Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 05 december 2003
gepubliceerd op 10 februari 2004

Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 17 juni 1997 betreffende de personeelsformatie in het gewoon basisonderwijs

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2004035177
pub.
10/02/2004
prom.
05/12/2003
ELI
eli/besluit/2003/12/05/2004035177/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

5 DECEMBER 2003. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 17 juni 1997 betreffende de personeelsformatie in het gewoon basisonderwijs


De Vlaamse regering, Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, inzonderheid op artikel 139, vervangen bij het decreet van 28 juni 2002, artikel 141, § 2, gewijzigd bij het decreet van 14 juli 1998, artikel 146bis, vervangen bij het decreet van 13 juli 2001, en artikel 153sexies, §§ 1 en 2, ingevoegd bij het decreet van 10 juli 2003;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juni 1997 betreffende de personeelsformatie in het gewoon basisonderwijs, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 22 september 1998, 23 februari 1999 en 11 januari 2002;

Gelet op het akkoord van de Vlaams minister bevoegd voor Begroting, gegeven op 13 maart 2003 en 9 mei 2003;

Gelet op de protocollen nr. 484 van 16 mei 2003 en 519 van 7 november 2003 houdende de conclusies van de onderhandelingen die gevoerd werden in de gemeenschappelijke vergadering van het sectorcomité X en van onderafdeling « Vlaamse Gemeenschap » van afdeling 2 van het comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten;

Gelet op de protocollen nr. 252 van 16 mei 2003 en 286 van 7 november 2003 houdende de conclusies van de onderhandelingen die gevoerd werden in het overkoepelend onderhandelingscomité vrij gesubsidieerd onderwijs;

Gelet op het advies nr. 35.961/1 van de Raad van State gegeven op 23 oktober 2003 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel 7 van het besluit van de Vlaamse regering van 17 juni 1997 betreffende de personeelsformatie in het gewoon basisonderwijs wordt § 1 vervangen door wat volgt : «

Art. 7.§ 1. In toepassing van artikel 141, § 2, van het decreet kan het lestijdenpakket worden herberekend als op één van de instapdata, bepaald in artikel 194, § 1, tweede lid, voor het schooljaar 2001-2002 en vanaf het schooljaar 2003-2004 bepaald in artikel 12, § 2, van het decreet, het aantal regelmatig ingeschreven kleuters zodanig gestegen is in vergelijking met de teldag of in vergelijking met het gemiddeld aantal regelmatige kleuters tijdens de telperiode, dat het aantal leerlingen recht geeft op ten minste elf lestijden meer dan het aantal dat op het ogenblik van de herberekening wordt aangewend in toepassing van de tabellen 1 of 3 als bijlagen bij dit besluit. »

Art. 2.Aan hetzelfde besluit wordt onder Hoofdstuk III. Onderwijzend personeel, Afdeling B. Aanvullende lestijden 'een Onderafdeling 3' toegevoegd bestaande uit artikel 23 tot en met 23quater, dat luidt als volgt : « Onderafdeling 3. - Aanvullende lestijden voor lichamelijke opvoeding in het kleuteronderwijs

Art. 23.Met toepassing van artikel 138, § 1, 5°, van het decreet worden wekelijks aanvullend bij de lestijden volgens de schalen, lestijden voor lichamelijke opvoeding in het kleuteronderwijs gefinancierd of gesubsidieerd met een minimum van één aanvullende lestijd per autonome kleuterschool of basisschool.

Art. 23bis.§ 1. Voor de schooljaren 2001-2002 en 2002-2003 worden de lestijden per school berekend door de lestijden volgens de schalen, verkregen met toepassing van de artikelen 6 en 8 van dit besluit, te delen door 24 tot op de eenheid. Het quotiënt is gelijk aan het aantal aanvullende lestijden. § 2. Vanaf het schooljaar 2003-2004 worden de lestijden per school berekend door de lestijden volgens de schalen, verkregen met toepassing van de artikelen 6 en 8 van dit besluit, te delen door 12 tot op de eenheid. Het quotiënt is gelijk aan het aantal aanvullende lestijden.

Art. 23ter.§ 1. De aanvullende lestijden kunnen worden herberekend als op één van de instapdata bepaald in artikel 12, § 2 van het decreet, de lestijden volgens de schalen kunnen worden herberekend overeenkomstig artikel 7, § 1 van dit besluit; § 2. De aanvullende lestijden verkregen als gevolg van de herberekening worden slechts gefinancierd of gesubsidieerd tot 30 juni van het lopende schooljaar.

