Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 22 februari 2019
gepubliceerd op 11 maart 2019

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 november 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, betreffende de wijziging van het reglement van de groepsverzekering die het sociale sectorale pensioenstelsel uitvoert en van de sectorale technische nota

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2019010866
pub.
11/03/2019
prom.
22/02/2019
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

22 FEBRUARI 2019. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 november 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, betreffende de wijziging van het reglement van de groepsverzekering die het sociale sectorale pensioenstelsel uitvoert en van de sectorale technische nota (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 13 november 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, betreffende de wijziging van het reglement van de groepsverzekering die het sociale sectorale pensioenstelsel uitvoert en van de sectorale technische nota.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 22 februari 2019.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 13 november 2017 Wijziging van het reglement van de groepsverzekering die het sociale sectorale pensioenstelsel uitvoert en van de sectorale technische nota (Overeenkomst geregistreerd op 8 februari 2018 onder het nummer 144393/CO/209)

Artikel 1.Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en hun werknemers met een arbeidsovereenkomst voor bedienden die behoren tot het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid.

Onder "bedienden" wordt verstaan : mannelijke en vrouwelijke bedienden.

Art. 2.Voorwerp Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel om, conform de bepalingen in titel II - hoofdstuk 9 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid (WAP), een solidariteitstoezegging in te stellen en dit vanaf 1 januari 2017.

Overeenkomstig artikel 3, § 1, 5° van de WAP wordt het "Sociaal Fonds voor de bedienden metaal - BIS - Fonds voor bestaanszekerheid", afgekort "SFBM-BIS", met KBO-nr. 0682.891.282, en opgericht door de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2017 (registratieprocedure lopende) aangeduid als inrichter van het sociaal sectoraal pensioenstelsel vanaf 1 januari 2017 ter vervanging van de vereniging zonder winstoogmerk "Aanvullend Pensioen Bedienden Metaal", met KBO-nr. 0504.924.095.

Art. 3.Vervanging van het reglement van de groepsverzekering die het sectorale pensioenstelsel uitvoert en van de sectorale technische nota Het bestaande reglement van de groepsverzekering die het sectorale pensioenstelsel uitvoert, zoals opgenomen in bijlage 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2016 met registratienummer 134523/CO/209, wordt vervangen door het reglement van de groepsverzekering die het sociale sectorale pensioenstelsel uitvoert, zoals opgenomen in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Meer bepaald zal de bijlage 1 worden uitgebreid met een hoofdstuk dat de bijzondere voorwaarden bevat die vanaf 1 januari 2017 de solidariteitstoezegging uitvoeren.

De bestaande sectorale technische nota, zoals opgenomen in bijlage 2 van de hogervermelde collectieve arbeidsovereenkomst, wordt vervangen door de sectorale technische nota zoals opgenomen in bijlage 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Het reglement opgenomen in bijlage 1 en de technische nota opgenomen in bijlage 2 maken integraal deel uit van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 4.Duur Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor onbepaalde duur vanaf 1 januari 2017.

Ze kan slechts opgezegd worden mits aangetekend schrijven aan de voorzitter van het paritair comité en met naleving van een opzeggingstermijn van 6 maanden.

Conform artikel 10, § 1, 3° van de WAP is de beslissing tot opzegging enkel geldig voor zover 80 pct. van de effectieve of plaatsvervangende leden die de werkgevers vertegenwoordigen, en 80 pct. van de effectieve of plaatsvervangende leden die de werknemers vertegenwoordigen in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, deze beslissing ondersteunen.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 februari 2019.

De Minister van Werk, K. PEETERS

Bijlage 1 aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 november 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, betreffende de wijziging van het reglement van de groepsverzekering die het sociale sectorale pensioenstelsel uitvoert en van de sectorale technische nota Aanvullend pensioenreglement van de groepsverzekering die het sociale sectorale pensioenstelsel uitvoert Sectie 1. Bijzondere voorwaarden die de pensioentoezegging uitvoeren 1. Definities, doel en voorwerp van de groepsverzekering die het sectorale pensioenstelsel uitvoert 1.1. Definities Sectorale collectieve arbeidsovereenkomst In onderstaande tekst verwijst de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst naar de collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende het sectoraal pensioenstelsel, onder meer : - de collectieve arbeidsovereenkomsten van 18 januari 2007 en 24 september 2007 (gesloten in uitvoering van het nationaal akkoord 2007-2008) tot wijziging en vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002, gesloten in het Paritair Comité 209 voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, houdende uitvoering van hoofdstuk II, artikelen 4, § 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 betreffende het nationaal akkoord 2001-2002; - de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 juli 2009, in uitvoering van het nationaal akkoord 2009-2010, gesloten in het Paritair Comité 209 voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid; - de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2011, in uitvoering van het nationaal akkoord 2011-2012, gesloten in het Paritair Comité 209 voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid; - de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 2013, gesloten in het Paritair Comité 209 voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid en gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomsten van 4 november 2013 en van 4 juli 2016; - iedere andere of toekomstige algemeen bindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst gesloten in het Paritair Comité 209 voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid die betrekking heeft op het aanvullende pensioenstelsel.

Groepsverzekering In onderstaande tekst verwijst het woord "groepsverzekering" naar de groepsverzekering die het sectorale pensioenstelsel, ingevoerd door de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst, uitvoert.

Inrichter Het "Sociaal Fonds voor de bedienden metaal - Bis - Fonds voor bestaanszekerheid", afgekort "SFBM-BIS", met KBO-nr. 0682.891.282.

Onderneming Elke onderneming die bedienden tewerkstelt en op wie de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst van toepassing is, en die de sectorale pensioentoezegging laat uitvoeren door Integrale.

Referentie jaarloon Het aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven bruto jaarloon van de aangeslotene.

Rendement gewaarborgd door Integrale De technische rentevoet van Integrale verhoogd met eventuele winstdeelname.

Uittreding Hetzij de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, anders dan door overlijden of pensionering, voor zover de werknemer binnen een termijn van 4 opeenvolgende trimesters na het einde van de arbeidsovereenkomst, geen nieuwe arbeidsovereenkomst heeft gesloten met een onderneming die onder het toepassingsgebied van onderhavig pensioenstelsel valt;

Hetzij het einde van de aansluiting vanwege het feit dat de werknemer niet langer aan de aansluitingsvoorwaarden van het pensioenstelsel voldoet zonder dat dit samenvalt met de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, anders dan door overlijden of pensionering;

Hetzij het einde van de aansluiting vanwege het feit dat de werknemer of, in geval van overdracht van de arbeidsovereenkomst, de nieuwe onderneming van de werknemer niet meer ressorteert onder het toepassingsgebied van de collectieve arbeidsovereenkomst waarbij het pensioenstelsel ingevoerd wordt.

Financieringsfonds Het doel van een financieringsfonds is gedefinieerd in artikel 21 van de algemene voorwaarden. 1.2. Doel en voorwerp van de groepsverzekering Het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid richtte op 1 april 2002 een sectoraal pensioenstelsel in, met het oog op het financieren van een aanvullend pensioen ten gunste van de bedienden die voldoen aan de aansluitingsvoorwaarden. Dit pensioenstelsel werd geregeld door een reglement dat dateert van 21 maart 2002, en werd ingericht in uitvoering van de collectieve sectorale arbeidsovereenkomst.

Vanaf 1 januari 2017 wordt het reglement aangepast en wordt de groepsverzekering bepaald door onderstaand reglement.

De technische nota beschreven in bijlage 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst is onafscheidelijk verbonden met onderhavig reglement.

De verworven rechten van de aangeslotenen die de sector verlieten vóór de inwerkingtreding van het huidig reglement, en/of van hun rechthebbenden blijven bepaald door de vroegere reglementen.

Het doel van het sectorale pensioenstelsel is het garanderen, buiten de wettelijke verplichtingen inzake de pensioenen en ter verhoging ervan : - aan de aangeslotene zelf, van een kapitaal dat kan omgezet worden in een levenslange pensioenrente indien hij in leven is op de einddatum; - aan de begunstigden voorzien door onderhavig reglement, van een kapitaal dat kan omgezet worden in een levenslange overlevingsrente in geval van overlijden van de aangeslotene vóór de einddatum. 2. Aansluiting Elke werknemer met een arbeidsovereenkomst van bediende die op 1 januari 2017 in de onderneming tewerkgesteld is, of na 1 januari 2017 tewerkgesteld zal worden (inclusief de kaderleden), ongeacht de aard van de arbeidsovereenkomst, en op wie de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst van toepassing is, wordt verplicht aangesloten aan de groepsverzekering. Worden uitgesloten, werknemers met een contract van interimarbeid, met vakantie-, studenten- en IBO-contracten (individuele beroepsopleiding) en werknemers die activiteiten uitoefenen terwijl zij al van een wettelijk rustpensioen genieten. 3. Pensioenbijdrage en uitkeringen 3.1. Grondslag van de pensioenbijdrage De prestaties "leven" en "overlijden" worden voor elke aangeslotene gefinancierd door een pensioenbijdrage die volledig ten laste is van de onderneming. Deze pensioenbijdrage is gelijk aan een percentage van het referentie jaarloon. Dit percentage wordt vastgesteld in de sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten. 3.2. Berekening van de pensioenbijdrage Ieder jaar op 1 april deelt de onderneming aan Integrale het referentie jaarloon van het voorgaande kalenderjaar mee voor alle aangeslotenen die op 1 januari in dienst zijn. 3.2.1. Voorlopige premie voor het lopende jaar Integrale berekent ieder jaar voor iedere aangeslotene een voorlopige premie. Deze voorlopige premie is betaalbaar op 1 juli en geldt als voorschot voor het lopende jaar. Ze wordt gestort op de individuele rekeningen in het financieringsfonds.

Om deze voorschotpremie te berekenen, wordt het in de sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten vastgelegde bijdragepercentage toegepast op het referentie jaarloon van het voorgaande kalenderjaar; het resultaat wordt vermenigvuldigd met een coëfficiënt die overeenkomt met de per sectorale collectieve arbeidsovereenkomst vastgelegde loonsverhogingen voor het berekeningsjaar, met de gemiddelde loonsverhogingen binnen de ondernemingen die tot het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid behoren tijdens het kalenderjaar voorafgaand aan het berekeningsjaar en met de door de collectieve arbeidsovereenkomst verwachte verhogingen.

Deze coëfficiënt wordt jaarlijks vóór 1 april door de inrichter meegedeeld. 3.2.2. Definitieve pensioenbijdrage met betrekking tot het voorgaande jaar Op 1 juli wordt ieder individueel contract aangepast met retroactief effect op de voorgaande 1ste juli en wordt er een definitieve pensioenbijdrage gestort. Die definitieve pensioenbijdrage wordt verkregen door het in de sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten vastgelegde bijdrage-percentage toe te passen op het referentie jaarloon van het voorgaande kalenderjaar.

Indien de definitieve pensioenbijdrage van het voorafgaande jaar hoger is dan de op de voorgaande 1ste juli verschuldigde voorlopige premie, wordt het ontbrekende saldo door de onderneming bijgestort. Indien de definitieve pensioenbijdrage van het voorafgaande jaar lager is dan de op de voorgaande 1ste juli verschuldigde voorlopige premie, wordt het overblijvende saldo in mindering gebracht op de door de onderneming op 1 juli verschuldigde voorlopige premie.

De op deze wijze berekende definitieve pensioenbijdrage wordt gefinancierd door het opnemen van de voorlopige premie uit het financieringsfonds en door de correctie waarvan sprake in de voorafgaande alinea. De definitieve pensioenbijdrage wordt gestort in de vorm van een jaarlijkse recurrente premie op een levensverzekeringscontract onderschreven door de inrichter op naam van de aangeslotene. 3.2.3. Indiensttreding tijdens het kalenderjaar dat voorafgaat aan het jaar van berekening van de voorlopige premie Voor de personen die tijdens het kalenderjaar dat voorafgaat aan het jaar van berekening van de voorlopige premie in dienst zijn getreden, wordt de eerste voorlopige premie voor het lopende jaar berekend op het aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven bruto maandloon van januari van het berekeningsjaar vermenigvuldigd met 13,92. Wanneer het maandloon van januari niet gekend is, wordt de berekening toegepast op basis van het laatste bruto maandloon dat aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven werd.

De eerste definitieve pensioenbijdrage die conform artikel 3.2.2. bepaald zal worden, zal op het individuele contract van de aangeslotene gestort worden met retroactief effect op de voorgaande 1ste juli indien de aangeslotene vóór de voorgaande 1ste juli in dienst is getreden en met retroactief effect op zijn datum van indiensttreding indien de aangeslotene na de voorgaande 1ste juli in dienst is getreden. 3.2.4. Laatste definitieve pensioenbijdrage Wanneer een aangeslotene uit dienst treedt bij een onderneming waarop dit pensioenreglement van toepassing is of indien hij niet meer voldoet aan de aansluitingsvoorwaarden als gevolg van een statuutwijziging of van een verandering van paritair comité, of bij pensionering of omdat hij de eindleeftijd bereikt of vroegtijdig overlijdt, is een laatste definitieve pensioenbijdrage verschuldigd door de onderneming.

Deze wordt als volgt samengesteld : - de definitieve pensioenbijdrage verschuldigd op de 1ste juli van het jaar voorafgaand aan de uitdiensttreding, pensionering of overlijden, indien deze nog niet berekend of betaald kon worden; - de definitieve pensioenbijdrage verschuldigd op de datum van uitdiensttreding of overlijden die berekend moet worden op het referentie jaarloon van het jaar van de uitdiensttreding.

In geval van pensionering wordt de definitieve pensioenbijdrage verschuldigd voor het jaar van pensionering als volgt berekend : brutoloon onderworpen aan de RSZ van het jaar dat voorafgaat aan het jaar van pensionering x n/365 waarbij n = aantal kalenderdagen tussen 1 januari van het jaar van pensionering en de datum van pensionering.

Indien de aangeslotene in dienst treedt na de 1ste januari van het jaar dat voorafgaat aan het jaar van pensionering, wordt de volgende formule toegepast om een jaarbasis te houden : (brutoloon onderworpen aan de RSZ van het jaar dat voorafgaat aan de pensionering x 365/N) x n/365 waarbij N = aantal kalenderdagen tussen de datum van indiensttreding en 31 december van het jaar dat voorafgaat aan de pensionering en n = aantal kalenderdagen tussen 1 januari van het jaar van pensionering en de datum van pensionering.

Indien het brutoloon onderworpen aan de RSZ van het jaar dat voorafgaat aan de pensionering nul is, dan is de pensioenbijdrage met betrekking tot het jaar van pensionering ook nul. 3.3. Jaarlijkse aanpassing van de contracten Ieder jaar op 1 juli worden de contracten en de premies aangepast. 4. Verzekeringspremies De verzekeringspremies zijn betaalbaar op 1 juli van ieder jaar. Integrale zendt jaarlijks vóór 1 juli de onderneming een borderel dat voor alle aangeslotenen van de onderneming de som van de volgende elementen bevat : 1. de verschuldigde voorlopige premies voor het lopende jaar;2. de correcties met betrekking tot de definitieve pensioenbijdragen van het voorafgaande jaar;3. de taks van 4,4 pct.op de verzekeringscontracten die ten laste is van de onderneming bovenop de pensioenbijdragen; 4. de speciale bijdrage van 8,86 pct.die ten laste is van de onderneming bovenop de pensioenbijdragen; 5. de eventuele dossierkosten verbonden aan een ingebrekestelling of de nalatigheidsintresten waarvan sprake in de artikelen 7.2. en 7.3. van onderhavig reglement.

