gepubliceerd op 09 juli 2013
Decreet betreffende de Waalse strategie inzake duurzame ontwikkeling voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet
27 JUNI 2013. - Decreet betreffende de Waalse strategie inzake duurzame ontwikkeling voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet (1)
Het Waals Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen
Artikel 1.Dit decreet regelt bepaalde aangelegenheden bedoeld in de artikelen 127, § 1 en 128 van de Grondwet overeenkomstig artikel 138 ervan.
Bij dit decreet worden de doelstellingen inzake duurzame ontwikkeling van het Waalse Gewest in een geïntegreerd en gecoördineerd aanpak bepaald door de aanneming van modaliteiten en procedures met het oog op de uitwerking, de goedkeuring, de uitvoering en de opvolging van een gewestelijke strategie inzake duurzame ontwikkeling.
Art. 2.In de zin van dit decreet wordt verstaan onder : 1° "duurzame ontwikkeling" : een ontwikkeling die de permanente verbetering van de levenskwaliteit en van het welzijn van de mens zowel plaatselijk als globaal beoogt en die de geschiktheid waarborgt om in te spelen op de behoeften van de aanwezige generaties zonder de geschiktheid van de toekomstige generaties om aan hun behoeften te voldoen in gevaar te brengen.Haar uitvoering houdt het in overweging nemen van het hernieuwingspercentage van de natuurlijke hulpbronnen en van de handhaving van de biodiversiteit in. Ze impliceert ook de voortzetting van een overgangsproces dat de maatschappelijke actoren en de sociale, economische en culturele functies mobiliseert om een optimaal gebruik van alle types onstoffelijke, menselijke, natuurlijke en financiële hulpbronnen en een permanente vermindering van het afnemen van de niet-hernieuwbare hulpbronnen te verzekeren; 2° "Waalse strategie inzake duurzame ontwikkeling" : een oriëntatie- en actiedocument dat als doel heeft het initiatief en de coherentie inzake duurzame ontwikkeling in de openbare beleidsvormen van het Waalse Gewest te bevorderen;dat document wordt overeenkomstig de in artikel 4 bedoelde richtsnoeren goedgekeurd en volgens de in artikel 3 bedoelde modaliteiten uitgevoerd; 3° "betrokken partijen" : de maatschappelijke actoren die belang hebben bij de duurzame ontwikkeling, met inbegrip van, maar op niet-limitatieve wijze, de gewestelijke en plaatselijke openbare besturen, de verbonden, de federaties van ondernemingen, de verenigingsector in zijn geheel, de universiteiten en de hoge scholen, de burgers.Bij elke strategie inzake duurzame ontwikkeling bepaalt de Regering de partijen die bij de ingevoerde participatieve maatregelen betrokken zijn; 4° "Alliantie Tewerkstelling - Leefmilieu" : een beleid dat op participatieve wijze uitgewerkt en uitgevoerd is en dat op het beginsel rust dat de verbetering van de kwaliteit van het milieu en van de bescherming ervan economische opportuniteiten en de creatie van banen oplevert.
Art. 3.1 ° Uiterlijk twaalf maanden na haar eedaflegging keurt de Regering de Waalse strategie inzake duurzame ontwikkeling goed en legt ze voor voordracht en debat aan het Waalse Parlement voor binnen één maand na de aanneming ervan.
Vóór zijn definitieve aanneming door de Regering wordt het ontwerp van Waalse strategie inzake duurzame ontwikkeling ter advies voorgelegd aan de "Conseil supérieur des Villes, Communes et Provinces de la Région wallonne" (Hoge raad voor de steden, gemeenten en provincies van het Waalse Gewest), de "Conseil wallon de l'Environnement pour le Développement durable" (Waalse Milieuraad voor Duurzame Ontwikkeling) en aan de "Conseil économique et social de la Région wallonne" (Sociaal-economische Raad van het Waalse Gewest), die het advies binnen één maand moeten uitbrengen. 2° Elke Minister is in zijn aangelegenheden bevoegd om bij te dragen tot de uitvoering van de Waalse strategie inzake duurzame ontwikkeling.