Art. 23quater.Uit de aanvullende lestijden kunnen volgende betrekkingen worden geput : - het ambt van kleuteronderwijzer; - het ambt van leermeester lichamelijke opvoeding. »

Art. 3.Aan hetzelfde besluit wordt een Hoofdstuk IIIbis, bestaande uit artikel 27bis tot en met 27sexies toegevoegd, dat luidt als volgt : « HOOFDSTUK IIIbis . - Paramedisch personeel

Art. 27bis.Met toepassing van artikel 146bis van het decreet wordt in het kleuteronderwijs een urenpakket voor kinderverzorgers gefinancierd of gesubsidieerd.

Art. 27ter.§ 1. Het urenpakket wordt ieder schooljaar per school berekend op basis van het aantal regelmatige kleuters op de eerste schooldag van februari van het voorgaande schooljaar en op basis van het aantal bijkomende vestigingsplaatsen kleuteronderwijs. § 2. In afwijking van § 1 wordt het urenpakket voor programmatiescholen en scholen in herstructurering berekend op basis van het aantal regelmatige kleuters op de eerste schooldag van oktober van het lopende schooljaar en op basis van het aantal bijkomende vestigingsplaatsen kleuteronderwijs.

Art. 27quater.Het urenpakket wordt per school als volgt berekend : - vanaf 35 kleuters worden er 8 klokuren gefinancierd of gesubsidieerd; - per bijkomende schijf van 55 kleuters wordt 1 klokuur gefinancierd of gesubsidieerd; - voor scholen bestaande uit meerdere vestigingsplaatsen kleuteronderwijs worden er per vestigingsplaats kleuteronderwijs bijkomend 2 klokuren gefinancierd of gesubsidieerd.

Art. 27quinquies.Uit het urenpakket worden de betrekkingen geput voor : - het ambt van kinderverzorger.

Art. 27sexies.De omrekening van het urenpakket naar gefinancierde of gesubsidieerde voltijdse of deeltijdse betrekkingen kinderverzorger gebeurt door de som van de uren verkregen overeenkomstig artikel 27quater van dit besluit te delen door 32 tot op de eenheid; het quotiënt is gelijk aan het mogelijk aantal volledige betrekkingen. »

Art. 4.Aan hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk IIIter, bestaande uit artikel 27septies tot en met 27quindecies, dat luidt als volgt : « HOOFDSTUK IIIter. - Beleids- en ondersteunend personeel Afdeling A. - Zorgbeleid

Art. 27septies.Met toepassing van artikel 153octies van het decreet wordt aan iedere autonome kleuter-, lagere of basisschool jaarlijks een puntenenveloppe toegekend voor een personeelsomkadering ter ondersteuning van het op school gevoerde zorgbeleid.

Art. 27octies . Op basis van het aantal regelmatige leerlingen ingeschreven op de teldatum of op basis van het gemiddeld aantal regelmatige leerlingen tijdens de telperiode die van toepassing is voor de berekening van de lestijden volgens de schalen wordt volgende puntenenveloppe per school toegekend : 9 punten voor scholen met minder dan 100 leerlingen. 17 punten voor scholen met 100 tot 149 leerlingen. 24 punten voor scholen met 150 tot 299 leerlingen. 42 punten voor scholen met 300 tot 449 leerlingen. 61 punten voor scholen met 450 tot 599 leerlingen. 85 punten voor scholen met 600 tot 699 leerlingen. 102 punten voor scholen met 700 tot 749 leerlingen. 109 punten voor scholen vanaf 750 leerlingen.

Art. 27novies . Uit de puntenenveloppe verkregen volgens artikel 27octies kan het ambt worden ingericht van beleidsmedewerker uit de categorie van het beleids- en ondersteunend personeel.

