gepubliceerd op 04 december 2003
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 januari 1991 waarbij aan bepaalde personeelsleden van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Openbaar Ambt toegang tot het Rijksregister van de natuurlijke personen en machtiging tot het gebruik van het identificatienummer van dat register worden verleend
9 NOVEMBER 2003. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 januari 1991 waarbij aan bepaalde personeelsleden van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Openbaar Ambt toegang tot het Rijksregister van de natuurlijke personen en machtiging tot het gebruik van het identificatienummer van dat register worden verleend
VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het ontwerp van besluit dat wij de eer hebben aan Uwe Majesteit ter ondertekening voor te leggen, strekt ertoe het koninklijk besluit van 29 januari 1991 waarbij aan bepaalde personeelsleden van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Openbaar Ambt toegang tot het Rijksregister van de natuurlijke personen en machtiging tot het gebruik van het identificatienummer van dat register worden verleend, te wijzigen.
De rechtsgrond van het ontworpen besluit wordt gevormd door de artikelen 5, eerste lid, en 8 van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen.
Deze wijziging heeft als doel ambtenaren van niveau B van de « voetbalcel » van de Algemene Directie van de Algemene Rijkspolitie, voortaan benoemd « Algemene Directie Veiligheids- en preventiebeleid », te machtigen toegang te hebben tot de informatiegegevens van het Rijksregister van de natuurlijke personen en het identificatienummer ervan te gebruiken.
Deze aanvraag tot machtiging wordt gemotiveerd door redenen van efficiëntie en van goede werking van de dienst.
Het is immers in de praktijk gebleken dat in talrijke openstaande dossiers inzake administratieve boeten binnen de « voetbalcel » ten laste van supporters die inbreuken gepleegd hebben op de wet van 21 december 1998 betreffende de veiligheid bij voetbalwedstrijden, briefwisseling wordt teruggestuurd door de diensten van de Post omwille van verhuizing van de betrokkenen, en dit in eender welk stadium van de procedure, wat schade aan het goede verloop berokkent en ertoe bijdraagt dat het doel niet wordt bereikt.
Het is bijgevolg aangewezen dat de « voetbalcel » de adressen zou kunnen controleren, bijvoorbeeld vooraleer een beslissing inzake administratieve boeten te betekenen.
Welnu, de personeelsleden belast met het beheer van dit soort dossiers binnen de « voetbalcel », zijn personeelsleden van niveau B. De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer heeft een gunstig advies uitgebracht op 27 maart 2003.
De Raad van State heeft zijn advies nr. 35.609/2 uitgebracht op 2 juli 2003.
Er werd rekening gehouden met de opmerkingen geformuleerd door de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levensfeer en door de Raad van State.
Wij hebben de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeergetrouwe dienaars, De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX
ADVIES 35.609/2 VAN DE AFDELING WETGEVING VAN DE RAAD VAN STATE De Raad van State, afdeling wetgeving, tweede kamer, op 18 juni 2003 door de Minister van Binnenlandse Zaken verzocht hem, binnen een termijn van ten hoogste dertig dagen, van advies te dienen over een ontwerp van koninklijk besluit "tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 januari 1991 waarbij aan bepaalde personeelsleden van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Openbaar Ambt toegang tot het Rijksregister van de natuurlijke personen en machtiging tot het gebruik van het identificatienummer van dat register worden verleend", heeft op 2 juli 2003 het volgende advies gegeven : Rekening houdend met het tijdstip waarop dit advies gegeven wordt, vestigt de Raad van State de aandacht op het feit dat, wegens het ontslag van de regering, de bevoegdheid van deze laatste beperkt is tot het afhandelen van de lopende zaken. Dit advies wordt evenwel gegeven zonder dat wordt nagegaan of dit ontwerp in die beperkte bevoegdheid kan worden ingepast, aangezien de afdeling wetgeving geen kennis heeft van het geheel van de feitelijke gegevens welke de regering in aanmerking kan nemen als zij te oordelen heeft of het vaststellen of wijzigen van een verordening noodzakelijk is.
De adviesaanvraag is gegrond op artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, zoals die bepaling vervangen is bij de wet van 2 april 2003. De afdeling wetgeving beperkt zich derhalve tot het onderzoek van de bevoegdheid van de steller van de handeling, van de rechtsgrond, alsmede van de vraag of aan de voorgeschreven vormvereisten is voldaan, zoals toegestaan is krachtens artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten.
Rechtsgrond Wil het ontworpen koninklijk besluit in rechte aanvaardbaar blijven, dan moet het overeenkomstig artikel 19, § 3, eerste lid, van de wet van 25 maart 2003 tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen en van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, ter ondertekening worden voorgelegd aan de Koning vóór de aanwijzing van de leden van het sectoraal comité van het Rijksregister, opgericht binnen de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Daarna komt het de Koning immers niet meer toe zo een besluit goed te keuren.
De kamer was samengesteld uit : De heren : Y. Kreins, kamervoorzitter, J. Jaumotte, Mevr. M. Baguet, staatsraden;
B. Vigneron, griffier.
Het verslag werd uitgebracht door de heer M. Joassart, adjunct-auditeur. De nota van het Coördinatiebureau werd opgesteld en toegelicht door de heer Y. Chauffoureaux, adjunct-referendaris. De overeenstemming tussen de Nederlandse en de Franse tekst werd nagezien onder toezicht van de heer J. Jaumotte.
De griffier, B. Vigneron.
