Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 23 september 2016
gepubliceerd op 18 oktober 2016

Besluit van de Vlaamse Regering houdende vrijstelling van bepaalde werknemersbijdragen voor ondernemingen die behoren tot de koopvaardijsector en tot wijziging van artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2015 houdende vrijstelling van bepaalde werkgeversbijdragen voor ondernemingen die behoren tot de koopvaardijsector en de zeesleepvaartsector en tot wijziging van artikel 14bis, eerste lid, van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 , betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen

bron
vlaamse overheid
numac
2016036468
pub.
18/10/2016
prom.
23/09/2016
ELI
eli/besluit/2016/09/23/2016036468/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 SEPTEMBER 2016. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende vrijstelling van bepaalde werknemersbijdragen voor ondernemingen die behoren tot de koopvaardijsector en tot wijziging van artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 13/11/2015 pub. 08/12/2015 numac 2015036498 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende vrijstelling van bepaalde werkgeversbijdragen voor ondernemingen die behoren tot de koopvaardijsector en de zeesleepvaartsector type besluit van de vlaamse regering prom. 13/11/2015 pub. 07/12/2015 numac 2015036499 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende vrijstelling van bepaalde werkgeversbijdragen voor ondernemingen die behoren tot de baggervaartsector sluiten houdende vrijstelling van bepaalde werkgeversbijdragen voor ondernemingen die behoren tot de koopvaardijsector en de zeesleepvaartsector en tot wijziging van artikel 14bis, eerste lid, van het koninklijk besluit van 16 mei 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/05/2003 pub. 06/06/2003 numac 2003012302 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg en federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 , betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen sluiten tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/12/2002 numac 2002021488 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/12/2002 numac 2002021495 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) sluiten (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen


DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de besluitwet van 7 februari 1945 betreffende de maatschappelijke veiligheid van de zeelieden ter koopvaardij, artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 12 augustus 2000;

Gelet op de programmawet van 24 december 2002Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/12/2002 numac 2002021488 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/12/2002 numac 2002021495 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) sluiten (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 mei 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/05/2003 pub. 06/06/2003 numac 2003012302 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg en federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 , betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen sluiten tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/12/2002 numac 2002021488 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/12/2002 numac 2002021495 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) sluiten (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 13/11/2015 pub. 08/12/2015 numac 2015036498 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende vrijstelling van bepaalde werkgeversbijdragen voor ondernemingen die behoren tot de koopvaardijsector en de zeesleepvaartsector type besluit van de vlaamse regering prom. 13/11/2015 pub. 07/12/2015 numac 2015036499 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende vrijstelling van bepaalde werkgeversbijdragen voor ondernemingen die behoren tot de baggervaartsector sluiten houdende vrijstelling van bepaalde werkgeversbijdragen voor ondernemingen die behoren tot de koopvaardijsector en de zeesleepvaartsector;

Gelet op het akkoord van de Europese Commissie, gegeven op 14 september 2015;

Gelet op het advies van het beheerscomité van de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden, gegeven op 1 juni 2016;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 5 juli 2016;

Gelet op het advies van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen, gegeven op 25 juli 2016;

Gelet op advies 60.015/1 van de Raad van State, gegeven op 6 september 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat de vrijstelling van de werknemersbijdragen voor de koopvaardijsector sinds 1 juli 2014 behoort tot de bevoegdheid van de gewesten;

Overwegende dat dit besluit van de Vlaamse Regering tot doel heeft het stelsel van de toekenning van een vrijstelling van werkgeversbijdragen in overeenstemming met Richtsnoer nr. C 2004/43 van 17 januari 2004 van de Europese Commissie betreffende staatssteun voor het zeevervoer te behouden om te voorkomen dat de sector verlies lijdt;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Vrijstellingen van bepaalde werknemersbijdragen

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op communautaire zeelieden die door reders met een exploitatiezetel op het grondgebied van het Vlaamse Gewest worden tewerkgesteld op zeeschepen die geregistreerd zijn in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte.

In het eerste lid wordt verstaan onder communautaire zeelieden: 1° burgers van de Europese Unie of van de Europese Economische Ruimte als het zeelieden betreft die werken aan boord van schepen, met inbegrip van roroveerboten, die geregelde passagiersdiensten tussen havens van de Europese Unie verzorgen;2° in alle andere gevallen dan de gevallen vermeld in punt 1°, alle zeelieden die in een lidstaat van de Europese Unie belastingen en/of sociale zekerheidsbijdragen moeten betalen.

Art. 2.De reders, vermeld in artikel 2, § 1, 2°, van de besluitwet van 7 februari 1945 betreffende de maatschappelijke veiligheid van de zeelieden ter koopvaardij, worden toegelaten de zeeliedenbijdragen, berekend op basis van een maandloon van een twaalfde van het bedrag, vermeld in artikel 7, derde lid, van het koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust en overlevingspensioen voor werknemers, van toepassing gedurende het kalenderjaar dat voorafgaat aan het lopende jaar, te betalen aan de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden, en het bedrag dat overeenstemt met de persoonlijke bijdragen, berekend op het verschil tussen het begrensde loon en het maandelijkse loon, te behouden.

Art. 3.§ 1. De reders waarborgen minimaal zestig arbeidsplaatsen voor de zeelieden en shoregangers die ingeschreven zijn op de Poollijst van de Zeelieden ter Koopvaardij, en 256 arbeidsplaatsen voor de officieren die ingeschreven zijn op de Poollijst van de Zeelieden ter Koopvaardij.

