Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 09 december 1998
gepubliceerd op 29 december 1998

Koninklijk besluit tot regeling van het onderzoek van ongevallen en incidenten in de burgerluchtvaart

bron
ministerie van verkeer en infrastructuur
numac
1998014333
pub.
29/12/1998
prom.
09/12/1998
ELI
eli/besluit/1998/12/09/1998014333/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

9 DECEMBER 1998. - Koninklijk besluit tot regeling van het onderzoek van ongevallen en incidenten in de burgerluchtvaart


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Verdrag inzake de internationale burgerlijke luchtvaart, ondertekend te Chicago op 7 december 1944 en goedgekeurd bij de wet van 30 april 1947, inzonderheid op bijlage 13;

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, ondertekend te Rome op 25 maart 1957 en goedgekeurd bij de wet van 2 december 1957, inzonderheid op artikel 84, lid 2, gewijzigd bij de Europese Akte van 17 en 28 februari 1986, goedgekeurd bij de wet van 7 augustus 1986;

Gelet op de Richtlijn 94/56/EG van de Raad van 21 november 1994 houdende vaststelling van de grondbeginselen voor het onderzoek van ongevallen en incidenten in de burgerluchtvaart;

Gelet op de wet van 27 juni 1937 houdende herziening van de wet van 16 november 1919 betreffende de regeling der luchtvaart, inzonderheid op artikel 5;

Overwegende dat de Gewestregeringen werden betrokken bij het ontwerpen van dit besluit;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3 § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1986;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door artikel 12 van de Richtlijn 94/56/EG die bepaalt dat de Lid-Staten de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking doen treden om uiterlijk op 21 november 1996 aan deze richtlijn te voldoen.

Overwegende dat de Commissie van de Europese Unie, op 16 maart 1998, een met redenen omkleed advies heeft gericht aan het Koninkrijk België krachtens artikel 169 EG-Verdrag betreffende de niet omzetting van Richtlijn 94/56/EG;

Gelet op het advies van de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Vervoer, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit hebben de hieronder aangegeven termen en uitdrukkingen volgende begripsbepalingen : 1° Ongeval : een met het gebruik van een luchtvaartuig verband houdend voorval dat plaatsvindt tussen het tijdstip waarop een persoon zich aan boord begeeft met het voornemen een vlucht uit te voeren en het tijdstip waarop alle personen die zich met dit voornemen aan boord hebben begeven, zijn uitgestapt, en waarbij : a) een persoon dodelijk of ernstig gewond raakt als gevolg van : - het zich in het luchtvaartuig bevinden, of - direct contact met een onderdeel van het luchtvaartuig, inclusief onderdelen die van het luchtvaartuig zijn losgeraakt, of - directe blootstelling aan de uitlaatstroom van de reactoren, behalve wanneer de letsels een natuurlijke oorzaak hebben, door de persoon zelf of door anderen zijn toegebracht, of wanneer de letsels verstekelingen treffen die zich buiten de normale voor de passagiers en het personeel bedoelde ruimten ophouden;of b) het luchtvaartuig schade of een structureel defect oploopt : - waardoor afbreuk wordt gedaan aan zijn soliditeit, prestaties of vluchtkenmerken en - die normaliter ingrijpende herstelwerkzaamheden of vervanging van het getroffen onderdeel noodzakelijk zouden maken, behalve wanneer het gaat om motorstoring of motorschade en de schade beperkt is tot de motor, de motorkap of motoronderdelen, dan wel om schade die beperkt is tot de propellers, de vleugelpunten, de antennes, de banden, de remmen, de stroomlijnkappen of tot deukjes of gaatjes in de vliegtuighuid, of c) het luchtvaartuig vermist wordt of volledig onbereikbaar is.2° Ernstig letsel : Elk door een persoon bij een ongeval opgelopen letsel dat : a) opneming in een ziekenhuis gedurende meer dan 48 uur vereist, welke aanvangt binnen zeven dagen na het oplopen van het letsel of b) de breuk van een bot tot gevolg heeft, uitgezonderd enkelvoudige breuken van vingers, tenen of de neus of c) gepaard gaat met scheurwonden die ernstige bloedingen of beschadigingen van een zenuw, een spier of een pees veroorzaken of d) gepaard gaat met letsel aan een inwendig orgaan of e) gepaard gaat met tweedegraads of derdegraads brandwonden of brandwonden over meer dan 5 % van het lichaamsoppervlak, of f) gepaard gaat met geconstateerde blootstelling aan besmettelijke stoffen of schadelijke straling.3° Dodelijk letsel : Elk door een persoon bij een ongeval opgelopen letsel dat binnen 30 dagen na de dag van het ongeval de dood tot gevolg heeft.4° Oorzaken : Handelingen, verzuimen, gebeurtenissen, omstandigheden of een combinatie daarvan, die tot het ongeval of incident hebben geleid.5° Onderzoek : De met het oog op de preventie van ongevallen en incidenten verrichte handelingen, omvattende het verzamelen en analyseren van inlichtingen, het overzicht van de conclusies, het bepalen van de oorzaken en, zo nodig, het doen van veiligheidsaanbevelingen.6° Aangewezen onderzoeker : De persoon die op grond van zijn kwalificaties met de organisatie en de uitvoering van en het toezicht op een onderzoek is belast.7° Vluchtrecorder : Elk soort ter vergemakkelijking van onderzoeken van ongevallen en incidenten in het luchtvaartuig geïnstalleerd registratietoestel.8° Onderneming : Iedere natuurlijke persoon, iedere rechtspersoon met of zonder winstoogmerk, of ieder overheidslichaam met of zonder rechtspersoonlijkheid.9° Exploitant : Persoon, organisatie of onderneming die een of meer luchtvaartuigen exploiteert of voornemens is te exploiteren.10° Incident : Een voorval, met uitzondering van een ongeval, verband houdende met het functioneren van een luchtvaartuig, dat afbreuk doet of zou kunnen doen aan veilige vluchtuitvoering.11° Ernstig incident : Een incident dat zich voordoet onder omstandigheden die erop wijzen dat bijna een ongeval heeft plaatsgevonden.12° Veiligheidsaanbeveling : Een voorstel van de onderzoeksinstantie van de Staat die het technisch onderzoek heeft verricht, op basis van uit dit onderzoek voortvloeiende informatie, met de bedoeling ongevallen en incidenten te voorkomen.13° Gevolmachtigd vertegenwoordiger : Persoon die op grond van zijn kwalificaties door een Staat is aangeduid om deel te nemen aan een door een andere Staat geleid onderzoek.14° Adviseur : Persoon die, op grond van zijn kwalificaties, door een Staat is aangesteld om zijn gevolmachtigd vertegenwoordiger bij een onderzoek bij te staan.

Art. 2.Bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur wordt een autonome cel opgericht voor onderzoek van luchtvaartongevallen en -incidenten, met als enig oogmerk in de toekomst ongevallen en incidenten in de luchtvaart te voorkomen door na te gaan welke de oorzaken ervan zijn.

Deze cel is functioneel onafhankelijk, met name van de diensten van het bestuur van de luchtvaart welke verantwoordelijk zijn voor de luchtwaardigheid, de certificering, de vluchtuitvoering, het onderhoud, de afgifte van vergunningen, en over het algemeen van elke andere partij waarvan de belangen strijdig zouden kunnen zijn met de taken die haar zijn toevertrouwd.

Art. 3.De cel voor onderzoek van ongevallen en incidenten moet zijn onderzoeken volledig onafhankelijk kunnen uitvoeren. De aangewezen onderzoekers, de experten, de gevolmachtigde vertegenwoordigers en hun adviseurs mogen, bij de uitvoering van hun opdracht, van geen enkele overheid bevelen ontvangen.

Art. 4.§ 1. De cel omvat ten minste de aangewezen onderzoeker. Deze cel kan beroep doen op experten door zich tot om het even welke bron te wenden. Deze laatste kunnen, zoals de aangewezen onderzoeker van de voorrechten bedoeld in artikel 6 § 2 genieten. De aangewezen onderzoeker brengt verslag uit bij de Minister die met het bestuur van de luchtvaart is belast of bij zijn gemachtigde. § 2. Naargelang de ernst van het ongeval of het incident neemt de Secretaris-generaal de gepaste maatregelen om het team, bedoeld onder § 1 te versterken. § 3. De Minister belast met het bestuur van de luchtvaart of zijn gemachtigde duidt de aangewezen onderzoeker aan.

Art. 5.Het onderzoek omvat het verzamelen, de registratie en de analyse van alle ter zake dienende inlichtingen die beschikbaar zijn en, indien mogelijk, de vaststelling van de oorzaken en het opstellen van het eindverslag, indien nodig gevolgd door veiligheidsaanbevelingen.

Art. 6.§ 1. Over ieder onderzoek van een ongeval wordt een rapport opgesteld in een bij de aard en de ernst van het ongeval passende vorm. In dit rapport wordt het in artikel 2 genoemde exclusieve doel van het onderzoek vermeld en het behelst, zo nodig, veiligheidsaanbevelingen. Het bevestigt bovendien de getrouwe weergave van de bevindingen van de cel voor onderzoek, die haar taak in volle onafhankelijkheid heeft uitgevoerd. § 2. De cel voor onderzoek maakt het eindrapport zo snel mogelijk openbaar. Hij poogt zulks binnen de twaalf maanden na de datum van het ongeval te doen.

Art. 7.§ 1. Over ieder onderzoek van een ernstig incident wordt een rapport opgesteld in een bij de aard en de ernst van het incident passende vorm. Het rapport behelst, zo nodig, relevante veiligheidsaanbevelingen. Het rapport beschermt de anonimiteit van de bij het incident betrokken personen. § 2. Het rapport wordt openbaar gemaakt onder degenen die op veiligheidsgebied met de conclusies hun voordeel zouden kunnen doen.

Art. 8.§ 1. De door de gerechtelijke overheden aangewezen expert zal, voor zover zijn ambtelijke taak het toestaat, aan de aangewezen onderzoeker zijn medewerking verlenen opdat deze laatste zijn taak zo efficiënt mogelijk en binnen een zo kort mogelijke termijn kan volbrengen. § 2. Binnen de grenzen van het in artikel 2 genoemde doel van het onderzoek, zijn de aangewezen onderzoekers met name tot het volgende gemachtigd : a) de vrije toegang tot de plaats van het ongeval of incident evenals tot het toestel, de inhoud ervan of het wrak;b) het onmiddellijk verzamelen van aanwijzingen en het onder toezicht meenemen van wrakstukken en onderdelen voor onderzoek- en analysedoeleinden;c) onmiddellijke toegang tot de inhoud van de vluchtrecorders en van elk ander geregistreerd gegeven evenals tot de verwerking van deze elementen;d) toegang tot de resultaten van onderzoeken of op de lichamen van de slachtoffers genomen monsters;e) onmiddellijke toegang tot de resultaten van onderzoek en monsters genomen op de personen die betrokken zijn bij de exploitatie van het luchtvaartuig;f) het horen van getuigen;g) vrije toegang tot alle relevante informatie die in het bezit is van de eigenaar, de exploitant of de constructeur van het luchtvaartuig en van de luchtvaartoverheden, de autoriteiten van de luchthaven en van het luchtverkeer.

Art. 9.Bij een ongeval of wanneer er zich op het Belgisch grondgebied een ernstig incident voordoet met een luchtvaartuig, wordt er onmiddellijk een onderzoek geopend naar de omstandigheden waarin dat ongeval of dat incident heeft plaatsgehad. De aangewezen onderzoeker is verantwoordelijk voor de leiding van het onderzoek maar kan de uitvoering ervan geheel of gedeeltelijk toevertrouwen aan de Staat waar het luchtvaartuig is ingeschreven of aan de Staat van de exploitant.

Art. 10.Indien buiten het nationaal grondgebied ongevallen of ernstige incidenten plaatshebben waarbij Belgische luchtvaartuigen betrokken zijn of die door Belgen geëxploiteerd worden, of waarbij een aanzienlijk aantal Belgen een ernstig letsel opliepen, kan een gevolmachtigd vertegenwoordiger aangeduid worden om aan het onderzoek deel te nemen. Eén of meerdere adviseurs kunnen aan hem toegevoegd worden om hem bij te staan tijdens dat onderzoek.

Art. 11.Wanneer een onderzoek loopt buiten het Belgisch grondgebied, moeten de gevolmachtigde vertegenwoordiger en zijn adviseurs aan de Staat die het onderzoek leidt alle ter zake dienende inlichtingen waarover ze beschikken overmaken, en mogen zij, zolang het onderzoek niet afgesloten is, geen inlichtingen verstrekken omtrent het verloop en de elementen van het onderzoek, tenzij met de formele instemming van de Staat die het onderzoek leidt.

Art. 12.De in de artikelen 5, 6 en 7 bedoelde rapporten en veiligheidsaanbevelingen worden verspreid door het bestuur van de luchtvaart aan de betrokken ondernemingen of nationale luchtvaartoverheden. Exemplaren ervan worden aan de Commissie van de Europese Unie en aan de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie toegezonden.

Art. 13.Gerechtelijke of disciplinaire stappen voor het vaststellen van fouten en aansprakelijkheden staan volledig los van het in uitvoering van de bepalingen van dit besluit verrichte onderzoek. Een veiligheidsaanbeveling vormt in geen geval een vermoeden van schuld of aansprakelijkheid voor een ongeval of incident.

Art. 14.Onze Minister van Vervoer is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 9 december 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Vervoer, M. DAERDEN

^