5 JULI 2024. - Besluit van de Vlaamse Regering tot delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de leden van de Vlaamse Regering

Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - het bijzonder decreet van 7 juli 2006Relevante gevonden documenten type bijzonder decreet prom. 07/07/2006 pub. 17/10/2006 numac 2006036360 bron vlaamse overheid Bijzonder decreet over de Vlaamse instellingen sluiten over de Vlaamse instellingen, artikel 21 en 22.

Vormvereiste De volgende vormvereiste is vervuld: - De Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, heeft zijn akkoord gegeven op 4 juli 2024.

Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de minister-president van de Vlaamse Regering.

Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

HOOFDSTUK 1. - Delegatie van beslissingsbevoegdheden

Artikel 1.§ 1. Elk lid van de Vlaamse Regering oefent de beslissingsbevoegdheden die bij dit besluit worden gedelegeerd, uit in de aangelegenheden die hem of haar zijn toegewezen.

De delegaties, vermeld in dit besluit, gelden ook voor beslissingen die betrekking hebben op aangelegenheden die aan verschillende leden van de Vlaamse Regering zijn toegewezen, en dus samen moeten worden genomen. § 2. De beslissingsbevoegdheden die bij dit besluit worden gedelegeerd, worden uitgeoefend binnen de perken en met inachtneming van de voorwaarden en modaliteiten die zijn vastgelegd in wetten, decreten, besluiten en omzendbrieven.

Als in dit besluit de beslissingsbevoegdheid voor bepaalde aangelegenheden expliciet gedelegeerd wordt, strekt de delegatie zich ook uit tot: 1° de beslissingen die moeten worden genomen in het kader van de voorbereiding en de uitvoering van de bedoelde aangelegenheden;2° de beslissingen van ondergeschikt belang of aanvullende aard die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van de bevoegdheid of er inherent deel van uitmaken;3° het sluiten van overeenkomsten. § 3. De bedragen, vermeld in dit besluit, zijn exclusief de belasting over de toegevoegde waarde.

Art. 2.De leden van de Vlaamse Regering hebben delegatie voor: 1° het nemen van beslissingen voor de toepassing van de verdragen, EU-verordeningen, samenwerkingsakkoorden, wetten, decreten, verordeningen, koninklijke besluiten, besluiten van de Vlaamse Regering en ministeriële besluiten;2° de aanwending van de begrotingskredieten;3° de samenwerking met de federale staat en de andere gemeenschappen en gewesten die wordt voorgeschreven door de Grondwet of de institutionele wetten, als het gaat om advies-, overleg- of betrokkenheidsprocedures.Die delegatie geldt niet voor procedures van akkoord, eensluidend advies of beslissing op voorstel; 4° de uitoefening van het administratief toezicht op de regionale, provinciale en lokale besturen; 5° de uitoefening van het bestuur van of het toezicht op de diensten, instellingen en rechtspersonen die afhangen van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest, met uitzondering van het sluiten van samenwerkingsovereenkomsten als vermeld in artikel III.16 van het Bestuurs decreet van 7 december 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/12/2018 pub. 19/12/2018 numac 2018032457 bron vlaamse overheid Bestuursdecreet sluiten en beheersovereenkomsten; 6° de oprichting van basis- en tussenoverlegcomités;7° de aanwijzing van personen in adviesorganen en commissies op voorwaarde dat het voornemen tot aanwijzing vooraf door het bevoegde lid aan de Vlaamse Regering wordt meegedeeld;8° de verwerving van zakelijke rechten op onroerende goederen ten bate van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest;9° het beheer van de onroerende goederen die behoren tot het openbare of het private domein van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest, overeenkomstig de bestemming die met toepassing van de regels die de Vlaamse Regering vaststelt, aan die goederen is gegeven.Die delegatie geldt ook voor: a) de beslissing om de bestemming te wijzigen, of om een onroerend goed te onttrekken aan zijn bestemming, als de Vlaamse minister, bevoegd voor het vastgoed, onmiddellijk op de hoogte wordt gebracht van die beslissing;b) het verlenen van vergunningen voor private ingebruikneming en van concessies op openbare domeingoederen en het vestigen van zakelijke gebruiksrechten op openbare domeingoederen;c) de vestiging van zakelijke gebruiksrechten op private domeingoederen of de verhuring of verpachting ervan;10° het beheren en vervreemden van zakelijke gebruiksrechten op onroerende goederen die niet tot het openbare of private domein van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest behoren;11° het verwerven, beheren en vervreemden van roerende domeingoederen;12° het sluiten, wijzigen of beëindigen van overeenkomsten met een maximale looptijd van negen jaar voor de huur van onroerende goederen, met uitzondering van de onroerende goederen, vermeld in artikel 6, § 2, van dit besluit.Die delegatie geldt alleen voor de onroerende goederen waarvan de totale gerelateerde jaarlijkse uitgaven, waaronder huur, fiscale lasten, huurlasten en aflossing van geprefinancierde investeringsuitgaven, niet hoger zijn dan 150.000 euro; 13° het aanvaarden en weigeren van schenkingen en legaten;14° het toekennen van giften en prijzen als vermeld in artikel 77 van de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën van 29 maart 2019, als het bedrag ervan lager is dan 7000 euro; 15° het verlenen van gewestwaarborg of gemeenschapswaarborg, in de volgende gevallen: a) het gecumuleerde bedrag, per natuurlijke persoon of per rechtspersoon, is niet hoger dan 5.000.000 euro; b) de mogelijkheid tot het verlenen van een waarborg is bepaald in het decreet houdende de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap;16° de erkenning van vorderingen als lasten van het verleden als vermeld in artikel 53, § 2, tweede lid, 1°, van het decreet van 21 december 1994 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1995, na voorafgaand akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid;17° het overschrijden van kredieten of verlenen van kasvoorschotten, in geval van noodwendige of dringende uitgaven, als dat is toegestaan in het decreet houdende de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap; 18° het verstrekken van leningen of kredieten en het aangaan van deelnemingen als het bedrag ervan lager is dan 250.000 euro; 19° het sluiten van dadingen, minnelijke schikkingen en schulderkenningen als het bedrag van de uitgaven die eruit voortvloeien, niet hoger is dan 250.000 euro, met behoud van de toepassing van artikel 4, § 4, en § 5, tweede lid, van dit besluit; 20° het sluiten van overeenkomsten tot arbitrage;21° het verlenen van onteigeningsmachtigingen aan instellingen of rechtspersonen.

Art. 3.De delegatie die wordt toegestaan bij artikel 2, omvat niet: 1° het nemen van reglementaire besluiten;2° het sluiten van samenwerkingsakkoorden of verdragen;3° de oprichting en de wijze van samenstelling van raden, commissies, diensten, instellingen of rechtspersonen;4° de aanwijzing of voordracht van personen in administratieve rechtscolleges of in bestuursorganen en de aanwijzing van regeringscommissarissen;5° het sluiten van samenwerkingsovereenkomsten die voorzien in de mogelijkheid om leningen uit te geven of deelnemingen aan te gaan.

Art. 4.§ 1. De leden van de Vlaamse Regering hebben delegatie om overheidsopdrachten, prijsvragen en raamovereenkomsten te plaatsen tot een bedrag dat niet hoger is dan de bedragen, vermeld in de volgende tabel:

openbare of niet-openbare procedure, dynamisch aankoopsysteem

mededingingsprocedure met onderhandeling, (vereenvoudigde) onderhandelingsprocedure met voorafgaande oproep tot mededinging, vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking, concurrentiegerichte dialoog, innovatiepartnerschap en procedure sui generis met voorafgaande bekendmaking

onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking en onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande oproep tot mededinging

werken

20.000.000

10.000.000

2.000.000

leveringen

10.000.000

5.000.000

1.000.000

diensten

5.000.000

2.500.000

500.000

Voor de toepassing van het eerste lid hebben de grensbedragen betrekking op: 1° het goed te keuren offertebedrag voor de gunningsbeslissing bij overheidsopdrachten;2° het goed te keuren offertebedrag of het prijzengeld voor de gunningsbeslissing bij prijsvragen;3° de maximale waarde voor de gunningsbeslissing van raamovereenkomsten. De leden van de Vlaamse Regering hebben, ongeacht het bedrag, delegatie voor: 1° alle voorbereidende beslissingen, waaronder minstens de principiële beslissing tot plaatsing van de opdracht, de keuze van de plaatsingsprocedure en de goedkeuring van de opdrachtdocumenten;2° de selectiebeslissing;3° de gunningsbeslissing in geval van een opdracht op basis van een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking respectievelijk een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande oproep tot mededinging, in geval van dwingende spoed die voortvloeit uit onvoorzienbare gebeurtenissen als vermeld in artikel 42, § 1, eerste lid, 1°, b), en artikel 124, § 1, 5°, van de wet van 17 juni 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/06/2016 pub. 14/07/2016 numac 2016021053 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet inzake overheidsopdrachten sluiten inzake overheidsopdrachten;4° de beslissing tot niet-plaatsing;5° het sluiten van de opdracht. Naast de delegaties, vermeld in het eerste en derde lid, hebben de leden van de Vlaamse Regering delegatie om overheidsopdrachten van beperkte waarde als vermeld in artikel 92 van de wet van 17 juni 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/06/2016 pub. 14/07/2016 numac 2016021053 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet inzake overheidsopdrachten sluiten inzake overheidsopdrachten, te plaatsen. § 2. De leden van de Vlaamse Regering hebben delegatie om alle beslissingen te nemen voor de uitvoering van overheidsopdrachten, ongeacht de budgettaire weerslag. § 3. De leden van de Vlaamse Regering hebben delegatie om opdrachten te plaatsen op basis van een raamovereenkomst of van een dynamisch aankoopsysteem, binnen het voorwerp en de bepalingen ervan. § 4. In afwijking van artikel 2, 19°, hebben de leden van de Vlaamse Regering delegatie voor het sluiten van dadingen, minnelijke schikkingen en schulderkenningen die betrekking hebben op overheidsopdrachten, als het bedrag van de uitgaven die eruit voortvloeien, niet hoger is dan de volgende bedragen: 1° 2.500.000 euro voor werken; 2° 625.000 euro voor leveringen; 3° 150.000 euro voor diensten. § 5. De leden van de Vlaamse Regering hebben delegatie om de gunningsbeslissing bij concessies te nemen als de waarde van de concessie niet hoger is dan de volgende bedragen: 1° voor concessies voor werken: 20.000.000 euro; 2° voor concessies voor diensten: 5.000.000 euro.

Voor de toepassing van het eerste lid, 1°, stemt de waarde overeen met de waarde van het bouwwerk dat het voorwerp uitmaakt van de concessie.

In afwijking van artikel 2, 19°, hebben de leden van de Vlaamse Regering delegatie om dadingen, minnelijke schikkingen en schulderkenningen te sluiten die betrekking hebben op concessies, als het bedrag van de uitgaven die eruit voortvloeien, niet hoger is dan de volgende bedragen: 1° 2.000.000 euro voor concessies voor werken; 2° 500.000 euro voor concessies voor diensten.

De leden van de Vlaamse Regering hebben, ongeacht het bedrag, delegatie voor alle andere beslissingen die in het kader van de plaatsing of uitvoering van een concessie worden genomen. § 6. De leden van de Vlaamse Regering hebben delegatie om de principiële beslissing te nemen tot de plaatsing van opdrachten voor diensten van onderzoek en ontwikkeling die niet onder de toepassing vallen van de bepalingen van de wet van 17 juni 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/06/2016 pub. 14/07/2016 numac 2016021053 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet inzake overheidsopdrachten sluiten inzake overheidsopdrachten, als het bedrag niet hoger is dan 2.500.000 euro.

Voor de toepassing van het eerste lid heeft het grensbedrag betrekking op het bedrag van de geraamde waarde van het deel van de opdracht dat ten laste is van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest.