In het eerste lid wordt verstaan onder arbeidsplaats: een vacante plaats gedurende 365 dagen per jaar voor een varend koopvaardijpersoneelslid. Dat betekent 60 x 1,7 = 102 tewerkstellingen voor zeelieden en shoregangers, en 256 x 1,7 = 435 tewerkstellingen voor officieren. § 2. Bij de evaluatie van de naleving van de tewerkstellingsnorm, vermeld in paragraaf 1, wordt geen rekening gehouden met de varende werknemers, vermeld in artikel 2quater van de besluitwet van 7 februari 1945 betreffende de maatschappelijke veiligheid van de zeelieden ter koopvaardij. § 3. Het Paritair Comité van de Koopvaardij onderzoekt jaarlijks of voldaan is aan de tewerkstellingsnorm, vermeld in paragraaf 1. De voorzitter van het bevoegde paritair comité bezorgt het jaarlijkse evaluatierapport voor 30 april aan de Vlaamse minister, bevoegd voor het tewerkstellingsbeleid. § 4. Als de reders overmacht inroepen, kan van de naleving van de tewerkstellingsnorm, vermeld in paragraaf 1, worden afgeweken. In dat geval bevat het verslag van het paritair comité de gronden voor overmacht. § 5. De Vlaamse minister, bevoegd voor het tewerkstellingsbeleid, beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen om zich uit te spreken over het respecteren van de tewerkstellingsnorm, vermeld in paragraaf 1, en over de eventuele gehele of gedeeltelijke invordering van de vrijgestelde bijdragen voor het afgelopen jaar in kwestie. Die termijn begint te lopen de dag nadat de voorzitter van het bevoegde paritair comité het jaarlijkse evaluatierapport heeft bezorgd, en op 30 april als de voorzitter van het bevoegde comité het jaarlijkse evaluatierapport niet of niet tijdig heeft bezorgd. Als de Vlaamse minister, bevoegd voor het tewerkstellingsbeleid, binnen die termijn geen beslissing neemt, wordt de beslissing geacht positief te zijn.

Art. 4.De reder deelt aan de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden de volgende gegevens mee: 1° het aantal dagen waarvoor de socialezekerheidsbijdragen verschuldigd zijn, namelijk: a) elke vaart- en bijwerkdag voor de zeevarenden;b) elke arbeidsdag voor de shoregangers;c) elke dag waarvoor de opzeggingsvergoeding door de reder verschuldigd is;2° het maand per maand betaalde brutoloon met betrekking tot de voormelde dagen, waarop de zeeman ingevolge zijn dienstbetrekking recht heeft. In het eerste lid, 2°, wordt verstaan onder brutoloon van de zeeman: de standaardgage, vermeerderd met de overuren en alle vergoedingen, opzeggingsvergoedingen inbegrepen.

Art. 5.Aan artikel 1, § 1, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 13/11/2015 pub. 08/12/2015 numac 2015036498 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende vrijstelling van bepaalde werkgeversbijdragen voor ondernemingen die behoren tot de koopvaardijsector en de zeesleepvaartsector type besluit van de vlaamse regering prom. 13/11/2015 pub. 07/12/2015 numac 2015036499 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende vrijstelling van bepaalde werkgeversbijdragen voor ondernemingen die behoren tot de baggervaartsector sluiten houdende vrijstelling van bepaalde werkgeversbijdragen voor ondernemingen die behoren tot de koopvaardijsector en de zeesleepvaartsector worden de woorden "die geregistreerd zijn in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte" toegevoegd. HOOFDSTUK 2. - Doelgroepverminderingen

Art. 6.In artikel 14bis, eerste lid, van het koninklijk besluit van 16 mei 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/05/2003 pub. 06/06/2003 numac 2003012302 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg en federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 , betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen sluiten tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/12/2002 numac 2002021488 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) type programmawet prom. 24/12/2002 pub. 31/12/2002 numac 2002021495 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) sluiten (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 21 januari 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/01/2004 pub. 03/02/2004 numac 2004200096 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg en federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot uitvoering van de hoofdstukken 1, 2, 3 en 7 van titel II van de programmawet van 22 december 2003 sluiten en gewijzigd bij het koninklijk 28 maart 2007 en het besluit van de Vlaamse regering van 10 juni 2016, wordt de zinsnede "artikel 9bis" vervangen door de zinsnede "artikelen 9 en 9bis".

Art. 7.In artikel 14bis, eerste lid van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 21 januari 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/01/2004 pub. 03/02/2004 numac 2004200096 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg en federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot uitvoering van de hoofdstukken 1, 2, 3 en 7 van titel II van de programmawet van 22 december 2003 sluiten en gewijzigd bij het koninklijk van 28 maart 2007, en het besluit van de Vlaamse regering van 10 juni 2016, en 23 september 2016, wordt de zinsnede "artikelen 9 en 9bis" vervangen door de zinsnede "artikel 9bis". HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen

Art. 8.Hoofdstuk 1 van dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2015 en treedt buiten werking op 31 december 2022.

Hoofdstuk 2 van dit besluit treedt inwerking op 1 januari 2019, met uitzondering van artikel 6 dat uitwerking heeft op 2 juli 2016.

Art. 9.De Vlaamse minister, bevoegd voor het tewerkstellingsbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 23 september 2016 De minister-president van de Vlaamse Regering, Geert BOURGEOIS De Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport, Philippe MUYTERS

^