Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 24 april 2009
gepubliceerd op 16 juli 2009

Besluit van de Vlaamse Regering tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming

bron
vlaamse overheid
numac
2009203186
pub.
16/07/2009
prom.
24/04/2009
ELI
eli/besluit/2009/04/24/2009203186/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

24 APRIL 2009. - Besluit van de Vlaamse Regering tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming


De Vlaamse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 87, § 1;

Gelet op het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003, artikel 6, § 2 en artikel 7, derde lid;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 juli 2004 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 16 februari 2009;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de bestuurszaken, gegeven op 17 juli 2008;

Gelet op het advies 46.134/1 van de Raad van State, gegeven op 26 maart 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities, benaming, doel en taakstelling van het agentschap

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : 1° bewijs van erkende kwalificaties : een bewijs van een erkende kwalificatie, als vermeld in artikel 2, 8° van het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur;2° minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor onderwijs en vorming;3° EVC : erkenning van verworven competenties.

Art. 2.Binnen het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming wordt een intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid opgericht onder de benaming Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming, hierna het agentschap te noemen.

Art. 3.Het agentschap heeft als missie om een kwaliteitszorgsysteem te realiseren voor de onderwijs-, beroepsopleidings- en vormingstrajecten en voor de EVC-trajecten die naar bewijzen van erkende kwalificaties leiden door : 1° einddoelen van onderwijs-, beroepsopleidings- vormings- en EVC-trajecten die naar bewijzen van erkende kwalificaties leiden, op te stellen;2° de kwaliteit van de instellingen te bewaken die dergelijke trajecten aanreiken;3° eenduidige en heldere certificeringsprocessen te garanderen.

Art. 4.Het agentschap heeft tot taak : 1° studiewerk uit te voeren te concretisering van : a) ontwikkelingsdoelen, eindtermen en basiscompetenties;b) goedkeuringscriteria voor leerplannen en handelingsplannen;c) de opleidingenstructuur;2° voorstellen voor de onderwijskwalificaties voor de niveaus 1 tot en met 5 uit te werken;3° de resultaten van de evaluatie van de realisatie van de ontwikkelingsdoelen, eindtermen en basiscompetenties door de instellingen te verwerken met het oog op een eventuele bijsturing ervan;4° in samenwerking met het Departement Onderwijs en Vorming peilingtoetsen in het leerplichtonderwijs te organiseren en op te volgen;5° beroepscompetentieprofielen in te schalen tot beroepskwalificaties en te adviseren over de erkenning ervan;6° erkende onderwijs- en beroepskwalificaties te registreren in een kwalificatiedatabank en die databank met bijbehorende website te beheren en in te staan voor de coördinatie en het inhoudelijk beheer van de databank met de leer- en ervaringsbewijzen;7° het toezicht op de kwaliteit van het kleuter,- leerplicht en volwassenenonderwijs en de leerlingenbegeleiding, het deeltijds kunstonderwijs, de leertijd en de in het kader van leren en werken aangeboden vormingsprogramma's aan te sturen, te organiseren en af te stemmen met de pedagogische begeleiding;het toezicht te organiseren op de toepassing van reglementering binnen de onderwijsinstellingen en centra voor leerlingenbegeleiding; 8° het toezicht te organiseren op de kwaliteit van de opleidings- en vormingsprogramma's buiten het beleidsdomein Onderwijs en Vorming die leiden tot bewijzen van erkende beroepskwalificaties;9° kwaliteitsvoorwaarden voor EVC in onderwijsinstellingen en kwaliteitskaders en procedures voor EVC-processen in onderwijsinstellingen te ontwikkelen;10° het toezicht te organiseren op de kwaliteit van de EVC-instellingen waar mensen hun competenties kunnen laten testen of erkennen;11° een EVC-kennisnetwerk op te zetten en een uniek loket voor vragen over EVC te installeren 12° de gelijkwaardigheid van kwalificatiebewijzen te bepalen en gelijkwaardigheidsattesten uit te reiken;13° de examens van de Vlaamse Gemeenschap om een diploma secundair onderwijs te behalen, de toelatingsexamens arts-tandarts en de taalexamens voor het personeel in het onderwijs te organiseren.

Art. 5.De taken, vermeld in artikel 4, 8° en 10°, worden voor andere beleidsdomeinen dan het beleidsdomein Onderwijs en Vorming uitgevoerd binnen hetzelfde kwaliteitskader door een afzonderlijke cel binnen het agentschap die op onafhankelijke wijze en met kennis van het betrokken beleidsdomein haar werkzaamheden organiseert. De cel rapporteert haar vaststellingen jaarlijks aan de betrokken Vlaamse ministers.

Art. 6.Overeenkomstig artikel 9, § 1, 1°, van het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003, regelt de beheersovereenkomst de concretisering van de kwalitatieve en kwantitatieve wijze waarop het agentschap zijn taken vervult, met strategische en operationele doelstellingen, beschreven aan de hand van meetbare criteria.

Art. 7.Bij de uitoefening van zijn missie en taken treedt het agentschap op namens de rechtspersoon Vlaamse Gemeenschap. HOOFDSTUK II. - Aansturing en leiding van het agentschap

Art. 8.Het agentschap ressorteert onder het hiërarchische gezag van de minister.

Art. 9.De minister stuurt het agentschap aan, inzonderheid via een beheersovereenkomst.

De beheersovereenkomst wordt, na onderhandeling, gesloten tussen de Vlaamse Regering, vertegenwoordigd door de minister, en het hoofd van het agentschap. Als bijlage bij de beheerovereenkomst wordt het samenwerkingsprotocol met het beleidsdomein Werk en Sociale Economie en het samenwerkingsprotocol met het beleidsdomein Cultuur, Jeugd, Sport en Media gevoegd.

De beheersovereenkomst en elke verlenging, wijziging, schorsing of ontbinding ervan wordt voorafgaandelijk aan de Vlaamse Regering ter goedkeuring voorgelegd, op voorstel van de minister.

Art. 10.Het hoofd van het agentschap is belast met de algemene leiding, de werking en de vertegenwoordiging van het agentschap, onverminderd de mogelijkheid tot delegatie en subdelegatie van die bevoegdheid. HOOFDSTUK III. - Delegatie van beslissingsbevoegdheden

Art. 11.Het hoofd van het agentschap heeft delegatie van beslissingsbevoegdheid voor de aangelegenheden die zijn vastgesteld in het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2003 tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de intern verzelfstandigde agentschappen van de Vlaamse overheid. HOOFDSTUK IV. - Controle, voortgangscontrole en toezicht

Art. 12.Met behoud van de toepassing van artikel 9, 33 en 34 van het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003 met betrekking tot informatieverstrekking, rapportering, interne controle en interne audit is de minister verantwoordelijk voor de voortgangscontrole van en het toezicht op het agentschap.

Art. 13.De minister kan, in het kader van de voortgangscontrole en de uitoefening van het toezicht, op ieder ogenblik aan het hoofd van het agentschap informatie, rapportering en verantwoording vragen over bepaalde aangelegenheden, zowel op geaggregeerd niveau als op niveau van individuele onderwerpen en dossiers. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen

Art. 14.§ 1. De minister stelt de lijst vast van de personeelsleden die worden overgedragen van het Departement Onderwijs en Vorming, het Agentschap voor Onderwijsdiensten en het Agentschap Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs en Studietoelagen aan het agentschap. De taakinhoud van het agentschap is het bepalend criterium voor de overgang van de personeelsleden. De personeelsleden van vermelde entiteiten die voor het grootste deel van hun opdracht belast zijn met : -taken van ondersteuning van de inspectie of van de Dienst voor Onderwijsontwikkeling; - taken met betrekking tot de gelijkwaardigheid van kwalificatiebewijzen in het basis-, secundair of hoger onderwijs; - taken met betrekking tot de organisatie van examens; worden van ambtswege toegewezen aan het agentschap, dat deze taken overneemt. § 2. De in § 1 vermelde personeelsleden die worden overgedragen aan het agentschap behouden : 1° hun hoedanigheid;2° hun graad of betrekking;3° hun functionele of geldelijke loopbaan;4° hun administratieve of geldelijke anciënniteit;5° het salaris en de salarisschaal waarop zij recht hadden volgens de bestaande reglementering op het ogenblik van hun overdracht;6° de toelagen, vergoedingen en sociale voordelen die op reglementaire of contractuele basis werden toegekend, in zoverre de voorwaarden van toekenning blijven bestaan, en dat aan deze voorwaarden blijft voldaan.

Art. 15.Aan artikel 4, 4°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 juli 2004 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 23 december 2005, 28 juni 2007, 10 oktober 2007, 5 september 2008, 22 september 2008 en 6 januari 2009, wordt een punt m) toegevoegd, dat luidt als volgt : "m) Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming."

Art. 16.In artikel 22, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie, gewijzigd bij de besluiten van 31 maart 2006 en 24 april 2009, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het woord "drie" wordt vervangen door het woord "vier"; 2° een punt 4° wordt toegevoegd, dat luidt als volgt : "4° Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming."

Art. 17.Dit besluit treedt in werking op 1 mei 2009.

Art. 18.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 24 april 2009.

De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, F. VANDENBROUCKE

^