikelen 15 en 16 van dit besluit. HOOFDSTUK IV. - De vereffening van de bedragen uitgegeven door aanbesteding of door inschrijvingen buiten mededinging
Art. 18.Het door de koper van schatkistcertificaten op de valutadatum van de uitgifte te betalen bedrag (C), dat overeenkomt met het door de Staat ontleende bedrag voor iedere in overweging genomen offerte, wordt berekend volgens de volgende formule : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld waarbij - Y staat voor het toegewezen bedrag van de offerte; - i gelijk is aan de voorgestelde rentevoet van de toegewezen offerte; - n het exact aantal kalenderdagen is tussen de waardedatum van de aanbesteding (inbegrepen) en de vervaldatum (niet inbegrepen) van de toegewezen schatkistcertificaten.
Het bedrag C wordt afgerond : 1) op de lagere cent indien de fractie minder dan 0,5 cent bedraagt;2) op de hogere cent indien de fractie 0,5 cent of meer bedraagt.
Art. 19.De schatkistcertificaten die werden toegewezen of waarop buiten mededinging werd ingeschreven, worden op de valutadag geleverd tegen betaling van het door de inschrijver verschuldigde bedrag, via het effectenclearingstelsel van de Nationale Bank van België.
Art. 20.§ 1. De effecten waarvan de prijs niet werd betaald op de valutadatum van de uitgifte, kunnen vanaf die datum zonder ingebrekestelling door eenvoudige beslissing van de Administratie der thesaurie worden geannuleerd, onverminderd het recht van de Administratie der thesaurie om herstel van de geleden schade te verkrijgen. § 2. Aan de kopers voor wie de niet-betaling op de valutadag van het verschuldigde bedrag verschoonbaar is, kan uitstel van betaling worden verleend. In dat geval is aan de Schatkist in functie van de gebruiken van de markt een intrest verschuldigd voor het aantal dagen vertraging. § 3. In geval van annulering van de effecten bedoeld in § 1 van dit artikel, bedraagt de aan de Schatkist verschuldigde schadevergoeding 7 dagen intrest, berekend tegen de op de valutadatum van kracht zijnde rentevoet van de marginale beleningsfaciliteit van de Europese Centrale Bank, vermeerderd met 1,5 pct. Deze intrest wordt berekend over het bedrag dat wegens de ontbonden toewijzing of inschrijving buiten mededinging diende te worden betaald. HOOFDSTUK V. - Algemene regels betreffende de andere wijzen van uitgifte van schatkistcertificaten
Art. 21.De uitgiftemodaliteiten van de schatkistcertificaten voor de noden van de werking van het systeem van automatische ontlening van effecten van het effectenclearingstelsel van de Nationale Bank van België, worden geregeld door een specifieke conventie. HOOFDSTUK VI. - De terugbetaling van de schatkistcertificaten
Art. 22.De schatkistcertificaten zijn terugbetaalbaar op hun eindvervaldag.
De Administratie der thesaurie heeft echter de mogelijkheid om de uitgegeven schatkistcertificaten op de secundaire markt te verwerven.
De aldus verworven effecten kunnen, naar keuze van de Administratie der thesaurie, worden afgelost, worden bewaard tot de eindvervaldag of opnieuw worden verkocht op de secundaire markt. HOOFDSTUK VII. - Delegaties - Bevoegde rechtbanken
Art. 23.§ 1. De ambtenaren-generaal van de Administratie der thesaurie en de personeelsleden van het Agentschap van de schuld die daartoe werden aangeduid, worden gemachtigd om te beslissen over : 1. de inhoud en de wijzigingen aan de handleiding betreffende de uitgifte van de schatkistcertificaten, genoodzaakt door de evolutie van de markten;2. de vastlegging en de eventuele wijziging van de emissiekalender voorzien in de artikelen 7 en 9 van dit besluit;3. de offerteaanvraag of de verzaking aan een offerteaanvraag betreffende een uitgifte van schatkistcertificaten;4. de aanvaarding van de offertes met mededinging evenals de aanbesteding van schatkistcertificaten;5. de aanpassing van de inschrijving buiten mededinging van de Nationale bank van België;6. de schorsing of vermindering van het recht van de primary dealers om deel te nemen aan de inschrijvingen buiten mededinging;7. het toekennen van uitstel van betaling krachtens artikel 20, § 2, van dit besluit;8. de annulering van de offertes in toepassing van artikel 20, § 1, van dit besluit;9. en het opstellen en het ondertekenen van het proces-verbaal van de aanbesteding. § 2. Zij worden eveneens gemachtigd om iedere overeenkomst of document te ondertekenen vereist voor de toepassing van dit besluit.
Art. 24.Alle geschillen met betrekking tot de uitgifte van schatkistcertificaten behoren tot de uitsluitende bevoegdheid van de rechtbanken van het gerechtelijk arrondissement Brussel. HOOFDSTUK VIII. - Opheffingsbepalingen - Inwerkingtreding
Art. 25.Het ministerieel besluit van 17 december 1998 betreffende de uitgifte van schatkistcertificaten, gewijzigd door het ministerieel besluit van 15 maart 1999, wordt opgeheven.
Art. 26.Dit besluit heeft uitwerking vanaf 1 december 2000.
Brussel, 12 december 2000.
D. REYNDERS