1 FEBRUARI 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 oktober 2004 tot oprichting van de Dienst Regulering van het Spoorwegvervoer en tot vaststelling van zijn samenstelling en het statuut dat van toepassing is op zijn leden

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet;

Gelet op de wet van 20 juli 2005 houdende diverse bepalingen, inzonderheid op de artikelen 52 en 54;

Gelet op het koninklijk besluit van 12 maart 2003 betreffende de voorwaarden voor het gebruik van de spoorweginfrastructuur, inzonderheid artikel l ervan, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 11 juni 2004 en bekrachtigd bij de wet van 27 december 2004;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 oktober 2004 tot oprichting van de Dienst Regulering van het Spoorwegvervoer en tot vaststelling van zijn samenstelling en het statuut dat van toepassing is op zijn leden;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 18 oktober 2005;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 28 oktober 2005;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 19 oktober 2005;

Gelet op het protocol van 6 december 2005 van sectorcomité VI;

Gelet op het advies van het Directiecomité van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer, gegeven op 9 december 2005;

Gelet op advies nr. 39.342/4 van de Raad van State, gegeven op 30 november 2005;

Op de voordracht van Onze Minister van Mobiliteit en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het opschrift van het koninklijk besluit van 25 oktober 2004 tot oprichting van de Dienst Regulering van het Spoorwegvervoer en tot vaststelling van zijn samenstelling en het statuut dat van toepassing is op zijn leden wordt vervangen als volgt : « Koninklijk besluit tot oprichting van de Dienst Regulering van het Spoorwegvervoer en van de exploitatie van de luchthaven Brussel-Nationaal, tot vaststelling van zijn samenstelling en het administratief en geldelijk statuut dat van toepassing is op zijn leden. »

Art. 2.Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « Voor de toepassing van dit besluit, wordt verstaan onder : 1° « Minister » : de Minister die de regulering van het spoorwegvervoer en van het luchtvervoer binnen zijn bevoegdheid heeft;2° « Dienst » : de Dienst Regulering van het Spoorwegvervoer en van de exploitatie van de luchthaven Brussel-Nationaal.»

Art. 3.In hetzelfde besluit wordt een artikel 2bis ingevoegd, luidende : «

Art. 2bis.Het toezichthoudend orgaan bedoeld in artikel l, § 2, van het koninklijk besluit van 12 maart 2003 betreffende de voorwaarden voor het gebruik van de spoorweginfrastructuur, en de economisch regulerende overheid bedoeld in artikel l, 6°, van bet koninklijk besluit van 27 mei 2004 betreffende de omzetting van Brussels International Airport Comnany (BIAC) in een naamloze vennootschap van privaatrecht en betreffende de luchthaveninstaüalies zijn de Dienst »

Art. 4.In het opschrift van hoofdstuk II van hetzelfde besluit, worden de woorden « van het spoorwegvervoer » geschrapt.

Art. 5.In artikel 3, § 1, van hetzelfde besluit worden : 1° De woorden « het Directoraat-generaal Vervoer te Land van » geschrapt worden.2° De woorden « en van de exploitatie van de luchthaven Brussel-Nationaal » ingevoegd tussen het woord « Spoorwegvervoer » en het woord « opgericht » worden.

Art. 6.In artikel 4, § 1, laatste lid van hetzelfde besluit worden de woorden « van het Directoraat-generaal Vervoer te Land » geschrapt.

Art. 7.Artikel 5, § 1, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « § 1. De Minister legt het competentieprofiel en de functiebeschrijving vast van de leden van de Dienst op basis van nuttige professionele ervaring op het gebied van economische regulering, spoorwegen of luchtvervoer. »

Art. 8.Artikel 7, § 3 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : » § 3. De betrekkingen van administratief assistent van de Dienst worden vervuld door statutaire ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer. Ze worden door de Voorzitter van het Directiecomité van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer ter beschikking gesteld van de Dienst. »

Art. 9.In artikel 8 van hetzelfde besluit worden de woorden « in artikel 6, § 1, » vervangen door de woorden « in artikel 7, § 1, ».

Art. 10.In hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk IIIbis ingevoegd, luidende : « HOOFDSTUK IIIbis - Geldelijk statuut Artikel 8bis.

De weddenschalen verbonden aan de functies bedoeld in artikel 4, § 1, hierna vermeld, zijn vastgesteld als volgt : 1° Voor de periode van 5 tot 30 november 2004 : directeur van de Dienst :16A; adjunct-directeur van de Dienst : 15A; experts van de Dienst : 13A. 2° Vanaf 1 december 2004 : directeur van de Dienst : 46.166,59 - 60.881,62 11/2 x 1.337,73; adjunct-directeur van de Dienst : A42; experts van de Dienst : A31 »

Art. 11.Het opschrift van hoofdstuk IV van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « HOOFDSTUK IV. - Onverenigbaarheden en belangenconflicten »

Art. 12.Artikel 9 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een tweede lid : « Ze mogen ook geen statutaire of contractuele ambtenaren zijn, in dienst van een onderneming houder van een exploitatielicentie voor de luchthaven van Brussel-Nationaal, van een geassocieerde of verbonden onderneming zoals bedoeld in artikel 1, 6° van het koninklijk besluit van 27 mei 2004 betreffende de omzetting van Brussels International Airport Company (BIAC) in een naamloze vennootschap van privaatrecht en betreffende de luchthaveninstallaties, en, in het algemeen, van ieder bedrijf dat direct of indirect een luchthavenactiviteit of een luchtvervoerdienst beoefent of een rechtstreeks of onrechtstreeks belang heeft in een dergelijk bedrijf, of, al dan niet bezoldigd, rechtstreeks of onrechtstreeks, een functie of activiteit erin uitoefenen. »

Art. 13.Treden in werking de dag waarop dit besluit in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt : 1° het artikel 52 van de wet van 20 juli 2005 houdende diverse bepalingen;2° Dit besluit, met uitzondering van artikels 8, 9 en 10 die uitwerking hebben met ingang van 5 november 2004.

Art. 14.Onze minister bevoegd voor de regulering van het luchtvervoer is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 1 februari 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit, R. LANDUYT