Indien nodig zendt Integrale de onderneming een bijkomend borderel of een kredietnota die rekening houdt met de laatste definitieve pensioenbijdragen berekend naar aanleiding van uitdiensttredingen in toepassing van artikel 3.2.4. Het bijkomend borderel is onmiddellijk betaalbaar. De kredietnota wordt in mindering gebracht op het volgende borderel of wordt aan de onderneming terugbetaald indien zij de terugbetaling vraagt. 5. Einddatum De einddatum waarop het kapitaal bij in leven zijn opeisbaar is, wordt vastgesteld op de eerste dag van de maand die volgt op de 65ste verjaardag van de aangeslotene. 5.1. Verdaging van de einddatum Indien de aangeslotene het wettelijk pensioen later opneemt en in dienst blijft na de einddatum, blijft de pensioenbijdrage verschuldigd en wordt de einddatum die gebruikt wordt voor het pensioenverzekeringscontract telkens met één jaar verlengd. De aangeslotene kan de betaling van het kapitaal bekomen bij in leven zijn op de effectieve einddatum van zijn arbeidscontract. 5.2. Vervroegde uitkering Zolang de aangeslotene in dienst is van een onderneming bedoeld in artikel 1 van dit reglement, kan hij zijn contract niet afkopen. Hij kan de vervroegde uitkering van de afkoopwaarde bekomen na het einde van de tewerkstelling in de sector van de metaalfabrikatennijverheid, rekening houdend met de bepalingen van de wetgeving en, in het bijzonder, van de wet van 18 december 2015 tot waarborging van de duurzaamheid en het sociale karakter van de aanvullende pensioenen en tot versterking van het aanvullend karakter ten opzichte van de rustpensioenen.

De prestaties bij in leven zijn worden uitgekeerd aan de aangeslotene op het ogenblik van pensionering of, op schriftelijke aanvraag van de aangeslotene, op het ogenblik dat hij beantwoordt aan de voorwaarden van het vervroegd pensioen voor loontrekkenden of wanneer hij de wettelijke pensioenleeftijd bereikt. Onder "pensionering" wordt verstaan : de effectieve ingang van het rustpensioen met betrekking tot de beroepsactiviteit die aanleiding gaf tot de opbouw van de prestaties.

Een uitkering kan ook plaatsvinden op schriftelijke aanvraag van de aangeslotene die de voorwaarden vervult zoals voorzien in de artikelen 63/2 en 63/3 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen.

In geval van uitkering op het ogenblik van de pensionering van de aangeslotene, worden de prestaties bij in leven zijn berekend op de datum van pensionering en door Integrale aan de aangeslotene uitbetaald ten laatste binnen 30 dagen vanaf de mededeling door de aangeslotene aan Integrale van de nodige gegevens voor de betaling en zonder dat deze betaling vroeger kan gebeuren dan de datum van effectieve pensionering. 6. Verzekeringstechniek De sectorale pensioentoezegging is van het type "vaste bijdragen" zonder gewaarborgd rendement door de inrichter, onder voorbehoud van het minimum rendement voorzien door de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen. De minimale rechten van de aangeslotenen zijn beschreven in de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst en in de technische nota (bijlage 2).

De pensioenbijdragen worden aangewend als jaarlijkse recurrente premies binnen een verzekeringsverrichting van het type "Uitgesteld Kapitaal Met terugbetaling van de Reserve bij overlijden vóór de einddatum" (U.K.M.R.).

De tariefregels die van toepassing zijn op het moment van de storting van de premie blijven van toepassing op de toekomstige premies ter hoogte van de laatste gestorte premie vóór de verandering van het tarief. 7. Diverse bepalingen 7.1. Gegevens die moeten meegedeeld worden door de onderneming De onderneming deelt Integrale de gegevens mee die nodig zijn voor het beheer van de contracten.

Vóór 1 april van elk jaar deelt ze onder andere het volgende mee : - het laatst gekende adres van alle aangeslotenen en de mogelijke veranderingen in de persoonsgegevens; - het referentie jaarloon van het voorafgaande kalenderjaar voor alle aangeslotenen, met inbegrip van de aangeslotenen die in de loop van het voorafgaande jaar uit dienst zijn getreden en de aangeslotenen die van statuut zijn veranderd (voor deze laatsten is het referentie jaarloon dat moet meegedeeld worden gelijk aan het referentie jaarloon dat ontvangen werd als bediende); - bovendien, voor de aangeslotenen die in dienst zijn getreden van de onderneming tijdens het voorafgaande kalenderjaar, de nodige persoonsgegevens waaronder onder andere hun datum van indiensttreding en het referentie jaarloon van het jaar van indiensttreding; - bovendien, voor de aangeslotenen die uit dienst zijn getreden van de onderneming, de datum van uitdiensttreding, de reden van uitdiensttreding (gewone uitdiensttreding, werkloosheid met bedrijfstoeslag, wettelijke pensionering, overlijden); - bovendien, voor de personeelsleden die van statuut veranderden, de datum van verandering en het nieuwe statuut; - bovendien, voor de aangeslotenen die uit dienst zijn getreden bij een onderneming of die van statuut zijn veranderd in het lopende jaar (dus tijdens het 1ste kwartaal), het referentie jaarloon van het lopende jaar.

Wanneer een aangeslotene gebruik maakt van zijn recht om zelf zijn uitdiensttreding bij een onderneming aan Integrale te melden, zal de betrokken onderneming onmiddellijk op eenvoudige vraag van Integrale de gegevens bezorgen waarvan sprake hierboven. 7.2. Gevolgen van het niet-meedelen van gegevens door de onderneming Integrale dekt de aangeslotenen op basis van de gegevens die zij ontvangt van de onderneming en van de aangeslotene zelf. Zij zijn verantwoordelijk voor de juistheid van de gegevens.

De onderneming is verantwoordelijk voor de gevolgen die voortvloeien uit het doorgeven van onnauwkeurige, onvolledige, onjuiste of laattijdige inlichtingen aan Integrale.

Indien de onderneming de gegevens niet meedeelt op de voorziene datum, heeft dit tot gevolg dat de verzekeringspremies niet berekend kunnen worden. De volgende procedure is dan van toepassing : - bij het niet-meedelen van de gegevens na 30 dagen volgend op de datum waarvan sprake in artikel 7.1., stuurt Integrale een herinneringsbrief aan de onderneming. Integrale meldt deze toestand aan de inrichter; - bij het niet-meedelen van de gegevens na 45 dagen volgend op de datum waarvan sprake in artikel 7.1., stuurt Integrale een tweede herinneringsbrief aan de onderneming. Integrale meldt deze toestand aan de inrichter. Deze laatste zal het dossier overmaken aan de sociale inspectie; - bij het niet-meedelen van de gegevens na 60 dagen volgend op de voorziene datum waarvan sprake in artikel 7.1., stuurt Integrale een brief aan de onderneming waarin haar het premievrijstellen van de contracten van de aangeslotenen in verhouding tot de effectief betaalde pensioenbijdragen binnen de drie weken meegedeeld wordt.

Voorafgaandelijk zullen de laatste voorlopige premies die betaald werden uit het financieringsfonds geput worden en op het contract van de aangeslotenen als definitieve pensioentoelagen gestort worden met retroactief effect op de datum dat deze voorlopige premies opeisbaar werden. Integrale meldt dit aan de inrichter; - integrale informeert iedere aangeslotene over deze toestand per gewone brief gericht aan zijn persoonlijk adres uiterlijk binnen de 90 dagen volgend op de voorziene datum voor de premiebetaling.

De kosten van de uitvoering van deze procedure zijn ten laste van de onderneming.

Het premievrijstellen van de contracten ontslaat de onderneming geenszins van de betaling van de achterstallen, de kosten verbonden aan de ingebrekestelling en de nalatigheidsintresten (cf. artikel 7.3.).

Wanneer Integrale de gegevens bekomt om de verschuldigde premies te kunnen berekenen, zullen nalatigheidsintresten verschuldigd zijn zoals bepaald in artikel 7.3.

Bij betaling door de onderneming van de achterstallen, de nalatigheidsintresten en de kosten van de ingebrekestelling en in uitvoering van deze procedure, worden de contracten terug in voege gebracht met retroactief effect op de datum van de premievrijmaking.

Indien de onderneming het referentie jaarloon van het voorafgaande kalenderjaar en het referentie jaarloon van het jaar van uitdiensttreding niet tijdig meedeelt voor de aangeslotenen die uit dienst zijn getreden of die van statuut zijn veranderd, zal Integrale de laatste voorlopige premies die betaald werden als definitieve pensioentoelagen beschouwen. Deze zullen gestort worden op het contract van de betrokken aangeslotene met retroactief effect tot op de datum dat deze voorlopige premies opeisbaar worden. Integrale of de inrichter kunnen in geen geval verantwoordelijk gesteld worden om eventuele tekorten aan te zuiveren in de plaats van de onderneming. 7.3. Gevolgen van het niet-betalen van de pensioenbijdragen - achterstallen De volgende procedure is van toepassing bij niet-betaling van de pensioenbijdragen op de voorziene datum : - bij niet-betaling binnen 30 dagen na de datum waarop de premies verschuldigd waren, wordt de onderneming door Integrale in gebreke gesteld door middel van een aangetekende brief. Integrale deelt dit mee aan de inrichter; - bij niet-betaling binnen 45 dagen na de datum waarop de premies verschuldigd waren, wordt de onderneming door Integrale opnieuw aangemaand. Integrale deelt dit mee aan de inrichter. Deze laatste stuurt het dossier door aan de sociale inspectie; - bij niet-betaling binnen 60 dagen na de datum waarop de premies verschuldigd waren, wordt aan de onderneming gemeld dat de contracten van haar aangeslotenen bij niet-betaling binnen de drie weken premievrij gemaakt zullen worden op basis van de wel betaalde pensioenbijdragen. Voorafgaandelijk zullen de laatste voorlopige premies die voor de aangeslotenen betaald werden, uit het financieringsfonds geput worden en als éénmalige koopsom op het contract van de aangeslotenen gestort worden. De inrichter wordt door Integrale hiervan op de hoogte gebracht; - Integrale zal iedere aangeslotene door middel van een op zijn persoonlijk adres gestuurde brief op de hoogte brengen uiterlijk binnen de 90 dagen volgend op de datum waarop de premie verschuldigd was.

De ingebrekestelling van de onderneming brengt de opeisbaarheid van een nalatigheidsintrest van 7 pct. per jaar mee. Deze intrest wordt berekend op de achterstallige verschuldigde pensioenbijdragen in verhouding tot het aantal dagen achterstal, waarbij een jaar verondersteld wordt 365 dagen te tellen.

Daarenboven zijn de kosten van de ingebrekestelling en van de uitvoering van deze procedure ten laste van de onderneming. Deze kosten worden als volgt bepaald : 10 EUR voor de eerste aangetekende verzending, 15 EUR voor de tweede verzending en 15 EUR voor de derde verzending.

De speciale bijdrage van 8,86 pct. op alle gekregen premies wordt door Integrale bij voorrang aan de RSZ gestort. Indien er na de toepassing van de hierboven beschreven procedure een door de onderneming onbetaald saldo overblijft, worden de reeds geboekte voorlopige premies en de definitieve pensioenbijdrages overeenkomstig verminderd.

De premievrijmaking van de contracten ontslaat de onderneming geenszins van de betaling van de achterstallige bijdragen, de nalatigheidsintresten en de kosten van de ingebrekestelling en van de uitvoering van deze procedure.

Bij betaling door de onderneming van de achterstallen, de nalatigheidsintresten en de kosten van de ingebrekestelling, worden de contracten terug in voege gebracht met retroactief effect op de datum van premievrijmaking. 7.4. Bijzondere situaties : faillissement, ontbinding, concordaat, gerechtelijke reorganisatie of iedere andere vergelijkbare situatie die wettelijk geregeld is In afwijking van punt 7.3. hiervoor wordt de volgende procedure toegepast indien Integrale op de hoogte gesteld wordt van één van de hierna genoemde situaties : 7.4.1. Faillissement, ontbinding of concordaat - De procedure beschreven onder punt 7.3. wordt stopgezet voor zover zij nog lopende is; - De reserves opgebouwd na de betaling van de laatste premie worden aangepast op basis van de werkelijk betaalde patronale bijdrages binnen de 3 weken na kennisname van het faillissement, de ontbinding of het concordaat; - De laatste voorschotpremie wordt uit het financieringsfonds geheven en als definitief verworven premie op de contracten aangewend zonder afbreuk te doen aan de rechten van de aangeslotenen die uit dienst traden binnen het jaar van hun aansluiting; - De aangeslotenen worden van deze procedure op de hoogte gebracht; - Op het moment van betaling van achterstallen worden deze recht evenredig met de verworven reserves verdeeld en aangewend op de datum van de storting op de contracten van de aangeslotenen die actief waren op datum van het faillissement, de beslissing tot ontbinding of concordaat; - De aangeslotenen worden ingelicht over de betaling van de achterstallen; - Op het moment van betaling van dividenden door het Sluitingsfonds van ondernemingen, worden deze gestort op het contract van de betrokken aangeslotene na aftrek van taksen, bijdragen en toepasselijke kosten. 7.4.2. Gerechtelijke reorganisatie - De procedure beschreven onder punt 7.3. wordt stopgezet voor zover zij nog lopende is; - De reserves opgebouwd na de betaling van de laatste premie worden aangepast op basis van de werkelijk betaalde patronale bijdrages binnen de 3 weken na kennisname van de gerechtelijke reorganisatie; - Hoewel er schorsing is van bestaande schuldvorderingen, blijft onderhavig reglement ongewijzigd voortbestaan tijdens deze periode van schorsing. Integrale blijft de herberekeningsgegevens opvragen bij de onderneming. De premieborderellen met betrekking tot de periode van schorsing worden verstuurd zoals voorzien in artikel 4 van onderhavig reglement; - Indien de gerechtelijke reorganisatie stopgezet wordt door een faillissement, is de procedure beschreven onder punt 7.4.1. van toepassing; - De betaalde achterstallige premies in uitvoering van een minnelijk akkoord worden recht evenredig met de verworven reserves verdeeld en op de datum van de storting toegekend aan de contracten. 7.5. Laattijdige aansluiting en inhaalbeweging van de voorgaande jaren In afwijking van de procedure voorzien in de punten 7.1. en 7.3. van de bijzondere voorwaarden van de groepsverzekering die het sectorpensioenstelsel uitvoert, wordt het volgende gepreciseerd : Indien een onderneming die onder het toepassingsgebied van de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst valt die onderhavig pensioenstelsel inricht, contact opneemt met Integrale om de leden van haar bediendepersoneel aan te sluiten om te voldoen aan de eisen van de sector, is de volgende procedure van toepassing : Binnen de 15 dagen na de aansluitingsaanvraag vraagt Integrale aan de onderneming om binnen de maand de volgende informatie mee te delen : - alle persoonsgegevens die nodig zijn voor de aansluiting van de leden van het bediendepersoneel (met inbegrip van de kaderleden en de leden van het personeel die uit dienst getreden zijn tussen de datum van inrichting van het sectorpensioenstelsel en de datum van in orde stelling), zijnde naam, voornaam, geslacht, geboortedatum, rijksregisternummer, volledig adres, datum van indiensttreding in de hoedanigheid van bediende, datum van uitdiensttreding; - de bruto jaarlonen onderworpen aan de RSZ voor de berekening van de premies sinds de inrichting van het sectorpensioenstelsel of sinds de datum van de indiensttreding van de eerste bediende binnen de onderneming (indien de datum van indiensttreding na de inrichting van het sectorpensioenstelsel valt) tot op het ogenblik van de in orde stelling.

Integrale zal een éénmalige koopsom berekenen die het volgende compenseert : - de jaarlijkse opeenvolgende premies die voortvloeien uit de toepassing van de verschillende percentages van werkgeversbijdragen op de brutowedden onderworpen aan de RSZ, zoals voorzien in de sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten; - het rendement dat zou toegekend geweest zijn aan deze premies tot de einddatum zoals voorzien in de technische nota's opgenomen als bijlagen van de sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten; - het niet-belastbaar karakter van de winstdeelnames die zouden toegekend geweest zijn.

In ieder geval zal de éénmalige koopsom ten minste gelijk zijn aan deze die voortvloeit uit de toepassing van de clausule over de nalatigheidsintresten van 7 pct. per jaar.

Integrale stuurt een premieborderel aan de betrokken onderneming. Dit borderel is betaalbaar binnen de 14 dagen.

Na ontvangst van de premie verstuurt Integrale een pensioenfiche aan de betrokken aangeslotenen die de verzekerde waarden en verworven rechten naar aanleiding van de éénmalige koopsom herneemt.

In geval van niet-betaling binnen de voorziene termijn, is de procedure voorzien in punt 7.3. van de bijzondere voorwaarden van de groepsverzekering die het sectorpensioenstelsel uitvoert, van toepassing. 7.6. Informatieplicht In afwijking van artikel 14 van de algemene voorwaarden stuurt Integrale de pensioenfiches naar het persoonlijk adres van de aangeslotenen.

De tekst van het reglement van de groepsverzekering is beschikbaar op de website van Integrale (www.integrale.be). 7.7. Verworven rechten van de aangeslotene op de reserves De reserves die opgebouwd zijn op de individuele contracten, met inbegrip van winstverdelingen die toegekend werden door Integrale, zijn onmiddellijk eigendom van de aangeslotene.

De dossiers betreffende de uittreding, de verandering van onderneming, de pensionering of het overlijden die vanaf 1 januari 2017 behandeld worden, voorzien het volgende : indien het bedrag van de opgebouwde reserves kleiner is dan het bedrag van de verworven reserves zoals bepaald in artikel A.1. van de technische nota die deel uitmaakt van de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst, zal Integrale het ontbrekende deel van de reserves die opgebouwd werden vanaf 1 januari 2013 invorderen bij de onderneming die de aangeslotene op dat moment in dienst heeft, en dit enkel in de mate dat het ontbrekende deel voortvloeit uit het verschil tussen enerzijds het rendement uit artikel A.1. van de technische nota en anderzijds het door Integrale gegarandeerde rendement.

De opgebouwde reserves mogen nooit minder zijn dan deze die voortvloeien uit de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen. Na de uittreding zal de technische rentevoet van Integrale verhoogd met de eventuele winstdeelname van toepassing zijn op de reserves die niet overgedragen worden. 7.8. Klachten De onderneming, de aangeslotenen en/of de begunstigde(n) kan/kunnen zich voor elke vraag richten tot de vertrouwde contactpersoon voor het administratieve beheer.

Onverminderd de mogelijkheid tot een gerechtelijke actie, kunnen alle klachten schriftelijk terecht bij de dienst "Solutions" : Integrale NV - Dienst Solutions - klachtenbeheer Fax : +32 4 232 44 51 E-mail : solutions@integrale.be Per brief : Integrale, Place Saint-Jacques 11/101, B-4000 Liège.

Indien de voorgestelde oplossing door Integrale geen voldoening geeft, kan/kunnen de onderneming, de aangeslotenen en/of de begunstigde(n) de klacht voorleggen aan de Ombudsman van de Verzekeringen (info@ombudsman.as), Meeûssquare 35, B-1000 Brussel, www.ombudsman.as 8. Algemene voorwaarden De algemene voorwaarden van de groepsverzekering die het sectorale pensioenstelsel uitvoert - versie PC209.2017 - zijn van toepassing.

De bijzondere voorwaarden hebben voorrang op de algemene voorwaarden in de mate dat ze er van afwijken.

Sectie 2. Bijzondere voorwaarden van het reglement die de solidariteitstoezegging uitvoeren 1. Definities, doel en voorwerp van de groepsverzekering die de solidariteitstoezegging uitvoert 1.1. Definities Met uitzondering van de hierna vermelde definities, hebben de gebruikte termen dezelfde betekenis als deze die gebruikt worden in sectie 1.

Solidariteitsinstelling De verzekeringsonderneming die beantwoordt aan de voorwaarden bepaald in artikel 10, § 1, 4° van de WAP en die aangeduid werd door de inrichter voor de uitvoering van de solidariteitstoezegging.

Op de invoeringsdatum van deze solidariteitstoezegging duidt de inrichter als solidariteitsinstelling de naamloze vennootschap "Integrale" aan, met maatschappelijke zetel te 4000 Luik, Place Saint-Jacques 11/101, toegelaten onder het codenummer 1530, met KBO-nummer 0221.518.504.

Solidariteitstoezegging De toezegging van de inrichter om een solidariteitsprestatie te voorzien voor zijn aangeslotenen en dit ter uitvoering van de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst.

Solidariteitsbesluit Koninklijk besluit van 14 november 2003 tot vaststelling van de solidariteitsprestaties verbonden met de sociale aanvullende pensioenstelsels.

Financieringsbesluit Koninklijk besluit van 14 november 2003 tot vaststelling van de regels inzake de financiering en het beheer van de solidariteitstoezegging.

Dit reglement is onlosmakelijk verbonden met het pensioenreglement. De opheffing van het pensioenreglement heeft automatisch de opheffing van onderstaand solidariteitsreglement als gevolg. 1.2. Doel en voorwerp van de solidariteitstoezegging Het doel van de solidariteitstoezegging is het garanderen, buiten de wettelijke verplichtingen inzake de aanvullende pensioenen en ter verhoging ervan, van een solidariteitsprestatie ten voordele van de aangeslotene die aan de toekenningsvoorwaarden voldoet volgens de voorwaarden beschreven in artikel 3.1. van dit solidariteitsreglement. 1.3. Ingangsdatum Het solidariteitsreglement vangt aan op 1 januari 2017. 2. Aansluiting De personeelsleden van de ondernemingen die aangesloten zijn volgens de voorwaarden van het sectoraal pensioenreglement, zijn automatisch aangesloten aan dit solidariteitsreglement. 3. Solidariteitsuitkeringen 3.1. Uitkeringen In uitvoering van artikel 43, § 1 van de WAP, dat in werking gesteld werd door het solidariteitsbesluit, heeft dit solidariteitsreglement als doel om volgende solidariteitsprestaties toe te kennen in geval van gebeurtenissen die zich voordoen vanaf de inwerkingtreding van deze solidariteitstoezegging.

De bedragen van deze solidariteitsuitkeringen worden door het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid bepaald in een collectieve arbeidsovereenkomst. 3.1.1. Tijdelijke werkloosheid De financiering van de opbouw van het aanvullend pensioen tijdens de periodes van tijdelijke werkloosheid in de zin van hoofdstuk II/1 "Regeling van schorsing van de uitvoering van de overeenkomst en regeling van gedeeltelijke arbeid" van titel III van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, gebeurt als volgt : - gedurende de periode waarin een aangeslotene tijdelijk werkloos is, wordt de opbouw van zijn pensioenluik verder gefinancierd door het solidariteitsfonds; - deze financiering gebeurt op forfaitaire basis waarbij per dag tijdelijke werkloosheid een bedrag toegevoegd wordt aan de rekening van de werknemer; - onder "dag" wordt verstaan : elke vergoede dag in een regeling van volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst en/of een regeling van gedeeltelijke arbeid bij gebrek aan werk wegens economische oorzaken, waarvan de inrichter kennis heeft gekregen; - voor de uitvoering van deze solidariteitsprestatie worden enkel de gegevens in aanmerking genomen die de inrichter verstrekt aan de solidariteitsinstelling. De inrichter bezorgt deze gegevens (die betrekking hebben op de risico's die zich hebben voorgedaan tussen 1 januari en 31 december van het vorige kalenderjaar) ten laatste op 31 juli van elk jaar aan de solidariteitsinstelling. 3.1.2. Arbeidsongeschiktheid De financiering van de opbouw van het aanvullend pensioen tijdens periodes van arbeidsongeschiktheid ten gevolge van ziekte of ongeval van gemeen recht (met uitzondering van arbeidsongeval en beroepsziekte), gebeurt als volgt : - gedurende de periode waarin een deelnemer arbeidsongeschikt is, wordt de opbouw van zijn pensioenluik verder gefinancierd door het solidariteitsfonds; - deze financiering gebeurt op forfaitaire basis waarbij per maand arbeidsongeschiktheid een bedrag toegevoegd wordt aan de rekening van de werknemer; - onder "maand" wordt verstaan : elke begonnen maand waarvoor de werknemer een ziekte-uitkering krijgt, met een maximum van 14 maanden voor dezelfde arbeidsongeschiktheid, waarvan de inrichter kennis heeft gekregen; - voor de uitvoering van deze solidariteitsprestatie worden enkel de gegevens in aanmerking genomen die de inrichter verstrekt aan de solidariteitsinstelling. De inrichter bezorgt deze gegevens (die betrekking hebben op de risico's die zich hebben voorgedaan tussen 1 januari en 31 december van het vorige kalenderjaar) ten laatste op 31 juli van elk jaar aan de solidariteitsinstelling. 3.1.3. Faillissement De financiering van de opbouw van het aanvullend pensioen tijdens periodes voorafgaand aan het faillissement van de onderneming, gebeurt als volgt : - gedurende de periode voorafgaand aan het faillissement van een onderneming en waarin er voor de aangeslotenen tewerkgesteld bij deze onderneming niet langer bijdragen voor de opbouw van het aanvullend pensioen betaald worden aan het "Sociaal Fonds voor de bedienden metaal - Fonds voor bestaanszekerheid" (SFBM), zal de opbouw van het pensioenluik van deze aangeslotenen voortgezet worden op grond van het aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven brutoloon tot op de datum van faillissement; - deze financiering heeft enkel betrekking op de niet-betaalde bijdragen die door het SFBM definitief als niet meer te innen beschouwd worden; - voor de uitvoering van deze solidariteitsprestatie worden enkel de gegevens in aanmerking genomen die de inrichter verstrekt aan de solidariteitsinstelling. De inrichter bezorgt deze gegevens ten laatste op 31 juli van elk jaar aan de solidariteitsinstelling. 3.1.4. Overlijden De financiering van een vergoeding onder vorm van een rente in geval van overlijden van een aangeslotene tijdens de beroepsloopbaan, gebeurt als volgt : - indien een aangeslotene overlijdt tijdens zijn beroepsloopbaan vóór de datum van pensionering, wordt er aan de rechthebbenden een extra uitkering toegekend in de vorm van rente, behalve in geval van wettelijke uitsluitingen; - deze rente is gelijk aan het bedrag bekomen door de omzetting in rente van het door het paritair comité bepaalde bijkomend kapitaal toegekend in geval van overlijden volgens de modaliteiten van artikel 28 van de WAP. Indien de aldus bekomen jaarlijkse rente echter lager is dan 500 EUR, zal het extra toegekende bedrag niet als rente maar in kapitaal worden uitgekeerd, conform de modaliteiten beschreven in artikel 28, § 2 van de WAP; - indien een rechthebbende het overlijden van de aangeslotene opzettelijk of mede door zijn toedoen veroorzaakt, behalve in de gevallen die bij wet zijn toegestaan, dan wordt het kapitaal bij overlijden vóór de einddatum uitgekeerd aan een andere rechthebbende volgens de volgorde die in artikel 7 van de algemene voorwaarden voorzien is. 3.2. Financiering De solidariteitsprestaties worden gefinancierd door een solidariteitsbijdrage ten laste van de ondernemingen die vanaf 1 januari 2017 geïnd worden door het "Sociaal Fonds voor de bedienden metaal - Fonds voor bestaanszekerheid", afgekort "SFBM" (collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2017, met registratienummer 140877/CO/209).

De solidariteitsinstelling die deze bijdragen ontvangt, is gehouden tot een middelenverbintenis.

In geval van een tekort legt het solidariteitsfonds binnen de drie maanden een herstelplan voor aan de FSMA. In dit geval zal de inrichter moeten beslissen hetzij om de solidariteitsprestaties aan te passen, hetzij om de solidariteitsbijdragen te verhogen, hetzij een combinatie van beiden, hetzij tot vereffening van het solidariteitsfonds.

In dit laatste geval zijn de modaliteiten zoals beschreven in artikel 21 van de algemene voorwaarden van toepassing. 4. Bijdragen De solidariteitsbijdragen zijn jaarlijks betaalbaar op 31 juli volgend op het jaar waarop ze betrekking hebben en dit op hetzelfde moment als de nodige gegevens om de solidariteitsprestaties toe te kennen. De solidariteitsbijdragen spijzen het solidariteitsfonds van de inrichter. De werking van dit solidariteitsfonds is beschreven in artikel 6 van dit solidariteitsreglement. 5. Einddatum De einddatum van dit solidariteitsreglement wordt vastgesteld op de eerste dag van de maand die volgt op de 65ste verjaardag van de aangeslotene. In geval van verdaging van de einddatum of in geval van vervroegde uitkering zijn de modaliteiten beschreven in artikelen 5.1. en 5.2. van het pensioenreglement eveneens van toepassing voor dit solidariteitsreglement. 6. Solidariteitsfonds Het solidariteitsfonds waaruit de solidariteitsprestaties worden geput, wordt collectief beheerd volgens de in dit reglement gedefinieerde doelstellingen en bepalingen. Het solidariteitsfonds behoort toe aan het geheel van de aangeslotenen.

Indien een onderneming of aangeslotene om één of andere reden ophoudt deel uit te maken van het toepassingsgebied van dit solidariteitsreglement, kan deze op geen enkele wijze aanspraak maken op de tegoeden van het solidariteitsfonds.

Het solidariteitsfonds en de solidariteitsprestaties worden beheerd in overeenstemming met de bepalingen van de ter zake geldende wetgeving (solidariteitsbesluit en financieringsbesluit). Daartoe zal de solidariteitsinstelling de boekhouding van het solidariteitsfonds afzonderlijk van de andere activiteiten beheren.

