Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 11 augustus 1997
gepubliceerd op 09 september 1997

Ministerieel besluit tot wijziging van de artikelen 54, 56, 71, 87 en 92 van het ministerieel besluit van 26 november 1991 houdende de toepassingsregelen van de werkloosheidsreglementering

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1997012632
pub.
09/09/1997
prom.
11/08/1997
ELI
eli/besluit/1997/08/11/1997012632/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

11 AUGUSTUS 1997. Ministerieel besluit tot wijziging van de artikelen 54, 56, 71, 87 en 92 van het ministerieel besluit van 26 november 1991 houdende de toepassingsregelen van de werkloosheidsreglementering (1)


De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Gelet op de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 7, gewijzigd bij de wetten van 14 juli 1951, 14 februari 1961, 16 april 1963, 11 januari 1967, 10 oktober 1967, de koninklijke besluiten nr. 13 van 11 oktober 1978 en nr. 28 van 24 maart 1982, de wetten van 22 januari 1985, 30 december 1988, 26 juni 1992, 30 maart 1994 en bij het koninklijk besluit van 14 november 1996;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering;

Gelet op het ministerieel besluit van 26 november 1991 houdende de toepassingsregelen van de werkloosheidsreglementering inzonderheid op de artikelen 54, § 3, vervangen door het ministerieel besluit van 13 december 1996 en gewijzigd bij het ministerieel besluit van 10 juni 1997, 56, § l, vijfde lid, 1°, vervangen bij het ministerieel besluit van 17 april 1996 en gewijzigd bij het ministerieel besluit van 10 juni 1997, 71, § 2 vervangen bij het ministerieel besluit van 10 juni 1997, 87, 5°, ingevoegd bij het ministerieel besluit van 22 december 1995 en vervangen bij het ministerieel besluit van 10 juni 1997, 92, § 2, tweede lid, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 22 december 1995 en 10 juni 1997;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 15 juli 1997;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 22 juli 1997;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door het feit dat deze besluiten onontbeerlijk zijn om toe te laten dat de werkgevers, die reeds bereid zijn arbeidsposten te creëren voor langdurige werklozen, hun dossiers terzake zouden kunnen indienen, dat deze besluiten tevens onontbeerlijk zijn om de betrokken administraties toe te laten de nodige schikkingen te nemen teneinde de administratieve procedures en de noodzakelijke formulieren op punt te stellen en dat iedere vertraging in de uitvaardiging van deze besluiten negatieve gevolgen heeft voor de herinschakelingsmogelijkheden van de langdurige werklozen en de door de Regering als prioritair beschouwde politiek van bevordering van de tewerkstelling in het gedrang brengt;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 29 juli 1997, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, Besluit :

Artikel 1.Artikel 54, § 3, tweede lid van het ministerieel besluit van 26 november 1991 houdende de toepassingsregelen van de werkloosheidsreglementering, vervangen bij het ministerieel besluit van 13 december 1996 en gewijzigd bij het ministerieel besluit van 10 juni 1997, wordt aangevuld met een 4°, luidend als volgt : « 4° de periodes van tewerkstelling in een erkende arbeidspost. »

Art. 2.Artikel 56, § 1, vijfde lid, 1°, van hetzelfde besluit, vervangen bij het ministerieel besluit van 10 juni 1997, wordt vervangen door de volgende bepaling : « l° van tewerkstelling als minder-valide werknemer overeenkomstig artikel 78 van het koninklijk besluit, als jonge werknemer die verbonden is door een eerste werkervaringscontract overeenkomstig arti-kel 78bis van het koninklijk besluit, van tewerkstelling in het kader van een doorstromingsprogramma overeenkomstig artikel 78ter van het koninklijk besluit, van tewerkstelling in een erkende arbeidspost overeenkomstig artikel 78quater van het koninklijk besluit, van tewerkstelling met een arbeidsovereenkomst overeenkomstig arti-kel 78quinquies van het koninklijk besluit, of als coöperant-jonge werkzoekende overeenkomstig artikel 97 van het koninklijk besluit. » Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 3.Artikel 71, § 2, van hetzelfde besluit, vervangen bij het ministerieel besluit van 10 juni 1997, wordt vervangen door de volgende bepaling : « § 2. Voor de toepassing van artikel 116, § l, tweede lid, van het koninklijk besluit. wordt verstaan onder een wedertewerkstellingsprogramma, een tewerkstelling in het kader van het derde arbeidscircuit, het interdepartementaal begrotingsfonds ter bevordering van de werkgelegenheid, het programma ter bevordering van de werkgelegenheid in de niet- commerciële sector in het Vlaams Gewest, het programma "PRlME", een tewerkstelling als gesubsidieerde contractueel, een tewerkstelling in het kader van een erkend doorstromingsprogramma of een tewerkstelling in een erkende arbeidspost. »

Art. 4.Artikel 87, 5°, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het ministerieel besluit van 22 december 1995 en vervangen bij het ministerieel besluit van 10 juni 1997, wordt vervangen door de volgende bepaling : « 5° de « persoonlijke werkloosheidsverklaring » C l09, alsmede een kopie van het eerste werkervaringscontract voor de jonge werknemer bedoeld in artikel 78bis van het koninklijk besluit, een kopie van de arbeidsovereenkomst voor de werknemer bedoeld in artikel 78ter, 78quater of 78quinquies van het koninklijk besluit. In geval van verlenging van de initiële tewerkstelling, is de werkloze verplicht opnieuw een kopie van de arbeidsovereenkomst in te dienen voor de periode waarmee de tewerkstelling wordt verlengd.

In het geval van de werknemer bedoeld in artikel 78quater van het koninklijk besluit, maakt de directeur een kopie van de arbeidsovereenkomst over aan de bevoegde dienst van de Inspectie van de sociale wetten. »

Art. 5.Artikel 92, § 2, tweede lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriele besluiten van 22 december 1995 en 10 juni 1997, wordt vervangen door de volgende bepaling : « Voor de jonge werknemer bedoeld in artikel 78bis van het koninklijk besluit die de verlaagde wachtuitkering vraagt, voor de werknemer bedoeld in artikel 78ter van het koninklijk besluit die de integratie-uitkering vraagt, voor de werknemer bedoeld in arti-kel 78quater van het koninklijk besluit die de herinschakelingsuitkering vraagt en voor de werknemer bedoeld in artikel 78quinquies van het koninklijk besluit die de banenplanuitkering vraagt, moet het dossier toekomen op het werkloosheidsbureau voor het einde van de tewerkstelling in het kader van het eerste werkervaringscontract, van de tewerkstelling in een doorstromingsprogramma, van de tewerkstelling in een erkende arbeidspost of van de tewerkstelling overeenkomstig artikel 78quinquies van het koninklijk besluit. »

Art. 6.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Brussel, 11 augustus 1997.

Mevr. M. SMET

^