gepubliceerd op 27 november 2019
Koninklijk besluit houdende aanduiding van de houder van de managementfunctie "Voorzitter van het Directiecomité van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking"
19 NOVEMBER 2019. - Koninklijk besluit houdende aanduiding van de houder van de managementfunctie "Voorzitter van het Directiecomité van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking"
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de Grondwet, artikel 107, tweede lid;
Gelet op het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten, artikel 10, § 1, 1° ;
Gelet op het koninklijk besluit van 8 maart 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/03/2002 pub. 15/03/2002 numac 2001002133 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Koninklijk besluit houdende oprichting van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking sluiten houdende oprichting van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, artikel 3, eerste lid, 1°, vervangen bij koninklijk besluit van 7 februari 2003;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 18 september 2019;
Overwegende het verslag van de selectiecommissie van 14 februari 2019, samengesteld volgens het artikel 8, §§ 1 en 2, van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten, waarin, geen enkele kandidaat in groep A "zeer geschikt" ingedeeld werd en één kandidaat ingedeeld werd in groep B "geschikt", de heer Peter MOORS;
Overwegende het aanvullende onderhoud, bedoeld in artikel 9, § 1, van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten, dat op 5 april 2019 werd gevoerd met de heer Peter MOORS en waarvan een verslag werd opgesteld dat bij het aanstellingsdossier is gevoegd, waarvan de inhoud door dit besluit uitdrukkelijk wordt bijgetreden;
Overwegende dat, als gevolg van zijn jarenlange ervaring binnen de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking in diverse functies, de heer Peter MOORS een grondige kennis heeft van de beleidsuitdagingen inzake buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking;
Overwegende dat de heer Peter MOORS een strategische visie met betrekking tot de organisatie, de ontwikkeling en de uitvoering van het buitenlands beleid aantoont, ten einde de diverse aan de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking toevertrouwde opdrachten te verwezenlijken, met bijzondere aandacht voor de verdediging van de Belgische belangen en de bijstand aan de landgenoten in het buitenland, voor de bevordering van een stabiele, rechtvaardige en voorspoedige wereldgemeenschap en voor de strijd tegen de globale armoede;
Overwegende dat de heer Peter MOORS een grondige kennis en ruime ervaring aantoont van de relevante nationale en internationale beleidsomeinen, zoals economie, politiek, financiën, internationale juridische problematiek en ontwikkelingssamenwerking;
Overwegende dat de heer Peter MOORS een grondig inzicht aantoont in het politieke besluitvormingsproces, zowel nationaal als internationaal;
Overwegende dat de heer Peter MOORS de kennis waarover hij beschikt goed integreert en dat hij goed de plaats van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking situeert in dat besluitvormingsproces;
Overwegende dat de heer Peter MOORS de vaardigheden en de ervaring aantoont om met de pertinente actoren op het vlak van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking constructieve relaties aan te houden, met hen samen te werken, te onderhandelen en hen indien nodig te overtuigen;
Overwegende dat, als gevolg van zijn jarenlange ervaring binnen de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking in diverse functies, de heer Peter MOORS een grondige kennis heeft van de uitdagingen inzake de werking van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking;
Overwegende dat de heer Peter MOORS een zeer grondige theoretische en praktische kennis van de actuele managementtechnieken binnen grote organisaties aantoont;
Overwegende dat de heer Peter MOORS aantoonbaar over sterke managementcompetenties beschikt, alsook een bijzondere aandacht voor het bepalen en realiseren van doelstellingen, het vermogen om creativiteit en flexibiliteit aan de dag te leggen, het vermogen om verantwoordelijkheden op te nemen, ook al vergt dit dat risico's worden genomen, dit alles binnen het kader dat door de regering en de voogdijminister wordt vastgelegd;
Overwegende dat de heer Peter MOORS zijn vermogen aantoont om managementinstrumenten te gebruiken, om duidelijke richtlijnen te bepalen waarbij wordt vastgehouden aan een pragmatische aanpak en om duidelijke instructies te verlenen;
Overwegende het feit dat de heer Peter MOORS aantoont dat hij uit is op verandering en verbetering;
Overwegende dat de heer Peter MOORS een ruime ervaring en een aangetoonde expertise heeft op het vlak van vernieuwings- en veranderingstrajecten en competent is in het aansturen van groepen;
Overwegende dat de heer Peter MOORS blijk geeft van zowel de vaardigheden als de ervaring om veranderingsprocessen binnen een grote organisatie te leiden en de realisatieplannen van de prioritaire projecten in te voeren en te sturen, wat hem in staat stelt een bestuursovereenkomst op te stellen voor de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, met het oog op de concrete invulling van de grote strategische beleidsrichtlijnen die door de Ministers van Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking worden bepaald;
Overwegende dat de heer Peter MOORS zijn vermogen aantoont om de moderniseringswerkzaamheden van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking te coördineren en tot een goed einde te brengen en te waken over de realisatie van de vooropgestelde doelstellingen;
Overwegende dat, wat betreft de beoordeling van zijn vermogen om human resources te beheren, de heer Peter MOORS over een ruime ervaring in een grootschalig departement beschikt, wat het voor hem mogelijk maakt om niet alleen de prestaties van zijn medewerkers, maar ook hun doorgroeimogelijkheden te onderkennen;
Overwegende dat, tegenover een bepaalde probleemsituatie, de heer Peter MOORS blijk geeft van empathie tegenover zijn medewerkers, van pro-activiteit, dynamisme en assertiviteit om het leiderschap van een organisatie waar te nemen;
Overwegende dat de heer Peter MOORS aantoont dat hij concrete samenwerkingsstructuren kan opzetten en rekening houdt met een brede sociale omgeving om beter in te spelen op het algemeen welzijn (burger, partners, werknemers, ...);
Overwegende dat de heer Peter MOORS over de vaardigheden en de ervaring beschikt om constructief in relatie te treden met zowel interne als externe partners;
Overwegende dat de heer Peter MOORS een goed analytisch vermogen aan de dag legt en, vertrekkende van een massa gegevens, op een relevante wijze de hoofdproblemen identificeert;
Overwegende dat de heer Peter MOORS blijk geeft van een vermogen om autonoom te handelen; en om zijn verantwoordelijkheden op te nemen;
Overwegende dat, inzake het halen van doelstellingen, de heer Peter MOORS zijn strategie in duidelijke, realistische en geplanifieerde doelstellingen omzet;
Overwegende dat de heer Peter MOORS een goed beeld heeft van de functie, en de uitdagingen die ermee gepaard gaan; dat hij in staat is om een coherente visie voor die functie te ontwikkelen evenals de noodzakelijke managementcompetenties om de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking aan te sturen;
Overwegende dat de heer Peter MOORS de vaardigheden en ervaring aantoont om de ontwikkeling, de implementatie, evaluatie en bijsturing van de beleidsplannen en beleidslijnen aan te sturen en te coördineren;
Overwegende dat de heer Peter MOORS de vaardigheden en ervaring aantoont om, met inachtneming van de beschikbare middelen, de directies-generaal en stafdiensten te organiseren, aan te sturen en continu te monitoren, ten einde de strategische objectieven van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking te realiseren;
Overwegende dat de heer Peter MOORS zich duidelijk en gestructureerd uitdrukt;
Overwegende dat de heer Peter MOORS tijdens zijn hele loopbaan heeft aangetoond integer te handelen en zich loyaal op te stellen tegenover voogdijministers, interne en externe klanten en personeelsleden;
Overwegende dat het verslag van de selectiecommissie onderstreept dat de heer Peter MOORS zich gemotiveerd en geëngageerd toont om de functie van Voorzitter van het Directiecomité van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking in te vullen;
Overwegende dat de heer Peter MOORS een duidelijk beeld heeft van de uitdagingen en de pijnpunten van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en van wat hij wil realiseren en derhalve in staat is om een duidelijke, gemotiveerde visie naar voor te brengen en strategische keuzes te maken;
Overwegende dat uit het verslag van het aanvullende onderhoud met de Minister van Buitenlandse Zaken blijkt dat de heer Peter MOORS een uitstekende kijk heeft op de huidige en toekomstige noden en mogelijkheden van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking;
Overwegende dat tijdens het aanvullend onderhoud eveneens bleek dat de heer Peter MOORS een heldere en pertinente analyse heeft van de strategische uitdagingen en van de sterke en zwakken punten ervan: hij is zich bewust van het potentieel en van de uitdagingen, zijn voorgestelde aanpak is gediversifieerd, uitgewerkt en uitgebreid, hij identificeert voorstellen tot verbetering en bouwt ruimte in voor vorming en evolutie;
Overwegende dat tijdens het aanvullend onderhoud bleek dat de heer Peter MOORS over ruime managementervaring en de nodige communicatieskills beschikt;
Overwegende dat, na afloop van het aanvullende onderhoud, de Minister van Buitenlandse Zaken vaststelt dat de heer Peter MOORS over het geschikte profiel als manager beschikt om de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en zijn personeel doorheen het uitdagende veranderingstraject te leiden, te coachen en te motiveren, zonder de doelstellingen en de hoofdopdrachten uit het oog te verliezen en dat hij in staat is om op constructieve wijze met de partners in het veranderingstraject samen te werken;
Overwegende dat de heer Peter MOORS derhalve aangesteld wordt als houder van de managementfunctie Voorzitter van het Directiecomité van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking;
Op de voordracht van de Minister van Buitenlandse Zaken en op advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De heer Peter MOORS, geboren op 23 augustus 1961, wordt aangesteld als houder van de managementfunctie "Voorzitter van het Directiecomité van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking" voor een periode van zes jaar.
Overeenkomstig artikel 13 van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten wordt de heer Peter MOORS, ambtenaar van de buitenlandse carrière, in ambtshalve verlof voor opdracht van algemeen belang geplaatst voor de duur van zijn managementfunctie.
Art. 2.Deze managementfunctie behoort tot klasse 7, zoals bedoeld in artikel 3 van het koninklijk besluit van 11 juli 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 11/07/2001 pub. 13/07/2001 numac 2001002073 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de weging van de management- en staffuncties in de federale overheidsdiensten en tot vaststelling van hun wedde sluiten betreffende de weging van de management- en staffuncties in de federale overheidsdiensten en tot vaststelling van hun wedde.
Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 december 2019.
Art. 4.De minister bevoegd voor Buitenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gedaan te Brussel, 19 november 2019.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Buitenlandse Zaken, D. REYNDERS