2 SEPTEMBER 2004. - Koninklijk besluit houdende hervorming van de bijzondere loopbanen van niveau 2 bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het koninklijk besluit van 3 april 1997 houdende maatregelen met het oog op de responsabilisering van de openbare instellingen van sociale zekerheid, met toepassing van artikel 47 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, in het bijzonder op artikel 21, gewijzigd bij de wetten van 12 augustus 2000, 2 januari 2001 en 30 december 2001;

Gelet op het koninklijk besluit van 24 januari 2002 houdende vaststelling van het statuut van het personeel van de openbare instellingen van sociale zekerheid, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 30 november 2003;

Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1973 tot vaststelling van het statuut van het personeel van sommige instellingen van openbaar nut, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 7 september 2003;

Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel van sommige instellingen van openbaar nut, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 5 september 2002;

Gelet op het koninklijk besluit van 6 mei 1998 betreffende de hiërarchische indeling van de bijzondere graden waarvan de ambtenaren van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening kunnen titularis zijn en tot vaststelling van de toegangsmodaliteiten tot sommige van deze graden, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 december 1998 en 25 juni 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 6 mei 1998 tot vaststelling van de weddenschalen verbonden aan de bijzondere graden van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 25 juni 1999, 4 december 2001 en 7 januari 2003;

Gelet op het koninklijk besluit van 5 september 2002 houdende hervorming van de loopbaan van sommige ambtenaren in de Rijksbesturen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 september 2003;

Gelet op het advies van de Directieraad van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, gegeven op 29 januari 2004;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, gegeven op 1 april 2004;

Gelet op het gemotiveerd advies van de Regeringscommissaris van Begroting, gegeven op 19 maart 2004;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 5 mei 2004;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 25 maart 2004;

Gelet op het protocol van 24 juni 2004 van het sectorcomité XX;

Gelet op het advies 37.501/1/V van de Raad van State, gegeven op 20 juli 2004, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Overwegende dat een radicale verandering van de oriëntatie in het personeelsbeleid één van de peilers van de hervorming van de federale overheidsdienst is en dat de modernisering van de loopbanen van de ambtenaren hiervan een essentieel element uitmaakt;

Overwegende dat de loopbanen van de gemene graden behorende tot de niveaus 4, 3, 2 en 2+ geherstructureerd werden door de bepalingen vervat in het koninklijk besluit van 5 september 2002 houdende hervorming van de loopbaan van sommige ambtenaren in de Rijksbesturen;

Overwegende dat die hervorming ook de integratie in de nieuwe gemene loopbanen vereist van de bijzondere graden in niveau 2 bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Integratie van de ambtenaren van niveau 2 in niveau C

Artikel 1.De volgende graden worden geschrapt bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening : - in rang 20 : controleur (afgeschafte graad); - in rang 22 : sectiechef.

Art. 2.§ 1. Bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening omvat het niveau C de afgeschafte graad van sectiechef. § 2. De ambtenaren die op 1 juni 2002 titularis zijn van de geschrapte graad van sectiechef, worden ambtshalve benoemd in de afgeschafte graad van sectiechef.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren benoemd krachtens het vorig lid, worden de diensten gepresteerd in de geschrapte graad van sectiechef in aanmerking genomen.

De anciënniteit verworven in niveau 2 wordt geacht verworven te zijn in niveau C.

Art. 3.§ 1. De weddenschaal verbonden aan de afgeschafte graad van sectiechef wordt vastgesteld als volgt : 19.567,64 - 28.743,63 3/1 x 267,31 2/2 x 356,34 2/2 x 712,64 10/2 x 623,61 (Kl. 20 j. - N. C - G. A) § 2. De geldelijke anciënniteit verworven door de in artikel 2, § 2, bedoelde ambtenaren wordt geacht verworven te zijn in de weddenschaal vermeld in § 1.

Art. 4.§ 1. De ambtenaren die op 1 juni 2002 titularis zijn van de geschrapte graad van controleur (afgeschafte graad), worden ambtshalve benoemd in de graad van administratief assistent. § 2. Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren benoemd krachten § 1, worden de diensten gepresteerd in de afgeschafte graad van controleur in aanmerking genomen.

De anciënniteit verkregen in niveau 2 wordt geacht verkregen te zijn in niveau C.

Art. 5.§ 1. De in artikel 4, § 1, bedoelde ambtenaren worden ingeschaald in de weddenschalen verbonden aan hun nieuwe graad overeenkomstig de bijlage 1 bij dit besluit. § 2. De door de in § 1 bedoelde ambtenaren verworven geldelijke anciënniteit wordt geacht verworven te zijn in de nieuwe weddenschaal.

Art. 6.In afwijking van artikel 5, § 1, behouden de ambtenaren ambtshalve benoemd in de graad van administratief assistent, voorheen bekleed met de geschrapte graad van controleur (afgeschafte graad) en voorheen begunstigde van de hierna vermelde weddenschaal, het voordeel van deze weddenschaal : 14.886,10 - 23.438,48 3/1 x 267,31 2/2 x 356,34 2/2 x 712,64 9/2 x 623,61 (Kl. 20 j. - N. 2 - G. A)

Art. 7.De in artikel 4, § 1, bedoelde ambtenaren voorheen begunstigde van de in het artikel 6 vermelde weddenschaal, bekomen, na afloop van de periode van 8 jaar gedurende dewelke ze de jaarlijkse competentietoelage verbonden aan competentiemeting 1 ontvangen hebben, de weddenschaal CA2.

Ze kunnen deelnemen aan competentiemeting 3. HOOFDSTUK II. - Wijziging van het koninklijk besluit van 6 mei 1998 betreffende de hiërarchische indeling van de bijzondere graden waarvan de ambtenaren van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening kunnen titularis zijn en tot vaststelling van de toegangsmodaliteiten tot sommige van deze graden

Art. 8.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 6 mei 1998 betreffende de hiërarchische indeling van de bijzondere graden waarvan de ambtenaren van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening kunnen titularis zijn en tot vaststelling van de toegangsmodaliteiten tot sommige van deze graden, wordt het woord « afdelingen » geschrapt.

Art. 9.Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 10.Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « Artikel 6 ». De beroepsbekwaamheidsproef waarvan sprake in artikel 3, 3°, wordt georganiseerd door Selor op verzoek van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening.

De deelname aan deze beroepsbekwaamheidsproef is beperkt tot tweemaal.

Het programma van deze beroepsbekwaamheidsproef, de organisatiemodaliteiten en de regels voor de samenstelling van de commissie, worden vastgesteld door SELOR met het akkoord van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. »

Art. 11.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 12.De tabel gevoegd bij hetzelfde besluit wordt vervangen door de tabel gevoegd als bijlage 2 bij dit besluit. HOOFDSTUK III. - Wijziging van het koninklijk besluit van 6 mei 1998 tot vaststelling van de weddenschalen verbonden aan de bijzondere graden van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening

Art. 13.In het koninklijk besluit van 6 mei 1998 tot vaststelling van de weddenschalen verbonden aan de bijzondere graden van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, worden opgeheven : 1° de artikelen 1 en 2, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 december 2001 en 7 januari 2003;2° de artikelen 6 en 7;3° het artikel 8;4° de artikelen 9 en 10. HOOFDSTUK IV. - Overgangs- en slotbepalingen

Art. 14.§ 1. De ambtenaren die titularis zijn van de afgeschafte graad van sectiechef of die laureaat zijn van de beroepsbekwaamheidsproef of van de beroepskwalificatieproef voor benoeming tot de geschrapte graad van sectiechef, ingericht of lopende op de datum van 1 juni 2002, worden vrijgesteld van de algemene proef van een vergelijkende selectie voor overgng naar de graad van adminisrtatief deskundige in niveau B bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. § 2. In afwijking van artikel 35, §§ 3 en 4, van het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de wedenschalen der aan verscheidene federale overheidsdiensten gemene graden kunnen de in § 1 bedoelde ambtenaren, die geslaagd zijn voor een vergelijkende selectie voor overgang naar de graad van administratief deskundige en die in deze graad worden benoemd, deelnemen aan competentiemeting 5.

Art. 15.De overgangsbepalingen van het artikel 226 en van het hoofdstuk V van het koninklijk besluit van 5 september 2002 houdende hervorming van de loopbaan van sommige ambtenaren in de Rijksbesturen zijn eveneens van toepassing op de ambtenaren van dit besluit.

Art. 16.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juni 2002, met uitzondering van : 1° de artikelen 8 en 13, 2° en 4°, die uitwerking hebben met ingang van 1 januari 2002;2° de artikelen 14 en 15, die uitwerking hebben met ingang van 26 september 2002;3° het artikel 13, 3°, dat uitwerking heeft met ingang van 1 december 2002.

Art. 17.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 2 september 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 2 september 2004 houdende hervorming van de bijzondere loopbanen van niveau 2 bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

Bijlage 2 bij het koninklijk besluit van 2 september 2004 houdende hervorming van de bijzondere loopbanen van niveau 2 bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening Hiërarchie van de bijzondere graden Alfabetische rangschikking van de Nederlandse benamingen : Niveau 1 In rang 10 : Adjunct-adviseur van de werkloosheid;

Adjunct-adviseur voor de werkgelegenheid;

In rang 13 : Adviseur van de werkgelegenheid;

Directeur.

Niveau 2+ In rang 26 : Assistent voor de werkgelegenheid;

In rang 28 : Eerstaanwezend assistent voor de werkgelegenheid.

Afgeschafte graad Niveau C Sectiechef Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 2 september 2004 houdende hervorming van de bijzondere loopbanen van niveau 2 bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE