Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 27 juni 2022
gepubliceerd op 30 juni 2022

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven wat de levering van elektriciteit in het kader van residentiële contracten, van aardgas en van warmte via warmtenetten en sommige warmtepompen betreft

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2022015061
pub.
30/06/2022
prom.
27/06/2022
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

27 JUNI 2022. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven wat de levering van elektriciteit in het kader van residentiële contracten, van aardgas en van warmte via warmtenetten en sommige warmtepompen betreft


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Sinds een aantal maanden wordt de ganse Europese Unie geconfronteerd met een scherpe stijging van de energieprijzen, onder meer veroorzaakt door een toegenomen wereldwijde vraag naar energie ten gevolge van het economische herstel na de COVID-19-crisis, geopolitieke instabiliteit en bevoorradingsproblemen.

Sinds de invasie van de Russische troepen op het Oekraïense grondgebied en de oorlog die daaruit is voortgevloeid, is deze situatie van inflatie van de energieprijzen, die al zeer kritiek was, niet meer onder controle.

De stijging is op dit ogenblik van die aard dat steeds meer gezinnen (in het bijzonder degene met variabele contracten of degene die hun energieleverancier failliet zagen gaan) hun energiefactuur nog nauwelijks kunnen betalen, ook al is er voor bijna twintig procent van de bevolking een sociaal tarief dat bovendien eveneens zal worden verlengd tot en met 31 december 2022. Rekening houdend met de enorme stijging van de energieprijzen, dringen doortastende en snelle maatregelen zich opnieuw op.

Op 13 oktober 2021 publiceerde de Europese Commissie een mededeling aan het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's: "De stijgende energieprijzen aanpakken: een toolbox met initiatieven en steunmaatregelen" (COM (2021) 660).

Eén van de maatregelen die worden opgesomd in de hierboven beschreven mededeling van de Europese Commissie, is een verlaging van het btw-tarief op energieproducten.

Dit ontwerp van koninklijk besluit voorziet daarom in respons op de huidige uitzonderlijke omstandigheden in nieuwe aanvullende maatregelen bovenop degene die werden ingevoerd, enerzijds door het koninklijk besluit van 21 februari 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/02/2022 pub. 28/02/2022 numac 2022040344 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 20 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde wat de verlaging van het tarief van de belasting over de toegevoegde waarde betreft voor de levering van elektriciteit in het kader van residentiële contracten sluiten tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 20 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde wat de verlaging van het tarief van de belasting over de toegevoegde waarde betreft voor de levering van elektriciteit in het kader van residentiële contracten (Belgisch Staatsblad, 28 februari 2022, p. 16847) en anderzijds door het koninklijk besluit van 23 maart 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 30/03/2022 numac 2022020620 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 20 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde wat de verlaging van het tarief van de belasting over de toegevoegde waarde betreft voor de levering van elektriciteit, van aardgas en van warmte via warmtenetten in het kader van residentiële contracten type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 30/03/2022 numac 2022031426 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven wat mondmaskers en hydroalcoholische gels betreft type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 09/05/2022 numac 2022201108 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 september 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, betreffende de definitie van de risicogroepen en het vastleggen van de bijdragen voor hen voor de periode 2021-2022 type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 10/05/2022 numac 2022201086 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het tijdskrediet type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 18/05/2022 numac 2022201413 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor de periode van 1 juli 2021 tot 30 juni 2023 voor sommige ontslagen oudere werknemers met een lange loopbaan en betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 152 van de Nationale Arbeidsraad type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 10/05/2022 numac 2022201015 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor de periode van 1 januari 2021 tot 30 juni 2021 voor sommige ontslagen oudere werknemers met een lange loopbaan en betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 141 en nr. 142 van de Nationale Arbeidsraad sluiten tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 20 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde wat de verlaging van het tarief van de belasting over de toegevoegde waarde betreft voor de levering van elektriciteit, van aardgas en van warmte via warmtenetten in het kader van residentiële contracten (Belgisch Staatsblad, 31 maart 2022, p. 26189). Dat tweede koninklijk besluit heeft de verlaging van het btw-tarief voor de levering van elektriciteit in het kader van residentiële contracten verlengd tot en met 30 september 2022.

Daarnaast voegt het in het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven (hierna: "koninklijk besluit nr. 20 ") een tijdelijke bepaling in, op grond waarvan de levering van aardgas en van warmte via warmtenetten onderworpen is aan het verlaagd tarief van 6 pct.

Dit koninklijk besluit voorziet in drie onderscheiden maatregelen: -het verlengt, tot 31 december 2022, de maatregel met betrekking tot de verlaging van het btw-tarief voor de leveringen van elektriciteit in het kader van residentiële contracten, zonder enige wijziging van die maatregel ten gronde; - het breidt het toepassingsgebied van het btw-tarief van 6 pct. uit tot alle leveringen van aardgas en warmte via warmtenetten, zonder nog enig onderscheid te maken tussen die leveringen in functie van de aard van het afgesloten contract; - het preciseert het toepassingsgebied van de maatregel inzake de vermindering van het btw-tarief voor bepaalde handelingen met betrekking tot warmtepompen, door de toepassing van het verlaagd btw-tarief uit te sluiten voor "hybride" installaties die minstens gedeeltelijk gebruik maken van een andere energiebron dan elektriciteit.

Om huishoudens zo snel mogelijk van de noodzakelijke financiële ondersteuning te voorzien, zal het grootste deel van dit nieuwe pakket van maatregelen al in werking treden op 1 augustus 2022.

Deze nieuwe maatregelen inzake elektriciteit, aardgas en warmte via warmtenetten, die dringende maatregelen uitmaken om de gevolgen van de prijsstijging van energie op korte termijn te verzachten, kunnen op zich niet als een definitieve oplossing worden beschouwd voor het energievraagstuk. Dat moet immers ten gronde worden opgelost door op langere termijn een omwenteling te realiseren in de manier waarop onze westerse samenleving met energie omgaat om op die manier niet langer afhankelijk te zijn van de schaarste aan fossiele energiebronnen: enerzijds moet het energieverbruik zo veel mogelijk worden geoptimaliseerd en anderzijds moet er ten volle worden ingezet op de transitie van fossiele naar hernieuwbare en duurzame energiebronnen.

Onafgezien van deze overwegingen, maakt het vraagstuk van de energieafhankelijkheid ten aanzien van bepaalde wereldspelers (zoals Rusland) integraal deel uit van deze denkoefening.

