gepubliceerd op 31 oktober 2022
Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van verscheidene bepalingen inzake financiering en houdende bijkomende tewerkstellingsmaatregelen in de sector van de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarde personen
15 SEPTEMBER 2022. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van verscheidene bepalingen inzake financiering en houdende bijkomende tewerkstellingsmaatregelen in de sector van de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarde personen
De Waalse Regering, Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 37, § 12, lid 1;
Gelet op de programmawet van 2 januari 2001, artikel 59;
Gelet op het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 21/09/2007 numac 2007023291 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 57 en 59 van de programmawet van 2 januari 2001 wat de harmonisering van de barema's en de loonsverhogingen in bepaalde gezondheidsinrichtingen betreft sluiten tot uitvoering van de artikelen 57 en 59 van de programmawet van 2 januari 2001 wat de harmonisering betreft van de barema's, de loonsverhogingen en tewerkstellingsmaatregelen in bepaalde gezondheidsinstellingen;
Gelet op het ministerieel besluit van 6 november 2003Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 06/11/2003 pub. 26/11/2003 numac 2003023017 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Ministerieel besluit tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden sluiten tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden;
Gelet op de beslissing van het inter-Franstalig overlegorgaan en van het ministerieel comité, gegeven op 11 mei 2022;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 2 mei 2022;
Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 5 mei 2022;
Gelet op het rapport opgesteld op 5 mei 2022 overeenkomstig artikel 4, 2°, van het decreet van 3 maart 2016Relevante gevonden documenten type decreet prom. 03/03/2016 pub. 14/03/2016 numac 2016201315 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen, voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet sluiten houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet;
Gelet op het advies van het Comité "Welzijn en gezondheid" van het "Agence wallonne de la santé, de la protection sociale, du handicap et des familles" (Waals agentschap voor gezondheid, sociale bescherming, handicap en gezinnen), uitgebracht op 28 juni 2022;
Gelet op het verzoek om adviesverlening binnen een termijn van dertig dagen, gericht aan de Raad van State op 18 juli 2022, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Gelet op het gebrek aan adviesverlening binnen die termijn;
Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Gelet op het advies van de "Commission wallonne des Aînés" (Waalse commissie voor senioren), gegeven op 30 mei 2022;
Gelet op het advies van de "Conseil économique, social et environnemental de Wallonie" (Economische, Sociale en Milieuraad van Wallonië), gegeven op 13 juni 2022;
Gelet op het Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid, inzonderheid op artikel 43/2, tweede lid, 1°, 2° en 3°, ingevoegd bij het decreet van 8 november 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/11/2018 pub. 05/12/2018 numac 2018206018 bron waalse overheidsdienst Decreet betreffende de verzekeringsinstellingen en houdende wijziging van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid sluiten;
Gelet op het drieledig intersectoraal kaderakkoord van 27 mei 2021 in de Waalse niet-commerciële sector 2021-2024;
Gelet op de tewerkstellingsmaatregelen op 1 januari 2022 dienen de instellingen in de mogelijkheid te worden gesteld, de financiering van deze contracten te verkrijgen;
Overwegende dat de financiering van de korte verblijven op de eerste dag van de referentieperiode, namelijk 1 juli 2022, opgewaardeerd dient te worden, de artikelen 7 en 9 op die datum uitwerking dienen te hebben;
Overwegende dat de facturatie van de eventueel opgewaardeerde dagvergoeding op de eerste dag van het kwartaal, namelijk 1 juli 2022, mogelijk dient te worden gemaakt;
Op de voordracht van de Minister van Gezondheid;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepaling
Artikel 1.Dit besluit regelt overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet een materie bedoeld in artikel 128, § 1, ervan. HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 21/09/2007 numac 2007023291 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 57 en 59 van de programmawet van 2 januari 2001 wat de harmonisering van de barema's en de loonsverhogingen in bepaalde gezondheidsinrichtingen betreft sluiten tot uitvoering van de artikelen 57 en 59 van de programmawet van 2 januari 2001 wat de harmonisering betreft van de barema's, de loonsverhogingen en tewerkstellingsmaatregelen in bepaalde gezondheidsinstellingen
Art. 2.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 17 augustus 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/08/2007 pub. 21/09/2007 numac 2007023291 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 57 en 59 van de programmawet van 2 januari 2001 wat de harmonisering van de barema's en de loonsverhogingen in bepaalde gezondheidsinrichtingen betreft sluiten tot uitvoering van de artikelen 57 en 59 van de programmawet van 2 januari 2001 wat de harmonisering betreft van de barema's, de loonsverhogingen en tewerkstellingsmaatregelen in bepaalde gezondheidsinstellingen worden 2° en 3° vervangen door hetgeen volgt : "2° het Agentschap: het "Agence wallonne de la santé, de la protection sociale, du handicap et des familles" (Waals Agentschap voor Gezondheid, Sociale Bescherming, Handicap en Gezinnen) bedoeld in artikel 2, § 1, van het Waalse Wetboek van sociale actie en gezondheid; 3° de Dienst: de dienst van het Agentschap".
