23 APRIL 2004. - Besluit van de Vlaamse regering betreffende de starterscheques voor prestarters

De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 31 januari 2003 betreffende het economisch ondersteuningsbeleid, gewijzigd bij het decreet van 19 december 2003;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2003 houdende gedeeltelijke verdeling van het provisioneel krediet, ingeschreven onder de basisallocatie 00.18 van het programma 24.6 van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2003;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2003 houdende gedeeltelijke verdeling van het provisioneel krediet, ingeschreven onder de basisallocatie 00.18 vare het programma 24.6 van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2004;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 2 april 2004;

Gelet op het advies 36.383/1 van de Raad van State, gegeven op 22 januari 2004, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Economie, Buitenlands Beleid en E-government;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° decreet : het decreet van 31 januari 2003 betreffende het economisch ondersteuningsbeleid;2° minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor het economisch beleid;3° uitgever : de na mededinging aangewezen instelling die belast is met de uitgifte en de betaling van de starterscheques;4° prestarter : een natuurlijk persoon die geen koopman is of die geen zelfstandig beroep uitoefent en die een onderneming wil oprichten of overnemen in het Vlaamse Gewest;5° starterscheque : betaalinstrument waarmee adviezen kunnen worden betaald die een erkende adviesinstantie factureert aan een prestarter. De minister bepaalt de vormvereisten van de starterscheque; 6° adviezen : schriftelijk, specifieke, waardevolle en toekomstgerichte raadgevingen en aanbevelingen en studies;7° erkende adviesinstantie : een onafhankelijke private dienstverlener die geheel of gedeeltelijk is gespecialiseerd in het in kaart brengen en onderzoeken van problemen betreffende het bedrijfsfunctioneren, die vervolgens passende acties kan aanbevelen en kan helpen met de implementatie ervan, en die door de minister wordt erkend voor het systeem van de Vlaamse starterscheques;8° afdeling : de afdeling Economisch Ondersteuningsbeleid van de administratie Economie van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;9° kalenderjaar : de periode van 1 januari tot en met 31 december. HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied

Art. 2.Prestarters komen in aanmerking voor een steun die wordt toegekend in de vorm van een subsidie bij de aankoop van starterscheques om een beroep te doen op diensten van een erkende adviesinstantie.

Er kan steun worden verleend om een beroep te doen op adviezen van een erkende adviesinstantie. De prestarters kunnen kiezen uit een lijst van erkende adviesinstanties. HOOFDSTUK III. - Erkenning adviesinstantie

Art. 3.§ 1. De minister erkent de adviesinstantie op basis van de ondertekende deontologische code en : 1° een kwaliteitscertificaat dat de kwaliteit inzake de dienstverlening van de adviesverstrekking garandeert.Dat kwaliteitscertificaat is : a) een ISO-certificaat, uitgereikt door een geaccrediteerde certificeringsinstelling;b) een CEDEO/Q*for-certificaat;2° een erkenning door het Vlaams Instituut voor het Zelfstandig ondernemen van externe bedrijfsadviseurs in het kader van het besluit van de Vlaamse regering van 7 december 1997 betreffende het toekennen van een financiële tegemoetkoming ten behoeve van kleine ondernemingen die een beroep doen op erkende externe bedrijfsadviseurs en betreffende de erkenning van die bedrijfsadviseurs;3° een andere door de Vlaamse overheid uitgereikte erkenning mits die erkenning de kwaliteit van de adviesverlening garandeert zodat de adviesinstantie zich op de markt als een door de overheid erkende adviesinstantie mag profileren;4° een erkenning als individuele adviseur;5° een erkenning als lid van een beroepsorganisatie met een deontologische code op voorwaarde dat de beroepsorganisatie of het beroep erkend werd onder de bepalingen van de kaderwet van 1 maart 1976 tot reglementering van de bescherming van de beroepstitel en van de uitoefening van de dienstverlenende intellectuele beroepen of, bij gebrek daaraan via een (bijzondere) wet. § 2. De adviesinstantie mag zich pas na erkenning door de minister als erkende instantie profileren op de adviesmarkt. § 3. De minister bepaalt de procedure inzake de toekenning, de schorsing en de intrekking van de erkenning van de adviesinstanties. HOOFDSTUK IV. - Starterscheques

Art. 4.§ 1. Prestarters kunnen, binnen de perken van de beschikbare begrotingsmiddelen, per kalenderjaar maximaal honderd zevenenzestig starterscheques met een zichtwaarde van dertig euro per starterscheque of voor een maximaal volume van vijfduizend en tien euro aan starterscheques reserveren. § 2. De minister bepaalt de procedure voor reservering en aankoop van de starterscheques.

Art. 5.Het Vlaamse Gewest levert een bijdrage van 75 % in het totaalbedrag van de starterscheques, de overige 25 % wordt betaald door de prestarters bij de aankoop van de starterscheques.

Art. 6.§ 1. De starterscheque heeft voor de prestarters een geldigheidsduur van veertien maanden vanaf de datum van de uitgifte om facturen in het kader van de overeenkomst inzake het advies te betalen. § 2. De starterscheque wordt uiterlijk binnen vijftien maanden vanaf de uitgifte door de erkende adviesinstantie ingediend bij de uitgever. § 3. De aanvaardbare totale kosten van het advies bedragen minstens driehonderd euro. § 4. Voorschotfacturen of facturen waartegenover geen geleverde prestaties staan, kunnen niet betaald worden met starterscheques. § 5. De starterscheque w iidt in de onderstaande gevallen niet uitbetaald aan de erkende adviesinstantie : 1° als de geldigheidsduur, vermeld in § 1 en § 2, niet gerespecteerd wordt;2° als de cheque gebruikt of aanvaard wordt voor de betaling van een advies of een deel ervan dat gefactureerd werd voor de reservering van de starterscheques of als er geen prestaties tegenover staan;3° als een advies verstrekt werd door een niet-erkende adviesinstantie. § 6. De totale waarde van de aangeboden starterscheques mag niet groter zijn dan het totaalbedrag van de factuur, exclusief BTW.

Art. 7.Een prestarter kan de te veel gekochte geldige starterscheques terugbetaald krijgen op voorwaarde dat de afdeling ze vooraf goedkeurt. Dat kan alleen als de overeenkomst tussen de prestarter en de erkende adviesinstantie wordt verbroken gedurende de uitvoeringsperiode van het advies en de geldigheidsduur van de reservering ten gevolge van : 1° het overlijden of een ongeval met volledige arbeidsonbekwaamheid van de prestarter;2° de stopzetting van de activiteit van de erkende adviesinstantie. HOOFDSTUK V. - Aankoopprocedure Afdeling I. - Reservering

Art. 8.De prestarter identificeert zich aan de hand van een aantal criteria die de minister bepaalt en doet een aanvraag tot reserveren van de starterscheques.

Art. 9.§ 1. De reservering van de starterscheques wordt uiterlijk veertien kalenderdagen na de ondertekening van de overeenkomst tussen prestarter en erkende adviesinstantie aangevraagd. Pas na de goedkeuring van de reservering mag met de uitvoering van het advies gestart worden en mag het project geheel of gedeeltelijk gefactureerd worden voor de geleverde prestaties. § 2. Per overeenkomst tussen een prestarter en een erkende adviesinstantie kan slechts één reservering gebeuren. Die reservering heeft een geldigheidsduur van twaalf maanden vanaf de datum van goedkeuring van de reservering.

Art. 10.De prestarter wordt ervan op de hoogte gebracht dat de aangevraagde starterscheques gereserveerd werden. Afdeling II. - Bestelling en betaling

Art. 11.§ 1. De prestarter vraagt minstens tien starterscheques per bestelling aan binnen de geldigheidsduur van de reservering, bepaald in artikel 6, § 2. § 2. De gereserveerde starterscheques kunnen in maximaal vier tranches besteld en aangekocht worden.

Art. 12.§ 1. Bij elke bestelling is de volledige verschuldigde som door de prestarter binnen veertien kalenderdagen nadat hij van de bestelling op de hoogte werd gebracht, gestort op de rekening van de uitgever, anders vervalt zijn bestelling van rechtswege. § 2. Binnen een periode van maximaal veertien kalenderdagen na ontvangst van de betaling drukt de uitgever de starterscheques op naam van de prestarter en de erkende adviesinstantie conform de overeenkomst, met vermelding van de vervaldatum, bepaald in artikel 6, § 2, en het reserveringsnummer. Hij verstuurt de starterscheques binnen vijf werkdagen. Afdeling III. - Inleveringsprocedure door de erkende adviesinstantie

Art. 13.§ 1. De erkende adviesinstantie levert de starterscheques die het van een prestarter heeft ontvangen, met een kopie van de factuur in bij de uitgever. Die betaalt de erkende adviesinstantie uit voor het gedeelte van de factuur waarvoor starterscheques ter betaling werden afgegeven. § 2. De factuur wordt opgesteld in ten minste twee exemplaren, waarvan één bestemd voor de prestarter, en één voor de uitgever. Op een bijgevoegd afgifteborderel, verstrekt door de uitgever, worden het reserveringsnummer, toegekend door de uitgever, het factuurnummer en het aantal starterscheques vermeld die ter betaling werden ontvangen. § 3. De erkende adviesinstantie dient de starterscheques in bij de uitgever uiterlijk vijftien maanden na de uitgifte ervan. § 4. Als vaststaat dat de in dit besluit vermelde voorwaarden werden vervuld, dan betaalt de uitgever de erkende adviesinstantie binnen veertien kalenderdagen nadat die laatste de starterscheques bij hem heeft ingediend. HOOFDSTUK VI. - Teruggave

Art. 14.§ 1. De subsidie wordt geheel of gedeeltelijk teruggevorderd als de bepalingen van het decreet en dit besluit niet nageleefd worden, met toepassing van de bepalingen in de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991 en de wet van 7 juni 1994 tot wijziging van het koninklijk besluit van 31 mei 1933 betreffende de verklaringen te doen in verband met subsidies, vergoedingen en toelagen van elke aard, die geheel of gedeeltelijk ten laste zijn van de Staat. § 2. Bij de terugvordering is de Europese referentierentevoet van toepassing. HOOFDSTUK XII. - Slotbepalingen

Art. 15.Hoofdstuk I, IV, XII tot en met XVII van het decreet treden voor de toepassing van dit besluit in werking op de datum, bepaald door de Vlaamse minister.

Art. 16.De Vlaamse minister bepaalt de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Art. 17.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Economisch Beleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 23 april 2004.

De minister-president van de Vlaamse regering, B. SOMERS De Vlaamse minister van Economie, Buitenlands Beleid en E-government, P. CEYSENS