Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 27 mei 2004
gepubliceerd op 20 september 2004

Besluit van de Waalse Regering betreffende de nadere regels voor de toepassing van de steunregeling in de sector zaaizaad

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2004202861
pub.
20/09/2004
prom.
27/05/2004
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

27 MEI 2004. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de nadere regels voor de toepassing van de steunregeling in de sector zaaizaad


De Waalse Regering, Gelet op de wet van 11 juli 1969 betreffende de bestrijdingsmiddelen en de grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 februari 2001 houdende organisatie van de controles die worden verricht door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen en tot wijziging van diverse wettelijke bepalingen;

Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 februari 2001 als voornoemd;

Gelet op verordening (EEG) nr. 2358/71 van de Raad van 26 oktober 1971 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector zaaizaad, laatst gewijzigd bij verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en tot wijziging van de verordeningen (EEG) nr. 2019/93, (EG) nr. 1452/2001, (EG) nr. 1453/2001, (EG) nr. 1454/2001, (EG) nr. 1868/94, (EG) nr. 1251/1999, (EG) nr. 1254/1999, (EG) nr. 1673/2000, (EEG) nr. 2358/71 en (EG) nr. 2529/2001;

Gelet op verordening (EEG) nr. 1674/72 van de Raad van 2 augustus 1972 tot vaststelling van de algemene voorschriften voor de toekenning en de financiering van de steun in de sector zaaizaad, laatst gewijzigd bij verordening (EEG) nr. 3795/85 van de Raad van 20 december 1985;

Gelet op verordening (EEG) nr. 4045/89 van de Raad van 21 december 1989 inzake de door de lid-Staten uit te voeren controles op de verrichtingen in het kader van de financieringsregeling van de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw en houdende intrekking van Richtlijn 77/435/EEG;

Gelet op de verordening (EEG) nr. 3508/92 van de Raad van 27 november 1992 tot instelling van een geïntegreerd beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen, opgeheven en vervangen bij verordening (EG) nr. 1782/2003 zoals voornoemd, maar die van toepassing blijft op de rechtstreekse betalingsverzoeken voor de kalenderjaren die aan het jaar 2005 voorafgaan;

Gelet op verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid;

Gelet op verordening (EEG) nr. 1259/1999 van de Raad van 17 mei 1999 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, opgeheven en vervangen vanaf 1 mei 2004 bij verordening (EG) nr. 1782/2003 zoals voornoemd;

Gelet op verordening (EG) nr. 2323/2003 van de Raad van 17 december 2003 tot vaststelling, voor het verkoopseizoen 2004/2005, van de in de sector zaaizaad toegekende steunbedragen;

Gelet op verordening (EEG) nr. 1686/72 van de Commissie van 2 augustus 1972 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de steun in de sector zaaizaad, laatst gewijzigd bij verordening (EG) nr. 800/2002 van de Commissie van 14 mei 2002;

Gelet op verordening (EEG) nr. 3083/73 van de Commissie van 14 november 1973 betreffende het verstrekken van de nodige gegevens voor de toepassing van verordening (EEG) nr. 2358/71 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector zaaizaad, laatst gewijzigd bij verordening (EEG) nr. 1679/92 van de Commissie van 29 juni 1992;

Gelet op verordening (EEG) nr. 2514/78 van de Commissie van 26 oktober 1978 inzake de registratie in de lid-Staten van de contracten voor de vermeerdering van zaaizaad in derde landen, laatst gewijzigd bij verordening (EEG) nr. 119/89 van de Commissie van 19 januari 1989;

Gelet op verordening (EG) nr. 2419/2001 van de Commissie van 11 december 2001 houdende uitvoeringsbepalingen inzake het bij Verordening (EEG) nr. 3508/92 van de Raad ingestelde geïntegreerde beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen, laatst gewijzigd bij verordening (EG) nr. 2550/2001 van 21 december 2001;

Gelet op het ministerieel besluit van 20 december 2001 houdende uitvoering van het koninklijk besluit van 19 december 2001 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 26 augustus 2003;