Art. 3.In hetzelfde besluit wordt een artikel 4ter ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 4ter.§ 1. Sommige werkgevers hebben recht op een jaarlijkse financiële tegemoetkoming per voltijdsequivalent (afgekort VTE), in het kader van de jobcreatie die deel uitmaakt van het kader-akkoord 2021-2024 tussen drie partijden voor de Waalse niet-commerciële privé-sector, gesloten tussen de vertegenwoordigers van de werkgevers en van de werkemers en de Regering, volgens deze nadere bepalingen : 1° in de commerciële privé-sector : a) vanaf 1 januari 2022 en voor zover deze betrekkingen zijn ingevoerd voor 31 december 2023: 101,04 VTE loontrekkenden, zorgkundigen of het reactivatie- of opvoedend personeel A2 of animator in de residentiële zorg of logistieke bijstand in een zorg- of residentiële eenheid;a) vanaf 1 januari 2022 en voor zover deze betrekkingen zijn ingevoerd voor 31 december 2023: 202,08 VTE loontrekkenden, zorgkundigen of het reactivatie- of opvoedend personeel A2 of animator in de residentiële zorg of logistieke bijstand in een zorg- of residentiële eenheid;2° in de privé-sector - verenigingen : a) vanaf 1 januari 2022 en voor zover deze betrekkingen zijn ingevoerd voor 31 december 2023: 74,72 VTE loontrekkenden, zorgkundigen of het reactivatie- of opvoedend personeel A2 of animator in de residentiële zorg of logistieke bijstand in een zorg- of residentiële eenheid;a) vanaf 1 januari 2022 en voor zover deze betrekkingen zijn ingevoerd voor 31 december 2024: 149,44 VTE loontrekkenden, zorgkundigen of het reactivatie- of opvoedend personeel A2 of animator in de residentiële zorg of logistieke bijstand in een zorg- of residentiële eenheid; § 2. De jaarlijkse financiële tegemoetkoming bedoeld in paragraaf 1 wordt vastgesteld op 45.000 euros voor één VTE in de logistieke bijstand in een zorg- of residentiële eenheid, en op 50.000 euro voor één VTE in de andere toelaatbare categorieën van betrekkingen. § 3. Voor zover ze, op grond van de arbeidsovereenkomst waarbij verwezen wordt naar één van deze jobcreatiemaatregelen, de Dienst het bewijs kunnen verstrekken van de creatie van de nieuwe betrekkingen waarvoor deze tegemoetkoming bepaald wordt, is de tegemoetkoming bedoeld in paragraaf 1, 1° en 2°, verschuldigd aan de werkgevers van de privé-sector waarvan de lijst, vastgesteld door het Agentschap, met de vermelding van het aantal VTE per werkgever, goedgekeurd is door het branchecomité Welzijn en Gezondheid van het Agentschap als bedoeld in artikel 11 van het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid en bekendgemaakt op de website van het Agentschap. Deze lijst werkgevers voldoet aan volgende criteria : 1° voor de jaren 2022 en 2023 worden 0.3 VTE toegekend aan iedere werkgever die een andere werkingstitel, verstrekt door het Agentschap, geniet. Bij de invoering van de maatregel is de referentiedatum voor het aanmaken van de lijsten vastgesteld op 12 oktober 2021, datum van ondertekening van voornoemde werkingstitel; 2° vanaf 2024 worden 0.6 VTE toegekend aan iedere werkgever die een andere werkingstitel, verstrekt door het Agentschap, geniet. Bij de invoering van de maatregel is de referentiedatum voor het aanmaken van de lijsten vastgesteld op 1 oktober 2023, datum van ondertekening van voornoemde werkingstitel; 3° de overige VTE, ten gevolge van de toepassing van paragraaf 1, 1°, worden, voor de commerciële privé-sector, toegekend aan de werkgevers naar prorata van het aantal bedden erkend in bejaardentehuizen, rust- en verzorgingstehuizen, centra voor korte verblijven en dagverzorgingscentra in deze sector.Bij de invoering van de maatregel is de referentiedatum voor het aanmaken van de lijsten vastgesteld op 12 oktober 2021, datum van ondertekening van voornoemde werkingstitel.
Bij de tweede fase van de invoering van de maatregel in 2024 is de referentiedatum voor het aanmaken van de lijsten vastgesteld op 12 oktober 2023, datum van ondertekening van voornoemde werkingstitel; 4° de overige VTE, ten gevolge van de toepassing van paragraaf 1, 2°, worden, voor de privé-sector - verenigingen, toegekend aan de werkgevers naar prorata van het aantal bedden erkend in bejaardentehuizen, rust- en verzorgingstehuizen, centra voor korte verblijven en dagverzorgingscentra in deze sector.Bij de eerste fase van de invoering van de maatregel in 2022 is de referentiedatum voor het aanmaken van de lijsten vastgesteld op 12 oktober 2021, datum van ondertekening van voornoemde werkingstitel. Bij de tweede fase van de invoering van de maatregel in 2024 is de referentiedatum voor het aanmaken van de lijsten vastgesteld op 12 oktober 2023, datum van ondertekening van voornoemde werkingstitel. § 4. Zonder vooropzeg en op definitieve wijze worden uit de lijsten bedoeld in paragraaf 3 uitgesloten : 1° de werkgevers die geen nieuwe jobs hebben gecreëerd voor 31 december 2024, overeenkomstig de voorwaarden bedoeld in paragraaf 3;2° de werkgevers voor welke de Dienst de afwezigheid van dat personeel vaststelt tijdens een volledige referentieperiode;3° de werkgevers die na een faillissement worden gesloten of vereffend. Als een bepaald aantal VTE vacant worden gelaten, worden ze ter beschikking gesteld van het stuurcomité, dat het branchecomité "Welzijn en Gezondheid" van het Agentschap bedoeld in artikel 11 van het Waals Wetboek va Sociale Actie en Gezondheid kan voorstellen om ze toe te wijzen aan een andere werkgever, op grond van de criteria bedoeld in paragraaf 2, 1°, 2° of 3°, voor wat betreft de commerciële privé-sector, en paragraaf 3, 1°, 2° of 4°, wat betreft de privé-sector - verenigingen, en ze opnieuw op te nemen in de lijsten bedoeld in paragraaf 3.
Dat stuurcomité bestaat uit één vertegenwoordiger van elke federatie van werkgevers van de privé-sector, vertegenwoordigd in de overeenkomstcommissie "Opvang en Huisvesting van Bejaarde Personen" van het Agentschap als bedoeld in artikel 15 van het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid, evenals uit één vertegenwoordiger van de drie organisaties die de werknemers vertegenwoordigen.
Op grond van de kwartaalbevestigingen voor de referentieperiode met betrekking tot de laatste twee kwartalen van het jaar J-2 en voor de eerste twee kwartalen van het jaar J-1 maakt de dienst het aantal vacant gelaten VTE tegen uiterlijk 31 januari van het jaar J aan de Dienst over.
Het stuurcomité maakt tegen uiterlijk 30 april van het jaar J zijn advies aan het branchecomité Welzijn en Gezondheid van het Agentschap bedoeld in artikel 11 van het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid over dat vervolgens zijn beslissing neemt tegen uiterlijk 30 juni van het jaar J. De beslissing heeft uitwerking ten vroegste op 1 juli van het jaar J. § 5. In de elektronische vragenlijst bedoeld in artikel 5, § 1, 1°, geven de werkgevers het personeelslid dat nieuw aangeworven is of wiens aantal uren verhoogd is in het kader van de maatregel als bedoeld in dat artikel op als houders van een overeenkomst "jobcretaie 2021-2024". § 6. Als een personeelslid is aangeworven in het kader van de maatregel als bedoeld in dit artikel en voor zover er in het kader van dit besluit nog geen financiering daartoe aan de werkgever is toegekend als voorschot of bij de eindafrekening, kan bedoelde werkgever van de Dienst de uitkering van een voorschot vragen van maximum 45.000 euro per VTE. Voor de berekening van dat voorschot wordt rekening gehouden met de aanvangsdatum van de arbeidsovereenkomst of van de beslissing tot benoeming van het voltijdsequivalent van dat personeelslid en van de bepaling in de arbeidsovereenkomst of in de beslissing tot benoeming waaruit blijkt dat dat personeelslid is aangeworven in het kader van de "jobcreatie 2021-2024", volgens de voorwaarden bedoeld in voorgaande paragrafen. ».
Art. 4.Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een paragraaf 6, luidend als volgt : " § 6. Bij intrekking of weigering van de erkenning of stopzetting van de activiteit van een instelling, worden de gegevens bedoeld in paragraaf 1 voor de laatste activiteitsperiode uiterlijk op het einde van het kwartaal, volgend op het kwartaal waarin de intrekking van de erkenning of de stopzetting van de activiteit is voorgevallen, ingediend. Als de gegevens bedoeld in paragraaf 1 niet zijn overgemaakt in de opgelegde termijn en als de instelling niet binnen de vijftien dagen de aanmaning, die de Dienst haar toestuurt, beantwoordt, kan de Dienst eisen dat de voorlopige tegemoetkomingen bedoeld in artikel 6 worden terugbetaald. ".
Art. 5.In artikel 6 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2 worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) de litterae a) en b) worden vervangen als volgt : "1° de voorschotten gestort op 31 januari, 30 april, 31 juli en 31 oktober van het jaar J zij gelijk aan: 1/4 x ((bedrag van de definitieve tegemoetkoming voor de eerste twee kwartalen van het jaar J-2 en voor de eerste twee kwartalen van het jaar J-1) x 1,03);2° de berekening van de voorschotten van de jaren 2022 tot 2025 houdt geen rekening met het aandeel van de definitieve tegemoetkoming gefinancierd krachtens artikel 4ter. Het volgend bedrag wordt toegevoegd aan de bedragen van de voorschotten, respectievelijk gestort van 31 oktober 2022 tot 31 oktober 2025 : 1/4 x (VTE opgenomen op de lijst bedoeld in artikel 4ter; § 2 x 50.000 euro) »;
Het volgend bedrag wordt toegevoegd aan het voorschott, uiterlijk gestort op 31 juli 2022 : 3/4 x (VTE opgenomen op de lijst bedoeld in artikel 4ter; § 2 x 50.000 euro) »; b) punt c) wordt opgeheven;2° in paragraaf 3 worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in het eerste lid worden de woorden "berekend voor de periode van 1 januari 2004 tot 30 juni 2006 en jaarlijks vanaf 1 juli 2006" vervangen door de woorden "jaarlijks berekend". b) in lid 3 worden de volgende wijzigingen aangebracht : (1) In 1° worden de verschuldigd krachtens artikel 4bis en artikel 4ter";woorden "Voor de periode van 1 januari 2004 tot 30 juni 2006 " vervangen door de woorden "Voor de jaarlijkse periodes van 1 juli tot 30 juni van het daarop volgend jaar" en de tweede volzin wordt aangevuld met de woorden, "evenals de tegemoetkomingen krachtens artikel 4bis en 4ter"; (2) punt 2° wordt opgeheven;3° paragraaf 4 wordt vervangen als volgt : " § 4.Het verschil tussen de definitieve tegemoetkoming als bedoeld in paragraaf 3 en de gestorte voorschotten wordt op 31 januari van het jaar volgens op de dienovereenkomstige jaarlijkse periode betaald"; 4° in § 5 worden de woorden « RIZIV » telkens vervangen door de woorden « het Agentschap ».