Art. 4.De Waalse strategie inzake duurzame ontwikkeling wordt uitgewerkt met inachtneming van de volgende richtsnoeren : a) het efficiëntiebeginsel volgens welk de ter beschikking zijnde hulpbronnen zo efficiënter mogelijk gebruikt moeten worden, waarbij ervoor gezorgd wordt dat elke hulpbroneenheid zo veel mogelijk bijdraagt tot het welzijn van de mens om ook de niet-hernieuwbare natuurlijke hulpbronnen te besparen en het grootste aantal mensen daarvan te laten genieten, en b) het resiliëntiebeginsel volgens welk de sociale organisatie de sociale, economische of milieucrisissen zo veel mogelijk moet weerstaan om dankzij een overkoepelende en mobiliserende aanpak nog te kunnen inspelen op de gemeenschappelijke behoeften, en c) het toereikendheidsbeginsel volgens welk de consumptie van goederen en diensten een optimaal moreel en fysisch welzijnsniveau moet beogen, waarbij rekening wordt gehouden met de voorrang die aan het voldoen aan de wezenlijke behoeften van de armsten gegeven moet worden.
Art. 5.1° De Waalse strategie inzake duurzame ontwikkeling omvat minstens de volgende elementen : a) een evaluatie van de resultaten van de uitvoering van de Waalse strategie inzake duurzame ontwikkeling van de vorige parlementaire legislatuur;b) een diagnose van de verworvenheden en zwakheden van het Waalse Gewest om een duurzame ontwikkeling te bereiken, waarbij rekening wordt gehouden met de beschikbare middelen en hulpbronnen om de strategische prioriteiten te identificeren;c) een visie op lange termijn om bij te dragen tot de duurzame ontwikkeling;d) doelstellingen op korte en middellange termijn om te streven naar de visie op lange termijn van de duurzame ontwikkeling;e) een actieplan inzake duurzame ontwikkeling om bij te dragen tot het bereiken van de in d) bedoelde doelstellingen;de in het plan aan bedoelde acties zullen in voorkomend geval in de vorm van een plan of een programma uitgewerkt worden. Dat plan neemt de prioritaire beleidsrichtlijnen op voor de lopende legislatuur; f) de maatregelen voor de deelneming van de betrokken partijen aan de uitwerking van de verschillende bestanddelen van de Waalse strategie inzake duurzame ontwikkeling bedoeld in de hierboven vermelde punten a) tot e), de uitvoering en de opvolging ervan tijdens de legislatuur.2° De gewestelijke strategie inzake duurzame ontwikkeling wordt uitgewerkt volgens de volgende modaliteiten en procedures : a) de Regering richt een interministerieel werkgroep voor duurzame ontwikkeling op om de coördinatie van de werken betreffende de uitwerking, de uitvoering en de opvolging van de Waalse strategie inzake duurzame ontwikkeling te verzekeren;dit werkgroep bestaat uit vertegenwoordigers van elke Minister van de Waalse Regering alsmede uit de personen die laatstgenoemden nuttig acht uit te nodigen; b) de in punt a) van 1° van artikel 5 bedoelde evaluatie rust met name op de indicatoren van duurzame ontwikkeling die overeenkomstig artikel 6 bepaald worden.Ze omvat de evaluatie van de impacten van de eventuele Allianties Tewerkstelling - Leefmilieu die tijdens de vorige parlementaire legislatuur zijn gevoerd; c) het "IWEPS" is betrokken bij de uitvoering van de in punt a) van 1° bedoelde evaluatie en bij de in punt b) van 1° van artikel 5 bedoelde diagnose;d) de prioriteiten die in de diagnose bedoeld in punt b) van 1° van artikel 5 bepaald worden, omvatten de identificatie van minstens één thematiek van een te voeren Alliantie Tewerkstelling - Leefmilieu, op voorwaarde dat de evaluatie van de eventuele Allianties Tewerkstelling - Leefmilieu die tijdens de vorige parlementaire legislatuur zijn gevoerd, er de Regering toe brengt om te besluiten dat het relevant is nieuwe allianties tijdens de betrokken legislatuur te voeren;e) de in punt d) van 1° van artikel 5 bedoelde doelstellingen omvatten de verplichtingen die reeds op internationaal, Europees, nationaal en gewestelijk niveau zijn aangegaan;f) het in punt e) van 1° van artikel 5 bedoelde actieplan inzake duurzame ontwikkeling moet uitgewerkt worden met inachtneming van de 27 beginselen van de Verklaring van Rio inzake milieu en ontwikkeling van 1992, met name de beginselen nr.10 (deelneming) en nr. 15 (voorzorg), zoals bepaald, in voorkomend geval, in het recht van de Europese Unie, de internationale overeenkomsten bekrachtigd door België en het Milieuwetboek; d) de prioritaire beleidsrichtlijnen opgenomen in het in punt e) van 1° van artikel 5 bedoelde actieplan inzake duurzame ontwikkeling omvatten minstens het opstarten van een nieuwe Alliantie Tewerkstelling - Leefmilieu, op voorwaarde dat de evaluatie van de eventuele Allianties Tewerkstelling - Leefmilieu die tijdens de vorige parlementaire legislatuur zijn gevoerd, er de Regering toe brengt om te besluiten dat het relevant is nieuwe allianties tijdens de betrokken legislatuur te sluiten.
Art. 6.Na raadpleging van het publiek keurt de Regering in overleg met de andere Gewesten, de federale overheid en de betrokken internationale instantie de indicatoren inzake duurzame ontwikkeling rekening houdend met de in artikel 4 bedoelde beginsels goed, waarbij ter aanvulling van andere indicatoren bijgedragen kan worden tot de evaluatie en de opvolging van de Waalse strategie inzake duurzame ontwikkeling.
Art. 7.De Regering bepaalt elke maatregel die ze nodig acht om de goedkeuring van strategieën inzake duurzame ontwikkeling op plaatselijk niveau te bevorderen.
Art. 8.De uitvoering van de Waalse strategie inzake duurzame ontwikkeling wordt minstens om de twee jaar opgevolgd.
Het publiek wordt geïnformeerd over de modaliteiten en de resultaten van die opvolging. Een stand van zaken wordt door de Regering aan het Parlement overgemaakt binnen één maand na de uitvoering van die opvolging.
Art. 9.De Regering bepaalt de types ontwerpen van regeringsbeslissingen die het voorwerp uitmaken van een advies gegrond op een voorafgaandelijk en onafhankelijk onderzoek van de overeenstemming met de duurzame ontwikkeling en de in artikel 4 bedoelde richtsnoeren alsook de modaliteiten van het onderzoek waarop het advies rust. HOOFDSTUK II. - Overgangsbepalingen
Art. 10.In afwijking van artikel 3 wordt de eerste gewestelijke strategie inzake duurzame ontwikkeling door de Regering goedgekeurd en aan het Waalse Parlement overgemaakt in de loop van de legislatuur 2009-2014.
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Namen, 27 juni 2013.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Duurzame Ontwikkeling en Ambtenarenzaken, J.-M. NOLLET De Minister van Begroting, Financiën, Tewerkstelling, Vorming en Sport, A. ANTOINE De Minister van Economie, K.M.O.'s, Buitenlandse Handel en Nieuwe Technologieën, J.-Cl. MARCOURT De Minister van de Plaatselijke Besturen en de Stad, P. FURLAN De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, Mevr. E. TILLIEUX De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY De Minister van Openbare Werken, Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Natuur, Bossen en Erfgoed, C. DI ANTONIO _______ Nota (1) Zitting 2012-2013. Stukken van het Waals Parlement, 794 (2012-2013) nrs. 1 tot 6.
Volledig verslag, plenaire zitting van 26 juni 2013.
Bespreking.
Stemming.