In die optiek werden reeds een aantal maatregelen genomen om particuliere investeringen in alternatieven voor aardgas in nieuwe of recent gebouwde woningen te bevorderen, met name met betrekking tot bepaalde handelingen betreffende thermische en fotovoltaïsche zonnepanelen, zonne- of fotovoltaïsche warmteboilers en warmtepompen.

Om ondertussen de financiële gevolgen van de tijdelijke enorme prijsstijgingen op de energiemarkt te temperen, zullen de maatregelen met betrekking tot de verlaging van het btw-tarief voor de leveringen van elektriciteit, aardgas en warmte via warmtenetwerken van toepassing zijn tot en met 31 december 2022. Het is de bedoeling om daarna een meer structurele oplossing uit te werken die maximale flexibiliteit en zoveel mogelijk opties biedt om de energiefactuur te moduleren, onder meer in functie van de evolutie van de marktprijs.

Toelichting bij de artikelen Artikel 1 Artikel 1 van het ontwerp verlengt de tarifaire gunstmaatregel betreffende de levering van elektriciteit in het kader van residentiële contracten.

Het voormelde koninklijk besluit van 21 februari 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/02/2022 pub. 28/02/2022 numac 2022040344 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 20 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde wat de verlaging van het tarief van de belasting over de toegevoegde waarde betreft voor de levering van elektriciteit in het kader van residentiële contracten sluiten heeft een verlaging van het btw-tarief ingevoerd voor de levering van elektriciteit voor residentiële afnemers, of, meer concreet, in het kader van het contract waarvoor, met het oog op de afsluiting ervan, door de afnemer-natuurlijke persoon geen ondernemingsnummer is meegedeeld.

Deze maatregel was, rekening houdend met de toenmalige economische context, voorzien voor een periode van vier maanden, van 1 maart 2022 tot en met 30 juni 2022. Op termijn was het de bedoeling om een structurele maatregel uit te werken die een maximum van flexibiliteit en opties zou bevatten in het kader van de modulering van de elektriciteitsfactuur, onder andere in functie van de evolutie van de marktprijzen.

Het voormelde koninklijk besluit van 23 maart 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 30/03/2022 numac 2022020620 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 20 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde wat de verlaging van het tarief van de belasting over de toegevoegde waarde betreft voor de levering van elektriciteit, van aardgas en van warmte via warmtenetten in het kader van residentiële contracten type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 30/03/2022 numac 2022031426 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven wat mondmaskers en hydroalcoholische gels betreft type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 09/05/2022 numac 2022201108 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 september 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, betreffende de definitie van de risicogroepen en het vastleggen van de bijdragen voor hen voor de periode 2021-2022 type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 10/05/2022 numac 2022201086 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het tijdskrediet type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 18/05/2022 numac 2022201413 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor de periode van 1 juli 2021 tot 30 juni 2023 voor sommige ontslagen oudere werknemers met een lange loopbaan en betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 152 van de Nationale Arbeidsraad type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 10/05/2022 numac 2022201015 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor de periode van 1 januari 2021 tot 30 juni 2021 voor sommige ontslagen oudere werknemers met een lange loopbaan en betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 141 en nr. 142 van de Nationale Arbeidsraad sluiten heeft de tarifaire gunstmaatregel voor leveringen van elektriciteit verlengd tot 30 september 2022, rekening houdend met de geopolitieke context ingevolge de oorlog in Oekraïne en de, onder meer door de Europese Unie tegen Rusland afgekondigde, economische sancties die aanleiding hebben gegeven tot een explosieve prijsstijging van de energieproducten en dan in het bijzonder van aardgas en elektriciteit.

Die geopolitieke context en de effecten ervan op de marktprijzen voor elektriciteit zijn de laatste maanden helaas niet in gunstige zin maar veeleer in omgekeerde zin geëvolueerd.

In die context is gebleken dat de maatregel die momenteel van toepassing is inzake de verlaging van het btw-tarief op de levering van elektriciteit aan particulieren, die loopt tot en met 30 september 2022, moet verlengd worden om de Belgische huishoudens toe te laten het hoofd te bieden aan deze prijsexplosie.

Artikel 1 van het ontwerp verlengt derhalve deze maatregel tot en met 31 december 2022. De maatregel zal opnieuw worden geëvalueerd vóór het einde ervan, in functie van de voortdurend veranderende economische en geopolitieke context.

De verlenging van deze maatregel behoudt het oorspronkelijke toepassingsgebied en de toepassingsmodaliteiten ervan, met name: - het verlaagd tarief van 6 pct. is uitsluitend van toepassing op de zogenaamde residentiële of niet-professionele contracten in het kader waarvan de afnemer-natuurlijke persoon een klant is die zijn elektriciteit in principe aankoopt voor zijn huishoudelijke consumptie (wordt in concreto bedoeld, de levering van elektriciteit in het kader van een contract waarvoor, met het oog op de afsluiting ervan, door de afnemer-natuurlijk persoon, geen ondernemingsnummer is meegedeeld); - deze maatregel is niet van toepassing op de andere dan hiervoor bedoelde residentiële klanten, zoals de personen die verblijven in woonzorgcentra, opvangcentra of zorginstellingen, rekening houdend met de bestaande verschillen tussen een particuliere afnemer en een collectieve voorziening zoals deze instellingen (zie hierover het verslag aan de Koning bij het voormelde koninklijk besluit van 21 februari 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/02/2022 pub. 28/02/2022 numac 2022040344 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 20 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde wat de verlaging van het tarief van de belasting over de toegevoegde waarde betreft voor de levering van elektriciteit in het kader van residentiële contracten sluiten, in antwoord op het advies nr. 70.978/3 van de Raad van State over dit koninklijk besluit, op dat moment nog in ontwerp); - het verlaagd btw-tarief is van toepassing op alle componenten van de elektriciteitsfactuur die onderworpen zijn aan de btw; - de regel met betrekking tot het tarief van toepassing op de gefactureerde of aangerekende voorschotten na 1 maart maar vóór 1 april 2022 (waarvoor het tarief van 21 pct. van toepassing is geweest rekening houdend met de technische moeilijkheden die de elektriciteitsleveranciers het onmogelijk maakten om het tarief van 6 pct. vanaf 1 maart 2022 toe te passen op deze voorschotten) is niet gewijzigd; - voor de eindafrekening die betrekking heeft op de periode die aanvangt vóór en eindigt na het tijdstip van de tariefwijziging op 1 maart 2022 (aanvang van de tijdelijke regeling) dan wel op de periode die aanvangt vóór en eindigt na het tijdstip van de tariefwijziging op 1 januari 2023 (afloop van de tijdelijke regeling), wordt de maatstaf van heffing met betrekking tot het volledige daadwerkelijke verbruik tijdens die periode per onderscheiden btw-tarief omgeslagen en dit rekening houdend met dat verbruik vóór en na het tijdstip van de betrokken tariefwijziging; - de berekening van het verbruik tijdens de bedoelde periode gebeurt in principe op basis van het werkelijke verbruik van de afnemer-natuurlijk persoon. Wanneer de gegevens met betrekking tot het werkelijk verbruik niet beschikbaar zijn vóór de opmaak van de eindafrekening door de leverancier, zal dit verbruik evenwel bepaald worden aan de hand van het op de elektriciteitsmarkt vastgelegde verbruiksprofiel dat per kwartier van een volledig jaar het relatieve verbruik weergeeft van een bepaald type van afnemers-natuurlijke personen.

