Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 18 november 2010
gepubliceerd op 07 december 2010

Besluit van de Waalse Regering tot invoering van bepaalde afwijkingen voor de toelating van de groentegewassen die traditioneel geteeld worden in specifieke streken of die geen handelswaaarde hebben, alsook voor het in de handel brengen van de zaden van die soorten

bron
waalse overheidsdienst
numac
2010206057
pub.
07/12/2010
prom.
18/11/2010
ELI
eli/besluit/2010/11/18/2010206057/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

18 NOVEMBER 2010. - Besluit van de Waalse Regering tot invoering van bepaalde afwijkingen voor de toelating van de groentegewassen die traditioneel geteeld worden in specifieke streken of die geen handelswaaarde hebben, alsook voor het in de handel brengen van de zaden van die soorten


De Waalse Regering, Gelet op de wet van 11 juli 1969 betreffende de grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt, artikel 2, gewijzigd bij de wetten van 21 december 1998 en 5 februari 1999;

Gelet op het programmadecreet van 18 december 2003Relevante gevonden documenten type programmadecreet prom. 18/12/2003 pub. 06/02/2004 numac 2004200252 bron ministerie van het waalse gewest Programmadecreet houdende verschillende maatregelen inzake gewestelijke fiscaliteit, thesaurie en schuld, organisatie van de energiemarkten, leefmilieu, landbouw, plaatselijke en ondergeschikte besturen, erfgoed, huisvesting en ambtenarenzaken sluiten houdende verschillende maatregelen inzake gewestelijke fiscaliteit, thesaurie en schuld, organisatie van de energiemarkten, leefmilieu, landbouw, plaatselijke en ondergeschikte besturen, erfgoed, huisvesting en ambtenarenzaken, artikel 45;

Gelet op het koninklijk besluit van 8 juli 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 11/10/2001 numac 2001016251 bron ministerie van middenstand en landbouw Koninklijk besluit betreffende de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 12/07/2001 numac 2001009591 bron ministerie van justitie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 juni 1999 tot vaststelling van sommige administratieve en geldelijke bepalingen voor de personeelsleden van de buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van Justitie die bekleed zijn met een bijzondere graad sluiten betreffende de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 27 mei 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 27/05/2004 pub. 22/09/2004 numac 2004202839 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de onderzoeken voor de toelating van de rassen van landbouw- en groentegewassen in de nationale rassenlijst sluiten betreffende de onderzoeken voor de toelating van de rassen van landbouw- en groentegewassen in de nationale rassenlijst, voor het laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 12 oktober 2007;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 9 februari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027043 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027041 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaad van groenvoedergewassen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027045 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van bietenzaad type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027044 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaigranen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027042 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen sluiten betreffende de productie en het in de handel brengen van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie;

Gelet op het overleg tussen de Gewestelijke regeringen en de Federale overheid, gepleegd op 15 juli 2010;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 11 juni 2010;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 24 juni 2010;

Gelet op het advies van de Raad van het "Fonds budgétaire de la qualité des produits animaux et végétaux", gegeven op 2 juli 2010;

Gelet op het advies 48.782/4 van de Raad van State, gegeven op 3 november 2010, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Openbare Werken, Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Natuur, Bossen en Erfgoed;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Doel en begripsomschrijving

Artikel 1.§ 1. Richtlijn 2009/145/EG van de Commissie van 26 november 2009 tot invoering van bepaalde afwijkingen voor de toelating van landrassen en rassen in de landbouw die zich op natuurlijke wijze hebben aangepast aan de lokale en regionale omstandigheden en die door genetische erosie worden bedreigd, en voor het in de handel brengen van zaaizaad en pootaardappelen van die landrassen en rassen wordt bij dit besluit omgezet. § 2. Dit besluit betreft de landbouwgewassen waarop het besluit van de Waalse Regering van 9 februari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027043 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027041 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaad van groenvoedergewassen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027045 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van bietenzaad type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027044 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaigranen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027042 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen sluiten betreffende de productie en het in de handel brengen van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie betrekking heeft.

Art. 2.In de zin van dit besluit wordt verstaan onder : 1° instandhouding in situ : de instandhouding van genetisch materiaal in zijn natuurlijke omgeving en, in het geval van gekweekte plantensoorten, in het agrarische milieu waar ze hun onderscheidende kenmerken hebben ontwikkeld;2° genetische erosie : verlies, in de loop van de tijd, van genetische diversiteit tussen en binnen populaties of rassen van dezelfde soort, of verkleining van de genetische basis van een soort door menselijk ingrijpen of milieuveranderingen;3° landras : een stel populaties of klonen van een plantensoort die zich op natuurlijke wijze hebben aangepast aan de milieuomstandigheden van hun gebied;4° gemeenschappelijke rassenlijst : de gemeenschappelijke catalogus voor groentegewassen vastgelegd bij Richtlijn nr.2002/55/EG van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van groentezaad; 5° nationale catalogus : de nationale catalogus voor groentegewassen vastgelegd bij het koninklijk besluit van 8 juli 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 11/10/2001 numac 2001016251 bron ministerie van middenstand en landbouw Koninklijk besluit betreffende de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 12/07/2001 numac 2001009591 bron ministerie van justitie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 juni 1999 tot vaststelling van sommige administratieve en geldelijke bepalingen voor de personeelsleden van de buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van Justitie die bekleed zijn met een bijzondere graad sluiten betreffende de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen;6° Fonds : het "Fonds budgétaire de la qualité des produits animaux et végétaux" (Begrotingsfonds voor de kwaliteit van de dierlijke en plantaardige producten) bedoeld in de artikelen 43 tot 48 van het programmadecreet van 18 december 2003Relevante gevonden documenten type programmadecreet prom. 18/12/2003 pub. 06/02/2004 numac 2004200252 bron ministerie van het waalse gewest Programmadecreet houdende verschillende maatregelen inzake gewestelijke fiscaliteit, thesaurie en schuld, organisatie van de energiemarkten, leefmilieu, landbouw, plaatselijke en ondergeschikte besturen, erfgoed, huisvesting en ambtenarenzaken sluiten houdende verschillende maatregelen inzake gewestelijke fiscaliteit, thesaurie en schuld, organisatie van de energiemarkten, leefmilieu, landbouw, plaatselijke en ondergeschikte besturen, erfgoed, huisvesting en ambtenarenzaken;7° Minister : de Minister bevoegd voor Landbouw;8° Dienst : de Directie Kwaliteit van het Operationeel Directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu van de Waalse Overheidsdienst, als overheid die verantwoordelijk is voor de opneming van de rassen in de nationale catalogus en voor de certificering van groentezaad.