Gelet op het samenwerkingsakkoord van 18 juni 2003 tussen de federale overheid, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitoefening van de geregionaliseerde bevoegdheden op het gebied van landbouw en visvangst;

Gelet op het samenwerkingsakkoord van 30 maart 2004 tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitoefening van de geregionaliseerde bevoegdheden op het gebied van landbouw en visvangst;

Gelet op het overleg tussen de Gewestregeringen en de federale overheid, dat plaatsvond op 17 mei 2004;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën;

Gelet op de instemming van de minister van Begroting;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat onverwijld maatregelen getroffen dienen te worden betreffende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector zaaizaad, rekening houdend met de nadere regels voor de toepassing van de verordeningen (EEG) nr. 1686/72 en 3083/73 en de verordeningen (EG) nr. 1663/95 en 2419/2001, inzonderheid ten gevolge van de wijziging van verordening (EEG) nr. 1686/72 bij verordening (EG) nr. 800/2002;

Overwegende dat de bevoegdheden op het gebied van landbouw vanaf 1 januari 2002 aan de Gewesten zijn toegewezen;

Gelet op het protocol-akkoord van 13 maart 2002 tussen de federale overheid, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitoefening van de geregionaliseerde bevoegdheden op het gebied van landbouw en visvangst voor de overgangsperiode die op 1 januari 2002 aanvangt en op 15 oktober 2002 eindigt;

Gelet op het akkoord van 15 juli 2002 op de interministeriële conferentie voor Landbouw betreffende de overdracht van de bevoegdheden van het landbouwbeleid aan de Gewesten en, in het bijzonder, wat betreft de nadere regels voor de toepassing van de steunregeling aan de producenten van zaaizaad;

Overwegende dat maatregelen getroffen dienen te worden om de beslissingen betreffende de overdracht van die bevoegdheden toe te passen;

Gelet op het protocol betreffende de rechtstreekse steunregeling in de sector zaaizaad tussen de Afdeling Landbouwsteun (IG2) en de Afdeling Onderzoek, Ontwikkeling en Kwaliteit (IG3) van het Directoraat-generaal Landbouw van het Ministerie van het Waalse Gewest;

Overwegende dat de continuïteit van de opdrachten van openbare dienst gewaarborgd moet worden met inachtneming van de verplichtingen die zijn opgelegd bij de Europese regelgeving op landbouwgebied;

Overwegende dat deze regelgeving retroactief uitwerking heeft voor het seizoen 2002-2003;

Overwegende dat er in geldboetes is voorzien bij niet-naleving van de termijnen die zijn opgelegd bij de Europese regelgeving om de steun voor de productie van zaaizaad te storten of bij een vertraagde of verkeerde toepassing van betrokken regelgevingen;

Op de voordracht van de minister van Landbouw en Landelijke Aangelegenheden;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Bij dit besluit worden de gewestelijke nadere regels bepaald voor de toepassing van de toekenning van Europese steun voor de productie van zaaizaad van bepaalde soorten en bepaalde groepen rassen tijdens een verkoopseizoen.

Jaarlijks vangt het verkoopseizoen van zaaizaad op één juli van het jaar aan en eindigt op dertig juni van het daarop volgende jaar. De oogst wordt evenwel verricht tijdens het eerste van beide jaren.

Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt er verstaan onder : 1° "bestuur IG2" : de Afdeling Landbouwsteun van het Directoraat-generaal Landbouw van het Ministerie van het Waalse Gewest, in het bijzonder in die afdeling, de Directie Plantensector;2° "bestuur IG3" : de Afdeling Onderzoek, Ontwikkeling en Kwaliteit van het Directoraat-generaal Landbouw van het Ministerie van het Waalse Gewest, in het bijzonder in die afdeling, de Directie Productkwaliteit;3° "vermeerderaar" : elke natuurlijke of rechtspersoon die het zaaizaad vermeerdert en verantwoordelijk is voor de productie en de tijdelijke bewaring van het bruto zaaizaad en waarvan de identificatie als producent beheerd wordt door het Waalse Gewest overeenkomstig artikel 5, § 2, van het samenwerkingsakkoord van 30 maart 2004 tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitoefening van de geregionaliseerde bevoegheden op het gebied van landbouw en visvangst;4° "handelaar-bereider" : elke natuurlijke of rechtspersoon die zaaizaad opslaat, reinigt, droogt, bewerkt, bereidt, ontsmet en inpakt;5° "kweker" : elke natuurlijke of rechtspersoon die een ras die aan één der navolgende voorwaarden beantwoordt, tot stand gebracht of ontdekt en ontwikkeld heeft : - het ras is vermeld op de nationale rassencatalogus voor landbouwgewassen of op de gewone rassencatalogus voor landbouwgewassen; - het ras neemt deel aan de proeven die noodzakelijk zijn om opgenomen te worden in de nationale rassencatalogus voor landbouwgewassen of de gewone rassencatalogus voor landbouwgewassen; - het ras is opgenomen op de OESO-lijst van de voor certificering toegelaten rassen; 6° "oppervlakteaangifte" : aangifte van de producent waarin laatstgenoemde alle landbouwpercelen die hij beheert en hun oppervlaktes aangeeft, ongeacht de speculaties, overeenkomstig artikel 4, § 1, van verordening nr.2419/2001 verordening (EG) nr. 2419/2001 van de Commissie van 11 december 2001 houdende uitvoeringsbepalingen inzake het bij verordening (EEG) nr. 3508/92 van de Raad ingestelde geïntegreerde beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen; 7° "de minister" : de Minister van Landbouw.

Art. 3.De vermeerderaars, evenals, in voorkomend geval, de handelaars-bereiders en de kwekers bedoeld in artikel 4, punt 3°, tweede streepje, die zaaizaad vermeerderen op Belgisch grondgebied, dienen geregistreerd te zijn als producent in het geïntegreerde beheers- en controlesysteem bepaald bij verordening (EEG) nr. 3508/92 van de Raad ingestelde geïntegreerde beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen.

Alle percelen die voor de vermeerdering van zaaizaad op Belgisch grondgebied dienstig zijn, dienen in de oppervlakteaangifte van de vermeerderaars, evenals, in voorkomend geval, van de handelaars-bereiders en van de kwekers bedoeld in artikel 4, punt 3°, tweede streepje, opgenomen te worden.

Art. 4.De steun wordt enkel verleend voor de productie van zaaizaad dat aan volgende voorwaarden voldoet : 1° het zaaizaad is geoogst op het Belgisch grondgebied tijdens het kalenderjaar waarin het verkoopsseizoen begint waarvoor de steun is vastgesteld;2° het zaaizaad is basiszaad of gecertificeerd zaad is, zoals omschreven bij : - het koninklijk besluit van 2 mei 2001 houdende reglementering van de handel in en de keuring van zaaizaad van groenvoedergewassen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 december 2001; - het koninklijk besluit van 2 mei 2001 houdende reglementering van de handel in en de keuring van zaaigranen; - het koninklijk besluit van 2 mei 2001 houdende reglementering van de handel in en de keuring van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen, opgeheven en vervangen vanaf 21 april 2004 bij het besluit van de Waalse Regering van 4 maart 2004 betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen.

Dat basiszaad of gecertificeerd zaad dient te voldoen aan de normen en voorwaarden bepaald bij die besluiten en officieel gecertificeerd te worden door het bestuur IG3; 3° het zaaizaad is geproduceerd : - ofwel op grond van een vermeerderingscontract dat is gesloten tussen een handelaar-bereider of een kweker, enerzijds, en een vermeerderaar, anderzijds; - hetzij rechtstreeks door de handelaar-bereider of de kweker zelf; tot staving van deze productie moet een vermeerderingsaangifte gedaan worden en de betrokken handelaar-bereider of de kweker wordt als vermeerderaar beschouwd. Om die reden dient hij te beantwoorden aan de omschrijving gegeven in artikel 2, punt 3°, en is hij onderworpen aan de verplichtingen van artikel 3; 4° het zaaizaad wordt geproduceerd met inachtneming van de milieuvereisten overeenkomstig artikel 3 van verordening (EEG) nr. 1259/1999 van de Raad van 17 mei 1999 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid.

Art. 5.De handelaars-bereiders en de kwekers dienen erkend of geregistreerd te worden overeenkomstig artikel 3 van verordening (EEG) nr. 1674/72 van de Raad van 2 augustus 1972 tot vaststelling van de algemene voorschriften voor de toekenning en de financiering van de steun in de sector zaaizaad.

Voorzover zij aan de voorwaarden van de regelgeving voldoen, worden de handelaars-bereiders en de kwekers die een correspondentieadres in het Waalse Gewest hebben en die een aanvraag in die zin bij het bestuur IG3 hebben ingediend, doorde minister erkend.

Art. 6.Het bestuur IG3 registreert de vermeerderingscontracten bedoeld in artikel 4, punt 3°, eerste streepje, en de vermeerderingsaangiften bedoeld in artikel 4, punt 3°, tweede streepje, overeenkomstig artikel 5 van voornoemde verordening (EEG) nr. 1674/72.

De vermeerderingscontracten en de vermeerderingsaangiften dienen gelijk met de inschrijvingsformulieren voor de keuring bij het bestuur IG3 te worden ingediend. Een vermeerderingscontract of een vermeerderingsaangifte wordt geregistreerd onder het "registratienummer" dat aan het vermeerderingsperceel toegewezen wordt.

Het bestuur IG3 is eveens belast met de registratie van de contracten voor vermeerdering van zaaizaad in de derde landen overeenkomstig artikel 3bis, § 1, van verordening (EEG) nr. van de Raad van 26 oktober 1971 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector zaaizaad en artikel 4 van verordening (EEG) nr. 2514/78 van de Commissie van 26 oktober 1978 inzake de registratie in de lid-Staten van de contracten voor de vermeerdering van zaaizaad in derde landen.

Art. 7.De steunaanvraag dient te worden ingediend bij het bestuur IG2, na de oogst en vóór 25 juni van het daarop volgende jaar. De aanvraag wordt ingediend door de vermeerderaar van zaaizaad of, in voorkomend geval, door de handelaar-bereider of de kweker zoals bedoeld in artikel 4, punt 3°, tweede streepje, of door toedoen van de handelaar-bereider of de kweker met wie de betrokken vermeerderaar een contract ondertekend heeft, voorzover hij daartoe behoorlijk is gemachtigd door de vermeerderaar.

Overeenkomstig artikel 2bis, § 1, en artikel 4 van verordening (EEG) nr. 1686/72 van de Commissie van 2 augustus 1972 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de steun in de sector zaaizaad dienen volgende bewijsstukken bij de steunaanvraag te worden gevoegd : - het door het bestuur IG3 afgeleverde document waaruit blijkt dat de bedoelde hoeveelheden zaaizaad officieel gecertificeerd zijn; - het document of de documenten die verantwoorden dat het zaaizaad daadwerkelijk in de handel is gebracht voor het inzaaien op datum van de indiening van de steunaanvraag.

In dat opzicht verstrekt de vermeerderaar die handelaar-bereider of kweker zoals bedoeld in artikel 4, punt 3°, tweede streepje, is, een afschrift van zijn voorraadboekhouding voor het zaaizaad, terwijl de vermeerderaar die geen handelaar-bereider of kweker is de facturen indient waaruit blijkt dat het zaaizaad waarvoor de steunaanvraag is ingediend, daadwerkelijk voor het inzaaien is verkocht aan een handelaar-bereider of een kweker.

Art. 8.Het bestuur IG3 is belast met de uitvoering van de administratieve keuringen en de keuringen ter plaatse bepaald in artikel 2bis, § 2, en artikel 3ter van verordening (EEG) nr. 1686/72 zoals voornoemd.

Er worden gekruiste controles verricht met het geïntegreerde beheers- en controlesysteem.

Art. 9.De handelaar-bereider of de kweker die erkend of geregistreerd is in het Waalse Gewest dient het bestuur IG3 overeenkomstig de onderrichtingen van laatstgenoemde alle gegevens te verstrekken die nodig zijn voor de toepassing van verordening nr. 3083/73 van de Commissie van 14 november 1973 betreffende het verstrekken van de nodige gegevens voor de toepassing van verordening (EEG) nr. 2358/71 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector zaaizaad.