In concreto vervangt artikel 1 van het ontwerp in artikel 1bis van het koninklijk besluit nr. 20, telkens de woorden "30 september 2022" door de woorden "31 december 2022" en de woorden "1 oktober 2022" door de woorden "1 januari 2023".

Artikel 2 Artikel 2 van het ontwerp verlaagt het btw-tarief voor de levering van aardgas en van warmte via warmtenetten van 21 pct. tot 6 pct. voor de periode van 1 augustus 2022 tot en met 31 december 2022.

Het toepassingsgebied van deze maatregel heeft voortaan betrekking op alle afgesloten contracten, zonder een onderscheid te maken in functie van de aard van het afgesloten contract (residentieel of professioneel), of, meer concreet, zonder nog een onderscheid te maken al naargelang er al dan niet een ondernemingsnummer werd meegedeeld door de afnemer in het kader van de afsluiting van het contract met betrekking tot die leveringen van aardgas en warmte via warmtenetten.

Het voormelde koninklijk besluit van 23 maart 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 30/03/2022 numac 2022020620 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 20 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde wat de verlaging van het tarief van de belasting over de toegevoegde waarde betreft voor de levering van elektriciteit, van aardgas en van warmte via warmtenetten in het kader van residentiële contracten type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 30/03/2022 numac 2022031426 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven wat mondmaskers en hydroalcoholische gels betreft type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 09/05/2022 numac 2022201108 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 september 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, betreffende de definitie van de risicogroepen en het vastleggen van de bijdragen voor hen voor de periode 2021-2022 type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 10/05/2022 numac 2022201086 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het tijdskrediet type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 18/05/2022 numac 2022201413 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor de periode van 1 juli 2021 tot 30 juni 2023 voor sommige ontslagen oudere werknemers met een lange loopbaan en betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 152 van de Nationale Arbeidsraad type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 10/05/2022 numac 2022201015 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor de periode van 1 januari 2021 tot 30 juni 2021 voor sommige ontslagen oudere werknemers met een lange loopbaan en betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 141 en nr. 142 van de Nationale Arbeidsraad sluiten heeft tijdelijk (vanaf 1 april 2022 tot 30 september 2022) een verlaagd btw-tarief van 6 pct. ingesteld voor leveringen van aardgas en warmte via warmtenetten voor huishoudelijke verwarming (artikel 1bis/1 van het koninklijk besluit nr. 20).

Alhoewel het steeds de intentie is geweest van de Regering om verschillen in behandeling tussen burgers te vermijden, kon de praktische implementatie van die maatregel niet ten volle worden gerealiseerd in die zin dat een gedeelte van onze medeburgers in concreto die tariefverlaging niet kon genieten.

Om de nuttige effecten van de maatregel zo snel mogelijk uitwerking te laten hebben, kon de toepassing van die maatregel alleen worden gerealiseerd met de medewerking van de energieleveranciers door middel van een onmiddellijke verlaging van de energiefactuur. Zoals dat wordt aangegeven in het verslag aan de Koning dat bij dat koninklijk besluit is gevoegd, blijkt dat de procédés tot afsluiting van contracten en de factureringsprocedures van de energieleveranciers (ongeacht het gaat om leveringen van elektriciteit, aardgas of warmte via warmtenetten) teruggaan op een binair onderscheidingscriterium tussen enerzijds professionele contracten (niet bedoeld door de oorspronkelijke maatregel) en anderzijds residentiële contracten (uitsluitend bedoeld door de initiële maatregel). Dat binaire onderscheidingscriterium berust in concreto op het feit of de afnemer al dan niet een ondernemingsnummer heeft meegedeeld. Op grond van die economische realiteit werd dat binaire criterium verankerd in de tekst van het voormelde koninklijk besluit van 23 maart 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 30/03/2022 numac 2022020620 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 20 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde wat de verlaging van het tarief van de belasting over de toegevoegde waarde betreft voor de levering van elektriciteit, van aardgas en van warmte via warmtenetten in het kader van residentiële contracten type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 30/03/2022 numac 2022031426 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven wat mondmaskers en hydroalcoholische gels betreft type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 09/05/2022 numac 2022201108 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 september 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, betreffende de definitie van de risicogroepen en het vastleggen van de bijdragen voor hen voor de periode 2021-2022 type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 10/05/2022 numac 2022201086 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het tijdskrediet type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 18/05/2022 numac 2022201413 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor de periode van 1 juli 2021 tot 30 juni 2023 voor sommige ontslagen oudere werknemers met een lange loopbaan en betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 152 van de Nationale Arbeidsraad type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 10/05/2022 numac 2022201015 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor de periode van 1 januari 2021 tot 30 juni 2021 voor sommige ontslagen oudere werknemers met een lange loopbaan en betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 141 en nr. 142 van de Nationale Arbeidsraad sluiten om aldus een doeltreffende toepassing van die maatregel voor de gezinnen mogelijk te maken en zowel de energieleveranciers als de afnemers volledige rechtszekerheid te garanderen.