Naast de delegatie, vermeld in het eerste lid, hebben de leden van de Vlaamse Regering voor de opdrachten voor diensten van onderzoek en ontwikkeling delegatie om, ongeacht het bedrag, alle andere beslissingen te nemen binnen het verloop van de opdracht, waaronder minstens: 1° de goedkeuring van de opdrachtdocumenten;2° de beslissingen tot aanwijzing van de deelnemers in de verschillende fasen;3° de beslissing om het proces stop te zetten. § 7. De leden van de Vlaamse Regering hebben delegatie om overheidsopdrachten te plaatsen die niet vallen onder de toepassing van de wet van 17 juni 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/06/2016 pub. 14/07/2016 numac 2016021053 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet inzake overheidsopdrachten sluiten inzake overheidsopdrachten, als het bedrag niet hoger is dan 2.500.000 euro. § 8. Bij gezamenlijke overheidsopdrachten of gezamenlijke concessies gelden de delegaties, vermeld in paragraaf 1 tot en met 7, voor het bedrag van het deel dat ten laste is van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest.

Art. 5.In de rechtsgedingen van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest over een aangelegenheid die tot de uitsluitende bevoegdheid behoort van één Vlaamse minister, treedt die minister op namens de Vlaamse Regering.

Als de rechtsgedingen betrekking hebben op een aangelegenheid die tot de bevoegdheid behoort van meer dan één Vlaamse minister, spreken die ministers onderling af wie van hen namens de Vlaamse Regering zal optreden. Als een dergelijke afspraak ontbreekt, treedt de minister op die eerst komt in de orde van voorrang.

Art. 6.§ 1. De Vlaamse minister, bevoegd voor het vastgoed, heeft voor de niet-bestemde onroerende goederen die behoren tot het domein van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest, delegatie voor: 1° het beheer ervan; 2° de vervreemding ervan, als de budgettaire weerslag niet hoger is dan 1.250.000 euro.

In afwijking van het eerste lid heeft de Vlaamse minister, bevoegd voor de omgeving en de natuur, delegatie voor de vervreemding van bossen, groengebieden, natuurgebieden, viswaters en gronden voor de aanleg van openbare groene ruimten, die aan hun bestemming onttrokken zijn. § 2. De Vlaamse minister, bevoegd voor het vastgoed, heeft delegatie voor het sluiten, wijzigen of beëindigen van overeenkomsten met een maximale looptijd van twaalf jaar voor de huur van onroerende goederen die aan al de volgende voorwaarden voldoen: 1° ze zijn hoofdzakelijk bestemd voor de huisvesting van de kantoren voor de Vlaamse ministeries;2° de ingehuurde bruto-oppervlakte bedraagt maximaal 3000 m2; 3° de totale gerelateerde jaarlijkse uitgaven, waaronder huur, fiscale lasten, huurlasten en aflossing van geprefinancierde investeringsuitgaven, zijn niet hoger dan 450.000 euro. § 3. In afwijking van artikel 2, 18°, van dit besluit, heeft de Vlaamse minister, bevoegd voor het facilitair management, delegatie voor het verstrekken van leningen aan rechtspersonen die behoren tot de Vlaamse overheid, in het kader van de DAB Investeringsprogramma Energiebeheer Overheidsgebouwen, vermeld in artikel 32 van het Programmadecreet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type programmadecreet prom. 16/12/2022 pub. 29/12/2022 numac 2022043151 bron vlaamse overheid Programmadecreet bij de begroting 2023 sluiten bij de begroting 2023.

Art. 7.In afwijking van artikel 2, 2°, van dit besluit heeft de Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, delegatie om: 1° in geval van uitvoerend beslag op de goederen die opgenomen zijn in de verklaring, vermeld in artikel 1412bis van het Gerechtelijk Wetboek, voor het bedrag van de vordering een vastlegging te nemen en, in voorkomend geval, de herverdeling die daarvoor noodzakelijk is, binnen een begrotingsprogramma door te voeren op de beschikbare begrotingskredieten van de minister die bevoegd is voor de aangelegenheid die aanleiding heeft gegeven tot het beslag; 2° in geval van uitvoerend beslag op andere tegoeden van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest voor het bedrag van de vordering, voor maximaal 5.000.000 euro, een vastlegging te nemen en de herverdeling die daarvoor noodzakelijk is, binnen een begrotingsprogramma door te voeren op de beschikbare begrotingskredieten van de minister die bevoegd is voor de aangelegenheid die aanleiding heeft gegeven tot het beslag.

De Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, kan opdracht geven om het uitgevoerde beslag, vermeld in het eerste lid, te vereffenen.

Art. 8.§ 1. De Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, heeft delegatie om ter uitvoering van artikel 91 van het decreet van 18 december 2015Relevante gevonden documenten type decreet prom. 18/12/2015 pub. 29/12/2015 numac 2015036624 bron vlaamse overheid Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2016 type decreet prom. 18/12/2015 pub. 29/04/2016 numac 2016035398 bron vlaamse overheid Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2016 sluiten houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2016: 1° de saldi te beperken die voor de berekening van het bedrag van de herverdeling naar de provisie investeringsmiddelen in aanmerking komen;2° de kredieten vast te stellen die herverdeeld kunnen worden naar de provisie, vermeld in punt 1°. § 2. De Vlaamse minister, bevoegd voor de financiële operaties, heeft delegatie om elke verrichting te doen voor het financiële beheer in het algemeen belang, waaronder de delegatie om: 1° rentegevende financieringsmiddelen te creëren met inbegrip van thesauriebewijzen als vermeld in artikel 3 van de wet van 22 juli 1991 betreffende de thesauriebewijzen en de depositobewijzen;2° de voorwaarden en de terugbetalingstermijnen van leningen en beleggingen te bepalen of aan te passen, of, in het algemeen, daarover met geldschieters of investeerders overeenkomsten te sluiten;3° in het kader van de financiering van te consolideren entiteiten leningen toe te kennen;4° deelnemingen aan te gaan of de waarborg te verlenen van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest;5° de terugbetaling van kapitaalsaflossingen van leningen die zijn aangegaan of overgenomen door de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest en die op vervaldag komen, met leningen te dekken. § 3. De Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, heeft delegatie om schadevergoedingen in het kader van het Indemniteits decreet van 21 januari 2022Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/01/2022 pub. 10/03/2022 numac 2022040128 bron vlaamse overheid Decreet tot invoering van een waarborg bij inkomende bruiklenen voor tijdelijke tentoonstellingen type decreet prom. 21/01/2022 pub. 06/05/2022 numac 2022031332 bron vlaamse overheid Scheepvaartdecreet sluiten, die niet meer dan 500.000 euro bedragen, te erkennen als last als vermeld in artikel 53, § 2, tweede lid, 2°, van het decreet van 21 december 1994 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1995.

Art. 9.De Vlaamse minister, bevoegd voor de weginfrastructuur en het wegenbeleid, heeft delegatie om te beslissen over de beroepen over gemeentelijke rooilijnplannen of opheffing van gemeentewegen, vermeld in artikel 24 van het decreet van 3 mei 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 03/05/2019 pub. 12/08/2019 numac 2019013704 bron vlaamse overheid Decreet houdende de gemeentewegen sluiten houdende de gemeentewegen, en over de beroepen over aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg, vermeld in artikel 31/1 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

De Vlaamse minister, bevoegd voor de weginfrastructuur en het wegenbeleid, heeft delegatie om conform artikel 295 van het decreet van 22 december 2017Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2017 pub. 15/02/2018 numac 2018030427 bron vlaamse overheid Decreet over het lokaal bestuur sluiten over het lokaal bestuur bestaande gewestwegen of gedeelten van gewestwegen in te delen bij de gemeentewegen, op voorwaarde dat de gemeenteraad daarmee instemt.

Art. 10.De Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, heeft delegatie om de diensten met afzonderlijk beheer Landcommanderij Alden Biesen en Kasteel van Gaasbeek toestemming te geven om bijkomende verbintenissen aan te gaan voor de meerontvangsten die de diensten hebben gerealiseerd, als dat is toegestaan in het decreet houdende de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 11.De Vlaamse minister, bevoegd voor het woonbeleid, heeft delegatie om de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen in het kader van haar bevoegdheid voor sociale huisvesting te machtigen om: 1° marktconforme leningen en bulletleningen te verstrekken, met of zonder rentekortingen;2° grondaankopen te financieren vanuit het Rollend Grondfonds. De Vlaamse minister, bevoegd voor het woonbeleid, heeft delegatie om het Vlaams Woningfonds in het kader van zijn bevoegdheid voor sociale huisvesting te machtigen bijzondere sociale leningen te verstrekken aan particulieren.

Art. 12.De Vlaamse minister, bevoegd voor de economie en de Vlaamse minister, bevoegd voor het wetenschappelijk onderzoek en de innovatie, hebben delegatie om in het kader van de opdracht van het Fonds voor Innoveren en Ondernemen uitgaven tot 500.000 euro aan te gaan die passen in het sociale, economische en regionale beleid van de Vlaamse Regering.

Art. 13.De minister-president van de Vlaamse Regering heeft delegatie om crisissituaties vast te stellen en de duur ervan te bepalen.

Art. 14.In afwijking van artikel 2, 3°, hebben de leden van de Vlaamse Regering delegatie om een voorstel tot toekenning van onderscheidingen in de Nationale Orden of van burgerlijke eretekens aan personeelsleden ter beslissing aan de federale overheid voor te leggen.

HOOFDSTUK 2. - Mogelijkheid tot subdelegatie

Art. 15.De leden van de Vlaamse Regering kunnen de bevoegdheden die bij dit besluit aan hen worden gedelegeerd, delegeren aan personeelsleden van de diensten van de Vlaamse Regering en de instellingen en rechtspersonen die afhangen van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest. Ze kunnen die personeelsleden machtigen om, als ze de minister in kwestie daarvan op de hoogte brengen, die bevoegdheden verder te delegeren en te laten subdelegeren aan personeelsleden die onderworpen zijn aan hun hiërarchische gezag.

De Vlaamse minister, bevoegd voor het binnenlands bestuur en het stedenbeleid, kan aan de provinciegouverneurs en aan de adjunct van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant bevoegdheden delegeren voor de uitvoering van de begroting en gunning van overheidsopdrachten voor begrotingskredieten voor algemene werkingskosten of investeringsgoederen ten behoeve van de gouverneurs. De Vlaamse minister, bevoegd voor het binnenlands bestuur en het stedenbeleid, kan aan de provinciegouverneurs dezelfde bevoegdheden delegeren voor de begrotingskredieten voor algemene werkingskosten of investeringsgoederen ten behoeve van de arrondissementscommissarissen en de gewestelijke ontvangers. De Vlaamse minister, bevoegd voor het binnenlands bestuur en het stedenbeleid, kan die gouverneurs machtigen om, als ze de minister daarvan op de hoogte brengen, die bevoegdheden verder te delegeren aan de arrondissementscommissarissen.

De delegaties die aan personeelsleden zijn verleend in aangelegenheden die aan de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest zijn overgedragen, blijven gelden tot ze gewijzigd of opgeheven worden, binnen de grenzen, vermeld in dit besluit.

HOOFDSTUK 3. - Regeling bij vervanging

Art. 16.Als de minister-president of een lid van de Vlaamse Regering afwezig of verhinderd is, wordt een regeling voor plaatsvervanging getroffen.

HOOFDSTUK 4. - Ondertekening

Art. 17.De besluiten van de Vlaamse Regering en de samenwerkingsakkoorden van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest met de Staat of met andere gewesten of gemeenschappen worden namens de Vlaamse Regering ondertekend door de minister-president en door de bevoegde Vlaamse minister.

De notificaties van de beslissingen van de Vlaamse Regering worden namens de Vlaamse Regering ondertekend door de secretaris van de Vlaamse Regering.

HOOFDSTUK 5. - Slotbepalingen

Art. 18.Het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juli 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 25/07/2014 pub. 01/08/2014 numac 2014036478 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering sluiten tot delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de leden van de Vlaamse Regering, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 november 2022, wordt opgeheven.

Art. 19.Dit besluit treedt in werking op de datum van de eerstvolgende beëdiging van de Vlaamse Regering.

Art. 20.De Vlaamse minister, bevoegd voor de ondersteuning van de Vlaamse Regering, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 5 juli 2024.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON