Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 september 2013
gepubliceerd op 02 oktober 2013

Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 131bis, § 1septies, van de wet van 15 mei 1984 houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2013022502
pub.
02/10/2013
prom.
19/09/2013
ELI
eli/besluit/2013/09/19/2013022502/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

19 SEPTEMBER 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 131bis, § 1septies, van de wet van 15 mei 1984Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/1984 pub. 21/02/2012 numac 2012201027 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen type wet prom. 15/05/1984 pub. 03/06/2010 numac 2010000322 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Artikel 131bis, § 1septies, eerste lid, van de wet van 15 mei 1984Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/1984 pub. 21/02/2012 numac 2012201027 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen type wet prom. 15/05/1984 pub. 03/06/2010 numac 2010000322 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen bepaalt de bedragen van het minimumpensioen in het pensioenstelsel van de zelfstandigen. Het tweede lid voorziet Uw bevoegdheid om het eerste lid te wijzigen en aan te vullen met het oog op de verhoging van de bedragen die erin worden vermeld op de tijdstippen die U bepaalt.

In het kader van de welvaartsaanpassingen 2013-2014 in de verschillende sociale zekerheidsregelingen, heeft het besluit dat wij de eer hebben aan Uwe Majesteit ter ondertekening voor te leggen tot doel het artikel 131bis, § 1 septies, eerste lid, van de voormelde wet van 15 mei 1984Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/1984 pub. 21/02/2012 numac 2012201027 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen type wet prom. 15/05/1984 pub. 03/06/2010 numac 2010000322 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen Officieuze coördinatie in het Duits sluiten te vervolledigen met een 9° dat de jaarlijkse bedragen bepaalt van het minimumpensioen in het pensioenstelstel van de zelfstandigen op 12.765,99 euro voor het gezinspensioen en 9.648,57 voor het alleenstaanden- en het overlevingspensioen, met inwerkingtreding op 1 september 2013.

In antwoord op het advies 53.338/1 dat door de Raad van State werd gegeven op 7 juni 2013 werd een voorafgaand onderzoek gerealiseerd inzake de behoefte om een evaluatie uit te voeren van de impact op de duurzame ontwikkeling met toepassing van de wet van 5 mei 1997Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/05/1997 pub. 18/06/1997 numac 1997021155 bron diensten van de eerste minister 5 MEI 1997 Wet betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling sluiten betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling. Dit werd voorgelegd aan de in raad vergaderde ministers.

Omdat deze tekst betrekking heeft op een effectieve verhoging, maar van een relatief laag percentage van bepaalde pensioenen, heeft dit onderzoek uitgewezen dat een evaluatie van de impact niet nodig bleek.

Een aanvullend onderzoek van de bestaande regelgeving inzake het minimumpensioen ten aanzien van de grondwettelijke beginselen van gelijkheid en non-discriminatie heeft ook niet aangetoond dat dit de situatie van de begunstigden van een pensioen zou verslechteren, met name ten aanzien van de begunstigden van de kleine minima van de gemengde pensioenen in het stelsel van de loontrekkenden bedoeld in het artikel 7 van het koninklijk besluit van 28 september 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 28/09/2006 pub. 06/10/2006 numac 2006023015 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 33, 33bis, 34 en 34bis van de herstelwet van 10 februari 1981 inzake pensioenen van de sociale sector sluiten tot uitvoering van de artikelen 33, 33bis, 34 en 34bis van de herstelwet van 10 februari 1981 inzake pensioenen van de sociale sector. Deze tekst heeft immers tot doel ervoor te zorgen dat de gepensioneerden die over een gemengde loopbaan als zelfstandige en loontrekkende beschikken, een verhoging kunnen genieten van het pensioen of een deel van het pensioen dat hen wordt toegekend in het pensioenstelsel van de zelfstandigen.

Wij hebben de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, De Minister van Zelfstandigen, Mevr. S. LARUELLE De Minister Van Pensioenen, A. DE CROO

ADVIES 53.338/1 VAN 7 JUNI 2013 VAN DE RAAD VAN STATE, AFDELING WETGEVING, OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT 'TOT WIJZIGING VAN ARTIKEL 131bis, § 1septies, VAN DE WET VAN 15 MEI 1984Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/1984 pub. 21/02/2012 numac 2012201027 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen type wet prom. 15/05/1984 pub. 03/06/2010 numac 2010000322 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen Officieuze coördinatie in het Duits sluiten HOUDENDE MAATREGELEN TOT HARMONISERING IN DE PENSIOENREGELINGEN' Op 8 mei 2013 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Minister van Zelfstandigen verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van artikel 131bis, § 1septies, van de wet van 15 mei 1984Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/1984 pub. 21/02/2012 numac 2012201027 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen type wet prom. 15/05/1984 pub. 03/06/2010 numac 2010000322 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen'.

Het ontwerp is door de eerste kamer onderzocht op 30 mei 2013.

De kamer was samengesteld uit Marnix Van Damme, kamervoorzitter, Wilfried Van Vaerenbergh en Jeroen Van Nieuwenhove, staatsraden, Marc Rigaux, assessor, en Greet Verberckmoes, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Brecht Steen, auditeur.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Wilfried Van Vaerenbergh, staatsraad.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 7 juni 2013.

Strekking en rechtsgrond van het ontwerp 1. Het om advies voorgelegde ontwerp van koninklijk besluit strekt ertoe het minimumpensioen voor zelfstandigen met ingang van 1 september 2013 te verhogen tot 12.765,99 euro voor een gezin en tot 9.648,57 euro voor een alleenstaande of voor een rechthebbende op een overlevingspensioen. Daartoe wordt artikel 131bis, § 1septies, eerste lid, van de wet van 15 mei 1984Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/1984 pub. 21/02/2012 numac 2012201027 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen type wet prom. 15/05/1984 pub. 03/06/2010 numac 2010000322 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen Officieuze coördinatie in het Duits sluiten 'houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen' gewijzigd.

De verhoging kadert in de welvaartsaanpassingen 2013-2014 in de verschillende sociale zekerheidsregelingen. Een dergelijke aanpassing wordt ook aangebracht in de regeling van de minimumpensioenen voor werknemers (1). 2. Rechtsgrond voor het ontwerp wordt geboden door artikel 131bis, § 1septies, tweede lid, van de wet van 15 mei 1984Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/1984 pub. 21/02/2012 numac 2012201027 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen type wet prom. 15/05/1984 pub. 03/06/2010 numac 2010000322 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, naar luid waarvan « [de] Koning (...) bij besluit, vastgesteld na overleg in de Ministerraad, het eerste lid (kan) wijzigen en aanvullen, om op de data die Hij bepaalt de in dat lid bedoelde bedragen te verhogen ».

Vormvereisten 3. Uit artikel 19/1, § 1, van de wet van 5 mei 1997Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/05/1997 pub. 18/06/1997 numac 1997021155 bron diensten van de eerste minister 5 MEI 1997 Wet betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling sluiten 'betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling' vloeit voort dat elk voorontwerp van wet, elk ontwerp van koninklijk besluit en elk voorstel van beslissing dat ter goedkeuring aan de Ministerraad moet worden voorgelegd, aanleiding moet geven tot een voorafgaand onderzoek met betrekking tot de noodzaak om een effectbeoordeling inzake duurzame ontwikkeling uit te voeren, tenzij het voorontwerp, het ontwerp of het voorstel hiervan is vrijgesteld. Die vrijstellingen zijn bepaald bij het koninklijk besluit van 20 september 2012Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/09/2012 pub. 09/10/2012 numac 2012011374 bron programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling Koninklijk besluit houdende uitvoering van artikel 19/1, § 1, tweede lid van hoofdstuk V/1 van de wet van 5 mei 1997 betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling sluiten houdende uitvoering van artikel 19/1, § 1, tweede lid van hoofdstuk V/1 van de wet van 5 mei 1997Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/05/1997 pub. 18/06/1997 numac 1997021155 bron diensten van de eerste minister 5 MEI 1997 Wet betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling sluiten betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling'.

Aan de Raad van State werd een « DOEB-vrijstellingsformulier (formulier A). Maatregel behoort tot vrijstellingscategorie » meegedeeld. In de op dat formulier vermelde motivering wordt erop gewezen dat de ontworpen maatregel louter betrekking heeft op begrotingstechnische of fiscaaltechnische aangelegenheden omdat het gaat om de « [w]elvaartsaanpassing van de minimumpensioenen van de zelfstandigen ».

Met die redenering kan evenwel niet worden ingestemd nu het ontwerp niet louter begrotingstechnisch van aard is, doch precies rechtstreekse gevolgen heeft voor de pensioenrechten van de zelfstandigen, in het bijzonder voor de hoogte van de laagste pensioenen.

Er blijkt met andere woorden niet dat de ontworpen regeling kan worden ingepast in één van de vrijstellingscategorieën bepaald in artikel 2 van het voornoemde koninklijk besluit, op grond waarvan geen voorafgaand onderzoek in voormelde zin moet worden uitgevoerd.

Dergelijk onderzoek dient derhalve alsnog plaats te vinden. Wanneer uit dat onderzoek bovendien zou blijken dat een effectbeoordeling in de zin van artikel 19/2 van de voornoemde wet noodzakelijk is, en als gevolg van die effectbeoordeling wijzigingen zouden worden aangebracht in de tekst van het ontwerp, zoals die thans om advies aan de Raad van State, afdeling Wetgeving, is voorgelegd, zullen deze wijzigingen eveneens om advies aan de afdeling Wetgeving moeten worden voorgelegd.

Onderzoek van de tekst Artikel 1 4. Het valt niet uit te sluiten dat de harmonisering van minimumpensioenen in het raam waarvan de ontworpen regeling dient te worden gesitueerd, gevolgen heeft voor andere, bestaande regelgeving, meer bepaald wat de overeenstemming van die regelgeving met het grondwettelijke beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie betreft. Zo valt bijvoorbeeld niet uit te sluiten dat het ontwerp een weerslag heeft op de regeling inzake de gemengde loopbaan werknemer-zelfstandige in het pensioenstelsel voor werknemers, waarbij het minimumpensioen voor werknemers wordt vermenigvuldigd met een coëfficiënt waarvan de hoegrootheid wordt geacht een rechtstreeks verband te vertonen met het verschil tussen het minimumpensioen voor werknemers en het minimumpensioen voor zelfstandigen (2), terwijl althans wat het gezinspensioen betreft, dat verschil volledig is weggewerkt (3).

Het staat aan de steller van het ontwerp om de bestaande regelgeving vanuit dat oogpunt aan een bijkomend onderzoek te onderwerpen en, in voorkomend geval, de nodige regelgevende initiatieven te nemen om bestaande ongelijke behandelingen die niet langer kunnen worden verantwoord op grond van het verschil tussen het bedrag van het minimumpensioen voor zelfstandigen, enerzijds, en het bedrag van het minimumpensioen voor werknemers, anderzijds, weg te werken. (1) Zie adv.RvS 53.231/1 van 30 april 2013, over een ontwerp van koninklijk besluit tot aanpassing aan de welvaart van bepaalde pensioenen in de regeling voor werknemers'. (2) Zie artikel 7, § 1, van het koninklijk besluit van 28 september 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 28/09/2006 pub. 06/10/2006 numac 2006023015 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 33, 33bis, 34 en 34bis van de herstelwet van 10 februari 1981 inzake pensioenen van de sociale sector sluiten tot uitvoering van de artikelen 33, 33bis, 34 en 34bis van de herstelwet van 10 februari 1981 inzake pensioenen van de sociale sector'.(3) Wat het minimumpensioen voor alleenstaanden en rechthebbenden op een overlevingspensioen betreft, ligt het bedrag ervan in de zelfstandigenregeling, spijts de reeds doorgevoerde harmoniseringsmaatregelen, nog altijd lager dan het bedrag ervan in de werknemersregeling, hetgeen kan worden geacht op gespannen voet te staan met het grondwettelijke beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie, nu wat het minimumpensioen voor gezinnen betreft, wel een volledige harmonisatie is gerealiseerd. De griffier, G. Verberckmoes.

De voorzitter, M. Van Damme.

19 SEPTEMBER 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 131bis, § 1septies, van de wet van 15 mei 1984Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/1984 pub. 21/02/2012 numac 2012201027 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen type wet prom. 15/05/1984 pub. 03/06/2010 numac 2010000322 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 15 mei 1984Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/1984 pub. 21/02/2012 numac 2012201027 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen type wet prom. 15/05/1984 pub. 03/06/2010 numac 2010000322 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen, artikel 131bis, § 1septies, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 maart 2013;

Gelet op het advies van de Nationale Arbeidsraad, de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven en het Algemeen Beheerscomité voor het sociaal statuut der zelfstandigen, gegeven op 28 maart 2013;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 17 april 2013;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 18 april 2013;

Gelet op het advies nr. 53.338/1 van de Raad van State, gegeven op 7 juni 2013, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Pensioenen en de Minister van Zelfstandigen en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 131bis, § 1septies, eerste lid, van de wet van 15 mei 1984Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/1984 pub. 21/02/2012 numac 2012201027 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen type wet prom. 15/05/1984 pub. 03/06/2010 numac 2010000322 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 maart 2013, wordt aangevuld met de bepaling onder 9°, luidende : « 9° op 1 september 2013, op 12.765,99 euro en 9.648,57 euro. »

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2013.

Art. 3.De minister bevoegd voor Zelfstandigen en de minister bevoegd voor Pensioenen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 september 2013.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Zelfstandigen, Mevr. S. LARUELLE De Minister van Pensioenen, A. DE CROO

^