18 JULI 2008. - Decreet houdende verschillende wijzigingen van het statuut van de leden van het administratief personeel, het meester-, vak- en dienstpersoneel van de onderwijsinrichtingen ingericht door de Franse Gemeenschap (1)

Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - De fusie van de ambten van klerk, klerk-typist, klerk-stenotypist en de ambten van bode-kamerbewaarder en studiemeester Afdeling I. - Wijziging van het decreet van 12 mei 2004 tot bepaling

van het statuut van de leden van het administratief personeel, het meester-, vak- en dienstpersoneel van de onderwijsinrichtingen ingericht door de Franse Gemeenschap

Artikel 1.In artikel 17, § 1, van het decreet van 12 mei 2004 tot bepaling van het statuut van de leden van het administratief personeel, het meester-, vak- en dienstpersoneel van de onderwijsinrichtingen ingericht door de Franse Gemeenschap, wordt 1° vervangen als volgt : « 1° Wervingsambten : a) Administratief medewerker;b) Klerk;c) Opsteller;d) Correspondent-boekhouder;e) Secretaris-boekhouder ».

Art. 2.In artikel 18, eerste lid, van hetzelfde decreet worden de punten 1. en 2. vervangen als volgt : « 1. Voor het ambt van administratief medewerker : geen voorwaarde voor een diploma of getuigschrift. 2. Voor het ambt van klerk : a) einddiploma of -getuigschrift voor technische studies van het lager secundair onderwijs, opgericht, gesubsidieerd en erkend door de Franse Gemeenschap;of b) getuigschrift van een derde jaar van het secundair onderwijs uitgereikt door een inrichting opgericht, gesubsidieerd of erkend door de Franse Gemeenschap;of c) gelijkwaardig getuigschrift uitgereikt door een examencommissie samengesteld door de Regering.»

Art. 3.In de tabel opgenomen in artikel 81 van hetzelfde decreet, worden de woorden « bode-kamerbewaarder, studiemeester » vervangen door de woorden « administratief medewerker » en worden de woorden « klerk, klerk-typist, klerk-stenotypist » vervangen door het woord « klerk ».

Art. 4.In artikel 336 van hetzelfde decreet worden de woorden « van klerk, klerk-typist of klerk-stenotypist » vervangen door de woorden « van klerk ».

Art. 5.In hetzelfde decreet wordt een nieuw artikel 344bis ingevoegd, luidend als volgt : «

Art. 344bis.§ 1. Voor de toepassing van dit decreet worden de diensten verricht, ongeacht het verband, in de hoedanigheid van bode-kamerbewaarder of studiemeester, vóór 1 september 2008, geacht verricht te zijn in het ambt van administratief medewerker.

Voor de toepassing van dit decreet worden de diensten verricht, ongeacht het verband, in de hoedanigheid van klerk-stenotypist of klerk-typist, vóór 1 september 2008, geacht verricht te zijn in het ambt van klerk. § 2. In de algemene wetgevende en reglementaire bepalingen die van toepassing zijn op de personeelsleden bedoeld in dit decreet moet worden verstaan onder : 1° « studiemeester » of « bode-kamerbewaarder » : « administratief medewerker ».2° « klerk-stenotypist » of « klerk-typist » : « klerk ». § 3. De personeelsleden die op de datum van 31 augustus 2008 tijdelijk worden aangesteld, tot de stage worden toegelaten of vast benoemd worden in de hoedanigheid van bode-kamerbewaarder of studiemeester, worden geacht op 1 september 2008 tijdelijk aangesteld te zijn, tot de stage te worden toegelaten of vast benoemd te zijn in het ambt van administratief medewerker.

De personeelsleden die op de datum van 31 augustus 2008 tijdelijk aangesteld worden, tot de stagen worden toegelaten of vast benoemd worden in de hoedanigheid van klerk-stenotypist of klerk-typist, worden geacht op 1 september 2008 tijdelijk aangesteld te zijn, tot de stage te worden toegelaten of vast benoemd te zijn in het ambt van klerk. » Afdeling II. - Correlatieve wijzigingsbepalingen

Art. 6.In artikel 3 van het koninklijk besluit van 15 april 1977 houdende de regels en de voorwaarden voor de berekening van het aantal betrekkingen in sommige ambten van het opvoedend hulppersoneel en van het administratief personeel van de inrichtingen voor secundair onderwijs en voor hoger onderwijs, zoals gewijzigd bij het decreet van 2 april 1996, worden de woorden « klerk-typist » vervangen door het woord « klerk ».

Art. 7.In artikel 3 van het koninklijk besluit van 14 december 1978 tot vaststelling van de voorwaarden voor het bepalen van het aantal betrekkingen in de ambten van het administratief personeel van de inrichtingen voor het hoger onderwijs van het lange type, zoals gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 juli 1982 en bij het decreet van 20 december 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden « klerk-typist » en « klerk-stenotypist » worden vervangen door het woord « klerk »;2° de woorden « bode-kamerbewaarder » worden vervangen door de woorden « administratief medewerker ».