In het licht van die beperking heeft de Regering in weerwil van haar oorspronkelijke intentie een onvolledige toepassing van die maatregel moeten aanvaarden en moeten erkennen dat bepaalde contracten voor de aankoop van aardgas en warmte die werden afgesloten door collectieve woonvoorzieningen niet in aanmerking kwamen voor de vermindering van het btw-tarief, ondanks het feit dat de daadwerkelijke eindverbruikers binnen die structuren particulieren waren die, in andere omstandigheden, wel voor de toepassing van die maatregel in aanmerking zouden gekomen zijn. Tal van collectieve woonvoorzieningen beschikken de facto slechts over één enkele aardgasketel en derhalve slechts over één enkele aansluiting op het aardgasdistributienetwerk of op het warmtenet in het kader van de door die collectieve woonvoorziening afgesloten contracten (bv. een zorginstelling of een woonzorgcentrum), in het kader waarvan de beheerder van de collectieve woonvoorziening een ondernemingsnummer meedeelt (professioneel contract). Dat is niet anders voor de leveringen van aardgas bestemd voor de talrijke appartementsgebouwen waarvan de bewoners niet over een individuele aansluiting beschikken (en dus evenmin beschikken over een persoonlijk residentieel contract) waarvoor ze aanspraak zouden kunnen maken op het verlaagd btw-tarief. In dat geval wordt het energiecontract meestal afgesloten met de syndicus of de mede-eigendom en wordt er in dat verband meestal een professioneel contract afgesloten (mededeling van het ondernemingsnummer door de afnemer) die het bijgevolg niet mogelijk maakt aanspraak te maken op de toepassing van het verlaagd btw-tarief op grond van de regel die momenteel van toepassing is.

Uitgaande van die vaststelling blijkt dat de enige oplossing die snel in de praktijk kan worden omgezet om aan al onze medeburgers toe te laten een financiële impact te zien op hun factuur voor de aankoop van aardgas of warmte via warmtenetten, erin bestaat om de tijdelijke verlaging van het btw-tarief naar 6 pct. voor die leveringen van aardgas of warmte via warmtenetten te veralgemenen tot alle soorten contracten. Die maatregel zal het in het bijzonder de bewoners van collectieve woonvoorzieningen, de bewoners van appartementsgebouwen en de bewoners van kampeerterreinen mogelijk maken de btw-verlaging met betrekking tot de levering van aardgas en warmte via warmtenetten te genieten.

De veralgemening van het verlaagd tarief van 6 pct. voor leveringen van aardgas en warmte via warmtenetten brengt voor de energieleveranciers de noodzaak mee om aanzienlijke aanpassingen door te voeren in hun informaticasystemen, onder andere met betrekking tot de facturering, om te garanderen dat alle dergelijke leveringen het verlaagd btw-tarief kunnen genieten ongeacht de aard van het contract dat werd afgesloten. Die ontwikkelingen, die belangrijke kosten met zich mee brengen, zowel financieel als op het vlak van menselijke middelen, kunnen de energieleveranciers maar verantwoorden op voorwaarde dat ze de hoogst mogelijk rechtszekerheid verkrijgen omtrent de effectiviteit van deze maatregel. Het is bijgevolg noodzakelijk om dit besluit zo snel mogelijk in het Belgisch Staatsblad bekend te maken en tegelijk de maatregel maar in werking te laten treden op 1 augustus 2022.

Worden aldus onder meer bedoeld door deze maatregel: de woonzorgcentra, de verzorgingsinstellingen en de appartementsgebouwen die over een collectieve gasverwarmingsketel beschikken (doelstelling van de maatregel) maar eveneens de zelfstandigen van wie de met aardgas verwarmde woning slechts gedeeltelijk voor privédoeleinden wordt aangewend, de schoolgebouwen, de ziekenhuizen, de internaten, de culturele instellingen, de religieuze en levensbeschouwelijke instellingen, ... In zoverre de maatregel de oorspronkelijke doelstelling overschrijdt (de verwarmingsfactuur verminderen van privébewoners), kan die maatregel evenwel ook zijn verantwoording vinden ten aanzien van die professionele sectoren (zonder recht op aftrek van de hen in rekening gebrachte btw) voor wie het niet mogelijk is om die btw-kost door te rekenen in de prijs van hun prestaties. Dat is in het bijzonder het geval voor de non-profit sector.

De regels voor de omslag van het verlaagd btw-tarief die van toepassing zijn krachtens de momenteel vigerende bepalingen voor de definitieve heffing van de btw op de eindafrekening, zijn gebaseerd op de gegevens van het daadwerkelijk gebruik of op het in de aardgasmarkt vastgelegde verbruiksprofiel door de CREG. De bijkomende begunstigden van de nieuwe maatregel zullen derhalve niet aanzienlijk benadeeld worden ten opzichte van de begunstigden van de initiële maatregel, ook al is die maatregel al in werking getreden sinds 1 april 2022. Het concrete gevolg van die tarifaire gunstmaatregel blijft immers vooralsnog eerder beperkt in het licht van het feit dat de eindafrekeningen moeten worden opgemaakt op grond van het in de aardgasmarkt vastgelegde verbruiksprofiel dat per uur van een volledig jaar het relatieve verbruik weergeeft van een bepaald type van afnemers-natuurlijke personen (wat de impact van het de toepassing van het verlaagd tarief vergroot bij de eindafrekening voor de maanden met het hoogste verbruik). De toepassing van die methode van omslag van de verlaging van het tarief heeft tot gevolg dat na de eindafrekening het nuttig effect van de maatregel vooral voelbaar is in de koudste maanden wanneer het gas- en warmteverbruik natuurlijk hoger is.

De uitbreiding van het materiële toepassingsgebied van de initiële maatregel gaat net zoals de maatregel met betrekking tot de levering van elektriciteit, gepaard met een verlenging van de maatregel met drie maanden en met 31 december 2022. De uitbreiding van het materiële toepassingsgebied kan maar gelden voor de toekomst. Om die reden is de maatregel maar van toepassing vanaf 1 augustus 2022 waarbij de oorspronkelijke maatregel ongewijzigd blijft gelden tot en met 31 juli 2022. In de mate waarin de voorliggende maatregel inzake het verlaagd btw-tarief voortaan betrekking heeft op alle leveringen van aardgas en warmte via warmtenetwerken, zal de oorspronkelijke maatregel juridisch uitdoven op 1 augustus 2022, waarbij de door die oorspronkelijke maatregel afgedekte leveringen vanaf 1 augustus 2022 door de voorliggende maatregel zullen zijn afgedekt. In concreto wordt artikel 1bis/1 van het koninklijk besluit nr. 20 vanaf 1 augustus 2022 vervangen door de onderhavige bepaling die tegelijk een uitbreiding van het materiële en het temporele toepassingsgebied van de oorspronkelijke maatregel omvat. Vermits deze wijziging enkel geldt voor de toekomst, is het evident dat de periode tot en met 31 juli 2022 bij voortduur wordt afgedekt door de huidige versie van artikel 1bis/1 van het koninklijk besluit nr. 20, ook al zal deze bepaling vanaf 1 augustus 2022 formeel vervangen worden door de gewijzigde bepaling zoals opgenomen in artikel 2 van dit ontwerp.

Zoals het geval is voor de levering van elektriciteit, aardgas en warmte in het kader van residentiële contracten, is het verlaagd btw-tarief van 6 pct. van toepassing op alle componenten van de energiefactuur waarop btw wordt geheven.

Het verlaagd btw-tarief is van toepassing op de verbruiksperiodes van 1 augustus 2022 tot en met 31 december 2022. De leveringen van aardgas en warmte via warmtenetten kenmerken zich, net zoals de leveringen van elektriciteit, evenwel door het feit dat algemeen gesproken aan de afnemer voorschotten (maandelijkse of, minder frequent, twee- of driemaandelijkse) worden gefactureerd of in rekening gebracht. Met die specifieke situatie moet dan ook rekening worden gehouden in het kader van deze maatregel.

Voor de voorschotten die worden gefactureerd of aangerekend vóór 1 september 2022, mag het toe te passen btw-tarief het tarief zijn dat van kracht is vóór 1 augustus 2022, zelfs als die voorschotten geheel of gedeeltelijk betrekking hebben op de levering van aardgas of van warmte via warmtenetten vanaf 1 augustus 2022, i.e. de datum van inwerkingtreding van dit ontwerp dat het verlaagd btw-tarief invoert.

Door de technische en administratieve beperkingen bij bepaalde aardgasleveranciers of bij bepaalde leveranciers van warmte via warmtenetten zal een operationalisering van deze maatregel vanaf zijn datum van inwerkingtreding op 1 augustus 2022 niet altijd mogelijk zijn voor de voorschotten gefactureerd of aangerekend in augustus 2022. Om die reden voorziet artikel 1bis/1, § 2, eerste lid, nieuw, van het koninklijk besluit nr.20 dat de aardgasleverancier of de leverancier van warmte via warmtenetten, ondanks de tariefwijziging die ingaat op 1 augustus 2022, op de ten laatste op 31 augustus 2022 gefactureerde of aangerekende voorschotten het btw-tarief van 21 pct. in rekening mag brengen, zelfs als die voorschotten geheel of gedeeltelijk betrekking hebben op een levering van aardgas of van warmte via warmtenetten met ingang van 1 augustus 2022. Vanaf 1 september 2022 zullen de voorschotten door de aardgasleveranciers of de leveranciers van warmte via warmtenetten wel degelijk worden gefactureerd aan het verlaagd tarief van 6 pct.

Deze overgangsmaatregel inzake de voorschotten, die uitsluitend werd genomen om het hoofd te bieden aan de operationele problemen bij bepaalde betrokken leveranciers, zet evenwel op geen enkele manier de toepassing, a posteriori (i.e. bij de eindafrekening), van het verlaagd tarief van 6 pct. op de helling voor de verbruiksperiodes van 1 april 2022 (voor de oorspronkelijke begunstigden van de maatregel) of 1 augustus 2022 (voor de bijkomende begunstigden van de nieuwe maatregel) tot en met 31 december 2022. De overgangsmaatregel betreft hoe dan ook uitsluitend de facturering of aanrekening van de voorschotten en is niet van toepassing op de eindafrekeningen noch trouwens op de maandelijkse afrekeningen die, voor bepaalde professionele contracten, soms de gangbare praktijk uitmaken in dergelijke commerciële verhoudingen .

De leveranciers van aardgas en van warmte via warmtenetten die eveneens leveranciers zijn van dezelfde energieproducten in het kader van residentiële contracten (en die, krachtens artikel 1bis, § 2, tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 20 gehouden zijn om het verlaagd tarief van 6 pct. toe te passen op de gefactureerde of aangerekende voorschotten betreffende de levering van aardgas en warmte via warmtenetten vanaf 1 april 2022), wordt daarom toegelaten, om redenen van administratieve vereenvoudiging en indien ze daartoe in staat zijn, het verlaagd tarief van 6 pct. toe te passen vanaf 1 augustus 2022 op de voorschotten met betrekking tot hun leveringen van aardgas en van warmte via warmtenetten. Deze maatregel is uitgewerkt in artikel 1bis/1, § 2, eerste lid, nieuw, van het koninklijk besluit nr. 20 door de zin "Het toe te passen btw-tarief voor de tot uiterlijk 31 augustus 2022 gefactureerde of aangerekende voorschotten, mag het tarief zijn dat van kracht is vóór de tariefwijziging op 1 augustus 2022.".

In ieder geval is het toe te passen btw-tarief op de vanaf 1 september 2022 tot en met 31 december 2022 gefactureerde of aangerekende voorschotten, het tarief dat van kracht is op het tijdstip van de facturering of aanrekening van die voorschotten, zelfs als deze geheel of gedeeltelijk betrekking hebben op een levering van aardgas of van warmte via warmtenetten vanaf 1 januari 2023.

Zoals voor de initiële maatregel wordt, voor de definitieve heffing van de btw op de eindafrekening die betrekking heeft op de periode die aanvangt vóór en eindigt na het tijdstip van de tariefwijziging op 1 april 2022 (voor de begunstigden van de initiële maatregel) of 1 augustus 2022 (voor de bijkomende begunstigden van de nieuwe maatregel) dan wel tijdens de periode die aanvangt vóór en eindigt na het tijdstip van de tariefwijziging op 1 januari 2023, de maatstaf van heffing met betrekking tot het volledige daadwerkelijke verbruik tijdens die periode per onderscheiden btw-tarief omgeslagen en dat rekening houdend met dat verbruik vóór en na het tijdstip van de betrokken tariefwijziging.