Art. 3.§ 1. In dit besluit worden, wat de in artikel 1, § 2, bedoelde groentegewassen betreft, bepaalde afwijkingen vastgesteld met betrekking tot de instandhouding in situ en het duurzame gebruik van plantaardige genetische hulpbronnen door teelt en het in de handel brengen : 1° voor toelating voor opname in de nationale rassenlijsten van groentegewassen van landrassen en rassen die van oudsher op bepaalde plaatsen en in bepaalde gebieden worden gekweekt en die door genetische erosie worden bedreigd, hierna "instandhoudingsrassen" genoemd ;2° voor toelating voor opname in de nationale rassenlijst van rassen die geen intrinsieke waarde hebben voor de commerciële productie van gewassen maar die ontwikkeld zijn voor teelt onder bijzondere omstandigheden, hierna "voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen" genoemd, en 3° voor het in de handel brengen van zaaizaad van dergelijke instandhoudingsrassen en voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen. § 2. Voornoemd koninklijk besluit van 8 juli 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 11/10/2001 numac 2001016251 bron ministerie van middenstand en landbouw Koninklijk besluit betreffende de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 12/07/2001 numac 2001009591 bron ministerie van justitie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 juni 1999 tot vaststelling van sommige administratieve en geldelijke bepalingen voor de personeelsleden van de buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van Justitie die bekleed zijn met een bijzondere graad sluiten en het besluit van de Waalse Regering van 9 februari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027043 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027041 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaad van groenvoedergewassen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027045 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van bietenzaad type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027044 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaigranen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027042 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen sluiten betreffende de productie en het in de handel brengen van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie zijn van toepassing, tenzij in dit besluit anders is bepaald. § 3. Dit besluit wordt genomen onverminderd de federale bevoegdheden inzake fytosanitaire aangelegenheden en, inzonderheid, de bepalingen van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/08/2005 pub. 31/08/2005 numac 2005022636 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu en federaal agentschap voor de veiligheid van de voedselketen Koninklijk besluit betreffende de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen type koninklijk besluit prom. 10/08/2005 pub. 31/05/2016 numac 2016000333 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen. HOOFDSTUK II. - Instandhoudingsrassen Afdeling 1. - Toelating van de instandhoudingsrassen

Art. 4.De instandhoudingsrassen worden in de nationale catalogus opgenomen voor zover ze voldoen aan de voorschriften bedoeld in de artikelen 5 en 6. De instandhoudingsrassen worden toegelaten als ras waarvan het zaaizaad enkel als "standaardzaad van een instandhoudingsras" kan worden gecontroleerd. Een dergelijk ras wordt in de nationale rassenlijst opgenomen als "instandhoudingsras waarvan het zaad wordt gecontroleerd overeenkomstig artikel 12 van dit besluit". Een dergelijk ras wordt in de gemeenschappelijke rassenlijst opgenomen als "instandhoudingsras waarvan het zaad wordt gecontroleerd overeenkomstig artikel 11 van Richtlijn 2009/145/EG van de Commissie".

Art. 5.Om als instandhoudingsras te worden toegelaten, moet het landras of ras bedoeld in artikel 3, § 1, 1°, van belang zijn voor de instandhouding van de plantaardige genetische hulpbronnen.

In afwijking van artikel 1 van het besluit van de Waalse Regering van 27 mei 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 27/05/2004 pub. 22/09/2004 numac 2004202839 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de onderzoeken voor de toelating van de rassen van landbouw- en groentegewassen in de nationale rassenlijst sluiten betreffende de onderzoeken voor de toelating van de rassen van landbouw- en groentegewassen op de nationale rassenlijst, wordt, wat de onderscheiden criteria en de bestendigheid betreft, toepassing gemaakt van op zijn minst de kenmerken bedoeld in de technische vragenlijsten i.v.m. de onderzoeksprotocollen van de Communautair Bureau voor plantenrassen (CBP), opgenomen in bijlage I bij genoemd besluit van 27 mei 2004 of de technische vragenlijsten van de testrichtsnoeren van de Internationale Unie ter bescherming van de kweekproducten (UPOV) opgenomen in bijlage II bij genoemd besluit van 27 mei 2004 voor de betrokken rassen.

Voor de beoordeling van de homogeniteit is voornoemd besluit van 27 mei 2004 van toepassing. Als het homogeniteitsniveau evenwel op basis van afwijkende planten bepaald wordt, worden een populatienorm van 10 % en een toelatingskans van minstens 90 % toegepast.

Art. 6.In afwijking van artikel 7, § 1, eerste lid, van voornoemd koninklijk besluit van 8 juli 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 11/10/2001 numac 2001016251 bron ministerie van middenstand en landbouw Koninklijk besluit betreffende de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 12/07/2001 numac 2001009591 bron ministerie van justitie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 juni 1999 tot vaststelling van sommige administratieve en geldelijke bepalingen voor de personeelsleden van de buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van Justitie die bekleed zijn met een bijzondere graad sluiten, wordt geen officieel onderzoek vereist als onderstaande gegevens volstaan om te besluiten tot de toelating van de instandhoudingsrassen : 1° de beschrijving en de benaming van het instandhoudingsras;2° de resultaten van onofficiële tests;3° de kennis opgedaan op basis van praktische ervaring tijdens de teelt, de vermeerdering en het gebruik, zoals meegedeeld door de aanvrager van de inschrijving van een instandhoudingsras;4° andere informatie, verstrekt met name door de instanties verantwoordelijk voor plantaardige genetische hulpbronnen, door de universiteiten of onderzoekscentra van het Waalse Gewest, of door elke andere organisatie die op het grondgebied van het Waalse Gewest zorgt voor de instandhouding van een verzameling rassen ingedeeld bij één van de soorten bedoeld in artikel 1, § 2.De effectieve instandhouding van die verzameling wordt door de Dienst vastgesteld.

Art. 7.Een instandhoudingsras komt niet in aanmerking voor opname in de nationale catalogus als : 1° het al op de gemeenschappelijke rassenlijst is opgenomen als een ander ras dan instandhoudingsras, of sinds minder dan twee jaar van de gemeenschappelijke lijst is afgevoerd of sinds minder dan twee jaar in aanmerking is gekomen voor de uitlooptermijn toegestaan overeenkomstig artikel 15, § 2, tweede lid, van Richtlijn 2002/53/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de gemeenschappelijke rassenlijst van landbouw gewassen, of 2° het beschermd wordt door een communautair kwekersrecht zoals vermeld in Verordening (EG) nr.2100/94 van de Raad van 27 juli 1994 inzake het communautaire kwekersrecht, of door een nationaal kwekersrecht, of door een nationale vergunning tot bescherming van de plantaardige rassen, of als een aanvraag voor een dergelijk recht in behandeling is.

Art. 8.Met betrekking tot benamingen van instandhoudingsrassen die vóór 25 mei 2000 bekend waren, kan afgeweken worden van Verordening (EG) nr. 930/2000 van de Commissie van 4 mei 2000 tot vaststelling van nadere bepalingen betreffende de geschiktheid van rasbenamingen voor landbouw- en groentegewassen, behalve als dergelijke afwijkingen inbreuk zouden maken op oudere rechten van een derde die krachtens artikel 2 van genoemde verordening beschermd wordt.

In afwijking van artikel 9, § 3, van voornoemd koninklijk besluit van 8 juli 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 11/10/2001 numac 2001016251 bron ministerie van middenstand en landbouw Koninklijk besluit betreffende de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 12/07/2001 numac 2001009591 bron ministerie van justitie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 juni 1999 tot vaststelling van sommige administratieve en geldelijke bepalingen voor de personeelsleden van de buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van Justitie die bekleed zijn met een bijzondere graad sluiten, kan meer dan één benaming per ras aanvaard worden indien het gaat om traditionele benamingen.

Art. 9.Wanneer een instandhoudingsras in de nationale catalogus toegelaten wordt, wordt het gebied van oorsprong bepaald. Het gebied van oorsprong wordt omschreven als het gebied (de gebieden) waarin het ras vanouds geteeld wordt en waaraan het zich op natuurlijke wijze heeft aangepast. Bij de bepaling van het gebied van oorsprong van een ras wordt rekening gehouden met de gegevens verstrekt door de organisaties bedoeld in artikel 6, 4°. Het gebied van oorsprong kan zich uitstrekken over het grondgebied van verschillende lidstaten van de Europese Unie voor zover in dat opzicht een akkoord tussen de betrokken partijen is gesloten. De Dienst geeft de Europese Commissie kennis van het gebied van oorsprong van een ras.

Art. 10.Elk instandhoudingsras is het voorwerp van een instandhoudingsselectie in zijn gebied van oorsprong.

Art. 11.De Minister bepaalt de procedure tot inschrijvingsaanvraag, alsook de regels volgens welke een ras als instandhoudingsras in de nationale catalogus toegelaten en behouden wordt, overeenkomstig de richtsnoeren vastgelegd bij dit besluit.