De voorzitter, Y. Kreins.
ADVIES NR. 17/2003 VAN 27 MAART 2003 Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 januari 1991 waarbij aan bepaalde personeelsleden van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Openbaar Ambt toegang tot het Rijksregister van de natuurlijke personen en machtiging tot het gebruik van het identificatienummer van dat register worden verleend.
De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, Gelet op de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, inzonderheid op artikel 29;
Gelet op de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, inzonderheid op de artikelen 5 en 8;
Gelet op het verzoek om advies van de Minister van Binnenlandse Zaken, door de Commissie ontvangen op 11 oktober 2002;
Gelet op het verslag van de heer S. Mertens de Wilmars, brengt op 27 maart 2003 het volgende advies uit : I. Onderwerp van het verzoek : Het ontwerp van koninklijk besluit dat voor advies aan de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer (de Commissie) wordt voorgelegd, strekt ertoe de ambtenaren van niveau B die onder de "voetbalcel" vallen, toegang te verlenen tot de gegevens bedoeld in artikel 3, eerste lid, 1° tot 9° en tweede lid van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen (RR).
II. Voorafgaande feiten : Het ontwerp-besluit dat voor advies aan de Commissie wordt voorgelegd is een wijziging van het koninklijk besluit van 29 januari 1991 waarbij aan bepaalde personeelsleden van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Openbaar Ambt toegang wordt verleend tot het Rijksregister van de natuurlijke personen, alsmede machtiging tot het gebruik van het identificatienummer van dat register.
Met betrekking tot de "voetbalcel" verleent dit besluit de ambtenaren van niveau 1 van de in artikel 1, 2° bedoelde besturen toegang.
De Raadgevende Commissie heeft op 15 december 1988 advies uitgebracht over dit besluit van 29 januari 1991.
III. Bespreking : Krachtens het ontwerp-besluit worden geen nieuwe verwerkingen ingevoerd, maar worden de toegang tot de gegevens van het Rijksregister van de natuurlijke personen en het gebruik van het identificatienummer van het register uitgebreid tot een andere categorie van personen, die uitsluitend van deze cel deel uitmaken.
In het Verslag aan de Koning wordt verduidelijkt dat de dossiers inzake administratieve boeten leiden tot problemen inzake het beheer ervan omdat de adressen in deze dossiers niet altijd correct zijn, alsmede dat deze dossiers worden beheerd door ambtenaren van niveau B. Het ontwerp-besluit voorziet erin dat de toegang tot het Rijksregister wordt toegekend aan de ambtenaren van niveau B [...] die uit hoofde van hun ambt met name en schriftelijk worden aangewezen door de Minister onder wiens bevoegdheid zij vallen.
De finaliteit en de proportionaliteit van de bedoelde verwerking worden nageleefd.
De commissie wijst op haar wens te beschikken over de naamlijst van de ambtenaren aan wie voornoemde machtigingen zijn verleend.
Om deze redenen, brengt de Commissie een positief advies uit.
De secretaris, J. Baret.
De voorzitter, P. Thomas.
9 NOVEMBER 2003. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 januari 1991 waarbij aan bepaalde personeelsleden van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Openbaar Ambt toegang tot het Rijksregister van de natuurlijke personen en machtiging tot het gebruik van het identificatienummer van dat register worden verleend ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, inzonderheid op artikel 5, eerste lid, gewijzigd bij de wet van 19 juli 1991, en op artikel 8, gewijzigd bij de wet van 15 januari 1990;
Overwegende dat de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, inzonderheid artikel 4, vervangen bij de wet van 11 december 1998, van toepassing is;
Gelet op het koninklijk besluit van 29 januari 1991 waarbij aan bepaalde personeelsleden van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Openbaar Ambt toegang tot het Rijksregister van de natuurlijke personen en machtiging tot het gebruik van het identificatienummer van dat register worden verleend;
Overwegende dat het koninklijk besluit van 5 november 2002 tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 maart 1999 tot vaststelling van de regels voor de administratieve procedure ingevoerd bij wet van 21 december 1998 betreffende de veiligheid bij voetbalwedstrijden van toepassing is;
Gelet op het advies nr. 17/2003 van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, gegeven op 27 maart 2003;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 16 april 2003;
Gelet op het besluit van de Ministerraad over het verzoek aan de Raad van State om advies te geven binnen een termijn van één maand;
Gelet op advies nr. 35.609/2 van de Raad van State, gegeven op 2 juli 2003, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en van Onze Minister van Justitie, en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 1, eerste lid, 2°, c), van het koninklijk besluit van 29 januari 1991 waarbij aan bepaalde personeelsleden van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Openbaar Ambt toegang tot het Rijksregister van de natuurlijke personen en machtiging tot het gebruik van het identificatienummer van dat register worden verleend, worden de woorden « Algemene Directie van de Algemene Rijkspolitie » vervangen door de woorden « Algemene Directie Veiligheids- en preventiebeleid ».
Art. 2.Het artikel 1, eerste lid, 3°, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « 3° de ambtenaren van niveau A die onder de bevoegdheid behoren tot de onder 2°, a), b), c) en d) genoemde besturen, evenals de ambtenaren van niveau B die onder de « voetbalcel » vallen van het onder 2°, d) genoemde bestuur, en die daartoe uit hoofde van hun ambt met name en schriftelijk worden aangewezen door de Minister onder wiens bevoegdheid zij vallen. »
Art. 3.Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Onze Minister van Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 9 november 2003.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX