gepubliceerd op 26 mei 2014
Koninklijk besluit betreffende de identificatiebewijzen die moeten worden voorgelegd door de personen die belast zijn met het toezicht op zee
25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit betreffende de identificatiebewijzen die moeten worden voorgelegd door de personen die belast zijn met het toezicht op zee
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 13 juni 1969 inzake de exploratie en de exploitatie van de niet-levende rijkdommen van de territoriale zee en het continentaal plat, artikel 13, ingevoegd bij de wet van 22 december 2008;
Gelet op de wet van 22 april 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/04/1999 pub. 10/07/1999 numac 1999015146 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet betreffende de exclusieve economische zone van België in de Noordzee sluiten betreffende de exclusieve economische zone van België in de Noordzee, artikel 61;
Gelet op het koninklijk besluit van 21 januari 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/01/2003 pub. 13/03/2003 numac 2003011053 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende de identificatiebewijzen die moeten worden voorgelegd door de personen die belast zijn met het toezicht op de toepassing van de wet van 22 april 1999 betreffende de exclusieve economische zone van België in de Noordzee sluiten betreffende de identificatiebewijzen die moeten worden voorgelegd door de personen die belast zijn met het toezicht op de toepassing van de wet van 22 april 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/04/1999 pub. 10/07/1999 numac 1999015146 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet betreffende de exclusieve economische zone van België in de Noordzee sluiten betreffende de exclusieve economische zone van België in de Noordzee;
Gelet op het advies van het beleidsorgaan van de structuur Kustwacht, gegeven op 10 februari 2010;
Gelet op advies 51.294/1 van de Raad van State, gegeven op 15 mei 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Landsverdediging, de Minister van Economie en Noordzee, de Minister van Binnenlandse Zaken, de Minister van Financiën, de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid en de Staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Artikel 1.De personen die overeenkomstig artikel 11 van de wet van 13 juni 1969 inzake de exploratie en de exploitatie van de niet-levende rijkdommen van de territoriale zee en het continentaal plat bevoegd zijn voor het toezicht op de toepassing van deze wet en de uitvoeringsbesluiten ervan, zijn in het bezit van één van de volgende identificatiebewijzen : 1° een legitimatiekaart van de Federale Politie zoals vastgesteld bij het koninklijk besluit van 21 februari 2002 betreffende de legitimatiekaarten van de politieambtenaren en van de agenten van politie van de federale politie en van de lokale politie;2° een dienstidentiteitskaart uitgegeven door het Ministerie van Landsverdediging volgens het als bijlage I bij dit besluit gevoegde model; 3° een legitimatiekaart van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie zoals vastgelegd bij het ministerieel besluit van 17 maart 2009 tot vaststelling van het model van de legitimatiekaart van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie; 4° een dienstidentiteitskaart van de Beheerseenheid van het Mathematisch Model van de Noordzee volgens het als bijlage II bij dit besluit gevoegde model;5° een legitimatiekaart van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu - Directoraat-generaal Leefmilieu overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk 2.
Art. 2.De personen die overeenkomstig artikel 59 van de wet van 22 april 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/04/1999 pub. 10/07/1999 numac 1999015146 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet betreffende de exclusieve economische zone van België in de Noordzee sluiten betreffende de exclusieve economische zone van België bevoegd zijn voor het toezicht op de toepassing van deze wet en de uitvoeringsbesluiten ervan, zijn in het bezit van één van de volgende identificatiebewijzen : 1° een legitimatiekaart van de Federale Politie zoals vastgesteld bij het koninklijk besluit van 21 februari 2002 betreffende de legitimatiekaarten van de politieambtenaren en van de agenten van politie van de federale politie en van de lokale politie;2° een dienstidentiteitskaart uitgegeven door het Ministerie van Landsverdediging volgens het als bijlage I bij dit besluit gevoegde model; 3° een legitimatiekaart van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie zoals vastgelegd bij het ministerieel besluit van 17 maart 2009 tot vaststelling van het model van de legitimatiekaart van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie; 4° een dienstidentiteitskaart van de Beheerseenheid van het Mathematisch Model van de Noordzee volgens het als bijlage II bij dit besluit gevoegde model;5° een aanstellingsbewijs van de Federale Overheidsdienst Financiën - Administratie der Douane en Accijnzen, volgens het als bijlage III bij dit besluit gevoegde model;6° een legitimatiekaart van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer - Directoraat-generaal Maritiem Vervoer zoals vastgesteld bij het koninklijk besluit van 4 juni 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 04/06/2003 pub. 11/08/2003 numac 2003014163 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot vaststelling van het model van legitimatiekaart waaruit de hoedanigheid van de ambtenaren belast met de scheepvaartcontrole blijkt sluiten tot vaststelling van het model van legitimatiekaart waaruit de hoedanigheid van de ambtenaren belast met de scheepvaartcontrole blijkt.
Art. 3.De identificatiebewijzen vermeld in de artikelen 1 en 2 moeten worden voorgelegd op eenvoudig verzoek van de personen die aan een controle worden onderworpen. HOOFDSTUK 2. - Model van de legitimatiekaart van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu - Directoraat-generaal Leefmilieu
Art. 4.De legitimatiekaart wordt opgesteld overeenkomstig het model dat als bijlage IV bij dit besluit is opgenomen.
De legitimatiekaart is rechthoekig, en is 86 mm lang en 54 mm breed.