In afwijking van het besluit van de Waalse Regering van 28 februari 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 28/02/2008 pub. 23/04/2008 numac 2008201327 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering tot bepaling van de rechten te betalen inzake de inschrijving van de rassen in de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen sluiten tot bepaling van de rechten te betalen inzake de inschrijving van de rassen in de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen, bedraagt de bijdrage voor de indiening van de aanvraag tot inschrijving van een instandhoudingsras in de nationale catalogus 50 euro en zijn de kosten voor het behoud van de inschrijving van dat ras vastgelegd op 0 euro. De overige bepalingen van voornoemd besluit van de Waalse Regering van 28 februari 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 28/02/2008 pub. 23/04/2008 numac 2008201327 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering tot bepaling van de rechten te betalen inzake de inschrijving van de rassen in de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen sluiten zijn van toepassing. Afdeling 2. - Productie en in de handel brengen van zaaizaad van

instandhoudingsrassen

Art. 12.§ 1. In afwijking van artikel 3 van voornoemd besluit van de Waalse Regering van 9 februari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027043 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027041 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaad van groenvoedergewassen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027045 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van bietenzaad type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027044 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaigranen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027042 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen sluiten, wordt het zaad van een instandhoudingsras als "standaardzaad van een instandhoudingsras" gecontroleerd als het aan de volgende eisen voldoet : 1° het zaad voldoet aan de voorschriften betreffende het in de handel brengen van "standaardzaad" bepaald bij voornoemd besluit van de Waalse Regering van 9 februari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027043 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027041 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaad van groenvoedergewassen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027045 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van bietenzaad type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027044 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaigranen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027042 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen sluiten, met uitzondering van de voorschriften betreffende de minimale raszuiverheid;2° het zaaizaad is voldoende raszuiver. § 2. Alleen de in artikel 18 bedoelde verantwoordelijke voor de etikettering, hierna de leverancier genoemd in het kader van dit hoofdstuk, zorgt ervoor dat het productieproces en het geproduceerde zaad aan de voorschriften van dit besluit voldoen.

De leverancier verricht of laat de nodige analyses verrichten om na te gaan of het zaaizaad van de instandhoudingsrassen voldoet aan de voorschriften die in § 1 vastliggen. Die analyses worden uitgevoerd volgens de gangbare internationale methoden of, indien deze niet bestaan, volgens elke geschikte methode goedgekeurd door de Dienst. De leverancier zorgt ervoor dat voor die analyses monsters van homogene partijen worden genomen. Hij zorgt ervoor dat, wat het gewicht van de partijen en het gewicht van de monsters betreft, de voorschriften van artikel 22 van voornoemd besluit van de Waalse Regering van 9 februari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027043 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027041 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaad van groenvoedergewassen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027045 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van bietenzaad type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027044 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaigranen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027042 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen sluiten worden toegepast.

Art. 13.Het zaaizaad van een instandhoudingsras wordt enkel in het gebied van oorsprong van dat ras geproduceerd. Indien het zaad wegens een specifiek milieuprobleem niet in dat gebied kan worden geproduceerd, kan de Minister de productie van zaaizaad in aanvullende gebieden toelaten, waarbij rekening gehouden wordt met de informatie van de organisaties vermeld in artikel 6, 4°. Het in die aanvullende gebieden geproduceerde zaaizaad mag echter uitsluitend in de gebieden van oorsprong worden gebruikt.

Art. 14.Zaaizaad van een instandhoudingsras mag slechts in zijn gebied van oorsprong in de handel gebracht worden en op voorwaarde dat het geproduceerd wordt in dat gebied van oorsprong of in een aanvullend gebied bedoeld in artikel 13.

De Minister kan voor een gegeven ras het in de handel brengen van zaaizaad van een instandhoudingsras toelaten in andere gebieden dan het gebied van oorsprong, voor zover die gebieden met het gebied van oorsprong vergelijkbaar zijn wat de natuurlijke en seminatuurlijke habitat van dat ras betreft, en het zaaizaad slechts in het gebied van oorsprong van het ras geproduceerd wordt. Als het zaaizaad in andere gebieden dan het gebied van oorsprong in de handel gebracht mag worden, wordt de hoeveelheid zaaizaad die nodig is voor de productie van minstens de hoeveelheid zaaizaad bedoeld in artikel 15, voorbehouden voor de instandhouding van bedoeld ras in zijn gebied van oorsprong.

Art. 15.Voor elk instandhoudingsras is de jaarlijks in de handel gebrachte hoeveelheid zaaizaad niet groter dan de hoeveelheid die nodig is om groente te produceren op het aantal ha dat vastligt in bijlage I voor de verschillende rassen. Die hoeveelheden mogen overschreden worden naar rato van de hoeveelheden opgenomen in bijlage I bij Richtlijn 2009/145/EG van voornoemde Commissie, mits voorafgaande instemming van de Interministeriële Conferentie voor het Landbouwbeleid.

Art. 16.Vóór het begin van elk teeltseizoen geven de leveranciers de Dienst kennis van de oppervlakte en van de plaatsligging van de percelen bestemd voor de productie van zaaizaad voor instandhoudingsrassen. Als de in artikel 15 vermelde hoeveelheden op grond van de verstrekte gegevens en van een referentieproductie per oppervlakte-eenheid vastgelegd door de Dienst kans maken om overschreden te worden, wijst de Dienst aan elke leverancier de hoeveelheid toe die hij in het desbetreffende teeltseizoen in de handel mag brengen, met een gelijk aantal delen voor elke leverancier.

Indien het aan de leverancier toegewezen aandeel hoger is dan de productie die hij verwacht (meegedeelde oppervlakte vermenigvuldigd met de referentieproductie), wordt het overschot (toegewezen aandeel min de door die leverancier verwachte productie) in gelijke delen verdeeld tussen de producenten wier verwachte productie het toegewezen aandeel overschrijdt.

