gepubliceerd op 11 december 2013
Koninklijk besluit tot vaststelling van de minimale normen betreffende persoonlijke beschermingsmiddelen en de bijkomende uitrusting die de hulpverleningszones en de prezones ter beschikking stellen van hun operationeel personeel. - Addendum
30 AUGUSTUS 2013. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de minimale normen betreffende persoonlijke beschermingsmiddelen en de bijkomende uitrusting die de hulpverleningszones en de prezones ter beschikking stellen van hun operationeel personeel. - Addendum
In het Belgisch Staatsblad nr. 274 van 19 september 2013, bladzijde 66614, moet het advies van Raad van State nr. 51.940/2 van 5 september 2013 worden toegevoegd.
Advies 51.940/2/V van 5 september 2012 van de afdeling Wetgeving van de Raad van State De Raad van State, afdeling Wetgeving, tweede vakantiekamer, op 7 augustus 2012 door de Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken verzocht haar, binnen een termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een ontwerp van koninklijk besluit "tot vaststelling van de minimale normen betreffende persoonlijke beschermingsmiddelen en collectieve beschermingsmiddelen", heeft het volgende advies gegeven: Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, zoals het is vervangen bij de wet van 2 april 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/04/2003 pub. 14/05/2003 numac 2003000376 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van sommige aspecten van de wetgeving met betrekking tot de inrichting en de werkwijze van de afdeling wetgeving van de Raad van State type wet prom. 02/04/2003 pub. 16/04/2003 numac 2003000298 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 4 juli 1989 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezingen van de federale Kamers, de financiering en de open boekhouding van de politieke partijen, en van het Kieswetboek type wet prom. 02/04/2003 pub. 02/05/2003 numac 2003000309 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle en tot regeling van de overdracht van sommige personeelsleden van de Dienst Veiligheid van de Staat op het gebied van de kernenergie sluiten, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.
Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.
Voorafgaande opmerking Het ontworpen besluit strekt ertoe artikel 119 van de wet van 15 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/2007 pub. 31/07/2007 numac 2007000663 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de civiele veiligheid sluiten 'betreffende de civiele veiligheid' uit te voeren, zowel wat paragraaf 1 ervan betreft (voor de persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen) als wat paragraaf 2 ervan betreft (voor de persoonlijke beschermingsmiddelen).1 Bij artikel 119, § 1, van die wet wordt de Koning ertoe gemachtigd de "minimumnormen voor materieel en uitrusting" vast te stellen die door de hulpverleningszones moeten worden toegepast.
Het ontworpen besluit bevat evenwel niet alleen regels inzake "het ter beschikking stellen van de nodige persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen"2 (minimumnormen voor uitrusting) maar stelt ook de persoonlijke uitrusting vast die door het operationeel personeel van de hulpverleningszones tijdens de vervulling van de opdrachten van die zones moet worden gedragen.
Zo worden de (persoonlijke en collectieve) beschermingsmiddelen die in de hulpverleningszones beschikbaar moeten zijn in de bijlage bij het ontwerpbesluit bepaald volgens "dringende opdrachten onderverdeeld in interventietypes".
Zoals in het verslag aan de Koning aangestipt wordt, "is (de zone) als werkgever (immers) verantwoordelijk voor de naleving van de wet van 4 augustus 1996Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/08/1996 pub. 21/10/1999 numac 1999015088 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet houdende instemming met het Protocol tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van de Franse Republiek betreffende het kraamgeld, ondertekend te Brussel op 26 april 1993 type wet prom. 04/08/1996 pub. 08/06/2005 numac 2005015073 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Gabon tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, ondertekend te Brussel op 14 januari 1993 type wet prom. 04/08/1996 pub. 24/07/1997 numac 1996015142 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende goedkeuring van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Arabische Republiek Egypte tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen, ondertekend te Kaïro op 3 januari 1991 sluiten betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk en de uitvoeringsbesluiten".
Eén van die uitvoeringsbesluiten is het koninklijk besluit van 13 juni 2005Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/06/2005 pub. 14/07/2005 numac 2005201207 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit betreffende het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen sluiten 'betreffende het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen', een besluit dat uitgevaardigd is met toepassing van artikel 4, § 1, van de wet van 4 augustus 1996Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/08/1996 pub. 21/10/1999 numac 1999015088 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet houdende instemming met het Protocol tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van de Franse Republiek betreffende het kraamgeld, ondertekend te Brussel op 26 april 1993 type wet prom. 04/08/1996 pub. 08/06/2005 numac 2005015073 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Gabon tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, ondertekend te Brussel op 14 januari 1993 type wet prom. 04/08/1996 pub. 24/07/1997 numac 1996015142 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende goedkeuring van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Arabische Republiek Egypte tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen, ondertekend te Kaïro op 3 januari 1991 sluiten 'betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk' en van toepassing is op het operationeel personeel van de hulpverleningszones.3 Krachtens dat koninklijk besluit is de werkgever er overeenkomstig de bepalingen van artikel 5 van de voormelde wet van 4 augustus 1996Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/08/1996 pub. 21/10/1999 numac 1999015088 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet houdende instemming met het Protocol tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van de Franse Republiek betreffende het kraamgeld, ondertekend te Brussel op 26 april 1993 type wet prom. 04/08/1996 pub. 08/06/2005 numac 2005015073 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Gabon tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, ondertekend te Brussel op 14 januari 1993 type wet prom. 04/08/1996 pub. 24/07/1997 numac 1996015142 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende goedkeuring van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Arabische Republiek Egypte tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen, ondertekend te Kaïro op 3 januari 1991 sluiten en de artikel en 8 en 9 van het koninklijk besluit van 27 maart 1998 'betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk', toe gehouden de risico's inherent aan de arbeid op te sporen en de geëigende materiële maatregelen te treffen om deze te verhelpen (artikel 4, eerste lid).
Hij mag uitsluitend persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) ter beschikking stellen van zijn werknemers die inzake ontwerp en constructie beantwoorden aan de bepalingen van de besluiten tot omzetting van de communautaire richtlijnen betreffende de fabricage van PBM (artikel 5, eerste lid, van hetzelfde koninklijk besluit).
Voor het operationeel personeel van de hulpverleningszones worden de bepalingen van het voornoemde koninklijk besluit van 13 juni 2005Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/06/2005 pub. 14/07/2005 numac 2005201207 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit betreffende het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen sluiten dus aangevuld met die van het ontworpen besluit, waarbij in deze aangelegenheid de geharmoniseerde normen die op Europees niveau4 gelden met betrekking tot inzonderheid het ontwerp, de constructie en de specificaties van alsook de testmethodes voor PBM verplicht worden gesteld, normen waarvan de naleving voor die producten het vermoeden oplevert dat ze aan de fundamentele gezondheids- en veiligheidsvoorschriften voldoen.
Bijgevolg wordt bij het ontwerpbesluit naast artikel 119, § 2, van de voornoemde wet van 15 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/2007 pub. 31/07/2007 numac 2007000663 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de civiele veiligheid sluiten5; ook artikel 4, § 1, derde lid, van de voornoemde wet van 4 augustus 1996Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/08/1996 pub. 21/10/1999 numac 1999015088 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet houdende instemming met het Protocol tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van de Franse Republiek betreffende het kraamgeld, ondertekend te Brussel op 26 april 1993 type wet prom. 04/08/1996 pub. 08/06/2005 numac 2005015073 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Gabon tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, ondertekend te Brussel op 14 januari 1993 type wet prom. 04/08/1996 pub. 24/07/1997 numac 1996015142 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende goedkeuring van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Arabische Republiek Egypte tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen, ondertekend te Kaïro op 3 januari 1991 sluiten uitgevoerd, welke bepaling luidt als volgt : "De Koning kan bijzondere maatregelen vaststellen die nodig zijn voor het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk om rekening te houden met de specifieke toestand van inzonderheid (...) de diensten voor burgerbescherming, met het oog op het bereiken van een gelijkwaardig beschermingsniveau." Bijzondere opmerkingen Aanhef 1. Zoals hierboven aangegeven is, is de rechtsgrond van het ontworpen besluit te vinden zowel in artikel 119, §§ 1 en 2, van de voornoemde wet van 15 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/2007 pub. 31/07/2007 numac 2007000663 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de civiele veiligheid sluiten als in artikel 4, § 1, derde lid, van de voornoemde wet van 4 augustus 1996Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/08/1996 pub. 21/10/1999 numac 1999015088 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet houdende instemming met het Protocol tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van de Franse Republiek betreffende het kraamgeld, ondertekend te Brussel op 26 april 1993 type wet prom. 04/08/1996 pub. 08/06/2005 numac 2005015073 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Gabon tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, ondertekend te Brussel op 14 januari 1993 type wet prom. 04/08/1996 pub. 24/07/1997 numac 1996015142 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende goedkeuring van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Arabische Republiek Egypte tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen, ondertekend te Kaïro op 3 januari 1991 sluiten. Artikel 224, tweede lid, van de voornoemde wet van 15 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/2007 pub. 31/07/2007 numac 2007000663 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de civiele veiligheid sluiten levert een rechtsgrond op voor artikel 6, § 1, 1°, van het ontwerpbesluit, waarbij wordt bepaald wanneer artikel 119, § 2, van dezelfde wet in werking treedt.
Bijgevolg dienen het eerste en het tweede lid van de aanhef te worden aangevuld en moeten ze onderling van plaats verwisselen. Daarenboven dienen de woorden "et ses arrêtés d'exécution" in de Franse tekst van het tweede lid te vervallen. 2. Overeenkomstig artikel 95 van de voornoemde wet van 4 augustus 1996Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/08/1996 pub. 21/10/1999 numac 1999015088 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet houdende instemming met het Protocol tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van de Franse Republiek betreffende het kraamgeld, ondertekend te Brussel op 26 april 1993 type wet prom. 04/08/1996 pub. 08/06/2005 numac 2005015073 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Gabon tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, ondertekend te Brussel op 14 januari 1993 type wet prom. 04/08/1996 pub. 24/07/1997 numac 1996015142 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende goedkeuring van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Arabische Republiek Egypte tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen, ondertekend te Kaïro op 3 januari 1991 sluiten dient het ontwerpbesluit om advies te worden voorgelegd aan de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk en behoort de aanhef dienovereenkomstig te worden aangevuld.3. Het ontwerp van besluit behoort tot de ontwerpen die krachtens artikel 5, 2°, van het koninklijk besluit van 16 november 1994 'betreffende de administratieve en begrotingscontrole' voor akkoordbevinding moeten worden voorgelegd aan de minister van Begroting. Er dient bijgevolg te worden verwezen naar de akkoordbevinding van de minister van Begroting van 13 juli 2012. 4. De aanhef moet worden aangevuld met een als volgt gesteld lid : "Gelet op het voorafgaand onderzoek met betrekking tot de noodzaak om een effectbeoordeling uit te voeren, waarbij besloten is dat een effectbeoordeling niet vereist is"6. Dispositief Artikel 2 In artikel 2 van het ontwerp dienen de woorden "in bijlage 1" te worden vervangen door de woorden "in de bijlage".
Artikelen 3 tot 5 De artikelen 3 tot 5 van het ontwerp bevatten uitleg over gegevens die in de bijlage vermeld worden. Het zou dan ook beter zijn om ook de inhoud van die artikelen in de bijlage zelf op te nemen.
Artikel 6 Als het de bedoeling van de steller van het ontwerp is de adressaten van de bepalingen die het ontworpen besluit bevat daarvan op de hoogte te brengen opdat zij ze tegen 31 december 2013 kunnen toepassen, dient artikel 6 als volgt te worden gesteld : "
Art. 6.Op 1 januari 2014 treden in werking : 1° artikel 119, § 2, van de wet van 15 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/2007 pub. 31/07/2007 numac 2007000663 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de civiele veiligheid sluiten 'betreffende de civiele veiligheid';2° dit besluit". De kamer was samengesteld uit De Heer P. Liénardy, kamervoorzitter, Mevr. M. Baguet, staatsraden, de Heren S. BODART, S. Van Drooghenbroeck, assessor van de afdeling Wetgeving, Mevr. B. Vigneron, griffier.
Het verslag werd uitgebracht door de Heer R. Wimmer, auditeur.
De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd nagezien onder toezicht van Mevrouw M. Baguet.
De griffier, B. Vigneron De voorzitter, P. Liénardy
1 Zie de nota van de directeur-generaal aan de minister van 24 januari 2012. 2 Zie verslag aan de Koning. 3 Dat koninklijk besluit is de omzetting van Richtlijn 89/656/EEG van de Raad van 30 november 1989 betreffende de minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid voor het gebruik op het werk van persoonlijke beschermingsmiddelen door de werknemers (derde bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG). 4 Mededeling van de Commissie in het kader van de uitvoering van Richtlijn 89/686/EEG van de Raad van 21 december 1989 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende persoonlijke beschermingsmiddelen. 5 Dat artikel schrijft voor dat de Koning de normen bepaalt inzake persoonlijke uitrusting, uniform, kentekens en andere middelen van identificatie van het operationeel personeel van de zone. 6 Zie de artikelen 19/1 en volgende van de wet van 5 mei 1997Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/05/1997 pub. 18/06/1997 numac 1997021155 bron diensten van de eerste minister 5 MEI 1997 Wet betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling sluiten 'betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling'.
Zie eveneens advies 50.503/4, dat op 16 november 2011 is gegeven over een ontwerp dat geleid heeft tot het koninklijk besluit van 25 januari 2012Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/01/2012 pub. 15/02/2012 numac 2012014035 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van verscheidene bepalingen ter omzetting van Richtlijn 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart en tot intrekking van Richtlijn 93/75/EEG van de Raad, met het oog op het gedeeltelijk omzetten van Richtlijn 2011/15/EU van de Commissie van 23 februari 2011 tot wijziging van Richtlijn 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart sluiten 'tot wijziging van verscheidene bepalingen ter omzetting van Richtlijn 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart en tot intrekking van Richtlijn 93/75/EEG van de Raad, met het oog op het gedeeltelijk omzetten van Richtlijn 2011/15/EU van de Commissie van 23 februari 2011 tot wijziging van Richtlijn 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart'.