De legitimatiekaart heeft een witte kleur.
Art. 5.§ 1. De legitimatiekaart bevat op de voorzijde de volgende gegevens : 1° In het midden van het bovengedeelte : het logo van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu;2° Links van dit logo : de vermelding « service public fédéral Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement »;3° Rechts van dit logo : de vermelding « federale overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu »;4° Uiterst links van het middengedeelte : een identiteitsfoto van de houder van de kaart van 17 mm op 25 mm;5° Rechts van de foto : NAAM (naam en voornaam van de houder);6° Onder de NAAM : de vermelding « Marien milieu - Milieu marin - Marine environment » en daaronder de vervaldatum van de legitimatiekaart, voorafgegaan door de vermelding « Geldig tot - Valide jusqu'au - Valid untill »;7° Onderaan : een gekleurde strook met de vermelding « DG Environnement - DG Leefmilieu »; 8° Uiterst rechts onderaan : het logo .be. § 2. De achterzijde van de legitimatiekaart bevat de volgende gegevens : 1° Bovenaan : de vermelding « Koninkrijk België - Royaume de Belgique - Kingdom of Belgium »;2° In het midden : de drievoudige vermelding : « "De titularis is Rijksambtenaar of hiermee gelijkgesteld.Hij of zij is ertoe gemachtigd deze hoedanigheid te laten gelden bij de uitoefening van zijn (haar) opdrachten. De gestelde overheden erkennen deze hoedanigheid en worden verzocht hem/haar steun en bescherming te verlenen bij de uitoefening van zijn (haar) opdrachten. " "Le (la) titulaire est agent de l'Etat ou assimilé. Il (elle) est autorisé(e) à faire valoir cette qualité dans l'exercice de ses fonctions. Les autorités constituées le (la) reconnaissent et sont invitées à lui prêter aide et protection dans l'exercice de ses fonctions." "The bearer is a government official or equivalent. He (she) is entitled to put forward that status in the execution of his (her) duties. The constituted authorities recognize his (her) status and are requested to provide him (her) with assistance and protection in the execution of his (her) duties." »; 3° Rechts onderaan : de handtekening en de naam van de Directeur-generaal van het Directoraat-generaal Leefmilieu. HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen
Art. 6.Het koninklijk besluit van 21 januari 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/01/2003 pub. 13/03/2003 numac 2003011053 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende de identificatiebewijzen die moeten worden voorgelegd door de personen die belast zijn met het toezicht op de toepassing van de wet van 22 april 1999 betreffende de exclusieve economische zone van België in de Noordzee sluiten betreffende de identificatiebewijzen die moeten worden voorgelegd door de personen die belast zijn met het toezicht op de toepassing van de wet van 22 april 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/04/1999 pub. 10/07/1999 numac 1999015146 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet betreffende de exclusieve economische zone van België in de Noordzee sluiten betreffende de exclusieve economische zone van België in de Noordzee wordt opgeheven.
Art. 7.De minister bevoegd voor Landsverdediging, de minister bevoegd voor Economie, de minister bevoegd voor het Marien Milieu, de minister bevoegd voor Scheepvaart, de minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken, de minister bevoegd voor Wetenschapsbeleid, en de minister bevoegd voor Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 25 april 2014.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Landsverdediging, P. DE CREM De Minister van Economie en Noordzee, J. VANDE LANOTTE De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. J. MILQUET De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Financiën, K. GEENS De Staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid, Ph. COURARD
Bijlage I Model van de dienstidentiteitskaart uitgegeven door het Ministerie van Landsverdediging
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij ons besluit van 25 april 2014 betreffende de identificatiebewijzen die moeten worden voorgelegd door de personen die belast zijn met het toezicht op zee.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Landsverdediging, P. DE CREM De Minister van Economie en Noordzee, J. VANDE LANOTTE De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. J. MILQUET De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Financiën, K. GEENS De Staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid, Ph. COURARD
Bijlage II Model van de dienstidentiteitskaart van de Beheerseenheid van het Mathematisch Model van de Noordzee
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij ons besluit van 25 april 2014 betreffende de identificatiebewijzen die moeten worden voorgelegd door de personen die belast zijn met het toezicht op zee.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Landsverdediging, P. DE CREM De Minister van Economie en Noordzee, J. VANDE LANOTTE De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. J. MILQUET De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Financiën, K. GEENS De Staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid, Ph. COURARD
Bijlage III Model van de aanstellingsbewijs van de Federale Overheidsdienst Financiën - Administratie der Douane en Accijnzen
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij ons besluit van 25 april 2014 betreffende de identificatiebewijzen die moeten worden voorgelegd door de personen die belast zijn met het toezicht op zee.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Landsverdediging, P. DE CREM De Minister van Economie en Noordzee, J. VANDE LANOTTE De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. J. MILQUET De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Financiën, K. GEENS De Staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid, Ph. COURARD
Bijlage IV Model van de legitimatiekaart van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu - Directoraat-generaal Leefmilieu
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij ons besluit van 25 april 2014 betreffende de identificatiebewijzen die moeten worden voorgelegd door de personen die belast zijn met het toezicht op zee.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Landsverdediging, P. DE CREM De Minister van Economie en Noordzee, J. VANDE LANOTTE De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. J. MILQUET De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Financiën, K. GEENS De Staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid, Ph. COURARD