Art. 17.Zaaizaad van instandhoudingsrassen mag alleen in gesloten en verzegelde verpakking in de handel worden gebracht. Zaaizaadverpakking wordt door de leverancier verzegeld zodat ze niet geopend kan worden zonder dat het sluitingssysteem wordt beschadigd of zonder dat het etiket van de leverancier of de verpakking sporen van manipulatie vertoont. Opdat de verpakking overeenkomstig dit artikel verzegeld wordt, moet op zijn minst hetzij het etiket in het sluitingssysteem worden verwerkt, hetzij een zegel op de sluiting worden aangebracht.

Art. 18.De verpakkingen of houders van zaaizaad van instandhoudingsrassen worden voorzien van een etiket van de leverancier, van een gedrukt opschrift of van een stempel met de volgende gegevens : 1° de woorden "EG-voorschriften en -normen";2° de naam en het adres of het identificatiemerk van de persoon die verantwoordelijk is voor het aanbrengen van de etiketten; 3° het jaar van sluiting, aangegeven als volgt : "gesloten in ..." (jaar), of het jaar van de laatste monstername ten behoeve van het testen van de kiemkracht, aangegeven als volgt : "monster genomen in ..." (jaar); 4° de soort;5° de benaming van het instandhoudingsras;6° de woorden "standaardzaad van een instandhoudingsras";7° het gebied van oorsprong;8° wanneer het zaadteeltgebied niet het gebied van oorsprong is, de aanduiding van het zaadteeltgebied;9° het referentienummer van de partij, toegekend door de persoon die verantwoordelijk is voor het aanbrengen van de etiketten;10° het opgegeven netto- of brutogewicht of het opgegeven aantal zaden;11° wanneer het gewicht wordt vermeld en er korrelvormige bestrijdingsmiddelen, omhullingen of andere toevoegingsmiddelen in vaste staat worden gebruikt, de aard van de chemische behandeling of het toevoegingsmiddel alsmede de verhouding, bij benadering, tussen het gewicht van de kluwens zuivere zaden en het totale gewicht.

Art. 19.De Dienst voert steekproefsgewijze nacontrole uit op de identiteit en de raszuiverheid van het zaaizaad van de krachtens dit besluit in de handel gebrachte instandhoudingsrassen. Die analyses worden uitgevoerd volgens de gangbare internationale methoden of, indien deze niet bestaan, volgens elke geschikte methode goedgekeurd door de Dienst.

Art. 20.De Dienst zorgt er door toezicht tijdens de productie en het in de handel brengen voor dat het zaaizaad voldoet aan de bepalingen van dit hoofdstuk, waarbij hij bijzondere aandacht besteedt aan het ras, de teeltplaatsen en de hoeveelheden.

Art. 21.De Minister bepaalt de modaliteiten voor de productie en het in de handel brengen van de instandhoudingsrassen en voor de controle erop, overeenkomstig de beginselen die in dit besluit vastliggen.

Art. 22.De activiteit van leverancier in de zin van dit hoofdstuk is onderworpen aan een voorafgaande vergunning van de Dienst, volgens de modaliteiten en onder de voorwaarden bepaald door de Minister.

De registratie als leverancier bij de Dienst wordt onderworpen aan een bijdrage van 50 euro per jaar in het Fonds, verhoogd met een bedrag van 12,5 euro per ha toegekend overeenkomstig artikel 16. Het koninklijk besluit van 25 oktober 1991 houdende vaststelling van de vergoedingen, verschuldigd voor de keuring van zaaizaad en pootgoed voor land- en tuinbouw, alsmede van de vergoedingen verschuldigd voor de uitoefening van bepaalde beroepen in de land-, tuin- en bosbouw is niet van toepassing. HOOFDSTUK II. - Voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen Afdeling 1. - Toelating van voor teelt onder bijzondere omstandigheden

ontwikkelde rassen

Art. 23.De voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen mogen in de nationale catalogus opgenomen worden voor zover ze voldoen aan de voorschriften bedoeld in de artikelen 24 en 25. Een voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkeld ras wordt toegelaten als ras waarvan het zaaizaad slechts kan worden gecontroleerd als "standaardzaad van een voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkeld ras". Een dergelijk ras wordt in de nationale rassenlijst opgenomen als "voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkeld ras waarvan het zaad wordt gecontroleerd overeenkomstig artikel 29 van dit besluit". Een dergelijk ras wordt in de gemeenschappelijke rassenlijst opgenomen als "voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkeld ras waarvan het zaad wordt gecontroleerd overeenkomstig artikel 26 van Richtlijn 2009/145/EG van de Commissie".

Art. 24.Om te worden toegelaten als voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkeld ras, als bedoeld in artikel 3, § 1, 2°, mag een ras geen intrinsieke waarde hebben voor de commerciële productie van gewassen, maar moet het ontwikkeld zijn voor teelt onder bijzondere omstandigheden. Een ras wordt beschouwd als zijnde ontwikkeld voor teelt onder bijzondere omstandigheden als het is ontwikkeld voor teelt onder bijzondere landbouwtechnische, klimatologische of pedologische omstandigheden.

In afwijking van artikel 1 van het besluit van de Waalse Regering van 27 mei 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 27/05/2004 pub. 22/09/2004 numac 2004202839 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de onderzoeken voor de toelating van de rassen van landbouw- en groentegewassen in de nationale rassenlijst sluiten betreffende de onderzoeken voor de toelating van de rassen van landbouw- en groentegewassen op de nationale rassenlijst, wordt, wat de onderscheiden criteria en de bestendigheid betreft, toepassing gemaakt van op zijn minst de kenmerken bedoeld in de technische vragenlijsten i.v.m. de onderzoeksprotocollen van het Communautair Bureau voor plantenrassen (CBP), opgenomen in bijlage I bij genoemd besluit van 27 mei 2004 of de technische vragenlijsten van de testrichtsnoeren van de Internationale Unie ter bescherming van de kweekproducten (UPOV) opgenomen in bijlage II bij genoemd besluit van 27 mei 2004 voor de betrokken rassen.

Voor de beoordeling van de homogeniteit is voornoemd besluit van 27 mei 2004 van toepassing. Als het homogeniteitsniveau evenwel op basis van afwijkende planten bepaald wordt, worden een populatienorm van 10 % en een toelatingskans van minstens 90 % toegepast.

Art. 25.In afwijking van artikel 7, § 1, eerste lid, van voornoemd koninklijk besluit van 8 juli 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 11/10/2001 numac 2001016251 bron ministerie van middenstand en landbouw Koninklijk besluit betreffende de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 12/07/2001 numac 2001009591 bron ministerie van justitie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 juni 1999 tot vaststelling van sommige administratieve en geldelijke bepalingen voor de personeelsleden van de buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van Justitie die bekleed zijn met een bijzondere graad sluiten, is geen officieel onderzoek vereist indien de volgende informatie toereikend is om een besluit te nemen over de toelating van de voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen : 1° de beschrijving en de benaming van het voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde ras;2° de resultaten van onofficiële tests;3° kennis verkregen door praktische ervaring tijdens de teelt, de vermeerdering en het gebruik, zoals door de aanvrager aan de betrokken lidstaat medegedeeld;4° andere informatie, verstrekt met name door de instanties verantwoordelijk voor plantaardige genetische hulpbronnen, door de universiteiten of onderzoekscentra van het Waalse Gewest, of door elke andere organisatie die op het grondgebied van het Waalse Gewest zorgt voor de instandhouding van een verzameling rassen ingedeeld bij één van de soorten bedoeld in artikel 1, § 2.De effectieve instandhouding van die verzameling wordt door de Dienst vastgesteld.

Art. 26.Een voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkeld ras wordt niet toegelaten voor opname in de nationale rassenlijst als : 1° het reeds in de gemeenschappelijke rassenlijst van groentegewassen is opgenomen als ander ras dan voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkeld ras, of het binnen de laatste twee jaar van die gemeenschappelijke rassenlijst van groentegewassen is afgevoerd, of de bij artikel 15, § 2, tweede lid, van Richtlijn 2002/55/EG toegestane termijn minder dan twee jaar geleden is afgelopen, of 2° het beschermd wordt door een communautair kwekersrecht zoals vermeld in Verordening (EG) nr.2100/94 van de Raad van 27 juli 1994 inzake het communautaire kwekersrecht, of door een nationaal kwekersrecht, of door een nationale vergunning tot bescherming van de plantaardige rassen, of als een aanvraag voor een dergelijk recht in behandeling is.

Art. 27.Met betrekking tot benamingen van voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen die vóór 25 mei 2000 bekend waren, kunnen afwijkingen van Verordening (EG) nr. 930/2000 van voornoemde Commissie van 4 mei 2000 worden toegestaan, behalve wanneer deze afwijkingen inbreuk zouden maken op oudere rechten van een derde die krachtens artikel 2 van die verordening beschermd zijn.

In afwijking van artikel 9, § 3, van voornoemd koninklijk besluit van 8 juli 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 11/10/2001 numac 2001016251 bron ministerie van middenstand en landbouw Koninklijk besluit betreffende de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen type koninklijk besluit prom. 08/07/2001 pub. 12/07/2001 numac 2001009591 bron ministerie van justitie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 juni 1999 tot vaststelling van sommige administratieve en geldelijke bepalingen voor de personeelsleden van de buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van Justitie die bekleed zijn met een bijzondere graad sluiten, kan meer dan één benaming per ras aanvaard worden indien het gaat om traditionele benamingen.

Art. 28.De Minister bepaalt de procedure tot inschrijvingsaanvraag, alsook de regels volgens welke een ras als voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkeld ras in de nationale catalogus toegelaten en behouden wordt, overeenkomstig de richtsnoeren vastgelegd bij dit besluit.

In afwijking van het besluit van de Waalse Regering van 28 februari 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 28/02/2008 pub. 23/04/2008 numac 2008201327 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering tot bepaling van de rechten te betalen inzake de inschrijving van de rassen in de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen sluiten tot bepaling van de rechten te betalen inzake de inschrijving van de rassen in de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen, bedraagt de bijdrage voor de indiening van de aanvraag tot inschrijving van een instandhoudingsras in de nationale catalogus 25 euro en zijn de kosten voor het behoud van de inschrijving van dat ras vastgelegd op 0 euro. De overige bepalingen van voornoemd besluit van de Waalse Regering van 28 februari 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 28/02/2008 pub. 23/04/2008 numac 2008201327 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering tot bepaling van de rechten te betalen inzake de inschrijving van de rassen in de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen sluiten worden toegepast. Afdeling 1. - Productie en in de handel brengen van zaaizaad van voor

teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen

Art. 29.§ 1. In afwijking van artikel 3 van voornoemd besluit van de Waalse Regering van 9 februari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027043 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027041 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaad van groenvoedergewassen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027045 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van bietenzaad type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027044 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaigranen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027042 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen sluiten kunnen de lidstaten bepalen dat zaad van een voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkeld ras kan worden gecontroleerd als standaardzaad van een voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkeld ras als het aan de volgende eisen voldoet : 1° het zaad voldoet aan de voorschriften betreffende het in de handel brengen van "standaardzaad" bepaald bij voornoemd besluit van de Waalse Regering van 9 februari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027043 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027041 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaad van groenvoedergewassen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027045 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van bietenzaad type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027044 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaigranen type besluit van de waalse regering prom. 09/02/2006 pub. 14/03/2006 numac 2006027042 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen sluiten, met uitzondering van de voorschriften betreffende de minimale raszuiverheid;2° het zaaizaad is voldoende raszuiver. § 2. Alleen de in artikel 32 bedoelde verantwoordelijke voor de etikettering, hierna de leverancier genoemd in het kader van dit hoofdstuk, zorgt ervoor dat het productieproces en het geproduceerde zaad aan de voorschriften van dit besluit voldoen.

De leverancier verricht of laat de nodige analyses verrichten om na te gaan of het zaaizaad van de voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen voldoet aan de voorschriften die in § 1 vastliggen.

Die analyses worden uitgevoerd volgens de gangbare internationale methoden of, indien deze niet bestaan, volgens elke geschikte methode goedgekeurd door de Dienst.

Art. 30.Zaaizaad van voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen wordt in de handel gebracht in kleine verpakkingen, waarbij het in bijlage 2 per soort aangegeven maximale nettogewicht niet wordt overschreden.

Art. 31.Zaaizaad van voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen mag alleen in gesloten en verzegelde verpakking in de handel worden gebracht. Zaaizaadverpakking wordt door de leverancier verzegeld zodat ze niet geopend kan worden zonder dat het sluitingssysteem wordt beschadigd of zonder dat het etiket van de leverancier of de verpakking sporen van manipulatie vertoont. Opdat de verpakking overeenkomstig dit artikel verzegeld wordt, moet op zijn minst hetzij het etiket in het sluitingssysteem worden verwerkt, hetzij een zegel op de sluiting worden aangebracht.

Art. 32.De verpakkingen van zaaizaad van voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen worden voorzien van een etiket van de leverancier of een gedrukte of gestempelde tekst met op zijn minst de volgende gegevens : 1° de woorden "EG-voorschriften en -normen";2° de naam en het adres of het identificatiemerk van de persoon die verantwoordelijk is voor het aanbrengen van de etiketten; 3° het jaar van sluiting, aangegeven als volgt : "gesloten in ..." (jaar), of het jaar van de laatste monstername ten behoeve van het testen van de kiemkracht, aangegeven als volgt : "monster genomen in ..." (jaar); 4° de soort : 5° de benaming van het ras;6° de woorden "voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkeld ras";7° het referentienummer van de partij, toegekend door de persoon die verantwoordelijk is voor het aanbrengen van de etiketten;8° het opgegeven netto- of brutogewicht of het opgegeven aantal zaden;9° wanneer het gewicht wordt vermeld en er korrelvormige bestrijdingsmiddelen, omhullingen of andere toevoegingsmiddelen in vaste staat worden gebruikt, de aard van de chemische behandeling of het toevoegingsmiddel alsmede de verhouding, bij benadering, tussen het gewicht van de kluwens zuivere zaden en het totale gewicht.

Art. 33.De Dienst voert steekproefsgewijze nacontrole uit op de rasechtheid en raszuiverheid van het zaaizaad van de voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen die krachtens dit besluit in de handel gebracht worden. Die controles worden uitgevoerd volgens de gangbare internationale methoden of, indien deze niet bestaan, volgens elke geschikte methode goedgekeurd door de Dienst.

Art. 34.De Dienst zorgt er door toezicht tijdens de productie en het in de handel brengen voor dat het zaaizaad voldoet aan de bepalingen van dit hoofdstuk, waarbij hij bijzondere aandacht besteedt aan het ras en de hoeveelheden.

Art. 35.De Minister bepaalt de modaliteiten voor de productie en het in de handel brengen van de voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen en voor de controle erop, overeenkomstig de beginselen die in dit besluit vastliggen.

Art. 36.De activiteit van leverancier in de zin van dit hoofdstuk is onderworpen aan een voorafgaande vergunning van de Dienst, volgens de modaliteiten en onder de voorwaarden bepaald door de Minister. De registratie als leverancier bij de Dienst wordt onderworpen aan een bijdrage van 25 euro per jaar in het Fonds. Het koninklijk besluit van 25 oktober 1991 houdende vaststelling van de vergoedingen, verschuldigd voor de keuring van zaaizaad en pootgoed voor land- en tuinbouw, alsmede van de vergoedingen verschuldigd voor de uitoefening van bepaalde beroepen in de land-, tuin- en bosbouw is niet van toepassing. HOOFDSTUK IV. - Algemene en slotbepalingen

Art. 37.De leveranciers die op het grondgebied van het Waalse Gewest opereren, geven de Dienst voor elk teeltseizoen kennis van de in de handel gebrachte hoeveelheid zaaizaad van elk instandhoudingsras en van de voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen.

Art. 38.De overeenkomstig de artikelen 28 en 36 gefactureerde bedragen zijn verschuldigd binnen dertig dagen na verzending van de debetnota per gewone post, behalve als een andere termijn op de debetnota vermeld wordt. Als de debetnota op de vervaldatum niet betaald wordt, wordt een eerste herinneringsbrief per gewone post toegestuurd. Indien het verschuldigde bedrag niet betaald wordt binnen dertig dagen na de eerste aanmaning, wordt een tweede aanmaning met ingebrekestelling toegestuurd bij aangetekend schrijven of door elk middel dat als verzendingsbewijs geldt. De verzending van een tweede herinneringsbrief heeft automatisch een verhoging van 50 euro van het aanvankelijk verschuldigde bedrag tot gevolg om de administratieve beheerskosten te dekken.

Art. 39.De overtredingen van de bepalingen van dit besluit worden opgespoord, vastgesteld, vervolgd en gestraft overeenkomstig de bepalingen van de wet van 11 juli 1969 betreffende de bestrijdingsmiddelen en de grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt. De bepalingen van het koninklijk besluit van 7 mei 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/05/2001 pub. 26/07/2001 numac 2001016169 bron ministerie van middenstand en landbouw Koninklijk besluit betreffende de administratieve geldboeten, bedoeld bij artikel 10 van de wet van 11 juli 1969 betreffende de bestrijdingsmiddelen en de grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt type koninklijk besluit prom. 07/05/2001 pub. 26/07/2001 numac 2001016168 bron ministerie van middenstand en landbouw Koninklijk besluit betreffende de administratieve geldboeten, bedoeld bij artikel 5bis van de wet van 2 april 1971 betreffende de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen sluiten betreffende de administratieve geldboeten, bedoeld in artikel 10 van genoemde wet, zijn ook van toepassing. Voor de toepassing van dit besluit is de aangewezen bevoegde ambtenaar de directeur-generaal van het Directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu van de Waalse Overheidsdienst en, bij diens verhindering, de ambtenaar die hem vervangt.

Art. 40.De Minister van Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 18 november 2010.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Openbare Werken, Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Natuur, Bossen en Erfgoed, B. LUTGEN

BIJLAGE I Kwantitatieve beperkingen, zoals bedoeld in artikel 15, voor het in de handel brengen van zaaizaad van instandhoudingsrassen

Botanische benaming

Maximumaantal hectare in het Waalse Gewest voor de teelt van groente, per instandhoudingsras

Allium cepa L. - Cepa-groep Brassica oleracea L. Brassica rapa L. Capsicum annuum L. Cichorium intybus L. Cucumis melo L. Cucurbita maxima Duchesne Cynara cardunculus L. Daucus carota L. Lactuca sativa L. Lycopersicon esculentum Mill..

Phaseolus vulgaris L. Pisum sativum L. (partim) Vicia faba L. (partim)

11,8

Allium cepa L. - Aggregatum-groep Allium porrum L. Allium sativum L. Beta vulgaris L. Citrullus lanatus (Thunb.) Matsum. et Nakai Cucumis sativus L. Cucurbita pepo L. Foeniculum vulgare Mill.

Solanum melongena L. Spinacia oleracea L.

5,9

Allium fistulosum L. Allium schoenoprasum L. Anthriscus cerefolium (L.) Hoffm.

Apium graveolens L. Asparagus officinalis L. Cichorium endivia L. Petroselinum crispum (Mill.) Nyman ex A. W. Hill Phaseolus coccineus L. Raphanus sativus L. Rheum rhabarbarum L. Scorzonera hispanica L. Valerianella locusta (L.) Laterr.

Zea mays L. (partim)

3,0


Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 18 november 2010 tot invoering van bepaalde afwijkingen voor de toelating van de groentegewassen die traditioneel geteelt worden in specifieke streken of die geen handelswaaarde hebben, alsook voor het in de handel brengen van de zaden van die soorten.

Namen, 18 november 2010.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Openbare Werken, Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Natuur, Bossen en Erfgoed, B. LUTGEN

BIJLAGE 2 Maximaal nettogewicht per verpakking, als bedoeld in artikel 30

Botanische benaming

Maximaal nettogewicht per verpakking, uitgedrukt in g

Phaseolus coccineus L. Phaseolus vulgaris L. Pisum sativum L. (partim) Vicia faba L. (partim) Spinacia oleracea L. Zea mays L. (partim)

250

Allium cepa L. (Cepa-groep, Aggregatum-groep) Allium fistulosum L. Allium porrum L. Allium sativum L. Anthriscus cerefolium (L.) Hoffm.

Beta vulgaris L. Brassica rapa L. Cucumis sativus L. Cucurbita maxima Duchesne Cucurbita pepo L. Daucus carota L. Lactuca sativa L. Petroselinum crispum (Mill.) Nyman ex A. W. Hill Raphanus sativus L. Scorzonera hispanica L. Valerianella locusta (L.) Laterr.

25

Allium schoenoprasum L. Apium graveolens L. Asparagus officinalis L. Brassica oleracea L. (alle) Capsicum annuum L. Cichorium endivia L. Cichorium intybus L. Citrullus lanatus (Thunb.) Matsum. et Nakai Cucumis melo L. Cynara cardunculus L. Lycopersicon esculentum Mill.

Foeniculum vulgare Mill.

Rheum rhabarbarum L. Solanum melongena L.

5


Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 18 november 2010 tot invoering van bepaalde afwijkingen voor de toelating van de groentegewassen die traditioneel geteelt worden in specifieke streken of die geen handelswaaarde hebben, alsook voor het in de handel brengen van de zaden van die soorten.

Namen, 18 november 2010.

De Minister-President, R DEMOTTE De Minister van Openbare Werken, Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Natuur, Bossen en Erfgoed, B. LUTGEN

^