gepubliceerd op 29 maart 2001
Koninklijk besluit tot vaststelling van het terbeschikkingstellingformatie van het administratieve personeel van het Secretariaat van de Korpschef en de Raad van het interfederaal Korps van de Inspectie van financiën
4 MAART 2001. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het terbeschikkingstellingformatie van het administratieve personeel van het Secretariaat van de Korpschef en de Raad van het interfederaal Korps van de Inspectie van financiën
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het koninklijk besluit van 28 april 1998 tot organisatie van het interfederaal Korps van de Inspectie van financiën, inzonderheid op artikel 16, tweede lid;
Gelet op het koninklijk besluit van 1 maart 1999 tot vaststelling van de personeelsformatie van het Ministerie van Financiën gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 maart 1999;
Overwegende dat de personeelsformatie bedoeld in dit besluit niet voorziet in nieuwe betrekkingen of loopbaanwijzigingen, doch interne maatregelen betreft omtrent de dienstorganisatie die geen bijzondere administratieve formaliteit vereisen;
Op de voordracht van Onze Minister van Begroting, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De administratieve personeelsformatie van het Secretariaat van de Korpschef en de Raad van het interfederaal Korps van de Inspectie van financiën wordt als volgt vastgesteld : Niveau 1 Attaché van financiën Eerste attaché van financiën . . . . . 1 Niveau 2 en 2+ Directiesecretaris Eerstaanwezend directiesecretaris Verificateur Eerstaanwezend verificateur Bestuursassistent Bestuurschef . . . . . 3
Art. 2.In de betrekkingen bedoeld in het artikel 1 zal worden voorzien door ter beschikkingstelling.
Kunnen ter beschikking worden gesteld, de statutaire ambtenaren die vastbenoemd zijn in een betrekking die met de hierboven vermelde graden op de personeelsformatie van het Ministerie van Financiën overeenkomt.
De Minister van Financiën en de Minister van Begroting wijzen in gezamenlijk akkoord de ter beschikking gestelde ambtenaren aan op voorstel van de Korpschef.
De ambtenaren die ter beschikking worden gesteld van het Secretariaat van de Korpschef en van de Raad van het interfederaal Korps van de Inspectie van financiën, kunnen in hun dienst van oorsprong niet worden vervangen.
Art. 3.De in artikel 2 bedoelde ambtenaren behouden in hun oorspronkelijke dienst hun aanspraken op bevordering, op wedde en op verhoging in de weddenschaal. De duur van de ter beschikkingstelling wordt beschouwd als een periode van dienstactiviteit.
Art. 4.De wedden van de in artikel 2 bedoelde ambtenaren zijn ten laste van de kredieten van het interfederaal Korps van de Inspectie van financiën.
Art. 5.Dit besluit treedt in werking de dag van de ondertekening ervan.
Art. 6.Onze Minister van Begroting is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 4 maart 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Begroting, J. VANDE LANOTTE