De inkomsten van het solidariteitsfonds kunnen bestaan uit : - de solidariteitsbijdragen, gestort in uitvoering van dit solidariteitsreglement; - eventuele andere sommen gestort door de inrichter of op vraag van deze laatste door de ondernemingen; - de financiële opbrengsten van het solidariteitsfonds.

De uitgaven van het solidariteitsfonds kunnen bestaan uit : - de uitkeringen van de in dit reglement bepaalde solidariteitsprestaties; - de kosten voor het beheer van de solidariteitstoezegging; - de voorzieningen voor lopende prestaties, voor schommelingen in risico's en vergrijzing.

De solidariteitsinstelling stelt op het einde van ieder boekjaar een resultatenrekening op, evenals een balans met activa en passiva van het solidariteitsfonds en zendt deze stukken binnen de maand na goedkeuring aan de FSMA. In geval van stopzetting van de solidariteitstoezegging, kunnen de overblijvende tegoeden van het solidariteitsfonds na aftrek van de voorzieningen voor lopende solidariteitsprestaties en voor te voorziene kosten gelinkt aan de opheffing van het solidariteitsfonds, nooit teruggestort worden aan de inrichter of aan de ondernemingen.

Behalve in geval van wijziging van solidariteitsinstelling worden zij als éénmalige bijdrage aangewend op de pensioencontracten ten voordele van de aangeslotenen die op het moment van de stopzetting van de solidariteitstoezegging nog steeds beantwoorden aan de aansluitingsvoorwaarden.

Deze uitzonderlijke bijdrage zal voor elke aangeslotene proportioneel berekend worden in verhouding met de verworven reserves in dit sectoraal pensioenplan, eventueel aangevuld met bedragen ten belope van de minimale rendementsgarantie in toepassing van artikel 24, § 2 van de WAP, waarop hij recht heeft volgens het pensioenreglement.

Indien er geen overschot is, maar de resterende tegoeden volstaan voor de betaling van de lopende solidariteitsprestaties, zullen deze uitgevoerd worden, zelfs als er onvoldoende tegoeden overblijven om de toekomstige kosten te dekken.

Indien de overblijvende tegoeden onvoldoende zijn om de lopende prestaties uit te voeren, worden deze laatste in verhouding beperkt.

In de twee laatste gevallen zal de inrichter de overblijvende kost of de totale kost gelinkt aan de opheffing van dit solidariteitsfonds, ten laste nemen.

In geval van wijziging van solidariteitsinstelling worden de overblijvende tegoeden van het solidariteitsfonds, na aftrek van de voorzieningen voor lopende solidariteitsprestaties en voor te voorziene kosten, overgedragen aan deze nieuwe solidariteitsinstelling. 7. Diverse bepalingen 7.1. Gegevens die moeten meegedeeld worden door de inrichter en, in voorkomend geval, de onderneming De inrichter van het sectoraal pensioenplan of, in voorkomend geval, de onderneming, deelt aan de solidariteitsinstelling de gegevens mee die nodig zijn voor het beheer van de solidariteitstoezegging, ten laatste tegen 31 juli van het jaar volgend op het jaar waarop de prestaties betrekking hebben.

Ondernemingen in opting out moeten op vraag van de inrichter van het sectoraal pensioenplan de noodzakelijke gegevens voor de uitvoering van de solidariteitstoezegging overmaken aan deze laatste. Zij zullen alleszins gegevens moeten bezorgen over de door hen gekozen pensioeninstelling om het sectorale pensioen uit te voeren. 7.2. Niet-meedelen van de gegevens door de inrichter of de onderneming De solidariteitsinstelling dekt de aangeslotenen op basis van de gegevens die zij ontvangt van de inrichter en, in voorkomend geval, van de onderneming. Deze zijn verantwoordelijk voor de juistheid van de gegevens.

De inrichter en, in voorkomend geval, de onderneming zijn verantwoordelijk voor de gevolgen die voortvloeien uit het doorgeven van onnauwkeurige, onvolledige, onjuiste of laattijdige inlichtingen aan de solidariteitsinstelling. 7.3. Informatieplicht De tekst van het solidariteitsreglement is beschikbaar op de website van de solidariteitsinstelling (www.integrale.be), rubriek "Sectoren/PC 209".

De solidariteitsprestaties worden toegekend indien de overeenkomstige aangifte gelinkt aan deze prestaties volledig is en dat hieruit duidelijk blijkt dat de voorwaarden van toekenning vervuld zijn.

Laattijdige aangiften kunnen niet met terugwerkende kracht uitgevoerd worden. 7.4. Verworven rechten van de aangeslotene op de reserves De solidariteitstoezegging creëert op geen enkel moment verworven rechten, noch verworven reserves of verworven prestaties. 8. Algemene voorwaarden De algemene voorwaarden van de groepsverzekering die een sectoraal pensioenstelsel uitvoert - versie PC209.2017 - zijn van toepassing.

De bijzondere voorwaarden van het solidariteitsreglement hebben voorrang op de algemene voorwaarden in de mate dat ze er van afwijken.

Bij betwisting is enkel de Nederlandstalige versie van de algemene en bijzondere voorwaarden van toepassing.

Algemene voorwaarden van de groepsverzekering die een sectoraal pensioenstelsel uitvoert 1. Definities Einddatum De pensioenleeftijd zoals vermeld in de bijzondere voorwaarden van het reglement. Voor pensioentoezeggingen ingevoerd vanaf 1 januari 2016 kan deze eindleeftijd niet lager zijn dan de wettelijke pensioenleeftijd in voege op het moment van de invoering. Voor de bestaande pensioentoezeggingen op 1 januari 2016 kan de eindleeftijd voor de personen die in dienst treden vanaf 1 januari 2019 niet lager zijn dan de wettelijke pensioenleeftijd die in voege is op het moment van hun indiensttreding.

Wettelijke pensioenleeftijd De pensioenleeftijd zoals bepaald in artikel 3, § 1, 27° van de WAP, te weten de pensioenleeftijd volgens artikel 2, § 1 van het koninklijk besluit van 23 december 1996 tot uitvoering van de artikelen 15, 16 en 17 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenen. Deze leeftijd is momenteel vastgesteld op 65 jaar voor de pensioenen die effectief en voor de eerste keer aanvangen ten laatste op 1 januari 2025, 66 jaar voor de pensioenen die effectief en voor de eerste keer aanvangen ten vroegste op 1 februari 2025 en ten laatste op 1 januari 2030 en 67 jaar voor de pensioenen die effectief en voor de eerste keer aanvangen ten vroegste op 1 februari 2030.

Aangeslotene De persoon behorend tot de categorie die in het sectoraal reglement omschreven is, die bij het sectorpensioen aansluit, en op wiens hoofd het risico op het optreden van het verzekerde voorval rust.

De werknemer die, hoewel gepensioneerd, een beroepsactiviteit uitoefent en beantwoordt aan de categorie bepaald in het sectoraal reglement, wordt niet aangesloten.

Koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende de toekenning van de buitenwettelijke voordelen aan werknemers en aan bedrijfsleiders Koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende de toekenning van de buitenwettelijke voordelen aan de werknemers bedoeld bij koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor loontrekkende werknemers en aan de personen bedoeld in artikel 32, eerste lid, 1° en 2° van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, tewerkgesteld buiten een arbeidsovereenkomst.

Toezichthouders Iedere publieke instelling die belast is met het toezicht op de Belgische financiële sector (met inbegrip van de verzekeringen).

Begunstigde De persoon in wiens voordeel de verzekeringsprestatie is bedongen.

Overeenkomst Het contract gesloten tussen de inrichter en Integrale waardoor het financiële en administratieve beheer en de dekking van de risico's van het sectorale pensioenstelsel aan Integrale toevertrouwd worden.

Pensioentoezegging van het type vaste bijdragen De inrichter verbindt zich ertoe om periodiek een vaste bijdrage te betalen aan de pensioeninstelling ter financiering van het aanvullend pensioen. Deze bijdrage is ten laste van de inrichter.

Minimum rendementsgarantie De minimum rendementsgarantie ten laste van de inrichter krachtens artikel 24 van de WAP. Onderneming De technische bedrijfseenheid zoals omschreven in artikel 14 van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven, die het sectorale pensioenstelsel laat uitvoeren door Integrale.

Integrale NV Verzekeringsonderneming belast met het uitvoeren van het sectorale pensioenstelsel, met hoofdzetel te 4000 Luik, place Saint-Jacques 11, bus 101, toegelaten onder het administratief codenummer 1530 om levensverzekeringen te beheren (koninklijk besluit van 10 november 1997).

Wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen (afgekort "WAP") De wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.

Horizontale methode De methode vastgelegd in artikel 24, § 4 van de WAP, waarbij in geval van een wijziging van de gegarandeerde minimum rentevoet overeenkomstig artikel 24, § 3 van de WAP, de oude rentevoet wordt toegepast tot aan de eerste van de gebeurtenissen bedoeld in artikel 24, § 1 en § 2, eerste lid van de WAP op de bijdragen verschuldigd op basis van het pensioenreglement vóór de wijziging en de nieuwe rentevoet wordt toegepast tot aan de eerste van de gebeurtenissen bedoeld in § 1 en § 2, eerste lid op de bijdragen verschuldigd op basis van het pensioenreglement vanaf de wijziging.

Verticale methode De methode vastgelegd in artikel 24, § 4 van de WAP, waarbij in geval van een wijziging van de gegarandeerde minimum rentevoet overeenkomstig artikel 24, § 3 van de WAP, de oude rentevoet wordt toegepast tot op het moment van de wijziging op de bijdragen verschuldigd op basis van het pensioenreglement vóór de wijziging en de nieuwe rentevoet wordt toegepast op de bijdragen verschuldigd op basis van het pensioenreglement vanaf de wijziging en op het bedrag resulterend uit de kapitalisatie tegen de oude rentevoet van de bijdragen verschuldigd op basis van het pensioenreglement tot aan de wijziging.

Pensionering Het effectief ingaan van het wettelijk pensioen in het stelsel van loontrekkende werknemers.

Inrichter De rechtspersoon, paritair samengesteld, aangeduid via een collectieve arbeidsovereenkomst door de representatieve organisaties van een paritair comité of subcomité, opgericht volgens hoofdstuk III van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, die de uitvoering van het sectorale pensioenstelsel aan Integrale toevertrouwt.

Reductie van een contract De vermindering van de actuele waarde van de verzekerde prestaties ten gevolge van het stopzetten van de betaling van de premies.

Verworven prestaties De prestaties waarop de aangeslotene aanspraak kan maken overeenkomstig het pensioenreglement, indien hij bij zijn uittreding zijn verworven reserves bij Integrale laat.

Premie De vergoeding die Integrale vraagt als tegenprestatie van haar verplichtingen.

Reglement Het pensioenreglement waarin de rechten en verplichtingen van de inrichter, van de onderneming, van de aangeslotenen en van hun rechthebbenden, evenals de aansluitingsvoorwaarden en de regels inzake de uitvoering van het sectorale pensioenstelsel worden bepaald.

De bijzondere voorwaarden hebben voorrang op de algemene voorwaarden in de mate dat ze ervan afwijken.

Verworven reserve De reserves waarop de aangeslotene op een bepaald moment recht heeft, overeenkomstig het pensioenreglement.

Wiskundige reserves De wiskundige reserves stemmen overeen met de huidige waarde van de toekomstige prestaties verminderd met de huidige waarde van de toekomstige premies.

Theoretische afkoopwaarde Het verschil tussen de huidige inventariswaarde van de toezeggingen van Integrale en de huidige waarde van de reductiepremies op de toekomstige vervaldata. Dit verschil wordt vermeerderd met het gedeelte van de toeslagen dat niet verbruikt werd. De technische grondslagen voor de berekening van de theoretische afkoopwaarde zijn deze die gebruikt worden voor de berekening van de premie. 2. Aanvang van de groepsverzekering en van het individuele contract van de aangeslotene 2.1. Aanvang van de groepsverzekering De groepsverzekering neemt een aanvang vanaf de datum die voorzien is in de overeenkomst tussen de inrichter en Integrale, voor zover deze overeenkomst en het reglement door beide partijen ondertekend werden.

De inrichter kan de overeenkomst opzeggen met een aangetekende brief of via een gewone brief met ontvangstbewijs, binnen een termijn van 30 dagen na de ondertekening ervan. In dat geval betaalt Integrale de betaalde premies terug, na afhouding van de premies die nodig waren om het overlijdensrisico van de aangeslotenen te verzekeren tijdens de verstreken termijn. 2.2. Aanvang van het individuele contract van de aangeslotene Het individuele contract van de aangeslotene treedt in werking na de aanvang van de groepsverzekering, vanaf het ogenblik dat voldaan wordt aan de in het reglement vastgestelde aansluitingsvoorwaarden en dat Integrale alle informatie die nodig is voor het dekken van de risico's, ontvangen heeft.

Per aangeslotene wordt slechts één individueel contract onderschreven in uitvoering van het sectorale pensioenstelsel, en dit tijdens zijn hele loopbaan, behalve : - indien hij tegelijkertijd in dienst is bij meerdere ondernemingen die het sectorale pensioenstelsel door Integrale laten uitvoeren; - indien hij een reserve overdraagt zoals bepaald in artikel 13. 3. Onbetwistbaarheid van de groepsverzekering en van het individuele contract Integrale dekt de aangeslotene op basis van de gegevens die door de onderneming en de aangeslotene zelf overgemaakt werden, waarbij beiden verantwoordelijk zijn voor de nauwkeurigheid van de inlichtingen. Vanaf de inwerkingtreding van het individuele contract is dit laatste onbetwistbaar, tenzij de onderneming of de aangeslotene gegevens opzettelijk verzwegen of onjuist meedeelden. In dat geval heeft Integrale het recht om het contract te vernietigen en om de premies die betaald werden tot op het ogenblik waarop kennis gekregen werd van het opzettelijk verzwijgen of onjuist meedelen van de gegevens, te behouden.

Wanneer de geboortedatum en/of het geslacht onnauwkeurig meegedeeld werden, kunnen de uitkeringen aangepast worden in functie van de leeftijd en/of het geslacht die/dat in aanmerking hadden moeten genomen worden. 4. Omvang van de groepsverzekering en medische formaliteiten 4.1. Territoriale uitgestrektheid De groepsverzekering is van kracht over heel de wereld. 4.2. Medische formaliteiten Er zijn geen medische formaliteiten. 5. Uitgesloten risico's Het kapitaal bij overlijden vóór de einddatum wordt niet uitbetaald indien het overlijden het gevolg is van een zelfmoord van de aangeslotene gedurende het jaar dat volgt op de aanvang van het individuele contract. In dat geval wordt niet het verzekerde kapitaal, maar wel de wiskundige reserve beperkt tot het kapitaal bij overlijden vóór de einddatum, uitgekeerd aan de begunstigde(n).

Indien een begunstigde het overlijden van de aangeslotene opzettelijk of mede door zijn toedoen veroorzaakt, behalve in de gevallen die bij wet zijn toegestaan, dan wordt het kapitaal bij overlijden vóór de einddatum uitgekeerd aan een andere begunstigde, volgens de volgorde die in artikel 7 voorzien is. 6. Tarieven en minimum rendementsgarantie 6.1. Tarieven van Integrale Integrale past voor al haar aangeslotenen, inclusief de slapers, de tarieven toe die voorgelegd werden aan haar actuariële functie en die meegedeeld werden aan de toezichthouders.

In geval van aanpassing van de tarieven zal elke nieuwe aansluiting, elke aanpassing van de verzekerde waarden, elke wijziging van kapitalen of renten en elke nieuw gevestigde rente berekend worden aan het nieuwe tarief.

De waarborg die gegeven wordt door Integrale is beperkt tot de waarborg die voortvloeit uit de toepassing van haar tarieven. 6.2. Minimum rendementsgarantie Voor de pensioenplannen die ingevoerd werden na de 1ste januari 2016 vermelden de bijzondere voorwaarden van het reglement of de horizontale dan wel de verticale methode wordt gehanteerd inzake het minimum gegarandeerde rendement zoals bepaald in artikel 24 van de WAP. Zo niet wordt de horizontale methode toegepast indien Integrale of meerdere pensioeninstellingen een welbepaald resultaat op de einddatum waarborgen in functie van de gestorte bijdragen. In alle andere gevallen wordt de verticale methode toegepast.

Voor de pensioenplannen die ingevoerd werden vóór de 1ste januari 2016 wordt de horizontale methode toegepast indien Integrale of meerdere pensioeninstellingen een welbepaald resultaat op de einddatum waarborgen in functie van de gestorte bijdragen. In alle andere gevallen wordt de verticale methode toegepast.

De toegepaste methode kan slechts wijzigen in de gevallen voorzien door artikel 24, § 4 van de WAP. Het minimum gegarandeerde rendement moet berekend worden bij de uittreding van de aangeslotene, zijn pensionering of wanneer de uitkeringen bij leven verschuldigd zijn conform de overgangsmaatregelen van de WAP of in geval van stopzetting van het pensioenstelsel. 7. De begunstigden van de groepsverzekering 7.1. De begunstigde van de verzekerde prestatie in geval van leven De prestatie leven wordt aan de aangeslotene gestort indien hij in leven is op het moment waarop de wet en het reglement het uitkeren van deze prestatie toelaten.

Op het moment van de pensionering informeert Integrale de aangeslotene over de prestatie die verschuldigd is, over de mogelijke betalingswijzen, met inbegrip van het recht op een omvorming in rente, en over de nodige gegevens voor de uitbetaling. 7.2. De begunstigde van het verzekerde bedrag in geval van overlijden vóór de einddatum Indien de aangeslotene overlijdt vóór de einddatum wordt, zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van de bijzondere voorwaarden, de prestatie overlijden uitgekeerd aan de begunstigde(n) op basis van de volgende voorrangsorde : 1. De echtgeno(o)t(e) van de aangeslotene die niet gerechtelijk van tafel en bed of feitelijk gescheiden is, of die zich niet in aanleg tot scheiding van tafel en bed of echtscheiding bevindt, of de persoon die wettelijk samenwoont met de aangeslotene in de zin van artikelen 1475 tot 1479 van het Burgerlijk Wetboek;2. Bij ontstentenis, de wettelijke, geadopteerde of natuurlijke erkende kinderen van de aangeslotene of, bij plaatsvervulling, hun nakomelingen;3. Bij ontstentenis, de door de aangeslotene schriftelijk aangeduide perso(o)n(en);4. Bij ontstentenis, de ouders van de aangeslotene;bij overlijden van één van hen komt het kapitaal toe aan de langstlevende; 5. Bij ontstentenis, de broers en zusters van de aangeslotene, bij plaatsvervulling hun kinderen. De verdeling tussen de broers of zussen gebeurt onder hen in gelijke delen, indien zij allen dezelfde ouders hebben; indien zij niet dezelfde ouders hebben, wordt hetgeen zij erven in twee gelijke delen verdeeld tussen de vaderlijke en de moederlijke lijn van de overledene; volle broers en zussen erven in beide lijnen, halve broers en zussen van moederszijde en die van vaderszijde, ieder slechts in hun lijn; zijn er enkel broers en zussen van één zijde, dan erven dezen alles; 6. Bij ontstentenis, het financieringsfonds. Voor de toepassing van dit artikel worden de echtgenoten geacht feitelijk gescheiden te zijn wanneer uit de bevolkingsregisters blijkt dat zij niet dezelfde woonplaats hebben.

Zonder afbreuk te doen aan de wettelijke bepalingen kan de hiervoor beschreven volgorde door de aangeslotene gewijzigd worden door middel van een schriftelijk bijvoegsel dat gedateerd en ondertekend wordt door de aangeslotene en Integrale.

De toepassing van de hiervoor bedoelde wettelijke bepalingen wordt door Integrale niet gecontroleerd. Alle gevolgen van het niet-respecteren van deze bepalingen worden gedragen door de aangeslotene en zijn patrimonium.

Indien er meerdere begunstigden zijn, wordt de prestatie overlijden in gelijke delen onder hen verdeeld, tenzij het document van aanduiding van begunstigde de grootte van de delen bepaalt.

Onder de "prestatie overlijden" wordt verstaan : het kapitaal overlijden of, in geval van een overlevingsrente, het kapitaal dat de rente samenstelt.

In geval de aangeslotene en een begunstigde overlijden zonder dat de volgorde van overlijden kan bepaald worden, wordt de prestatie overlijden uitgekeerd aan de plaatsvervanger(s) van de begunstigde(n).

Wanneer de begunstiging aanvaard wordt, dan kunnen de rechten die uit de groepsverzekering voortvloeien ten aanzien van de aangeslotene slechts worden uitgeoefend mits het akkoord van de begunstigde die aanvaardt. Een dergelijke aanvaarding kan slechts worden opgeheven mits het akkoord van de begunstigde die aanvaardde. De aanvaarding of opheffing wordt vastgelegd in een bijvoegsel dat gedateerd en ondertekend wordt door de aangeslotene, de betrokken begunstigde en Integrale.

De inrichter aanvaardt in ieder geval de door de aangeslotene gevraagde wijziging van de volgorde, aanvaarding of opheffing van begunstiging.

Wanneer een prestatie overlijden verschuldigd is, informeert Integrale de begunstigden over de prestatie die verschuldigd is, over de mogelijke betalingswijzen, met inbegrip van het recht op een omvorming in rente, en over de nodige gegevens voor de uitbetaling. 8. Verdaging van de einddatum De aangeslotene geniet het pensioenstelsel zolang hij in dienst is bij de onderneming en voldoet aan de aansluitingsvoorwaarden, zelfs wanneer hij de einddatum bereikt.In dat geval wordt de einddatum verlengd in overeenstemming met de bijzondere voorwaarden en dit aan het tarief dat op dat moment van toepassing is.

De einddatum wordt eveneens op dezelfde manier verlengd voor de aangeslotenen die, nadat ze uitgetreden zijn, hun verworven reserves in het pensioenstelsel van de onderneming bij Integrale gelaten hebben en die de einddatum bereiken vóór ze de prestatie bij leven ontvangen binnen de voorwaarden vastgelegd door de WAP en het reglement.

De einddatum wordt eveneens verlengd voor de aangeslotenen die, nadat ze uitgetreden zijn, hun verworven reserves in een onthaalstructuur bij Integrale gelaten hebben en die de einddatum bereiken vóór ze de prestatie bij leven ontvangen binnen de voorwaarden vastgelegd door de WAP en het reglement. Deze verlenging zal gebeuren aan het tarief dat op dat moment van toepassing is, in pure kapitalisatie. 9. Vereffening van de uitkeringen 9.1. Vereffening van de uitkeringen ter gelegenheid van de pensionering van de aangeslotene De uitkeringen bij leven worden aan de aangeslotene uitgekeerd op het moment van zijn pensionering.

Deze uitkeringen worden berekend op de datum van de pensionering en worden ten laatste binnen de 30 dagen die volgen op de mededeling van de nodige gegevens voor de betaling door de aangeslotene betaald. De uitkering mag in geen geval plaatsvinden vóór de datum van pensionering. 9.2. Vereffening van de uitkeringen in geval van leven wanneer de pensionering wordt uitgesteld In afwijking van artikel 9.1., wanneer de pensionering later plaats vindt dan de datum waarop de aangeslotene voldoet aan de voorwaarden om zijn pensioen op te nemen (vervroegd of niet), kunnen de uitkeringen leven, op vraag van de aangeslotene, vereffend worden vanaf die datum, op voorwaarde dat de bijzondere voorwaarden het voorzien. De aangeslotene kan slechts één enkele afkoop vragen.

De aangeslotene dient hiervoor een schriftelijke aanvraag in te dienen bij Integrale.

De uitkeringen leven worden berekend op de datum waarop de vereffening plaatsvindt. Het eventueel saldo van de uitkeringen bij leven zal vereffend worden op het moment van de pensionering van de aangeslotene, overeenkomstig artikel 9.1.. 9.3. Vereffening van de uitkeringen in geval van leven in de andere gevallen die door de WAP toegestaan worden Wat betreft de pensioenstelsels die van kracht zijn vóór 1 januari 2016, kunnen de uitkeringen bij leven vereffend worden vanaf de leeftijd bepaald in artikelen 62/2 en 63/3 van de WAP wanneer de voorwaarden voorzien in deze artikelen voldaan zijn. Hiervoor moet gekeken worden naar de bijzondere voorwaarden die van toepassing waren vóór 1 januari 2016.

De aangeslotene kan slechts één enkele afkoop vragen. Indien deze vereffening mogelijk is, dient de aangeslotene hiervoor een schriftelijke aanvraag in te dienen bij Integrale.

De uitkeringen leven worden berekend op de datum waarop de vereffening plaatsvindt. Het eventueel saldo van de uitkeringen bij leven zal vereffend worden op het moment van de pensionering van de aangeslotene, overeenkomstig artikel 9.1.. 9.4. Vereffening in geval van overlijden De uitkering bij overlijden wordt vereffend aan de begunstigde(n) overeenkomstig artikel 7.2. van deze algemene voorwaarden.

De uitkering overlijden is niet verschuldigd wanneer de aangesloten overleden is na de pensionering. 9.5. Omvorming in rente Onder voorbehoud van de bijzondere voorwaarden van het reglement, wordt de aangeslotene of de begunstigde(n) verondersteld te kiezen voor de uitkering van de verzekerde voordelen in de vorm van een kapitaal.

De begunstigde(n) kan (kunnen) vragen om het kapitaal dat aan hem(n) toekomt om te vormen in een lijfrente.

Een keuze voor een vereffening als lijfrente moet door de begunstigde schriftelijke meegedeeld worden via het vereffeningsformulier voorzien in artikel 10.

Onder voorbehoud van de bijzondere voorwaarden van het pensioenreglement, gaat het om een lijfrente die enkel aan de begunstigde betaald wordt, of om een lijfrente die in geval van overlijden van de begunstigde voor maximum 80 pct. overdraagbaar is op de overlevende echtgeno(o)t(e) of op de wettelijk samenwonende partner. De rente wordt geïndexeerd met maximum 2 pct. par jaar.

Integrale zal bij de omzetting in een rente de tarieven gebruiken die van kracht zijn op dat ogenblik, rekening houdend met de leeftijd van de begunstigde, het eventuele overdraagbaarheids- en indexeringspercentage.

De begunstigde mag andere overdraagbaarheids- en indexeringsparameters kiezen.

De renten worden in maandelijkse delen betaald op de laatste dag van elke maand, tot en met de laatste vervaldag die voorafgaat aan het overlijden van de begunstigde(n).

Wanneer het jaarbedrag van de rente gelegen is tussen 300 EUR en 750 EUR, dan wordt ze betaald in vier gelijke trimestriële delen, op het einde van ieder trimester.

Iedere rente waarvan het jaarbedrag 299,99 EUR niet overschrijft, wordt steeds in kapitaal uitbetaald. Daardoor wordt Integrale van iedere verplichting ontheven.

De bedragen vermeld in de twee voorgaande alinea's worden gekoppeld aan de spilindex 103,14 (basis 1996) op 1 januari 2000. Zij worden jaarlijks op 1 januari geïndexeerd in functie van de spilindex die bereikt wordt in de eraan voorafgaande maand december door het rekenkundig gemiddelde van de gezondheidsindex der consumptieprijzen van de laatste vier maanden.

Als de door het tarief van Integrale bepaalde rente lager is dan de minimum rente voorzien in artikel 28 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en in artikel 19 van het koninklijk besluit van 14 november 2003 tot uitvoering van vermelde wet, dan wordt deze minimum rente uitgekeerd middels de storting van een bijpremie door de inrichter. 10. Formaliteiten die moeten vervuld worden bij de vereffening van de contracten Bij vereffening van het contract of in geval van afkoop, moeten de volgende documenten aan Integrale overgemaakt : In geval de aangeslotene in leven is : - een vereffeningsformulier van de voordelen, opgesteld door Integrale, volledig ingevuld en ondertekend door de aangeslotene of zijn wettelijke vertegenwoordiger; - het bewijs van zijn pensionering in het stelsel van de loontrekkende werknemers of, in voorkomend geval, het bewijs dat de aangeslotene voldoet aan de voorwaarden om met (eventueel vervroegd) pensioen te gaan.

In geval van overlijden van de aangeslotene : - een door Integrale opgesteld vereffeningsformulier, volledig ingevuld en ondertekend door de begunstigde(n) of zijn (hun) wettelijke vertegenwoordiger(s); - een uittreksel uit de overlijdensakte; - op vraag van Integrale, een akte van bekendheid waaruit het recht van de begunstigde blijkt, tenzij die met naam in het individuele contract werd aangeduid.

In alle gevallen geldt het vereffeningsformulier als kwijting voor het gedeelte van het kapitaal dat aan iedere begunstigde toekomt.

Integrale kan ieder bijkomend document opvragen om de identiteit van de begunstigden te verifiëren. 11. Verworven rechten van de aangeslotene op de reserves 11.1. Verworven reserves De verworven reserves dienen op elk ogenblik minstens gelijk te zijn aan de minimale verworven reserves.

Bij de pensioentoezegging van het type vaste bijdragen zijn de minimale verworven reserves gelijk aan het bedrag dat zich op de individuele rekeningen van de aangeslotene bevindt.

De reserves die opgebouwd zijn op de individuele contracten, met inbegrip van winstverdelingen die toegekend werden door Integrale, zijn onmiddellijk eigendom van de aangeslotene. 11.2. Afkoop Zolang hij in dienst is van de onderneming die tot de sector behoort, kan de aangeslotene geen uitbetaling bekomen van de verworven reserves, behalve in de gevallen bepaald in de bijzondere voorwaarden van het pensioenreglement.

Op het ogenblik van de uittreding van de aangeslotene wordt het recht tot afkoop afgestaan aan de aangeslotene.

In ieder geval en zonder afbreuk te doen aan de overgangsbepalingen van de WAP, kan de vereffening niet plaatsvinden vóór de pensionering van de aangeslotene of, indien de bijzondere voorwaarden van het reglement dit voorzien, op vraag van de aangeslotene wanneer deze laatste voldoet aan de voorwaarden om zijn (al dan niet vervroegd) pensioen op te nemen.