De berekening van het verbruik gedurende de betrokken periode wordt in principe uitgevoerd op basis van het daadwerkelijke verbruik van de afnemer. Wanneer de aardgasleverancier of de leverancier van warmte via warmtenetten, vóór de opmaak van de eindafrekening, niet beschikt over gegevens met betrekking tot dat daadwerkelijke verbruik, zal dat verbruik worden bepaald aan de hand van het in de aardgasmarkt vastgelegde verbruiksprofiel dat per uur van een volledig jaar het relatieve verbruik weergeeft van een bepaald type van afnemers. Het verbruik van warmte via warmtenetten gedurende de referentieperiode zal op grond van hetzelfde verbruiksprofiel met betrekking tot de markt van aardgas worden berekend.

Artikel 3 Artikel 3 van het ontwerp strekt ertoe het toepassingsgebied van artikel 1quater/1 van het koninklijk besluit nr. 20, dat onder meer een verlaagd btw-tarief heeft ingevoerd voor bepaalde handelingen met betrekking tot warmtepompen, op dat specifieke punt enigszins te beperken.

Artikel 1quater/1 van het koninklijk besluit nr. 20 voorziet momenteel in een toepassing van het verlaagd btw-tarief van 6 pct. op bepaalde handelingen met betrekking tot warmtepompen in het algemeen.

In de praktijk is evenwel gebleken dat een weliswaar gering aandeel van de warmtepompen die worden geplaatst in woningen warmtepompen zijn die worden gecombineerd met een ander verwarmingstoestel dat samen met de warmtepomp is aangesloten op hetzelfde gemeenschappelijke hydronische warmtedistributiesysteem (waarbij water als transportvloeistof voor thermische energie wordt gebruikt), dat gebruik maakt van een andere energiebron dan elektriciteit, dat zowel afzonderlijk als gelijktijdig kan functioneren en dat al dan niet gelijktijdig werd geïnstalleerd met de warmtepomp.

Deze warmtepompen, die in de sector veelal worden aangeduid als "hybride warmtepompen", functioneren dus niet volledige autonoom maar wel binnen een geïntegreerd verwarmingssysteem waarbij naast de warmtepomp nog gebruik wordt gemaakt van "traditionele" verwarmingstechnieken die in principe gebruik maken van fossiele brandstoffen zoals aardgas en stookolie.

Artikel 1quater/1 van het koninklijk besluit nr. 20 heeft evenwel betrekking op warmtepompen in woningen die jonger zijn dan 10 jaar.

Dergelijke woningen voldoen, op basis van de geldende EPB-normen, ruimschoots aan de benodigde isolatiegraad voor de installatie van volledig autonoom functionerende ("full electric") warmtepompen. Dat is meteen ook de reden waarom de voormelde "hybride warmtepompen" in de praktijk slechts een marginale fractie van de markt uitmaken in dit specifieke woningsegment.

Door ook de eigenaars van woningen van minder dan tien jaar oud via een verlaagd btw-tarief te stimuleren een "hybride warmtepomp" te installeren, dreigen zij evenwel in een "high carbon lock-in" situatie terecht te komen omdat ze zich voor een langere termijn zouden oriënteren naar een technologie die gedeeltelijk teruggrijpt naar recepten uit het verleden en dus zorgt voor een hogere CO2-uitstoot dan wenselijk, terwijl er andere en meer performante oplossingen beschikbaar zijn.

In die omstandigheden moet een fiscale gunstmaatregel zoals een tarifair voordeel gericht worden gebruikt om enkel die technologieën financieel toegankelijker te maken die vanuit ecologisch perspectief in de huidige stand van de technologie het meest optimaal presteren.

Om de ecologische coherentie van de tarifaire gunstmaatregel te optimaliseren is het dus aangewezen dat de toepassing van het verlaagde btw-tarief voor warmtepompen wordt beperkt tot die warmtepompen andere dan de voormelde "hybride warmtepompen".

Deze beperking noodzaakt, om de hiervoor uiteengezette redenen, een zo snel mogelijke inwerkingtreding, met name op 1 juli 2022.

Deze benadering sluit trouwens naadloos aan bij de wijzigende inzichten omtrent het stimuleren van milieuvriendelijke verwarmingstechnieken in andere reglementeringen. Zo heeft Vlaanderen in de Commissie energie beslist dat er bij nieuwbouw geen nieuwe aardgasaansluitingen mogelijk zullen zijn vanaf 2025 én dat de geplande overgangsfase met "hybride warmtepompen" zal worden geschrapt. Zo'n "hybride warmtepomp" werd lange tijd gezien als een ideale overgangstechnologie maar zowel technisch als ecologisch blijkt nu dat het aangewezen is om volledig in te zetten op volledig autonome warmtepompen.

Artikel 4 Artikel 4, eerste lid, van dit ontwerp legt de inwerkingtreding van de bepalingen in dit ontwerp vast op 1 augustus 2022.

Artikel 2 van dit ontwerp houdt niet alleen een verlenging in van de toepassing van de huidige regeling opgenomen in artikel 1bis/1 van het koninklijk besluit nr. 20 inzake het verlaagd btw-tarief van 6 pct. van toepassing op de levering van aardgas en warmte via warmtenetten in het kader van residentiële contracten voor het vierde kwartaal 2022. Artikel 2 houdt met name tegelijk ook een veralgemening in van het materiële toepassingsgebied van dat verlaagd tarief, in het bijzonder om op die manier de tarifaire gunstregeling ook van toepassing te maken op gebouwen voor residentiële bewoning met een collectieve verwarmingsinstallatie.Aangezien het essentieel is om die wijziging zo snel mogelijk in werking te laten treden, zal de globale wijziging van artikel 1bis/1 door artikel 2 van dit ontwerp in werking treden op 1 augustus 2022.

Artikel 1 van dit ontwerp met betrekking tot de wijziging van artikel 1bis van het koninklijk besluit nr. 20 inzake het verlaagd tarief van 6 pct. van toepassing op leveringen van elektriciteit in het kader van residentiële contracten houdt uitsluitend een verlenging in van de maatregel zoals die tot 30 september 2022 van kracht is, zonder enige inhoudelijke wijziging, tot 31 december 2022. Als onderdeel van het globale coherente akkoord omtrent de btw-maatregelen in het kader van de strijd tegen de hoge energieprijzen en ter ondersteuning van de koopkracht van de gezinnen en van de ecologische energietransitie, is het aangewezen dat die verlenging eveneens in werking treedt op hetzelfde tijdstip als de btw-maatregel met betrekking tot de leveringen van aardgas en van warmte via warmtenetten. Op die manier geven de bepalingen met ingang van 1 augustus 2022 een duidelijk en coherent beeld van de bepalingen inzake de toepassing van het verlaagd btw-tarief inzake leveringen van energie wat de transparantie en de rechtszekerheid ten goede komt.

