gepubliceerd op 23 oktober 1998
Koninklijk besluit betreffende het aanhouden op rekening van gedematerialiseerde effecten bij internationale effectenclearingstelsels
1 OKTOBER 1998. - Koninklijk besluit betreffende het aanhouden op rekening van gedematerialiseerde effecten bij internationale effectenclearingstelsels
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 2 januari 1991 betreffende de markt van de effecten van de overheidsschuld en het monetair beleidsinstrumentarium, laatst gewijzigd bij de wet van 15 juli 1998 tot wijziging van sommige wettelijke bepalingen inzake financiële instrumenten en effectenclearingstelsels, inzonderheid op artikel 4;
Gelet op de wet van 22 juli 1991 betreffende de thesauriebewijzen en de depositobewijzen, laatst gewijzigd bij de wet van 15 juli 1998 tot wijziging van sommige wettelijke bepalingen inzake financiële instrumenten en effectenclearingstelsels, inzonderheid op artikel 7;
Gelet op de wetten van de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wet van 4 juli 1989;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 juni 1994 tot vaststelling van de regels van toepassing op het aanhouden op rekening van gedematerialiseerde effecten uitgedrukt in vreemde munten of in rekeneenheden andere dan ecu;
Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 1994 betreffende de effecten waarin de schuld van de Gemeenschappen en Gewesten wordt belichaamd;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de wet van 15 juli 1998 tot wijziging van sommige wettelijke bepalingen inzake financiële instrumenten en effectenclearingstelsels Ons toelaat om de door Ons aangeduide instellingen die rekeningen bijhouden of categorieën van instellingen die rekeningen bijhouden, de toestemming te verlenen om niet enkel bij het effectenclearingstelsel van de Nationale Bank van België, maar ook bij één of meerdere instellingen die rekeningen bijhouden in verband met het beheer van een internationaal effectenclearingstelsel, gedematerialiseerde effecten aan te houden binnen de voorwaarden die Wij bepalen;
Overwegende dat het, in het belang van de Belgische financiële plaats, erop aankomt om financiële bemiddelaars toe te laten met effecten in Belgische frank of in euro leveringen tegen betaling in vreemde munt uit te voeren, een praktijk die gangbaar geworden is op de internationale markten, doch onmogelijk is zonder de diensten aangeboden door de internationale effectenclearingstelsels;
Overwegende dat de secundaire markt van de effecten van de openbare sector, van de thesauriebewijzen en van de depositobewijzen belemmerd wordt door de huidige onmogelijkheid om voormelde verrichtingen uit te voeren, en het dus nodig is om onverwijld een einde te stellen aan de slechte concurrentiepositie van de Belgische financiële instellingen op dat vlak teneinde de Belgische financiële plaats onmiddellijk voor te bereiden op de komst van de euro;
Overwegende eveneens dat het aangewezen is om binnen een specifieke categorie van instellingen die rekeningen bijhouden, de instellingen te definiëren die de internationale bewaring van effecten voor rekening van cliënten als voornaamste doel hebben, en dit in het belang van de buitenlandse investeerders;
Overwegende echter dat het nodig is te waken over de vrijwaring van de juridische veiligheid die door het Belgische recht gegeven wordt aan gedematerialiseerde effectenrekeningen, Op de voordracht van Onze Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan onder : 1° « de wet » : de wet van 2 januari 1991 betreffende de markt van de effecten van de overheidsschuld en het monetair beleidsinstrumentarium;2° « gedematerialiseerde effecten » : de gedematerialiseerde effecten bedoeld in de artikelen 3 tot 12bis van de wet, alsook de gedematerialiseerde thesauriebewijzen en de gedematerialiseerde depositobewijzen bedoeld in artikel 7, § 1 van de wet van 22 juli 1991 betreffende de thesauriebewijzen en de depositobewijzen;3° « internationaal effectenclearingstelsel » : iedere instelling die door de Minister van Financiën overeenkomstig artikel 3, lid 2, van de wet aangesteld wordt als instelling die rekeningen bijhoudt in verband met het beheer van een internationaal effectenclearingstelsel in de zin van artikel 4, lid 3, van de wet.
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit verstaat men onder « internationaal effectenbewaringstelsel » : iedere instelling die, op haar aanvraag, als zodanig aangesteld wordt door de Minister van Financiën onder de instellingen die in hoofdzaak internationaal actief zijn in de bewaring van effecten, volgens de criteria vastgelegd door de Minister van Financiën en waarvan hij met de hulp van het Rentenfonds de toepassing nagaat, mocht hij dit nodig achten.
Art. 3.Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het koninklijk besluit van 14 juni 1994 tot vaststelling van de regels van toepassing op het aanhouden op rekening van gedematerialiseerde effecten uitgedrukt in vreemde munten of in rekeneenheden andere dan ecu, worden de instellingen die gedematerialiseerde effecten bijhouden, bedoeld in artikel 3 van de wet en die geen internationaal effectenclearingstelsel, noch een internationaal effectenbewaringstelsel zijn, er bovendien toe gemachtigd om in afwijking van artikel 4, lid 1, van de wet, gedematerialiseerde effecten aan te houden bij één of meerdere internationale effectenclearingstelsels mits de volgende voorwaarden zijn voldaan : 1° de instelling die rekeningen bijhoudt moet een rechtstreekse deelnemer zijn aan het effectenclearingstelsel van de Nationale Bank van België;2° het internationaal effectenclearingstelsel moet een rechtstreekse deelnemer zijn aan het effectenclearingstelsel van de Nationale Bank van België;3° de instelling die rekeningen bijhoudt mag bij één of meerdere internationale effectenclearingstelsels enkel die effecten aanhouden die zij bezit voor eigen rekening;
Art. 4.In afwijking van artikel 4, lid 1, van de wet, worden de internationale effectenclearingstelsels ertoe gemachtigd om elkaar gedematerialiseerde effecten te leveren door middel van inschrijvingen op een effectenrekening die dienst doet voor ieder van deze stelsels.
Het saldo van de effectenrekening bedoeld in het voorgaande lid wordt dagelijks aangezuiverd door een overschrijving binnen het effectenclearingstelsel van de Nationale Bank van België en dit ten laste van de schuldplichtige instelling in functie van de inschrijvingen op deze effectenrekening en ten gunste van de crediteurinstelling.
Art. 5.Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het koninklijk besluit van 14 juni 1994 tot vaststelling van de regels van toepassing op het aanhouden op rekening van gedematerialiseerde effecten uitgedrukt in vreemde munten of in rekeneenheden andere dan ecu, worden de internationale effectenbewaringstelsels, in afwijking van artikel 4, lid 1, van de wet, er bovendien toe gemachtigd om gedematerialiseerde effecten aan te houden bij één of meerdere internationale effectenclearingstelsels mits de volgende voorwaarden zijn voldaan : 1° het internationaal effectenclearingstelsel moet een rechtstreekse deelnemer zijn aan het effectenclearingstelsel van de Nationale Bank van België;2° enkel de gedematerialiseerde effecten die het internationaal effectenbewaringstelsel bewaart voor rekening van deelnemers gevestigd of gedomicilieerd buiten België mogen worden aangehouden in één of meerdere internationale effectenclearingstelsels.
Art. 6.De internationale effectenclearingstelsels zijn gerechtigd om gedematerialiseerde effecten in te schrijven op de rekeningen van hun deelnemers op basis van de onherroepelijke en onvoorwaardelijke verbintenis van de Nationale Bank van België om deze effecten dezelfde dag in te schrijven in haar effectenclearingstelsel op een rekening geopend op hun naam of, mocht het geval zich voordoen, op naam van hun bemiddelaar bij het effectenclearingstelsel van de Nationale Bank van België.
Art. 7.Het koninklijk besluit van 7 december 1993 betreffende de overdracht van gedematerialiseerde effecten tussen instellingen die een effectenclearingstelsel beheren, wordt opgeheven.
Art. 8.Artikel 1,3 ° van het koninklijk besluit van 16 november 1994 betreffende de effecten waarin de schuld van de Gemeenschappen en Gewesten wordt belichaamd wordt vervangen door de volgende tekst : « 3° het koninklijk besluit van 1 oktober 1998 betreffende het aanhouden op rekening van gedematerialiseerde effecten bij internationale effectenclearingstelsels; »
Art. 9.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 10.Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 1 oktober 1998.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, J.-J. VISEUR