11 JULI 2021. - Koninklijk besluit houdende de toekenning van een eenmalige COVID-toelage voor het verpleegkundig personeel van de buitendiensten van het directoraat-generaal van de penitentiaire inrichtingen

FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de Grondwet, de artikelen 37 en 102, tweede lid;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 26 maart 2021;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, d.d. 7 april 2021;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken, d.d. 23 april 2021;

Gelet op het protocol nr. 505 van 19 mei 2021 van het Sectorcomité III - Justitie;

Gelet op de vrijstelling van de regelgevingsimpactanalyse, bedoeld in artikel 8, § 1, 4°, van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;

Gelet op advies 69.476/1 van de Raad van State, gegeven op 30 juni 2021, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende het koninklijk besluit van 13 juli 2017Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/07/2017 pub. 19/07/2017 numac 2017040352 bron federale overheidsdienst beleid en ondersteuning Koninklijk besluit tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt sluiten tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt, artikelen 4 en 38 tot 41;

Overwegende dat de COVID-pandemie bijkomend en op uitzonderlijke en langdurige wijze de werkbelasting van het verpleegkundig personeel in de gevangenissen heeft verzwaard doordat zij bovenop hun gewoonlijk takenpakket bijkomende verpleegkundige en gedelegeerde medische handelingen dienden te stellen in het kader van de detectie, behandeling en opvolging van COVID-19 besmettingen binnen de gedetineerdenpopulatie;

Overwegende dat de toekenning van deze toelage kadert in de erkentelijkheid van de overheid ten aanzien van het verplegend personeel van de gevangenissen voor hun inspanningen tijdens de COVID-19 pandemie;

Op de voordracht van de Minister van Justitie en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluitdient onder "personeelsleden" te worden verstaan de ambtenaren, de stagiairs en de contractuele personeelsleden, zoals gedefinieerd door artikel 2, eerste lid, 8°, 9° en 10°, van het koninklijk besluit van 13 juli 2017Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/07/2017 pub. 19/07/2017 numac 2017040352 bron federale overheidsdienst beleid en ondersteuning Koninklijk besluit tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt sluiten.

Art. 2.Een eenmalige toelage van 500 euro wordt toegekend aan het personeelslid van de buitendiensten van het directoraat-generaal penitentiaire inrichtingen : 1° met de graad van medisch penitentiair technisch deskundige of penitentiair verpleegassistent;2° dat ten minste 100 dagen effectief heeft gepresteerd tijdens de COVID-19 pandemie, van 18 maart 2020 tot 31 mei 2021. Het in het eerste lid bedoelde bedrag van 500 euro is gekoppeld aan de index 107,20. Het komt niet in aanmerking voor de indexeringsregeling.

In afwijking van artikel 4, eerste lid, 2°, en tweede lid, van het koninklijk besluit van 13 juli 2017Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/07/2017 pub. 19/07/2017 numac 2017040352 bron federale overheidsdienst beleid en ondersteuning Koninklijk besluit tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt sluiten tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt wordt de toelage niet op evenredige wijze beperkt als de bezoldiging niet voltijds of tijdens de hele referentieperiode betaald werd.

Art. 3.De minister bevoegd voor Justitie is belast met de tenuitvoerlegging van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 11 juli 2021.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE