Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 08 mei 2018
gepubliceerd op 18 mei 2018

Koninklijk besluit tot vaststelling en uitkering van de bedragen van de vergoedingen voor de invoering van de functieklassificatie die is voorzien in het sociaal akkoord dat betrekking heeft op de federale gezondheidssector en dat op 25 oktober 2017 door de federale regering werd gesloten met de betrokken representatieve organisaties van de werkgevers en werknemers

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2018012118
pub.
18/05/2018
prom.
08/05/2018
ELI
eli/besluit/2018/05/08/2018012118/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

8 MEI 2018. - Koninklijk besluit tot vaststelling en uitkering van de bedragen van de vergoedingen voor de invoering van de functieklassificatie die is voorzien in het sociaal akkoord dat betrekking heeft op de federale gezondheidssector en dat op 25 oktober 2017 door de federale regering werd gesloten met de betrokken representatieve organisaties van de werkgevers en werknemers


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de programmawet van 2 januari 2001, inzonderheid artikel 59, tweede lid, 8°, en artikel 59quater;

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid artikel 191, eerste lid, 5° ter;

Gelet op het advies van de Commissie voor Begrotingscontrole van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, uitgebracht na de schriftelijke raadpleging gestart op 6 december 2017 en afgesloten op 8 december 2017;

Gelet op het advies van de Algemene Raad van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, uitgebracht na de schriftelijke raadpleging gestart op 14 december 2017 en afgesloten op 19 december 2017;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 23 januari 2018;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 30 maart 2018;

Gelet op artikel 8 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging, is dit besluit vrijgesteld van een regelgevingsimpactanalyse omdat het een formele beslissing betreft;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de bedragen bedoeld in dit besluit zo snel mogelijk aan de Fondsen voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten gestort moeten worden met het oog op de financiering van de maatregelen die vanaf 2017 worden ingevoerd; het is pas op het ogenblik dat deze bedragen zijn gestort, dat de Fondsen kunnen zorgen voor de verdeling ervan onder hun leden;

Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Vaststelling en bestemming van de bedragen voor 2017

Artikel 1.Voor de betaling van de vergoedingen voorzien in het sociaal akkoord van 25 oktober 2017 dat betrekking heeft op de federale gezondheidssector dat door de federale regering werd gesloten met de betrokken representatieve organisaties van de werkgevers en werknemers van de private sector, wordt voor het jaar 2017 een bedrag vastgesteld van 49.760.000 euro.

Dit bedrag wordt opgesplitst in: a) een bedrag van 3.300.000 euro ter ondersteuning van de Hr-diensten van de in het volgende lid vermelde werkgevers, om tegemoet te komen aan de bijkomende werklast die de implementatie van de functieklassificatie alsook de koppeling ervan aan de nieuwe barema's met zich zal brengen. b) een bedrag van 31.460.000 euro als tegemoetkoming onder de vorm van een eenmalige verhoging van het vaste gedeelte van de eindejaarspremie voor de werknemers, tewerkgesteld bij de in het volgende lid vermelde werkgevers. c) een bedrag van 15.000.000 euro dat als buffer kan worden aangewend indien de structurele financiering die in dit besluit wordt voorzien ontoereikend zou zijn.

De onder a), b) en c) van vorig lid vermelde bedragen worden onder de vorm van een tegemoetkoming verdeeld aan: a) de ziekenhuizen die onderworpen zijn aan de wet op de ziekenhuizen met uitsluiting van de zorgvoorziening voor gezondheidszorg als vermeld in artikel 5, § 1, I, eerste lid, 3° en 4°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen waarin passende zorg wordt aangeboden aan patiënten van wie de gezondheidstoestand de opname of het verblijf vereisen, met als doel de gezondheidstoestand te herstellen of te verbeteren door de ziekte te bestrijden of de patiënt te revalideren, b) de forensisch psychiatrische centra c) de centra voor begeleiding bij ongewenste zwangerschap, de pediatrische revalidatiecentra en de inrichtingen voor kinderen met neurologische en psychiatrische stoornissen, waarmee het Verzekeringscomité van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (Riziv) op voorstel van het College van geneesheren directeurs, in uitvoering van artikel 22, 6° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, een overeenkomst heeft afgesloten, met uitsluiting van de centra voor long term care revalidatie als vermeld in artikel 5, § 1, I, eerste lid, 5° van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen d) de diensten voor thuisverpleging e) de wijkgezondheidscentra f) de diensten van het bloed van het Rode Kruis van België.

Art. 2.De in artikel 1 bedoelde bedragen worden door het Riziv gestort aan het Fonds Sociale Maribel voor gezondheidsinrichtingen- en diensten 330 op voorwaarde dat voor de aanwending van deze bedragen een collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten. Deze bedragen worden ten laste gelegd van het budget van de administratiekosten van 2017 van het Riziv.

Art. 3.De in artikel 1, a) en b) bedoelde bedragen worden door het Fonds verdeeld over de werkgevers pro rata het aantal werknemers bij elk van deze werkgevers.

Art. 4.Uiterlijk op 31 januari 2019 maakt het Fonds een rapport over aan het Riziv waarin de aanwending van deze middelen zoals vermeld in artikel 1, a) en b) zijn toegelicht en waaraan een lijst is gevoegd met het detail van het gestorte bedrag per werkgever.

Art. 5.Het in artikel 1, c) bedoelde bedrag van 15.000.000 euro kan door het Fonds als buffer worden aangewend onder de volgende modaliteiten: a) indien uit de rapportering van de invoering van sectorale functieklassificatie zoals die is afgesproken in een collectieve arbeidsovereenkomst blijkt dat het in het sociaal akkoord van 25 oktober 2017 ter beschikking gestelde budget afwijkt van de globale kost, zal het verschil aangerekend worden op deze buffer: i.indien de globale kost het ter beschikking gestelde budget overschrijdt, zal het hierdoor gecreëerde tekort vanuit de buffer vergoed worden aan de werkgevers, teneinde de onderfinanciering te compenseren; ii. indien de globale kost lager of gelijk is dan/aan het ter beschikking gestelde budget, zal het eventueel resterende bedrag aangewend worden voor de volgende fase(n) van de implementatie, echter zonder de structurele bedragen zoals voorzien in het sociaal akkoord van 25 oktober 2017 te overschrijden. b) in geval van aanwending van deze buffer maakt het Fonds hierover binnen de 60 dagen een verslag over aan het Riziv en vermeldt het daarbij welke maatregelen zijn genomen om de uitgaven te beperken tot de ter beschikking gestelde bedragen. HOOFDSTUK 2. - Vaststelling en bestemming van de bedragen vanaf 2018

Art. 6.§ 1. Voor de betaling van de vergoedingen voorzien in het sociaal akkoord van 25 oktober 2017 dat betrekking heeft op de federale gezondheidssector dat door de federale regering werd gesloten met de betrokken representatieve organisaties van de werkgevers en werknemers van de private sector en van de publieke sector, worden vanaf 2018 voor de invoering van de functieklassificatie de volgende bedragen vastgesteld die verschuldigd zijn voor de in artikel 7 bedoelde werkgevers: a) in 2018 : i.6.334.573 euro voor de vergoeding van de invoering van sectorale functieklassificatie in de private sector; ii. 89.700 euro voor de vergoeding van de invoering van de functieklassificatie in de publieke sector. b) in 2019 i.7.801.815 euro voor de vergoeding van de invoering van sectorale functieklassificatie in de private sector; ii. 128.700 euro voor de vergoeding van de invoering van de functieklassificatie in de publieke sector. c) vanaf 2020 i.9.269.057 euro voor de vergoeding van de invoering van sectorale functieklassificatie in de private sector; ii. 167.700 euro voor de vergoeding van de invoering van de functieklassificatie in de publieke sector. § 2. De bedragen die zijn vermeld onder § 1 worden vanaf 1 januari 2019 elk jaar geïndexeerd volgens de bepalingen van het koninklijk besluit van 8 december 1997 tot bepaling van de toepassingsmodaliteiten voor de indexering van de prestaties in de regeling van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging.

Art. 7.Onder de werkgevers zoals bedoeld in artikel 6 worden bedoeld : a) de centra voor begeleiding bij ongewenste zwangerschap, de pediatrische revalidatiecentra en de inrichtingen voor kinderen met neurologische en psychiatrische stoornissen, waarmee het Verzekeringscomité van het Riziv op voorstel van het College van geneesheren directeurs, in uitvoering van artikel 22, 6° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, een overeenkomst heeft afgesloten, met uitsluiting van de centra voor long term care revalidatie als vermeld in artikel 5, § 1, I, eerste lid, 5° van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen;b) de forensisch psychiatrische centra;c) de diensten voor thuisverpleging;d) de wijkgezondheidscentra;e) de diensten van het bloed van het Rode Kruis van België.

Art. 8.De in artikel 6 bedoelde bedragen worden voor de private sector door het Riziv gestort aan het Fonds Sociale Maribel voor gezondheidsinrichtingen- en diensten 330.

De bedragen voor de publieke sector worden door het Riziv gestort aan Fonds Sociale Maribel van de Overheidssector.

Deze bedragen worden gestort tegen 30 juni van het betrokken kalenderjaar op voorwaarde dat voor de aanwending van deze bedragen een collectieve arbeidsovereenkomst of een protocol van akkoord is gesloten en dat het verslag zoals bedoeld in artikel 9 aan het Riziv is overgemaakt.

Deze bedragen worden ten laste gelegd van het budget van de administratiekosten van het Riziv.

Art. 9.Elk jaar, tegen 31 mei, maken de in het artikel 8 bedoelde fondsen een verslag over aan het Riziv waarin de aanwending van de middelen zoals vastgesteld in artikel 6 wordt toegelicht. De middelen die niet werden aangewend worden afgehouden van de stortingen die het Riziv doet in uitvoering van artikel 8.

Gegeven te Brussel, 8 mei 2018.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, M. DE BLOCK

^