Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 15 december 2013
gepubliceerd op 09 januari 2014

Koninklijk besluit tot vastlegging van de forfaitaire vergoeding bedoeld in artikel 13, tweede lid van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, en van de betaling van de **** van de illegaal **** vreemdeling

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2014000009
pub.
09/01/2014
prom.
15/12/2013
ELI
eli/besluit/2013/12/15/2014000009/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

15 DECEMBER 2013. - **** besluit tot vastlegging van de forfaitaire vergoeding bedoeld in artikel 13, tweede lid van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, en van de betaling van de **** van de illegaal **** vreemdeling


VERSLAG AAN DE KONING ****, **** besluit heeft tot doel : 1) in uitvoering van artikel 13, tweede lid, van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, de forfaitaire vergoeding voor de kosten van huisvesting, verblijf en gezondheidszorg van buitenlandse werknemers die illegaal **** zijn en van de leden van hun gezin die onwettig in **** verblijven, vast te leggen.2) te voorzien, wanneer de **** van een illegaal **** onderdaan van een derde land, wordt opgestart, dat de **** worden gevorderd of teruggevorderd bij zijn werkgever, overeenkomstig artikel 5, § 2, ****), van de **** 2009/52/EG van het **** **** en de **** van 18 juni 2009 tot vaststelling van minimumnormen inzake sancties en maatregelen tegen werkgevers van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen. **** commentaar Artikel 1 Artikel 13, eerste lid van de wet van 30 april 1999 stelt dat « Eenieder die zich schuldig heeft gemaakt aan een misdrijf bedoeld in artikel 175 van het Sociaal Strafwetboek, hoofdelijk aansprakelijk is voor de betaling van de kosten van repatriëring, alsmede van een forfaitaire vergoeding voor de kosten van huisvesting, verblijf en gezondheidszorg van de betrokken buitenlandse werknemers en van de leden van hun gezin die onwettig in **** verblijven".

**** artikel legt, overeenkomstig artikel 13, tweede lid van de wet van 30 april 1999, deze forfaitaire vergoeding vast.

**** vergoeding wordt bepaalt op basis van de dagelijkse gemiddelde kostprijs van huisvesting, verblijf en gezondheidszorg van een vreemdeling vastgehouden in een gesloten centrum, die 180 **** bedroeg in 2011.

Indien dit bedrag conform artikel 13, lid 2, wordt aangepast aan het indexcijfer der **** tussen 2011 (zijnde 115,66 op 1 januari 2011) en 2013 (zijnde 121,63 op 1 januari 2013), bedraagt het 190 ****.

**** bedrag wordt als volgt bekomen : 180 **** **** 121,63/115,66 = 189,29 ****. **** bekomen resultaat wordt tot het hogere honderdtal afgerond, zijnde 190 ****.

Artikel 2 Artikel 2 voert sommige bepalingen uit van artikel 13, eerste lid, van de wet van 30 april 1999, namelijk, de hoofdelijke aansprakelijkheid van de werkgever die een onderdaan van een derde land illegaal ****, voor de betaling van de **** verbonden aan de terugkeer van deze persoon.

Artikel 13, eerste lid voorziet in de rechtsgrond voor de omzetting van artikel 5, § 2, ****), van **** 2009/52/EG van het **** **** en de **** van 18 juni 2009 tot vaststelling van minimumnormen inzake sancties en maatregelen tegen werkgevers van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen.

**** een **** wordt opgestart, worden de **** gevorderd of teruggevorderd bij de werkgever die de onderdaan van een derde land illegaal heeft ****.

Artikel 3 **** artikel 3 behoeft geen bijzondere commentaar.

Dit is het onderwerp van dit ontwerp van koninklijk besluit.

We hebben de eer te zijn, ****, van Uwe ****, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De **** van Justitie, ****. ****. **** **** **** van ****, Mevr. ****. DE **** **** **** voor **** en Migratie, ****. ****. DE ****

ADVIES 53.797/2/**** VAN 7 AUGUSTUS 2013 VAN DE RAAD VAN STATE, AFDELING WETGEVING, OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT `TOT VASTLEGGING VAN DE FORFAITAIRE VERGOEDING BEDOELD IN ARTIKEL 13, TWEEDE LID VAN DE WET VAN 30 APRIL 1999 BETREFFENDE DE TEWERKSTELLING VAN BUITENLANDSE WERKNEMERS, EN VAN DE BETALING VAN DE **** VAN DE ILLEGAAL **** VREEMDELING' Op 19 juli 2013 is de **** van ****, afdeling Wetgeving, door de **** voor **** en Migratie, **** **** en ****, toegevoegd aan de **** van **** verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot vastlegging van de forfaitaire vergoeding bedoeld in artikel 13, tweede lid van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, en van de betaling van de **** van de illegaal **** vreemdeling'.

Het ontwerp is door de tweede vakantie kamer onderzocht op 7 augustus 2013.

De kamer was samengesteld uit **** ****, ****, **** **** en **** ****, staatsraden, **** ****, assessor, en **** ****, griffier.

**** verslag is opgesteld door **** ****, eerste auditeur.

De overeenstemming tussen de **** en de **** tekst van het advies is nagezien onder toezicht van **** ****.

**** advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 7 augustus 2013.

Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de **** van State, zoals het is vervangen bij de wet van 2 april 2003, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande ****.

Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.

**** van het ontwerp 1. De rechtsgrond van het ontworpen koninklijk besluit is te vinden in artikel 13, tweede lid, van de wet 30 april 1999 `betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers'. In de aanhef dient bijgevolg het tweede lid aangepast te worden, terwijl het eerste en het derde lid dienen te vervallen. 2. Artikel 13, tweede lid, van de voornoemde wet van 30 april 1999 luidt als volgt : « De **** bepaalt jaarlijks [de forfaitaire vergoeding voor de kosten van huisvesting, verblijf en gezondheidszorg van de illegaal **** buitenlandse werknemers en van de leden van hun gezin die onwettig in **** verblijven] op basis van de gemiddelde kostprijs van twee jaar voordien, aangepast aan het indexcijfer der ****." Volgens het ontwerp van verslag aan de **** bedroeg de gemiddelde dagelijkse kostprijs van huisvesting, verblijf en gezondheidszorg van een vreemdeling vastgehouden in een gesloten centrum 180 **** in 2011 (1).

In het verslag aan de **** dat voorafgaat aan het koninklijk besluit van 20 september 2012 `tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 januari 1993 tot bepaling van de nadere regels voor de terugbetaling van de kosten van huisvesting, verblijf en **** bedoeld in artikel 74/4, §§ 3 en 4, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, en het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen' wordt evenwel aangegeven dat die gemiddelde dagelijkse kostprijs 179,75 **** bedroeg in 2010 en 195,74 **** in 2011 (2).

**** moeten artikel 1 van het ontworpen koninklijk besluit en het ontwerp van verslag aan de **** opnieuw onderzocht worden in het licht van deze opmerking.

De griffier, ****. **** **** voorzitter, ****. **** _______ Nota's (1) Volgens het advies van de inspecteur van **** van 23 januari 2013 bedroeg die gemiddelde dagelijkse kostprijs 180 **** in 2010.(2) Belgisch **** van 1 oktober 2012, 2**** editie, 60350. 15 DECEMBER 2013. - **** besluit tot vastlegging van de forfaitaire vergoeding bedoeld in artikel 13, tweede lid van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, en van de betaling van de **** van de illegaal **** vreemdeling ****, **** der ****, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze ****.

Gelet op de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, artikelen 3bis en 74/4, §§ 3 en 4;

Gelet op de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, artikel 13, tweede lid;

Overwegende de **** 2009/52/EG van het **** **** en de **** van 18 juni 2009 tot vaststelling van minimumnormen inzake sancties en maatregelen tegen werkgevers van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen, artikel 5, § 2, ****);

Gelet op het advies van de **** van Financiën, gegeven op 23 januari 2013;

Gelet op de akkoordbevinding van de **** voor Begroting, gegeven op 10 juli 2013;

Gelet op het advies **** 53.797/2/**** van de **** van State, gegeven op 7 augustus 2013 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de **** van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

**** voordracht van de **** van Justitie, de **** van **** en de **** voor **** en Migratie, **** **** besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De forfaitaire vergoeding voor de kosten van huisvesting, verblijf en gezondheidszorg van de buitenlandse werknemers die illegaal **** zijn en van de leden van hun gezin die onwettig in **** verblijven, wordt vastgesteld voor het jaar 2013, op 190 ****.

Art. 2.**** een **** wordt opgestart, worden de **** van de illegaal **** buitenlandse werknemer bij zijn werkgever, gevorderd.

Art. 3.**** minister bevoegd voor de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen en de minister bevoegd voor werk zijn, ieder wat haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te ****, op 15 december 2013.

**** **** **** : De **** van Justitie, ****. ****. **** **** **** van ****, Mevr. ****. DE **** **** **** voor **** en Migratie, ****. ****. DE ****

^