Art. 10.De handelaar-bereider of de kweker die in het Waalse Gewest zaaizaad vermeerdert of laat vermeerderen met een erkenning of een registratie van een ander Gewest of een andere lid-Staat van de Europese Unie, dient het bestuur IG3 overeenkomstig de onderrichtingen van laatstgenoemde alle gegevens te verstrekken die de controle van het recht op steunverlening mogelijk maken.

Art. 11.Voor de toepassing van artikel 4, § 1, van verordening (EEG) nr. 2358/71 zoals voornoemd verstrekt het bestuur IG3 overeenkomstig het koninklijk besluit van 22 september 1993 tot regeling van de invoer en het binnenbrengen van zaaizaden en pootgoed van sommige plantensoorten en van teeltmateriaal van bosbouwsoorten een invoercertificaat aan belanghebben die erom verzoeken.

Art. 12.Het bestuur IG2 is belast met de betaling van steun voor de productie van zaaizaad, evenals met de inning van de onverschuldigde betalingen. Krachtens artikel 3, § 4, van Verordening (EEG) nr. 1686/72 zoals voornoemd wordt het steunbedrag toegekend aan de vermeerderaar of, in voorkomend geval, aan de handelaar-bereider of aan de kweker zoals bedoeld in artikel 4, punt 3°, tweede streepje, binnen de twee maanden volgend op de indiening van de aanvraag en uiterlijk op 31 juli van het jaar volgend op dat van de oogst.

Overeenkomstig artikel 3quater van verordening (EEG) nr. 1686/72 geeft elke laattijdige indiening van de steunaanvraag aanleiding tot een vermindering van de steunbedragen met 1 % per kalenderdag. De aanvraag is onontvankelijk en kan niet meer in een steunverlening resulteren indien de aanvraag wordt ingediend na 4 juli van het jaar volgend op het oogstjaar.

Ongeacht de door het bestuur IG2 beheerde steunregeling kan het bestuur IG2, indien er een onverschuldigd bedrag gestort wordt of in geval van heffing in de melk- of zuivelsector die door de bedoelde producent verschuldigd is, het bedrag compenseren met elk steunbedrag bedoeld bij dit besluit en dat aan de steunaanvrager verschuldigd zou zijn.

Art. 13.De inspecteur-generaal van de Afdeling Landbouwsteun van het Directoraat-generaal Landbouw van het ministerie van het Waalse Gewest of, bij afwezigheid of verhindering, de hem vervangende ambtenaar is gemachtigd om de bedragen met betrekking tot de steun bepaald bij dit besluit vast te leggen, goed te keuren en te ordonnanceren.

Art. 14.De overtredingen van dit besluit worden opgespoord, vastgesteld en gestraft overeenkomstig de wet van 11 juli 1969 betreffende de bestrijdingsmiddelen en de grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt en de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten.

De overtredingen van dit besluit kunnen het voorwerp uitmaken van een administratieve geldboete overeenkomstig artikel 8 van voornoemde wet van 28 maart 1975.

De directeur-generaal van het Directoraat-generaal Landbouw van het ministerie van het Waalse Gewest of, bij afwezigheid of verhindering, de hem vervangende ambtenaar wordt aangewezen in de hoedanigheid van ambtenaar die bevoegd is voor het volbrengen van de handelingen en het treffen van de beslissingen betreffende de administratieve geldboetes bedoeld in vorig lid.

Art. 15.De minister kan bijkomende maatregelen vaststellen voor de toepassing van de verordeningen nr. 2358/71 en 1674/72 van de Raad en de verordeningen (EEG) nr. 1686/72 en 2514/78 van de Commissie.

Art. 16.Het koninklijk besluit van 26 juni 2000 betreffende de uitvoering van de steunregeling in de sector zaaizaden wordt opgeheven.

Art. 17.Dit besluit heeft uitwerking vanaf het verkoopseizoen 2002-2003 (oogst 2002).

Art. 18.De minister is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 27 mei 2004.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Landbouw en Landelijke Aangelegenheden, J. HAPPART

^