Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 25 september 2020
gepubliceerd op 19 oktober 2020

Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van artikel 16 en 17/1 van het decreet van 20 januari 2012 houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid

bron
vlaamse overheid
numac
2020031517
pub.
19/10/2020
prom.
25/09/2020
ELI
eli/besluit/2020/09/25/2020031517/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

25 SEPTEMBER 2020. - Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van artikel 16 en 17/1 van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid


Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20; - het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid, artikel 16, gewijzigd bij de decreten van 24 juni 2016 en 22 december 2017, en artikel 17/1, ingevoegd bij het decreet van 21 maart 2014.

Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld: - De Inspectie van Financiën heeft een advies verleend op 6 juni 2020. - De Sectorraad Sociaal-Cultureel Werk van de Raad voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media heeft advies gegeven op 26 juni 2020. - De Vlaamse Jeugdraad heeft advies gegeven op 1 juli 2020. - Er is op 30 juli 2020 bij de Raad van State een aanvraag ingediend voor een advies binnen 30 dagen, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

Het advies is niet meegedeeld binnen die termijn. Daarom wordt artikel 84, § 4, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, toegepast.

Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Brussel, Jeugd en Media.

Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

Artikel 1.In het besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2012Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/09/2012 pub. 24/10/2012 numac 2012036107 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 20 januari 2012 houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten tot uitvoering van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 27 februari 2015, 2 december 2016 en 16 juni 2017, wordt een artikel 2/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 2/1.§ 1. In dit artikel wordt verstaan onder aanspreekpunt integriteit: het aanspreekpunt integriteit, vermeld in artikel 2, 1° /1, van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten. § 2. Om te voldoen aan de erkenningsvoorwaarde voor het integriteitsbeleid, vermeld in artikel 17, § 1, derde lid, 1°, van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten, neemt elke vereniging de volgende maatregelen, die ze implementeert en stimuleert in haar werking, met inbegrip van de lokale afdelingen: 1° een aanspreekpunt integriteit organiseren met de volgende maatregelen: a) een of meer personen als aanspreekpunt integriteit aanstellen of een overeenkomst sluiten met een andere vereniging met het oog op de aanstelling van een gedeeld aanspreekpunt.Het aanspreekpunt integriteit heeft een duidelijk mandaat; b) het aanspreekpunt integriteit ondersteunen en het intern bekendmaken;2° preventie, vorming en sensibilisering organiseren met bijzondere aandacht voor privacy en het gebruik en delen van foto's van kinderen en jongeren;3° beschikken over een document waarin het beleid en de operationalisering van het beleid over de integriteit zijn vastgelegd met aandacht voor kwaliteit, preventie en reactie. § 3. Ter uitvoering van artikel 17, § 1, derde lid, 2°, van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten wordt onder de taken van het aanspreekpunt integriteit, vermeld in artikel 2, 1° /1, het volgende verstaan: 1° onder eerste opvang en doorverwijzing als vermeld in artikel 2, 1° /1, van het voormelde decreet wordt het volgende verstaan: a) als contactpunt optreden bij grensoverschrijdend gedrag;b) het aantal en de aard van de meldingen registreren;c) doorverwijzen als dat nodig is;2° onder de coördinatie van interne procedures ter bevordering van de integriteit van personen, vermeld in artikel 2, 1°, van het voormelde decreet wordt het volgen van het beleidsdocument en de operationalisering daarvan, vermeld in paragraaf 2, 3°, verstaan;3° onder de preventie en ondersteuning en het tegengaan van vormen van grensoverschrijdend gedrag, vermeld in artikel 2, 1°, van het voormelde decreet wordt het sensibiliseren en het ondersteunen van de vereniging en, in voorkomend geval, haar lokale afdelingen verstaan door maatregelen voor te stellen om het preventiebeleid en interne procedures te optimaliseren. Als verenigingen die op basis van artikel 8, § 7, van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten worden gesubsidieerd, een beleidsnota indienen, tonen ze de uitvoering van de taken van het aanpreekpunt integriteit aan, vermeld in het eerste lid, 1°, 2° en 3°.

Als verenigingen die op basis van artikel 13, § 1, tweede lid, van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten worden gesubsidieerd, een beleidsnota indienen, tonen ze de uitvoering van de taken van het aanpreekpunt integriteit, vermeld in het eerste lid, 1°, 2° en 3°, aan.

Verenigingen die alleen een basissubsidie ontvangen op basis van artikel 13, § 1, van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten, tonen de uitvoering van de taken van het aanpreekpunt integriteit, vermeld in het eerste lid, 1°, 2° en 3°, vierjaarlijks aan, samen met een financiële verantwoording en de verantwoording van de erkenningsmodules. De eerste verantwoording vindt plaats in 2022.".

Art. 2.In artikel 13, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "zes leden" vervangen door de woorden "negen leden".

Art. 3.In artikel 2, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 mei 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 09/05/2014 pub. 23/09/2014 numac 2014036572 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de kadervormingstrajecten, vermeld in artikel 17/1 van het decreet van 20 januari 2012 houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten betreffende de kadervormingstrajecten, vermeld in artikel 17/1 van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 februari 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "zes maanden" vervangen door de woorden "drie maanden"; 2° aan het eerste lid wordt een punt 4° toegevoegd, dat luidt als volgt: "4° de manier waarop de vereniging zich heeft voorbereid om kadervormingstrajecten te organiseren."; 3° er wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "Elke vereniging die erkend is om kadervormingstrajecten te organiseren, maakt vijfjaarlijks, vanaf het moment dat ze erkend is om kadervormingstrajecten te organiseren, een evaluatie van haar kadervormingstrajecten en stuurt haar erkenningsdossier waar nodig bij.De vereniging brengt de administratie op de hoogte van de aanpassingen in haar dossier.".

Art. 4.Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 3.Het competentieprofiel van animator bestaat uit de volgende competenties met de bijbehorende indicatoren: 1° kinderen en jongeren begeleiden: a) je past je manier van communiceren aan de kinderen en jongeren aan;b) je weet wat de kinderen en jongeren kunnen en kennen en je houdt er rekening mee;c) je hebt aandacht voor elk kind of elke jongere en zijn plaats in de groep;d) je kent de leefwereld van de kinderen en jongeren, je kent hun interesses en speelt daarop in;e) je houdt rekening met de diverse achtergronden, behoeften en mogelijkheden van de kinderen en jongeren en speelt daarop in;2° activiteiten organiseren: a) je maakt van ideeën een concrete activiteit.Je bereidt de activiteit goed voor zodat ze goed verloopt; b) je zorgt ervoor dat een activiteit goed verloopt en past de activiteit aan als dat nodig is;c) je geeft na afloop van een activiteit aan wat goed en slecht verlopen is en formuleert verbeterpunten voor een volgende activiteit;3° over zichzelf reflecteren als animator: a) je weet wat je sterke punten en werkpunten zijn als begeleider van kinderen en jongeren en je gaat ermee aan de slag om verder te groeien als animator;b) je weet wat je sterke punten en werkpunten zijn bij de voorbereiding en begeleiding van een activiteit en je gaat ermee aan de slag om verder te groeien als animator;4° de emotionele en fysieke veiligheid en integriteit van kinderen en jongeren waarborgen: a) je creëert een veilige omgeving voor activiteiten door risico's in te schatten;b) je kunt problemen oplossen in onveilige situaties;c) je maakt de nodige afspraken, stelt grenzen en bewaakt ze;d) je laat jongeren bewust omgaan met het gebruik en het delen van fotomateriaal;5° respectvol handelen: a) je bent je bewust van je voorbeeldfunctie en handelt ernaar;b) je hebt respect voor elk kind en elke jongere.Je behandelt iedereen gelijkwaardig; c) je gaat discreet om met vertrouwelijke informatie;6° samenwerken: a) je werkt constructief samen aan gemeenschappelijke taken;b) je staat open voor feedback en je gaat ermee aan de slag om verder te groeien als animator;c) je maakt afspraken met anderen en je houdt je eraan;7° enthousiasmeren : a) je doet, door je eigen enthousiasme, de kinderen en jongeren zin krijgen in een activiteit. Het competentieprofiel van hoofdanimator bestaat uit de volgende competenties met de bijbehorende indicatoren: 1° animatoren begeleiden: a) je past je manier van communiceren aan de animatoren aan;b) je weet wat de animatoren kunnen en kennen en je houdt er rekening mee;c) je hebt aandacht voor elke animator en zijn plaats in de groep;d) je kent de leefwereld van de animatoren, je kent hun interesses en speelt daarop in;e) je houdt rekening met de diverse achtergronden, behoeften en mogelijkheden van de animatoren en speelt daarop in;2° een geheel aan activiteiten organiseren: a) je giet een geheel van activiteiten in een evenwichtig programma;b) je stelt een planning en een evenwichtige taakverdeling op;c) je bewaakt de uitvoering van de planning en de taakverdeling;d) je evalueert een geheel van activiteiten en stuurt dat geheel bij waar nodig;3° over zichzelf reflecteren als hoofdanimator: a) je weet wat je sterke punten en werkpunten zijn als begeleider van animatoren en je gaat ermee aan de slag om verder te groeien als hoofdanimator;b) je weet wat je sterke punten en werkpunten zijn bij de organisatie van een geheel van activiteiten en je gaat ermee aan de slag om verder te groeien als hoofdanimator;4° animatoren evalueren: a) je schat de competenties van de animatoren in en beoordeelt de competenties tijdens en na afloop van het geheel van activiteiten;b) je benoemt en bespreekt de groeikansen van en met animatoren, met respect voor de inbreng van de animatoren;5° de eindverantwoordelijkheid nemen: a) je voorziet in een duidelijk kader voor de werking door afspraken te maken met de animatoren;b) je zorgt ervoor dat de afspraken worden nageleefd of bijgestuurd;c) je hakt knopen door, je verantwoordt beslissingen en draagt de gevolgen ervan;d) je hebt oog voor de emotionele en fysieke veiligheid van deelnemers en animatoren;6° de werking praktisch organiseren en omkaderen: a) je weet welke administratieve gegevens nodig zijn om de werking te organiseren en de veiligheid te garanderen;b) je registreert administratieve gegevens correct en houdt ze bij zodat ze bruikbaar zijn voor anderen;c) je verwerkt administratieve gegevens correct en volgt ze op;d) je communiceert duidelijk en constructief met verschillende externe partners ;7° een team leiden: a) je laat animatoren samenwerken op een participatieve manier;b) je werkt aan een goede groepssfeer en bewaakt die. Het competentieprofiel van instructeur bestaat uit de volgende competenties met de bijbehorende indicatoren: 1° deelnemers begeleiden: a) je past je manier van communiceren aan de deelnemers aan;b) je weet wat de deelnemers kunnen en kennen en je houdt er rekening mee;c) je hebt aandacht voor elke deelnemer en zijn plaats in de groep;d) je kent de leefwereld van de deelnemers, je kent hun interesses en speelt daarop in;e) je kent de evolutie en het groeiproces dat zowel de deelnemers als de groep doormaken en speelt daarop in;f) je houdt rekening met de diverse achtergronden, behoeften en mogelijkheden van de deelnemers en speelt daarop in;2° vorming voorbereiden: a) je bepaalt de competenties waaraan gewerkt wordt tijdens de vormingssessies;b) je legt, samen met andere instructeurs, op basis van de competenties waaraan gewerkt wordt, de inhoud, de vorm en de volgorde van de vormingssessies vast;c) je selecteert gepaste werkvormen en technieken of werkt ze uit om te werken aan de competenties tijdens vormingssessies;3° vorming begeleiden: a) je werkt aan de beoogde competenties aan de hand van geschikte en aangepaste werkvormen en technieken;b) je houdt rekening met de vormingsbehoeften en verwachtingen van de deelnemers;c) je motiveert de deelnemers om te leren;4° vorming evalueren: a) je gaat na of de beoogde competenties bereikt zijn;b) je beoordeelt of de juiste werkvormen en technieken gehanteerd zijn en je formuleert verbeterpunten voor een volgende vorming;5° over zichzelf reflecteren als instructeur: a) je weet wat je sterke punten en werkpunten zijn als begeleider van deelnemers en je gaat ermee aan de slag om verder te groeien als instructeur;b) je weet wat je sterke punten en werkpunten zijn bij de organisatie van vorming en je gaat ermee aan de slag om verder te groeien als instructeur;6° deelnemers evalueren: a) je schat de competenties van de deelnemers in en beoordeelt de competenties tijdens en na afloop van de vorming;b) je benoemt en bespreekt de groeikansen van en met de deelnemers, met respect voor de inbreng van de deelnemers;7° de eindverantwoordelijkheid nemen: a) je voorziet in een duidelijk kader voor de vorming door afspraken te maken met de deelnemers;b) je zorgt ervoor dat de afspraken worden nageleefd of bijgestuurd;c) je hakt knopen door, je verantwoordt beslissingen en draagt de gevolgen ervan;d) je hebt oog voor de emotionele en fysieke veiligheid van deelnemers en mede-instructeurs;8° vorming praktisch organiseren en omkaderen: a) je weet welke administratieve gegevens nodig zijn om de vorming te organiseren en de veiligheid te garanderen;b) je registreert administratieve gegevens correct en houdt ze bij zodat ze bruikbaar zijn voor anderen;c) je verwerkt administratieve gegevens correct en volgt ze op; d) je communiceert duidelijk en constructief met verschillende externe partners.".

Art. 5.Artikel 4 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 februari 2015, wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 4.§ 1. De kadervormingstrajecten bestaan uit: 1° een theoretisch gedeelte van minstens vijftig en maximaal vijfenvijftig uur.Minstens vijftig uur wordt daarbij besteed aan de verwerving van de competenties, vermeld in artikel 3; 2° een begeleide stage in het jeugdwerk van vijftig uur. Het theoretische gedeelte wordt minimaal door vier deelnemers bijgewoond.

De vereniging die het kadervormingstraject opstart, draagt de verantwoordelijkheid voor het volledige traject. Dat omvat zowel de organisatie van het vormingsgedeelte als het faciliteren en opvolgen van een stageplaats en het formuleren van een einduitspraak over de deelnemers.

Een deelnemer doorloopt een kadervormingstraject binnen een periode van maximaal drie jaar. § 2. Voor de begeleiding van een animatortraject gelden de volgende kwalificatievereisten: 1° voor het theoretische gedeelte: a) beantwoordt de hoofdverantwoordelijke ter plaatse aan een van de volgende vereisten: 1) hij heeft een attest van instructeur én heeft minstens één animatorcursus begeleid;2) hij heeft een diploma of getuigschrift hoger onderwijs met minstens zestig uur pedagogische vorming én heeft minstens één animatorcursus begeleid;b) beantwoordt een begeleider ter plaatse per vijftien deelnemers aan een van de volgende vereisten: 1) hij heeft een attest van instructeur;2) hij heeft een attest van hoofdanimator;3) hij heeft drie geattesteerde cursussen begeleid;4) hij heeft een diploma of getuigschrift hoger onderwijs met minstens zestig uur pedagogische vorming én heeft minstens één geattesteerde cursus begeleid;2° voor de stage beantwoordt de begeleider aan een van de volgende vereisten: a) hij heeft een attest van instructeur;b) hij heeft een attest van hoofdanimator;c) hij heeft een diploma of getuigschrift hoger onderwijs met minstens zestig uur pedagogische vorming;d) hij is een beroepskracht met pedagogische bevoegdheid op een jeugddienst of in het jeugdwerk;e) hij heeft aantoonbare specifieke vorming gevolgd om stagiairs in het jeugdwerk te begeleiden. § 3. Voor de begeleiding van een hoofdanimatortraject gelden de volgende kwalificatievereisten: 1° voor het theoretische gedeelte: a) beantwoordt de hoofdverantwoordelijke ter plaatse aan een van de volgende vereisten: 1) hij heeft een attest van instructeur én heeft minstens één hoofdanimatorcursus begeleid;2) hij heeft een diploma of getuigschrift hoger onderwijs met minstens zestig uur pedagogische vorming én heeft minstens één hoofdanimatorcursus begeleid;b) beantwoordt een begeleider ter plaatse per vijftien deelnemers aan een van de volgende vereisten: 1) hij heeft een attest van instructeur;2) hij heeft een attest van hoofdanimator;3) hij heeft drie geattesteerde cursussen begeleid;4) hij heeft een diploma of getuigschrift hoger onderwijs met minstens zestig uur pedagogische vorming én heeft minstens één geattesteerde cursus begeleid;2° voor de stage beantwoordt de begeleider aan een van de volgende vereisten: a) hij heeft een attest van instructeur;b) hij heeft een attest van hoofdanimator;c) hij heeft een diploma of getuigschrift hoger onderwijs met minstens zestig uur pedagogische vorming;d) hij is een beroepskracht met pedagogische bevoegdheid op een jeugddienst of in het jeugdwerk;e) hij heeft aantoonbare specifieke vorming gevolgd om stagiairs in het jeugdwerk te begeleiden. § 4. Voor de begeleiding van een instructeurstraject gelden de volgende kwalificatievereisten: 1° voor het theoretische gedeelte: a) beantwoordt de hoofdverantwoordelijke ter plaatse aan een van de volgende vereisten: 1) hij heeft een attest van instructeur en heeft minstens één instructeurscursus begeleid;2) hij heeft een diploma of getuigschrift hoger onderwijs met minstens zestig uur pedagogische vorming én heeft minstens één instructeurscursus begeleid;b) beantwoordt een begeleider ter plaatse per vijftien deelnemers aan een van de volgende vereisten: 1) hij heeft een attest van instructeur;2) hij heeft een instructeurscursus begeleid;2° voor de stage beantwoordt de begeleider aan een van de volgende vereisten: a) hij heeft een attest van instructeur;b) hij heeft een diploma of getuigschrift hoger onderwijs met minstens zestig uur pedagogische vorming;c) hij is een beroepskracht met pedagogische bevoegdheid op een jeugddienst of in het jeugdwerk;d) hij heeft aantoonbare specifieke vorming gevolgd om stagiairs in het jeugdwerk te begeleiden. § 5. De administratie stelt een trajectboekje ter beschikking waarmee het kadervormingstraject moet worden opgevolgd.".

Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 1 november 2020, met uitzondering van artikel 1, dat in werking treedt op: 1° 1 januari 2021 voor de verenigingen die gesubsidieerd worden op basis van artikel 8 van het decreet van 20 januari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/01/2012 pub. 07/03/2012 numac 2012035198 bron vlaamse overheid Decreet houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid sluiten houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid;2° 1 januari 2022 voor de verenigingen die gesubsidieerd worden op basis van artikel 9, 10 en 11 van het voormelde decreet.

Art. 7.De Vlaamse minister, bevoegd voor de jeugd, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 25 september 2020.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Brussel, Jeugd en Media, B. DALLE

^