Behalve wanneer een kortere termijn is voorzien in de bijzondere voorwaarden van het pensioenreglement, moet de aangeslotene in geval van afkoop vóór de pensionering ten laatste 90 dagen vóór de door hem gekozen leeftijd (en vanaf wanneer de afkoop wettelijk toegestaan is) een schriftelijke, gedateerde en ondertekende aanvraag indienen bij Integrale. 11.3. Voorschotten, inpandgevingen en toewijzingen van de afkoopwaarde voor de wedersamenstelling van een hypothecair krediet Voorschotten op het contract, inpandgevingen en toewijzingen van de afkoopwaarde voor de wedersamenstelling van een hypothecaire krediet zijn niet toegelaten. 12. De aangeslotene verlaat de onderneming vóór de einddatum van zijn contract Wanneer het arbeidscontract van de aangeslotene een einde neemt en deze binnen de vier daaropvolgende kwartalen het werk hervat bij een onderneming die behoort tot de sector waarop het reglement van toepassing is en die het sectorale pensioenstelsel door Integrale laat uitvoeren, blijft de aangeslotene deelnemer aan het sectorale pensioenstelsel indien hij aan de aansluitingsvoorwaarden voldoet.De nieuwe onderneming neemt de financiering van de pensioentoezegging ten laste. De mogelijkheden waarvan sprake hieronder zijn bijgevolg niet van toepassing.

Wanneer het arbeidscontract van de aangeslotene een einde neemt en deze niet binnen de vier daaropvolgende kwartalen het werk hervat bij een onderneming die behoort tot de sector waarop het reglement van toepassing is, wordt de dekking van het kapitaal overlijden aangepast vanaf de eerste dag van de maand die volgt op deze uittreding.

Wanneer het arbeidscontract van de aangeslotene een einde neemt om een andere reden dan het overlijden of het bereiken van de einddatum en deze niet binnen de vier daaropvolgende kwartalen het werk hervat bij een onderneming die behoort tot de sector waarop het reglement van toepassing is, heeft de aangeslotene de keuze tussen de volgende mogelijkheden : a. Hetzij de verworven reserves zonder wijziging van de pensioenbelofte laten bij Integrale en op de einddatum van het contract of bij overlijden een kapitaal of een rente ontvangen;b. Hetzij de verworven reserves laten bij Integrale zonder wijziging van de pensioentoezegging maar met een overlijdensdekking die overeenstemt met het bedrag van de verworven reserves.In dit geval wordt het contract omgevormd tot een verzekeringsformule van het type "U.K.M.R., Uitgesteld Kapitaal Met terugbetaling van de Reserve", die in geval van overlijden vóór de vereffening van de uitkeringen leven, de terugbetaling voorziet van de opgebouwde reserves berekend op de dag van overlijden. Ten einde rekening te houden met deze dekking overlijden, worden de verworven reserves bijgevolg berekend op basis van de technische rentevoet maar zonder sterftetafels en worden de verworven prestaties herrekend in functie van de verworven reserves.

De artikelen 5, 7.2., 9.4. en 10 zijn van toepassing op deze overlijdensdekking; c. Hetzij de verworven reserve overdragen naar een onthaalstructuur die speciaal hiervoor opgericht werd bij Integrale in uitvoering van dit reglement dat erop van toepassing is, en vragen om ze te gebruiken voor een andere verzekeringscombinatie waarbij het contract verder zal delen in de resultaten van Integrale : - een gemengde kapitaalsverzekering 10/10, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk is aan het kapitaal bij overlijden; - een gemengde kapitaalsverzekering 10/15, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk is aan 1,5 maal het kapitaal bij overlijden; - een gemengde kapitaalsverzekering 10/20, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk is aan 2 maal het kapitaal bij overlijden; - een verzekering van het type "U.K.M.T., uitgesteld kapitaal met terugbetaling van de premies", waarbij, in geval van overlijden vóór de einddatum, het kapitaal overlijden gelijk is aan de overgedragen reserve, en het saldo gebruikt wordt voor de vestiging van een kapitaal bij in leven zijn op de einddatum; - een verzekering van het type "U.K.M.R., uitgesteld kapitaal met terugbetaling van de reserve", waarbij, ingeval van overlijden vóór de einddatum, het kapitaal bij overlijden gelijk is aan de opgebouwde reserve, en het saldo gebruikt wordt voor de vestiging van een kapitaal bij in leven zijn op de einddatum; d. Hetzij de verworven reserve overdragen naar de pensioeninstelling van de nieuwe onderneming waarmee hij een arbeidsovereenkomst sloot, indien hij bij de pensioentoezegging van die nieuwe onderneming aangesloten wordt;e. Hetzij de verworven reserve overdragen naar een andere pensioeninstelling die de totaliteit van haar winsten onder de aangeslotenen verdeelt in verhouding tot hun respectievelijke reserves, en die de kosten beperkt ingevolge de regels bepaald door het koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende de toekenning van buitenwettelijke voordelen aan werknemers en aan bedrijfsleiders. Indien een aangeslotene het werk hervat bij een onderneming die behoort tot de sector waarop onderhavig reglement van toepassing is, terwijl hij al door de aangeduide pensioeninstelling op de hoogte gebracht werd van zijn verworven rechten en van de hierboven vermelde mogelijkheden, blijft de aangeslotene deelnemer aan het sectoraal pensioenstelsel indien hij aan de aansluitingsvoorwaarden voldoet. De nieuwe onderneming neemt de financiering van de pensioentoezegging ten laste, maar de premies zullen op een nieuw contract opgenomen worden.

Zodra de arbeidsovereenkomst van een aangeslotene een einde neemt, dient de onderneming Integrale hiervan te verwittigen, en dit uiterlijk bij de eerstvolgende jaarlijkse gegevensoverdracht.

Gedurende de periode van 12 maanden volgend op de datum van uitdiensttreding kan de aangeslotene echter zelf zijn uitdiensttreding aan Integrale meedelen. Deze notificatie zal schriftelijk of elektronisch gedaan worden. De onderneming zal tegelijkertijd de laatste elementen meedelen die nodig zijn voor het bepalen van de verworven reserves.

In de dertig dagen volgend op de uittreding en op voorwaarde dat ze in bezit is van alle nodige elementen voor het bepalen van de verworven reserves, zal Integrale de verworven prestatie en verworven reserve, en de hierboven vermelde keuzemogelijkheden en het feit dat de dekking overlijden al dan niet behouden is, met het bedrag en het type hiervan aan de aangeslotene meedelen. De aangeslotene heeft dertig dagen de tijd om zijn keuze betreffende de aanwending van de verworven reserve mee te delen aan de onderneming.

Indien de aangeslotene geen expliciete keuze maakt binnen de dertig dagen, wordt hij verondersteld gekozen te hebben voor het behoud van zijn reserves bij Integrale, zonder wijziging van de pensioenbelofte (cfr. punt a. hiervoor). De aangeslotene kan echter op elk moment opteren voor de overdracht van zijn verworven reserve volgens de hierboven onder b., c. en d. omschreven mogelijkheden.

Na het verstrijken van de termijn van 30 dagen kan de aangeslotene : - binnen de 11 maanden die volgen, kiezen voor de mogelijkheid voorzien in punt b. van het artikel hierboven. In dit geval moet hij een schriftelijke, gedateerde en gehandtekende aanvraag aan Integrale sturen; - op elk moment de overdracht van zijn verworven reserves, zoals wettelijk bepaald en berekend, naar een onthaalstructuur of naar een pensioeninstelling zoals vermeld in punten d. en e. van het artikel hierboven vragen.

Wanneer de aangesloten op het moment van de uittreding geen overlijdensdekking meer heeft zoals voorzien in de bijzondere voorwaarden, geniet de aangeslotene van een minimum overlijdensdekking gelijk aan de wiskundige reserves berekend op de dag van de uittreding, en dit tot aan de eerstvolgende gebeurtenis : - de datum van de keuze van de aangeslotene wat betreft de toekenning van zijn verworven reserves, zoals voorzien in het artikel hierboven; - 90 dagen na de datum van uittreding.

De artikelen 5, 7.2., 9.4. en 10 zijn van toepassing op deze overlijdensdekking. 13. Overdracht van reserves van een andere pensioeninstelling Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen uit voorgaand artikel, kan de aangeslotene op ieder ogenblik de reserves, verworven in een pensioeninstelling in het kader van een voorgaande beroepsactiviteit, overdragen naar een bij Integrale opgerichte onthaalstructuur.De tarieven van toepassing voor deze onthaalstructuur zijn de gangbare tarieven bij Integrale op het moment van de overdracht.

Deze reserve kan, afhankelijk van de keuze van de geïnteresseerde, gebruikt worden voor één van de volgende verzekeringscombinaties : - een gemengde kapitaalsverzekering 10/10, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk is aan het kapitaal bij overlijden; - een gemengde kapitaalsverzekering 10/15, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk is aan 1,5 maal het kapitaal bij overlijden; - een gemengde kapitaalsverzekering 10/20, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk is aan 2 maal het kapitaal bij overlijden; - een verzekering "Uitgesteld Kapitaal Met Terugbetaling van de premies" (U.K.M.T.) of "Uitgesteld Kapitaal Met terugbetaling van de Reserve in geval van overlijden vóór de einddatum" (U.K.M.R.) waarbij het kapitaal bij overlijden vóór de einddatum gelijk is aan de opgebouwde reserve, en het saldo gebruikt wordt voor de vestiging van een kapitaal bij in leven zijn op de einddatum. 14. Verplichtingen van de betrokken partijen 14.1. Verplichtingen van de onderneming Bij elke aansluiting moet de onderneming de volgende gegevens aan Integrale overmaken : - naam, voornaam, geboortedatum, burgerlijke staat, adres van de aangeslotene; - de datum van indiensttreding; - het rijksregisternummer; - de referentiejaarwedde; - indien er een keuzemogelijkheid bestaat, de keuze van de overlijdensdekking; - eventueel, de aanduiding van de begunstigde bij overlijden in overeenstemming met het pensioenreglement.

Integrale dekt de nieuwe aangeslotene op basis van deze gegevens.

Ieder jaar deelt de onderneming aan Integrale alle nodige gegevens mee voor de herziening van de contracten.

Iedere wijziging van de situatie van een aangeslotene die invloed kan hebben op de berekening van de uitkeringen en de verzekeringspremies, moet door de onderneming onmiddellijk aan Integrale meegedeeld worden, zodat de contracten kunnen aangepast worden. Zonder een dergelijk bericht blijft de aangeslotene gedekt op basis van de toestand bij de laatste aanpassing van zijn contract.

De onderneming is verantwoordelijk voor de gevolgen die voortvloeien uit alle onnauwkeurige, onvolledige, onjuiste of laattijdige inlichtingen die verstrekt werden aan Integrale.

Wanneer de onderneming haar adres wijzigt, moet ze Integrale daarvan zo snel mogelijk schriftelijk op de hoogte brengen. Zolang dergelijke adreswijziging niet gemeld is, houdt Integrale enkel rekening met het laatst gemelde adres. 14.2. Verplichtingen van de aangeslotene Door zijn aansluiting onderwerpt de aangeslotene zich aan de bijzondere en de algemene voorwaarden van het sectorale pensioenstelsel. 14.3. Verplichtingen van Integrale Ieder jaar brengt Integrale elke aangeslotene die niet uitgetreden is, door middel van een pensioenfiche, op de hoogte van de informatie zoals bepaald in artikel 26, § 1 en § 4 van de WAP. Integrale stelt jaarlijks via het SFBM-BIS een verslag over het beheer van de pensioentoezegging ter beschikking van de ondernemingen die dit op eenvoudige vraag overmaken aan de aangeslotenen, overeenkomstig de WAP. Daarenboven komt Integrale al haar communicatieverplichtingen na zoals voorzien door de WAP. 14.4. Verplichtingen van de inrichter Behalve indien de bijzondere voorwaarden iets anders voorzien, verbindt de inrichter zich ertoe om de tekst van het reglement mee te delen aan de aangeslotene, op eenvoudige vraag van deze laatste. Het reglement wordt rechtstreeks meegedeeld door Integrale aan de aangeslotene die niet meer in dienst is van de onderneming.

De inrichter kan sommige van zijn verplichtingen laten uitvoeren door Integrale. In dat geval wordt er hiertoe een overeenkomst afgesloten tussen Integrale en de inrichter.

De inrichter verbindt zich ertoe om Integrale onmiddellijk in te lichten over elke nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst die rechtstreeks of onrechtstreeks het sectorale pensioenstelsel kan beïnvloeden. 14.5. Uitwisseling van informatie Alle mededelingen en het overmaken van gegevens hebben slechts gevolg als zij schriftelijk of op elektronische wijze aan Integrale gedaan zijn. 15. Fiscale bepalingen 15.1. Toepasselijke wetgeving Wanneer de onderneming gevestigd is in België en de aangeslotene en de begunstigde hun woon- en/of werkplaats in België hebben, is de Belgische fiscale wetgeving van toepassing, zowel op de premies als op de uitkeringen. Is dit niet het geval, dan zouden fiscale en/of sociale lasten verschuldigd kunnen zijn op basis van een buitenlandse wetgeving in uitvoering van de internationale verdragen die ter zake gelden. 15.2. Belastingvoordeel Op basis van de Belgische fiscale wetgeving van kracht op de ingangsdatum van de groepsverzekering, vormen de patronale bijdragen aftrekbare beroepskosten en geven de persoonlijke bijdragen recht op een belastingvermindering binnen de grenzen en aan de voorwaarden bepaald door de wet.

Het bedrag, uitgedrukt in jaarlijkse rente : - van de verzekerde uitkeringen naar aanleiding van pensionering, verzekerd door dit reglement, winstverdelingen inbegrepen; - van de wettelijke pensioenen; - van de andere aanvullende uitkeringen van dezelfde aard waarop de aangeslotene recht heeft, met uitzondering van deze van een individuele levensverzekering die hij ten persoonlijke titel onderschreven heeft, mag evenwel 80 pct. van de laatste normale bruto bezoldiging niet overschrijden, rekening houdend met de normale duur van een beroepswerkzaamheid. 15.3. Fiscale lasten Alle belastingen of taksen die thans of in de toekomst van toepassing zijn op de contracten en op alle sommen die om één of andere reden omwille van deze contracten verschuldigd zijn, kunnen door Integrale ten laste gelegd worden van de inrichter, de onderneming, de aangeslotene of de begunstigde. 16. Bescherming van de persoonlijke levenssfeer De onderneming, de inrichter of de aangeslotene verstrekt een aantal persoonsgegevens aan Integrale om de sectorale pensioentoezegging te beheren.Iedere persoon van wie persoonsgegevens behandeld worden, heeft het recht om inzage, verbetering of vernietiging ervan te verkrijgen.

Hij dient zich in dat geval schriftelijk te richten tot Integrale, ter attentie van de dienst beheer "sectorale pensioenstelsels", place Saint-Jacques 11 bus 101 te 4000 Luik, met toevoeging van een kopie van de identiteitskaart.