Art. 6.In artikel 9, lid 2, van hetzelfde artikel, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014022200 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 17 augustus 2007 tot uitvoering van de artikelen 57 en 59 van de programmawet van 2 januari 2001 wat de harmonisering van de barema's en de loonsverhogingen in bepaalde gezondheidsinrichtingen betreft sluiten worden de woorden "evenals in de artikelen 4ter, § § 2 en 6, en 6, § 2," ingevoegd tussen de woorden " § § 1 en 6" en het woord "vermelde". HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen in het ministerieel besluit van 6 november 2003Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 06/11/2003 pub. 26/11/2003 numac 2003023017 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Ministerieel besluit tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden sluiten tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden
Art. 7.In artikel 2, § 2, van het ministerieel besluit van 6 november 2003Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 06/11/2003 pub. 26/11/2003 numac 2003023017 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Ministerieel besluit tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden sluiten tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden, laatstelijk gewijzigd bij het ministerieel besluit van 5 december 2012Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 05/12/2012 pub. 17/12/2012 numac 2012022442 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 6 november 2003 tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden sluiten, worden volgende wijzigingen aangebracht : a) in 2°, d), worden de woorden "1,4" vervangen door de woorden "1,886";b) in 3°, d), worden de woorden "1,4" vervangen door de woorden "3,766";c) in 4°, d), worden de woorden "1,4" vervangen door de woorden "3,731";d) in 5°, d), worden de woorden "1,4" vervangen door de woorden "3,731";e) in 6°, d), worden de woorden "1,4" vervangen door de woorden "2,866".
Art. 8.In artikel 8, § 2, b), 11°, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 5 december 2012Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 05/12/2012 pub. 17/12/2012 numac 2012022442 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 6 november 2003 tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden sluiten, worden de woorden "en in artikel 4ter" ingevoegd tussen de woorden "in artikel 4bis" en de woorden "van het koninklijk besluit".
Art. 9.In hetzelfde besluit wordt een artikel 42/2 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. "42/2. Voor berekeningen met betrekking tot de factureringsperiode 20212, met ingang van 1 juli 2022, en voor berekeningen met betrekking tot de factureringsperiode 2023 past de dienst de in artikel 2, § 2, vastgestelde en op 30 juni 2022 geldende financieringsnormen toe, indien deze berekening gunstiger uitvalt met betrekking tot de onderdelen A1 en A2 van de dagvergoeding van de instelling. ". HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen
Art. 10.Dit besluit heeft uitwerking op 1 januari 2022, behoudens wat betreft de artikelen 7 en 9, die uitwerking hebben op 1 juli 2022 en artikel 4, dat in werking treedt tien dagen na bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad.
Art. 11.De Minister van Gezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 15 september 2022.
Voor de Regering: De Minister-President, E. DI RUPO De Minister van Werk, Vorming, Gezondheid, Sociale Actie en Sociale Economie, Gelijke Kansen en Vrouwenrechten, Ch. MORREALE