Art. 8.In artikel 4 van hetzelfde koninklijk besluit worden de woorden « klerk-typist » en « klerk-stenotypist » vervangen door het woord « klerk ».

Art. 9.In artikel 5 van hetzelfde koninklijk besluit worden de woorden « klerk-typist » en « klerk-stenotypist » vervangen door het woord « klerk ».

Art. 10.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 21 juli 1982 houdende vaststelling van de regels en de voorwaarden voor de berekening van het aantal betrekkingen in sommige ambten van het hulpopvoedend personeel en van het administratief personeel, inzonderheid in het hoger onderwijs van het korte type, zoals gewijzigd bij het decreet van 29 juli 1992, worden de woorden « klerk-typist » vervangen door het woord « klerk ».

Art. 11.In de rubriek A van artikel 1 van het besluit van de Executieve van 20 maart 1984 tot vaststelling van de personeelsformatie van het administratief personeel en van het meesters-, vak-, en dienstpersoneel van de Koninklijke Muziekconservatoria te Brussel (franstalige afdeling), Luik en Bergen, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden « klerk-typist » worden vervangen door het woord « klerk »;2° het woord « studiemeester » wordt vervangen door het woord « administratief medewerker ».

Art. 12.In de rubriek I van artikel 1 van het besluit van de Executieve van 14 juli 1987 tot vaststelling van de formatie van het administratief personeel, het meesters-, vak- en dienstpersoneel van de " Ecole superieure des Arts plastiques et visuels de l'Etat (E.S.A.P.V.E.) ", te Bergen, worden de woorden « klerk-stenotypist » vervangen door het woord « klerk ».

Art. 13.In artikel 112 van het decreet van 3 maart 2004 houdende organisatie van het gespecialiseerd onderwijs, worden de woorden « klerk-typist » vervangen door het woord « klerk ».

Art. 14.In artikel 116, § 2, 1° van hetzelfde decreet worden de woorden « klerk-typist » vervangen door het woord « klerk ». HOOFDSTUK II. - De fusie van de anciënniteit verworven door bepaalde leden van het werkliedenpersoneel

Art. 15.In artikel 196, § 2 van het bovenvermelde decreet van 12 mei 2004, wordt een vijfde lid ingevoegd, luidend als volgt : « Voor de toepassing van deze paragraaf worden ook in aanmerking genomen voor de berekening van de ambtsanciënniteit het geheel van de diensten gepresteerd door de leden van het werkliedenpersoneel in het of de ambt(en) dat/die recht geeft(ven) op een weddeschaal die gelijk is aan deze betreffende het betrokken ambt. HOOFDSTUK III. -- Verlofdagen

Art. 16.In artikel 10, tweede lid van het koninklijk besluit van 8 december 1967 genomen ter uitvoering van artikel 3 van het koninklijk besluit van 28 februari 1967 houdende vaststelling van de administratieve stand van de leden van het administratief personeel en van het meesters-, vak- en dienstpersoneel van de rijksinrichtingen voor kleuteronderwijs, voor lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs, worden de woorden « de verlofdagen » vervangen door de woorden « Behalve voor de toepassing van artikel 12 komen de in deze drie gevallen toegestane verlofdagen ».

Art. 17.Artikel 13 van hetzelfde koninklijk besluit wordt aangevuld als volgt : « De dagen afwezigheid die zodanig gedekt worden door een vergoeding gestort door een derde aan de Franse Gemeenschap, worden niet in aanmerking genomen om het aantal verlofdagen vast te stellen wegens ziekte of gebrekkigheid waarvan het personeelslid geniet overeenkomstig dit hoofdstuk. »

Art. 18.In artikel 25 van hetzelfde koninklijk besluit, worden de woorden « Tijdens zijn afwezigheid mag hij geen winstgevende bedrijvigheid uitoefenen » geschrapt. HOOFDSTUK IV. -- Inrichtingen van het secundair onderwijs voor positieve discriminatie.

Art. 19.Artikel 4 van het bovenvermelde koninklijk besluit van 15 april 1977, zoals gewijzigd bij het decreet van 2 april 1996, wordt aangevuld met een vijfde lid, luidend als volgt : « De aldus opgerichte betrekkingen kunnen aanleiding geven tot een vastbenoeming of een aanwerving in vast verband. ». HOOFDSTUK V. -- Benoeming van operatoren-technici

Art. 20.Artikel 344 van het bovenvermelde decreet van 12 mei 2004 wordt aangevuld met een § 5, luidend als volgt : « § 5. Op 1 september 2008 gaat de Regering over tot de vaste benoeming van de leden van het werkliedenpersoneel, tijdelijk aangesteld in het ambt van operator-technicus, in overeenstemming met een aantal vastgesteld als volgt : 1° binnen de inrichtingen van het gewoon en buitengewoon kleuter-, lager-, basis- en secundair onderwijs en de onthaaltehuizen : 5 operatoren-technici;2° binnen de inrichtingen van het onderwijs voor sociale promotie : 1 operator-technicus;3° binnen de hogescholen : 5 operatoren-technici;4° binnen de Hogere Kunstscholen : 2 operatoren-technici;5° binnen de recreatie - en openluchtcentra van de Franse Gemeenschap, het centrum voor zelfopleiding en voortgezette opleiding van de Franse Gemeenschap, het technisch en pedagogisch centrum voor het onderwijs van de Franse Gemeenschap en de technische centra van de Franse Gemeenschap van Strée en Gemboux : 5 operatoren-technici. Er wordt overgegaan tot de vaste benoeming met toepassing van het eerste lid volgens dezelfde nadere regels als deze bedoeld in de artikelen 195, 196, § 1 en 197.

Wordt bij voorrang vast benoemd het lid van het werkliedenpersoneel dat tijdelijk wordt aangesteld in het ambt van operator-technicus dat, op de datum van inwerkingtreding van deze paragraaf, voor het bedoelde ambt, de grootste ambtsanciënniteit telt binnen de onderwijsinrichtingen georganiseerd door de Franse Gemeenschap en de vereiste voorwaarden vervult.

Bij gelijke ambtsanciënniteit, krijgt de operator-technicus voorrang die op voornoemde datum de grootste dienstanciënniteit telt binnen de onderwijsinrichtingen georganiseerd door de Franse Gemeenschap. Bij gelijke ambts- en dienstanciënniteit krijgt de oudste operator-technicus voorrang.

De dotatie die, krachtens de bepalingen van voornoemde wet van 29 mei 1959, wordt toegekend aan de inrichting waarin een operator-technicus in vast verband werd benoemd overeenkomstig deze paragraaf, wordt verminderd met een bedrag van 20.573,18 EUR gekoppeld aan de index bepaald door het bovenvermelde koninklijk besluit van 24 december 1993. Deze vermindering wordt uitgevoerd in verhouding tot het saldo van het bedoelde kalenderjaar dat berekend wordt op de datum van de vaste benoeming.».

Art. 21.In artikel 347 van het bovenvermelde decreet van 12 mei 2004, worden de woorden « en 343 » vervangen door de woorden « , 343 en 344 ». HOOFDSTUK VI. -- Diverse bepalingen

Art. 22.Artikel 1 van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 3 december 1992 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan in het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra, wordt aangevuld als volgt : « Het eerste lid is ook van toepassing op de stagedoende personeelsleden die aan het decreet bedoeld in 6° onderworpen zijn. ».

Art. 23.In artikel 49 van het bovenvermelde decreet van 12 mei 2004 wordt § 2 vervangen als volgt : « § 2. Voor de berekening van de duur van de afgelegde stage, wordt alleen rekening gehouden met de werkelijke diensten gepresteerd tijdens de duur van de stage, met inbegrip van de jaarlijkse vakantie en de verlofdagen bedoeld in de artikelen 4, 4bis, 5 en 6 van het koninklijk besluit van 8 december 1967, alsook van de verlofdagen met het oog op de adoptie of de pleegvoogdij en de zwangerschapsverlofdagen respectievelijk bedoeld in hoofdstuk IIbis en hoofdstuk X van hetzelfde koninklijk besluit. ».

Art. 24.In artikel 199 van hetzelfde decreet wordt § 2 vervangen als volgt : « § 2. Voor de berekening van de duur van de afgelegde stage, wordt alleen rekening gehouden met de werkelijke diensten gepresteerd tijdens de duur van de stage, met inbegrip van de jaarlijkse vakantie en de verlofdagen bedoeld in de artikelen 4, 4bis, 5 en 6 van het koninklijk besluit van 8 december 1967, alsook van de verlofdagen met het oog op de adoptie en de pleegvoogdij en de zwangerschapsverlofdagen respectievelijk bedoeld in hoofdstuk IIbis en hoofdstuk X van hetzelfde koninklijk besluit. ».

Art. 25.Dit decreet treedt in werking op 1 september 2008.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 18 juli 2008.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Vice-Presidente, Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek en Internationale Betrekkingen, Mevr. M.-D. SIMONET De Vice-President, Minister van Begroting, Financiën, Ambtenarenzaken en Sport, M. DAERDEN De Minister van Leerplichtonderwijs, C. DUPONT De Minister van Cultuur en de Audiovisuele Sector, Mevr. F. LAANAN De Minister van Kinderwelzijn, Hulpverlening aan de Jeugd en Gezondheid, Mevr. C. FONCK De Minister van Jeugd en Onderwijs voor sociale promotie, M. TARABELLA _______ Nota (1) Zitting 2007-2008 Stukken van de Raad.- Ontwerp van decreet, nr. 571-1. - Verslag, nr. 571-2.

Integrale verslagen. - Bespreking. - Vergadering van 14 juli 2008. - Aanneming. Vergadering van 17 juli 2008.