Integrale behandelt deze gegevens vertrouwelijk. Ze mogen uitsluitend gebruikt worden voor het beheer van het sectorale pensioenstelsel.

Op de website www.integrale.be zijn bijkomende inlichtingen beschikbaar. 17. Beëindiging van de overeenkomst De overeenkomst waarin het beheer van het sectorale pensioenstelsel aan Integrale toevertrouwd wordt, kan opgezegd worden in geval van niet-betaling van de premies, in geval van gemeenschappelijk akkoord tussen de inrichter en Integrale of door beslissing van één der partijen.De opzegging moet gebeuren door middel van een aangetekende brief of door afgifte van de opzeggingsbrief tegen ontvangstbewijs vanwege de partij waaraan de beslissing tot opzeg betekend wordt.

De betaling van de premies zal stopgezet worden en de uitkeringen worden in verhouding verminderd. De rechten van de aangeslotenen zullen berekend worden zoals bij een beëindiging van de arbeidsovereenkomst van de aangeslotene.

Integrale deelt de opzegging van de overeenkomst en de gevolgen hiervan schriftelijk mee aan de aangeslotenen. 18. Wijziging van de groepsverzekering De inrichter kan mits in acht name van de informatieprocedures opgelegd door de WAP, dit reglement wijzigen of de bijdragen verminderen, onderbreken of schorsen. Iedere wijziging aan het reglement moet het voorwerp uitmaken van een collectieve arbeidsovereenkomst.

Wijzigingen aan de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst kunnen met terugwerkende kracht van maximum 1 jaar gebeuren en mogen niet tot gevolg hebben dat de totaliteit of een gedeelte van de premies teruggestort wordt aan de onderneming of de inrichter, noch dat de verworven reserve die voor iedere aangeslotene voorzien was op het ogenblik van de aanpassing, zou verminderen.

In geval van een wijziging van de pensioentoezegging ten gevolge van een aanpassing van de actualisatieregels, moeten de verworven reserves met betrekking tot de dienstjaren vóór deze wijziging minstens gelijk zijn aan deze die berekend werden op basis van actualisatieregels van toepassing vóór de wijziging.

De wijziging wordt vastgelegd in een bijlage aan het reglement, die van kracht wordt op de in de bijlage voorziene ingangsdatum, voor zover zij door de inrichter en Integrale ondertekend werd.

De inrichter dient een kopie van de bijlage van wijziging over te maken aan iedere aangeslotene die erom vraagt. De inrichter kan deze informatie elektronisch versturen. Hij kan hiervoor ook mandaat geven aan een derde om deze informatie door te sturen. 19. Overdracht van de groepsverzekering De wiskundige reserves kunnen overgedragen worden naar een andere pensioeninstelling die het pensioenstelsel zal uitvoeren. Het financieringsfonds wordt met de reserves mee overgedragen, tenzij de inrichter beslist om de tegoeden te verdelen over de contracten van de aangeslotenen. In dat geval worden de tegoeden proportioneel verdeeld in verhouding tot de individuele reserves van de aangeslotenen.

Er wordt geen enkele inhouding verricht op de over te dragen verworven reserves, met inbegrip van de verworven winstverdelingen. Er wordt enkel een wachttijd voorzien tussen de aanvraag van overdracht van de reserves en de daadwerkelijke overdracht. Deze vaste wachttijd bedraagt : - 0 maanden voor een bedrag tot 1,5 miljoen EUR; - 3 maanden voor het gedeelte tussen 1,5 miljoen EUR en 2,5 miljoen EUR; - 6 maanden voor het gedeelte tussen 2,5 miljoen EUR en 6 miljoen EUR; - 9 maanden voor het gedeelte tussen 6 miljoen EUR en 12 miljoen EUR. Indien het bedrag van de over te dragen reserves meer bedraagt dan 12 miljoen EUR, worden de modaliteiten van de overdracht vastgelegd in een akkoord tussen de inrichter en Integrale. Er kan een uittredings- en liquidatievergoeding ten laste gelegd worden van de inrichter. Zij houdt rekening met de samenstelling van de dekkingswaarden van de wiskundige reserve, en per categorie ervan met het verschil tussen het marktrendement op het ogenblik van de overdracht en het rendement van die waarden in functie van hun beleggingsduur, evenals met de aan de overdracht verbonden kosten.

Deze bedragen zijn gekoppeld aan de gezondheidsindex. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan de index die van kracht was tijdens de voorgaande maand december ten opzichte van het indexcijfer van kracht in december 2000.

De feitelijke overdracht wordt onderworpen aan de voorafgaande toestemming van de toezichthouders die zich hiertegen kunnen verzetten indien het financiële evenwicht van Integrale zou bedreigd worden. 20. Failliet, stopzetting van de activiteiten of ontbinding van de onderneming In geval van failliet, stopzetting van activiteiten of ontbinding van de onderneming wordt de betaling van de premies stopgezet met ingang van de datum van dit gebeuren en worden de uitkeringen in verhouding verminderd.Tenzij de verworven reserves overgedragen worden naar een andere pensioeninstelling, worden de door de aangeslotene verworven reserves wat betreft het sectorale pensioenstelsel aan de individuele contracten toegekend, en zullen dezelfde regels toegepast worden als deze voorzien in artikel 12 dat handelt over het vertrek van de aangeslotene vóór de einddatum. De rechten van de aangeslotenen zullen berekend worden op dezelfde wijze als bij vervroegde uittreding van de aangeslotene.

Indien er onbetaalde premies zijn op het moment van het gebeuren, zal Integrale een schuldvordering indienen. De aangeslotene kan zich eventueel tegen de onderneming keren indien de premies onbetaald blijven. Integrale kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor het aanzuiveren van het tekort in plaats van de onderneming.

Integrale stelt de aangeslotenen schriftelijk op de hoogte van de premievrijstelling en de gevolgen hiervan. 21. Het financieringsfonds Samen met het sectorale pensioenstelsel wordt er een financieringsfonds opgericht. 21.1. Inkomsten van het financieringsfonds Het fonds kan worden gefinancierd door : - de eventuele voorlopige premies; - niet-uitgekeerde kapitalen overlijden; - eventuele stortingen van de inrichter of van de ondernemingen om op basis van een financieringsplan verwachte toekomstige lasten te financieren; - de technische rentevoet en de winstverdeling die Integrale toekent. 21.2. Bestemming van het financieringsfonds Het financieringsfonds kan gebruikt worden : - om de eventuele definitieve pensioenbijdragen te betalen; - om patronale bijdragen van de onderneming te betalen; - om een aanvulling van de uitkeringen te financieren; - om achterstallige patronale bijdragen te betalen; - om de lopende renten te verhogen. 21.3. Eigendom en beheer van het financieringsfonds Het fonds dient enkel voor de financiering van het sectorale pensioenstelsel en de tegoeden van het fonds mogen nooit, zelfs niet gedeeltelijk, teruggestort worden, noch aan de onderneming noch aan de inrichter.

Het fonds is in handen van en wordt beheerd door Integrale. Het krijgt hetzelfde globaal rendement (pro rata temporis) dat aan de wiskundige reserves toegekend wordt. 21.4. Vereffening van het financieringsfonds Wanneer de groepsverzekering wordt stopgezet, wordt het financieringsfonds verdeeld rekening houdend met de bepalingen van het koninklijk besluit van 14 november 2003 tot uitvoering van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen. 22. koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende de toekenning van extralegale voordelen aan werknemers en aan bedrijfsleiders De bepalingen voorzien in het voormelde koninklijk besluit van 14 november 2003 zijn van toepassing op deze algemene voorwaarden.23. Verdeling van het resultaat van Integrale De contracten delen in het resultaat in overeenstemming met de bepalingen van het voormelde koninklijk besluit van 14 november 2003. 23.1. Uitkering bij leven Jaarlijks op 1 juli verdeelt Integrale de voorziening voor winstdeling en ristorno's onder de aangeslotenen en de renteniers.

Aan iedere aangeslotene en rentenier wordt een gedeelte van deze voorziening uitgekeerd in verhouding tot het aandeel van de op hun contract opgebouwde wiskundige reserve in het totaal bedrag van de wiskundige reserves. 23.2. Uitkering bij overlijden Jaarlijks stelt Integrale in functie van het resultaat vast met welk percentage de voorziene prestaties in geval van overlijden verhoogde zullen worden. 24. Diverse bepalingen 24.1. Geschillen en toepasselijk recht Op het reglement van de groepsverzekering en de ermee verband houdende contracten is het Belgisch recht van toepassing.

Voor de geschillen tussen de partijen in verband met de uitvoering van dit reglement zijn de Belgische rechtbanken bevoegd.

De eventuele nietigheid van een bepaling van het groepsverzekeringsreglement en/of van de contracten die hiermee verbonden zijn, leidt niet tot de nietigheid van de andere bepalingen. 24.2. Klachten De onderneming, de aangeslotene en/of de begunstigde(n) kan/kunnen voor elke vraag zich richten tot de vertrouwde contactpersoon voor het administratieve beheer.

Onverminderd de mogelijkheid tot een gerechtelijke actie, kunnen alle klachten schriftelijk terecht bij de dienst "Solutions".

Integrale n.v. - Dienst Solutions - Klachtenbeheer Fax : +32 4 232 44 51 E-mail : solutions@integrale.be Per brief : Integrale, Place Saint-Jacques 11/101, B-4000 Liège.

Indien de voorgestelde oplossing door Integrale geen voldoening geeft, kan/kunnen de onderneming, de aangeslotene en/of de begunstigde(n) de klacht voorleggen aan de Ombudsman van de Verzekeringen (info@ombudsman.as), Meeûssquare 35, B-1000 Brussel, www.ombudsman.as Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 februari 2019.

De Minister van Werk, K. PEETERS

Bijlage 2 aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 november 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, betreffende de wijziging van het reglement van de groepsverzekering die het sociale sectorale pensioenstelsel uitvoert en van de sectorale technische nota Technische nota Deze technische nota stelt een einde aan en vervangt de technische nota aangehecht aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2016. Zij beschrijft de modaliteiten die vanaf 1 januari 2017 van toepassing zijn op : A.De sectorale pensioentoezegging beheerd door Integrale;

B. De sectorale pensioentoezegging uitgevoerd door een andere pensioeninstelling dan deze aangeduid door de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst gesloten binnen de sector van de metaalfabrikatennijverheid (ondernemingen die gekozen hebben voor opting out);

C. Een pensioentoezegging uitgevoerd door een andere pensioeninstelling dan deze aangeduid door de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst gesloten binnen de sector van de metaalfabrikatennijverheid (ondernemingen buiten toepassingsgebied).

A. Modaliteiten van toepassing op de sectorale pensioentoezegging beheerd door Integrale A.1. Aanwending van de pensioenbijdrage Historisch overzicht van de pensioentoezegging : - 0,5 pct. vanaf 1 april 2002; - 1,0 pct. vanaf 1 juli 2007 (inclusief voor de kaderleden); - 1,1 pct. vanaf 1 januari 2008 (inclusief voor de kaderleden); - 1,77 pct. vanaf 1 januari 2011 (inclusief voor de kaderleden); - 1,87 pct. vanaf 1 april 2012 (inclusief voor de kaderleden); - 1,80 pct. vanaf 1 januari 2013 en 0,17 pct. voor het nivelleringsfonds tot dekking van ontbrekende reserves op het moment van uittreding of overlijden (inclusief voor de kaderleden). Het overschot van het nivelleringsfonds wordt jaarlijks in gelijke delen verdeeld onder de actieve aangeslotenen; - 1,97 pct. vanaf 1 januari 2016 (inclusief voor de kaderleden).

Deze percentages worden berekend op het referentiejaarloon zoals gedefinieerd in het sectoraal pensioenreglement.

Tot 31 december 2015 bedraagt het rendement dat de inrichter op deze pensioenbijdrage garandeert 3,75 pct. na aftrek van 3 pct. beheerskosten. Vanaf 1 januari 2016 wordt de door de inrichter gegarandeerde minimum rentevoet vervangen door de minimum garantie voorzien in artikel 24, § 3 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.

Dit betekent dat de rendementsgarantie voor de pensioenbijdragen gestort op de individuele rekeningen van de actieve aangeslotenen, vanaf 1 januari 2016 berekend wordt aan de hand van de minimum gegarandeerde rentevoeten voorzien in artikel 24, § 3 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen (momenteel 1,75 pct.), na aftrek van 1 pct. beheerskosten.

Voor de slapers is het rendement gelijk aan het door Integrale gewaarborgd tarief verhoogd met een eventuele winstdeelname.

De "horizontale" methode is van toepassing zoals beschreven in artikel 24, § 4 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.

Vanaf 1 januari 2014 moeten de werkgevers die deelnemen aan het sectoraal pensioenstelsel beheerd door Integrale, de bijdrage van 8,86 pct. betalen aan Integrale in plaats van aan de RSZ. Deze bijdrage wordt opgenomen in de factuur die Integrale uitgeeft in uitvoering van artikel 72 van de programmawet van 27 december 2012 (Belgisch Staatsblad van 31 december 2012), hiervoor gemandateerd door de inrichter.

Opheffing van het nivelleringsfonds Het nivelleringsfonds wordt opgeheven op de datum van ondertekening van de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2016.

Het overschot wordt, na aftrek van de ontbrekende reserves vastgesteld op het moment van uittreding of overlijden van aangeslotenen in 2015, in gelijke delen verdeeld onder de actieve aangeslotenen.

Onder "actieve aangeslotenen" verstaan we : de aangeslotenen die op 31 december 2015 aangesloten waren en voor wie een premie betaald is in 2015.

A.2. Tarieven van Integrale Historisch overzicht van het rendement van de verzekeraar en van het totaal rendement vanaf 1 januari 2002.

Op het gespaard bedrag in/ Sur l'épargne en

Contractueel/ Contractuel

Winstverdeling/ Répartition bénéficiaire

Totaal rendement/ Rendement total

2002

3,75 pct./p.c.

0,96 pct./p.c.

4,71 pct./p.c.

2003

3,75 pct./p.c.

1,32 pct./p.c.

5,07 pct./p.c.

2004

3,75 pct./p.c.

1,10 pct./p.c.

4,85 pct./p.c.

2005

3,75 pct./p.c.

1,30 pct./p.c.

5,05 pct./p.c.

2006

3,75 pct./p.c.

1,50 pct./p.c.

5,25 pct./p.c.

2007

3,75 pct./p.c.

1,55 pct./p.c.

5,30 pct./p.c.

2008

3,75 pct./p.c.

0,00 pct./p.c.

3,75 pct./p.c.

2009

3,75 pct./p.c.

0,25 pct./p.c.

4,00 pct./p.c.

2010

3,75 pct./p.c.

0,00 pct./p.c.

3,75 pct./p.c.

2011

3,75 pct./p.c.

0,00 pct./p.c.

3,75 pct./p.c.

2012

3,75 pct./p.c.

0,00 pct./p.c.

3,75 pct./p.c.

2013

2,25 pct./p.c.

1,00 pct./p.c.

3,25 pct./p.c.

2014

2,25 pct./p.c.

1,00 pct./p.c.

3,25 pct./p.c.

2015*

2,25 pct./p.c.

1,00 pct./p.c.

3,25 pct./p.c.

2015**

1,60 pct./p.c.

1,65 pct./p.c.

3,25 pct./p.c.

2016

1,60 pct./p.c.

0,90 pct./p.c.

2,50 pct./p.c.


(*) tot 31 maart 2015 (**) vanaf 1 april 2015 De opgebouwde reserve op 31 december 2012 zal blijven genieten van een door Integrale gegarandeerd rendement van 3,75 pct..

Premies op de individuele contracten vanaf 1 januari 2013 genieten van een door Integrale gegarandeerd rendement gelijk aan : - 3,75 pct. (na aftrek van 3 pct. kosten) op het bereikte niveau van de gestorte premie in 2012; - 2,25 pct. (na aftrek van 1 pct. kosten) op het gedeelte van de premie boven het niveau van 2012; - 1,60 pct. (na aftrek van 1 pct. kosten) op het gedeelte van de premie boven het niveau van maart 2015; - 0,75 pct. (na aftrek van 1 pct. kosten) op het gedeelte van de premie boven het niveau van december 2016.

B. Modaliteiten van toepassing op het aanvullend pensioen in het geval van opting out Herhaald wordt dat er vanaf 1 april 2011 geen nieuwe opting outs meer mogelijk zijn.

B.1. Definities en voorwaarden Het pensioenreglement dat gesloten werd in het kader van opting out moet minstens de volgende elementen bevatten om als gelijkwaardig met het sectoraal pensioenstelsel aanvaard te kunnen worden : 1. Het pensioenreglement dient de voorwaarden te respecteren die opgenomen worden in de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 en in alle daaropvolgende sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten van het Paritair Comité 209 voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid die betrekking hebben op het sectorale pensioenstelsel;2. Elke werknemer die op 1 april 2002 tewerkgesteld is, of na 1 april 2002 tewerkgesteld zal worden, in de onderneming met een arbeidsovereenkomst van bediende (vanaf 1 juli 2007 inclusief de kaderleden), ongeacht de aard van de arbeidsovereenkomst, en op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikelen 4, § 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 betreffende het nationaal akkoord 2001-2002, en andere sectorale collectieve sectorale arbeidsovereenkomsten met betrekking tot het pensioenstelsel gesloten binnen het Paritair Comité 209 voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid van toepassing zijn, wordt verplicht aangesloten;3. De aansluiting is verplicht voor bedienden die tewerkgesteld zijn met een contract van bepaalde duur, met uitzondering van de werknemers met een contract van interimarbeid, met vakantie-, studenten- en IBO-contracten (individuele beroepsopleiding) en werknemers die activiteiten uitoefenen terwijl zij al van een wettelijk rustpensioen genieten;4. Er mag geen enkele leeftijdsvoorwaarde voorzien worden voor de aansluiting;5. De pensioentoezegging is van het type "vaste bijdragen" en de pensioenbijdragen mogen enkel aangewend worden als jaarlijkse recurrente premies in het kader van een verzekeringsverrichting van het type "uitgesteld kapitaal met terugbetaling van de reserve bij vroegtijdig overlijden";6. Zolang de aangeslotene in dienst is kan hij zijn contract niet afkopen, noch het voordeel ervan afstaan of in pand geven;7. Het pensioenreglement moet vanaf 1 januari 2011 voorzien dat de rechten onmiddellijk verworven zijn;8. Indien de pensioeninstelling zelf niet paritair beheerd wordt, moet er een paritair samengesteld toezichtscomité opgericht worden.Het pensioenreglement vermeldt deze verplichting en de wijze waarop het comité samengesteld wordt. Dit toezichtscomité moet jaarlijks het eigen pensioenplan valideren en controleren op het respecteren van de evenwaardigheid conform deze technische nota; 9. In een vaste bijdragen stelsel dient de jaarlijkse definitieve pensioenbijdrage gestort door de onderneming tijdens een bepaald jaar, minstens berekend te worden op het referentiejaarloon zoals gedefinieerd in het sectoraal pensioenreglement (dit laatste is gelijk aan het aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven bruto jaarloon van de aangeslotene);10. De theoretische en praktische afkoopwaarden bedragen in alle gevallen 100 pct.van de opgebouwde reserves, met inbegrip van 100 pct. van de al toegekende winstdeelname.

B.2. Evenwaardigheid van de rechten De rechten van de aangeslotenen moeten minstens gelijkwaardig zijn aan deze die voorzien worden in het pensioenreglement van het sectorale stelsel dat beheerd wordt door de pensioeninstelling aangeduid in de collectieve arbeidsovereenkomsten van 21 maart 2002 en alle toekomstige sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten binnen het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid die betrekking hebben op het sectoraal pensioenstelsel.

De werkgeversbijdrage bedraagt minimaal : - 0,5 pct. vanaf 1 april 2002; - 1,0 pct. vanaf 1 juli 2007 (inclusief voor de kaderleden) ; - 1,1 pct. vanaf 1 januari 2008 (inclusief voor de kaderleden); - 1,77 pct. vanaf 1 januari 2011 (inclusief voor de kaderleden); - 1,87 pct. vanaf 1 april 2012 (inclusief voor de kaderleden); - 1,97 pct. vanaf 1 januari 2013 (inclusief voor de kaderleden).

Deze percentages worden berekend op het referentiejaarloon zoals gedefinieerd in het sectoraal pensioenreglement (dit referentiejaarloon is gelijk aan het aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven bruto jaarloon van de aangeslotene).

Tot 31 december 2015 bedraagt het rendement dat de inrichter op deze pensioenbijdrage garandeert 3,75 pct. na aftrek van 3 pct. beheerskosten. Vanaf 1 januari 2016 wordt de door de inrichter gegarandeerde minimum rentevoet vervangen door de minimum garantie voorzien in artikel 24, § 3 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.

Dit betekent dat de rendementsgarantie voor de pensioenbijdragen gestort op de individuele rekeningen van de actieve aangeslotenen vanaf 1 januari 2016 berekend wordt aan de hand van de minimum gegarandeerde rentevoeten voorzien in artikel 24, § 3 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen (momenteel 1,75 pct.), na aftrek van 1 pct. beheerskosten.

Voor de slapers is het rendement gelijk is aan het rendement van het door de pensioeninstelling gewaarborgd tarief, verhoogd met een eventuele winstdeelname.

De "horizontale" methode is van toepassing zoals beschreven in artikel 24, § 4 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.

B.3. Informatieplicht Eénmaal per jaar tegen 31 januari ten laatste, deelt de onderneming aan de inrichter de volgende gegevens mee : - een verklaring van de werkgever dat alle bedienden en kaderleden aangesloten zijn aan het geattesteerde plan en dit vanaf 1 april 2002 voor de bedienden en ten laatste vanaf 1 juli 2007 voor de kaderleden; - een attest van evenwaardigheid van de rechten, opgesteld door de actuariële functie.

Voormelde datum kan aangepast worden door éénparige beslissing in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid.

De attestmodellen zijn beschikbaar op de website www.integrale.be De onderneming en de pensioeninstelling dienen op eenvoudig verzoek van de inrichter van het sectorale pensioenstelsel of zijn gemachtigde alle gegevens over te maken die toelaten om de juiste uitvoering van de verplichtingen te controleren, die voortvloeien uit de sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten binnen het Paritair Comité 209 voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid die betrekking hebben op het sectoraal pensioenstelsel.

De onderneming legt het volgende ter goedkeuring voor aan de inrichter van de sectorale pensioentoezegging : - het pensioenreglement; of - het attest getekend door de aangeduide actuaris.

Hierbij dient de door de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst bepaalde procedure nageleefd te worden.

De inrichter kan de controle van deze documenten aan zijn gemachtigde toevertrouwen.

Het pensioenorganisme kan voorzien in de opmaak van één overkoepelend attest voor het geheel van haar pensioenplannen in beheer, op voorwaarde dat er in bijlage een lijst wordt toegevoegd met daarin de naam, alsook alle elementen en gevraagde informatie van de betrokken ondernemingen.

De lijsten zijn beschikbaar op de website www.integrale.be.

B.4. Procedure bij niet-betaling van de pensioenbijdragen Het pensioenreglement moet een procedure bij niet-betaling van de pensioenbijdragen op de voorziene datum voorzien.

Deze procedure moet ten minste de volgende elementen bevatten : - bij niet-betaling binnen 30 dagen na de datum waarop de premie verschuldigd was, wordt de onderneming door de pensioeninstelling in gebreke gesteld door middel van een aangetekende brief. De pensioeninstelling deelt dit mee aan de inrichter van het sectoraal pensioenstelsel; - bij niet-betaling binnen 45 dagen na de datum waarop de premie verschuldigd was, wordt de onderneming door de pensioeninstelling opnieuw aangemaand. De pensioeninstelling deelt dit mee aan de inrichter van het sectoraal pensioenstelsel. Deze laatste stuurt het dossier door aan de sociale inspectie; - bij niet-betaling binnen 60 dagen na de datum waarop de premie verschuldigd was, wordt aan de onderneming gemeld dat de contracten van haar aangeslotenen bij niet-betaling binnen de drie weken premievrij gemaakt zullen worden op basis van de wel betaalde pensioenbijdragen, waarbij voorafgaand de laatste voorlopige premies die voor de aangeslotenen betaald werden, uit het financieringsfonds geput zullen worden en als koopsom op het contract van de aangeslotenen zullen gestort worden. De inrichter van het sectoraal pensioenstelsel wordt door de pensioeninstelling hiervan op de hoogte gebracht; - de pensioeninstelling zal iedere aangeslotene door middel van een op zijn persoonlijk adres gestuurde brief op de hoogte brengen uiterlijk binnen de 90 dagen volgend op de datum waarop de premie verschuldigd was.

De premievrijmaking van de contracten ontslaat de onderneming geenszins van de betaling van de achterstallige bijdragen, de nalatigheidsintresten en de kosten van de ingebrekestelling en van de uitvoering van deze procedure.

Bij betaling door de onderneming van de achterstallen, de nalatigheidsintresten en de kosten van de ingebrekestelling en van de uitvoering van deze procedure, worden de contracten terug in voege gebracht met retroactief effect op de datum van premievrijmaking.

B.5. Collectieve overdracht van reserves naar Integrale Indien de onderneming haar reserves wenst over te dragen naar Integrale, zullen deze niet overgedragen worden naar de sectorale pensioentoezegging beheerd door Integrale.

Integrale stelt een groepsverzekering op waarbij de overdragende onderneming verantwoordelijk blijft voor de evenwaardigheid van de overgedragen rechten op het ogenblik van de overdracht en daarna.

C. De modaliteiten van toepassing op het aanvullend pensioen buiten toepassingsgebied C.1. Definities en voorwaarden Bedienden voor wie binnen de onderneming een collectieve pensioentoezegging van toepassing is, ingericht vóór 11 juni 2001 en ononderbroken nog van toepassing is, en die evenwaardig is aan de sectortoezegging, dienen niet deel te nemen aan de sectorale toezegging.

Kaderleden voor wie binnen de onderneming een collectieve pensioentoezegging van toepassing is, die vóór 31 december 2006 met toepassing van de in de wetgeving betreffende de aanvullende pensioenen voorziene inspraakregels ingevoerd werd, ononderbroken nog steeds van toepassing is en die evenwaardig is aan de sectortoezegging, dienen niet deel te nemen aan de sectorale toezegging.

C.2. Evenwaardigheid van de rechten Het ondernemingsstelsel geldt voor alle bedienden en kaderleden (inclusief contracten van bepaalde duur) van de onderneming.

De ondernemingspensioentoezegging voorziet in een patronale bijdrage voor de waarborg pensioen, die in een vaste bijdrage regeling ten allen tijde minstens gelijk is aan : - 0,5 pct. vanaf 1 april 2002; - 1,0 pct. vanaf 1 juli 2007 (inclusief voor de kaderleden); - 1,1 pct. vanaf 1 januari 2008 (inclusief voor de kaderleden); - 1,77 pct. vanaf 1 januari 2011 (inclusief voor de kaderleden); - 1,87 pct. vanaf 1 april 2012 (inclusief voor de kaderleden); - 1,97 pct. vanaf 1 januari 2013 (inclusief voor de kaderleden).

Deze percentages worden berekend op het referentiejaarloon zoals gedefinieerd in het sectoraal pensioenreglement, dit laatste is gelijk aan het aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven bruto jaarloon van de aangeslotene.

In afwijking van bovenstaande salarisdefinitie wordt ook het bruto maandloon van de aangeslotene maal 13,92 als referentiejaarsalaris aanvaard.

Het gebruik van een salariscoëfficiënt verschillend van 13,92 is toegelaten op voorwaarde dat het percentage van de patronale bijdrage proportioneel aangepast wordt aan de overeenstemmende premievoet.

Indien het ondernemingsstelsel van het type "vaste prestaties" is, moet de verworven reserve gefinancierd door de onderneming, op ieder ogenblik minstens gelijk zijn aan de verworven reserve die zou bekomen worden door de kapitalisatie van een bijdrage conform het hierboven beschreven vaste bijdrage stelsel en dit met een rendement conform artikel 24 van de wet op de aanvullende pensioenen.

C.3. Informatieplicht Eénmaal per jaar tegen 31 januari ten laatste, deelt de onderneming aan de inrichter de volgende gegevens mee : - een verklaring van de werkgever dat alle bedienden en kaderleden aangesloten zijn aan het geattesteerde plan en dit vanaf 1 april 2002 voor de bedienden en ten laatste vanaf 1 juli 2007 voor de kaderleden; - een attest van evenwaardigheid van de rechten, opgesteld door de actuariële functie.

Voormelde datum kan aangepast worden door éénparige beslissing in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid.

De attestmodellen zijn beschikbaar op de website www.integrale.be De onderneming en de pensioeninstelling dienen op eenvoudig verzoek van de inrichter van het sectorale pensioenstelsel of zijn gemachtigde alle gegevens over te maken die toelaten om de juiste uitvoering van de verplichtingen te controleren, die voortvloeien uit de sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten binnen het Paritair Comité 209 voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid die betrekking hebben op het sectoraal pensioenstelsel.

De onderneming legt het volgende ter goedkeuring voor aan de inrichter van de sectorale pensioentoezegging : - het pensioenreglement; of - het attest getekend door de aangeduide actuaris.

Hierbij dient de door de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst bepaalde procedure nageleefd te worden.

De inrichter kan de controle van deze documenten aan zijn gemachtigde toevertrouwen.

Het pensioenorganisme kan voorzien in de opmaak van één overkoepelend attest voor het geheel van haar pensioenplannen in beheer, op voorwaarde dat er in bijlage een lijst wordt toegevoegd met daarin de naam, alsook alle elementen en gevraagde informatie van de betrokken ondernemingen.

De lijsten zijn beschikbaar op de website www.integrale.be C.4. Procedure bij niet-betaling van de pensioenbijdragen De procedure bij niet-betaling wordt geregeld door het bestaande pensioenreglement en de specifieke bijzondere en algemene voorwaarden afgesloten tussen de partijen.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 febuari 2019.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^