Artikel 3 van dit ontwerp voorziet anderzijds in een beperkte aanpassing van het materiële toepassingsgebied van artikel 1quater/1 van het koninklijk besluit nr. 20, in zoverre het de toepassing van het verlaagd btw-tarief van 6 pct. betreft op bepaalde handelingen met betrekking tot warmtepompen. Aangezien deze aanpassing in de praktijk een beperkte impact heeft maar tegelijk wel de ecologische coherentie van de voorgestelde maatregel herstelt, is het essentieel dat deze bepaling zo snel mogelijk in werking treedt, met name op 1 juli 2022.

Artikel 4, tweede lid, van dit ontwerp voorziet bijgevolg dat artikel 3 van het ontwerp op 1 juli 2022 in werking treedt.

Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Financiën, V. VAN PETEGHEM

27 JUNI 2022. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven wat de levering van elektriciteit in het kader van residentiële contracten, van aardgas en van warmte via warmtenetten en sommige warmtepompen betreft FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, artikel 37, § 1, vervangen bij de wet van 28 december 1992;

Gelet op het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 22 juni 2022;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, d.d. 22 juni 2022;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;

Gelet op de hoogdringendheid;

Overwegende dat: - dat net als de volledige Europese Unie, België sinds een aantal maanden wordt geconfronteerd met een aanhoudende substantiële stijging van de energieprijzen, in het bijzonder van de elektriciteits- en aardgasprijzen; - dat deze spanning op de energiemarkten te wijten is aan de combinatie van een sterk economisch herstel na de gezondheidscrisis in verband met de COVID-19-pandemie en een verminderd aanbod aan energie als gevolg van de geopolitieke context ingevolge de invasie van Russische troepen in Oekraïne; - dat er niet kan worden van uitgegaan dat de prijsstijgingen van energie zich op middellange termijn terug zullen uitvlakken, gezien de moeilijkheden met de energievoorziening die gedeeltelijk te wijten zijn aan het EU-embargo op Russisch gas; - dat de regering reeds doortastende maatregelen heeft genomen om de gevolgen van deze energieprijsstijgingen voor de huishoudens te beperken; - dat deze maatregelen, die oorspronkelijk tot 30 september 2022 zouden lopen, moeten worden verlengd om de koopkracht van de huishoudens op peil te houden; - dat deze maatregelen om technische redenen echter niet aan al onze burgers ten goede konden komen; - dat voor die categorie van burgers ook zonder verder verwijl moet worden verholpen aan het aanzienlijke verlies aan koopkracht als gevolg van de stijgende energieprijzen; - dat de enige praktisch werkbare oplossing erin bestaat om de toepassing van het verlaagd tarief van 6 pct. te veralgemenen voor alle contracten inzake de levering van aardgas en van warmte via warmtenetten; - dat de operationalisering van die veralgemening aanzienlijke aanpassingen noodzakelijk maakt in de informaticasystemen van de energieleveranciers en dat zij garanties nodig hebben op het vlak van rechtszekerheid zodat dit besluit zo snel mogelijk in het Belgisch Staatsblad moet worden bekendgemaakt; - dat de regering daarnaast aanvullende maatregelen heeft genomen om de ontwikkeling van particuliere investeringen in alternatieve oplossingen voor aardgas in nieuwe of recente woningen aan te moedigen, zoals met name een verlaagd btw-tarief voor warmtepompen; - dat deze fiscale stimuli evenwel niet ten koste mogen gaan van de noodzakelijke overgang naar een grotere en klimaatvriendelijke energieautonomie, in het bijzonder wat de vermindering van de CO2-uitstoot betreft; - dat btw-verlagingen voor warmtepompen bijgevolg alleen mogen worden toegekend voor de ontwikkeling van de meest milieuvriendelijke technologieën; - dat het herstel van de ecologische coherentie van de tarifaire gunstmaatregel voor warmtepompen dus vereist dat zonder verder verwijl de toepassing het verlaagd btw-tarief wordt uitgesloten voor die warmtepompen die niet volledige autonoom functioneren maar geïntegreerd zijn in een systeem dat verbonden is met een ander verwarmingstoestel dat gebruik maakt van een andere energiebron dan elektriciteit;

Gelet op de uitzondering voor het verrichten van de regelgevingsimpactanalyse op basis van artikel 8, § 2, 2°, van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;

Op de voordracht van de minister van Financiën en op het advies van de in Raad vergaderde ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 1bis van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 29 december 1992Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/12/1992 pub. 17/12/2015 numac 2015000749 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit nr. 7 met betrekking tot de invoer van goederen voor de toepassing van de belasting over de toegevoegde waarde. - Officieuze coördinatie in het Duits type koninklijk besluit prom. 29/12/1992 pub. 12/01/2007 numac 2006000912 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit nr. 1 met betrekking tot de regeling voor de voldoening van de belasting over de toegevoegde waarde. - Duitse vertaling type koninklijk besluit prom. 29/12/1992 pub. 06/04/2007 numac 2007000234 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit nr. 19 met betrekking tot de vrijstellingsregeling bepaald door artikel 56, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde in het voordeel van kleine ondernemingen. - Duitse vertaling type koninklijk besluit prom. 29/12/1992 pub. 30/10/2014 numac 2014000814 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit nr. 10 met betrekking tot de uitoefeningsmodaliteiten van de keuzen, bedoeld in de artikelen 15, § 2, derde lid, en 25ter, § 1, tweede lid, 2°, tweede lid, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, de aangiften van aanvang, wijziging, stopzetting van activiteit en de voorafgaande kennisgevingen inzake de belasting over de toegevoegde waarde. - Officieuze coördinatie in het Duits type koninklijk besluit prom. 29/12/1992 pub. 30/09/2014 numac 2014000675 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit nr. 52 met betrekking tot de vrijstellingen betreffende de intracommunautaire leveringen van goederen en de ermee gelijkgestelde handelingen, alsook betreffende intracommunautaire verwervingen van goederen, op het stuk van de belasting over de toegevoegde waarde. - Duitse vertaling type koninklijk besluit prom. 29/12/1992 pub. 23/09/2014 numac 2014000724 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit nr. 48 met betrekking tot de levering van vervoermiddelen in de zin van artikel 8bis, § 2, 1°, van het Btw-Wetboek, verricht binnen de voorwaarden van artikel 39bis van het Btw-Wetboek. - Officieuze coördinatie in het Duits type koninklijk besluit prom. 29/12/1992 pub. 16/10/2014 numac 2014000777 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit nr. 18 met betrekking tot de vrijstellingen ten aanzien van de uitvoer van goederen en diensten naar een plaats buiten de Gemeenschap, op het stuk van de belasting over de toegevoegde waarde. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, hersteld bij het koninklijk besluit van 21 maart 2014, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 februari 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/02/2022 pub. 28/02/2022 numac 2022040344 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 20 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde wat de verlaging van het tarief van de belasting over de toegevoegde waarde betreft voor de levering van elektriciteit in het kader van residentiële contracten sluiten en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 23 maart 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 30/03/2022 numac 2022020620 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 20 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde wat de verlaging van het tarief van de belasting over de toegevoegde waarde betreft voor de levering van elektriciteit, van aardgas en van warmte via warmtenetten in het kader van residentiële contracten type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 30/03/2022 numac 2022031426 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven wat mondmaskers en hydroalcoholische gels betreft type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 09/05/2022 numac 2022201108 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 september 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, betreffende de definitie van de risicogroepen en het vastleggen van de bijdragen voor hen voor de periode 2021-2022 type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 10/05/2022 numac 2022201086 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het tijdskrediet type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 18/05/2022 numac 2022201413 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor de periode van 1 juli 2021 tot 30 juni 2023 voor sommige ontslagen oudere werknemers met een lange loopbaan en betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 152 van de Nationale Arbeidsraad type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 10/05/2022 numac 2022201015 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor de periode van 1 januari 2021 tot 30 juni 2021 voor sommige ontslagen oudere werknemers met een lange loopbaan en betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 141 en nr. 142 van de Nationale Arbeidsraad sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de woorden "30 september 2022" worden telkens vervangen door de woorden "31 december 2022";2° de woorden "1 oktober 2022" worden telkens vervangen door de woorden "1 januari 2023".

Art. 2.Artikel 1bis/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 23 maart 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 30/03/2022 numac 2022020620 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 4 en 20 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde wat de verlaging van het tarief van de belasting over de toegevoegde waarde betreft voor de levering van elektriciteit, van aardgas en van warmte via warmtenetten in het kader van residentiële contracten type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 30/03/2022 numac 2022031426 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven wat mondmaskers en hydroalcoholische gels betreft type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 09/05/2022 numac 2022201108 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 september 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, betreffende de definitie van de risicogroepen en het vastleggen van de bijdragen voor hen voor de periode 2021-2022 type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 10/05/2022 numac 2022201086 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het tijdskrediet type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 18/05/2022 numac 2022201413 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor de periode van 1 juli 2021 tot 30 juni 2023 voor sommige ontslagen oudere werknemers met een lange loopbaan en betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 152 van de Nationale Arbeidsraad type koninklijk besluit prom. 23/03/2022 pub. 10/05/2022 numac 2022201015 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor de periode van 1 januari 2021 tot 30 juni 2021 voor sommige ontslagen oudere werknemers met een lange loopbaan en betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 141 en nr. 142 van de Nationale Arbeidsraad sluiten, wordt vervangen als volgt: "Art. 1bis/1. § 1. In afwijking van artikel 1 wordt vanaf 1 augustus 2022 tot en met 31 december 2022 onderworpen aan het verlaagd tarief van 6 pct., de levering van aardgas en van warmte via warmtenetten. § 2. Het toe te passen btw-tarief voor de tot uiterlijk 31 augustus 2022 gefactureerde of aangerekende voorschotten mag het tarief zijn dat van kracht is vóór de tariefwijziging op 1 augustus 2022, zelfs als die geheel of gedeeltelijk betrekking hebben op een levering van aardgas of van warmte via warmtenetten vanaf 1 augustus 2022.

Het toe te passen btw-tarief voor de vanaf 1 september 2022 tot en met 31 december 2022 gefactureerde of aangerekende voorschotten is het tarief dat van kracht is op het tijdstip van de facturering of aanrekening van deze voorschotten, zelfs als die geheel of gedeeltelijk betrekking hebben op een levering van aardgas of van warmte via warmtenetten vanaf 1 januari 2023.

Voor de definitieve heffing van de btw op de eindafrekening die betrekking heeft op de periode die aanvangt vóór en eindigt na het tijdstip van de tariefwijziging op 1 april 2022 of 1 augustus 2022 dan wel op de periode die aanvangt vóór en eindigt na het tijdstip van de tariefwijziging op 1 januari 2023, wordt de maatstaf van heffing met betrekking tot het volledige daadwerkelijke verbruik tijdens die periode per onderscheiden btw-tarief omgeslagen en dit rekening houdend met dat verbruik vóór en na het tijdstip van de betrokken tariefwijziging.

De berekening van het verbruik met het oog op de in het derde lid bedoelde omslag per btw-tarief, wordt, indien de gegevens omtrent het daadwerkelijke verbruik niet beschikbaar zijn vóór de opmaak van de eindafrekening door de leverancier, uitgevoerd aan de hand van het in de aardgasmarkt vastgelegde verbruiksprofiel dat per uur van een volledig jaar het relatieve verbruik weergeeft van een bepaald type van afnemers.".

Art. 3.In artikel 1quater/1, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 27 maart 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/03/2022 pub. 31/03/2022 numac 2022031427 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven wat de fotovoltaïsche zonnepanelen, de thermische zonnepanelen en de zonneboilers, de warmtepompen, en de afbraak en heropbouw van gebouwen op het hele Belgische grondgebied betreft sluiten, wordt de bepaling onder 3° vervangen als volgt: "3° warmtepompen in, op of in de onmiddellijke nabijheid van woningen, met uitzondering van warmtepompen die worden gecombineerd met een ander verwarmingstoestel dat: a) samen met de warmtepomp is aangesloten op hetzelfde gemeenschappelijke hydronische warmtedistributiesysteem;b) gebruik maakt van een andere energiebron dan elektriciteit;c) zowel afzonderlijk als gelijktijdig kan functioneren; d) al dan niet gelijktijdig werd geïnstalleerd met de warmtepomp.".

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 augustus 2022.

In afwijking van het eerste lid, treedt artikel 3 in werking op 1 juli 2022.

Art. 5.De minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 27 juni 2022.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Financiën, V. VAN PETEGHEM

^