Art. 27decies.§ 1. De omrekening van punten naar de gefinancierde of gesubsidieerde voltijdse betrekkingen gebeurt als volgt : 1° indien een betrekking wordt ingericht die de weddenschaal 148 genereert, wordt voor een voltijdse betrekking 85 punten in rekening gebracht.2° indien een betrekking wordt ingericht die de weddenschaal 501 genereert, wordt voor een voltijdse betrekking 126 punten in rekening gebracht. § 2. Voor de aanwending in uren wordt de toegekende puntenenveloppe omgezet volgens de onderstaande tabel : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Afdeling B. - Administratieve ondersteuning

Art. 27undecies.Met toepassing van artikel 153novies van het decreet wordt aan iedere autonome kleuter-, lagere of basisschool een puntenenveloppe voor administratief personeel toegekend.

Art. 27duodecies.§ 1. De totale puntenenveloppe voor het gesubsidieerd gewoon basisonderwijs wordt per schooljaar berekend door het binnen de begrotingskredieten beschikbare budget voor administratief personeel in het gesubsidieerd gewoon basisonderwijs te delen door de geldwaarde per punt. De geldwaarde per punt wordt bepaald door de gemiddelde loonkost van een fulltime betrekking te delen door 82. § 2. Elke school heeft recht op een basisenveloppe van 9 punten. § 3. Per school wordt een bijkomende puntenenveloppe toegekend die berekend wordt door het gewogen aantal regelmatige leerlingen ingeschreven op de teldag of het gemiddeld aantal regelmatige leerlingen tijdens de telperiode die van toepassing is voor de berekening van de lestijden volgens de schalen, te vermenigvuldigen met de puntenwaarde per leerling en waarbij : - de wegingcoëfficiënt voor een leerling lager onderwijs gelijk is aan 1 en de wegingscoëfficient voor een kleuter gelijk is aan 0,6636; - de puntenwaarde per leerling het resultaat is van de volgende bewerking : totale puntenenveloppe - (9 X aantal scholen van het gesubsidieerd gewoon basisonderwijs)/totaal gewogen aantal leerlingen gesubsidieerd gewoon basisonderwijs; - het resultaat van de berekening van deze bijkomende puntenenveloppe wordt afgerond naar de hogere eenheid indien het eerste cijfer na de komma groter is dan 4.

Art. 27terdecies.§ 1. De totale puntenenveloppe voor het gewoon basisonderwijs van het gemeenschapsonderwijs wordt per schooljaar berekend door het binnen de begrotingskredieten beschikbare budget voor administratief personeel in het gewoon basisonderwijs van het gemeenschapsonderwijs te delen door de geldwaarde per punt. De geldwaarde per punt wordt bepaald door de gemiddelde loonkost van een full-time betrekking te delen door 82. § 2. Elke school heeft recht op een basisenveloppe van 9 punten. § 3. Per school wordt een bijkomende puntenenveloppe toegekend die berekend wordt door het gewogen aantal regelmatige leerlingen ingeschreven op de teldag of het gemiddeld aantal regelmatige leerlingen tijdens de telperiode die van toepassing is voor de berekening van de lestijden volgens de schalen, te vermenigvuldigen met de puntenwaarde per leerling en waarbij : - de wegingcoëfficiënt voor een leerling lager onderwijs gelijk is aan 1 en de wegingscoëfficient voor een kleuter gelijk is aan 0,6636; - de puntenwaarde per leerling wordt bepaald door de volgende bewerking : totale puntenenveloppe - (9 X aantal gemeenschapsscholen gewoon basisonderwijs)/totaal gewogen aantal leerlingen gewoon basisonderwijs van het gemeenschapsonderwijs; - het resultaat van de berekening van deze bijkomende puntenenveloppe wordt afgerond naar de hogere eenheid indien het eerste cijfer na de komma groter is dan 4.

Art. 27quaterdecies.Uit de puntenenveloppe verkregen volgens de artikelen 27duodecies of terdecies kan het ambt van administratief medewerker worden ingericht uit de categorie van beleids- en ondersteunend personeel.

Art. 27quindecies.§ 1. De omrekening van punten naar de gefinancierde of gesubsidieerde voltijdse betrekkingen gebeurt als volgt : 1° indien een betrekking wordt ingericht die de weddenschaal 202 genereert, wordt voor een voltijdse betrekking 63 punten in rekening gebracht.2° indien een betrekking wordt ingericht die de weddenschaal 158 genereert, wordt voor een voltijdse betrekking 82 punten in rekening gebracht.3° indien een betrekking wordt ingericht die de weddenschaal 542 genereert, wordt voor een voltijdse betrekking 120 punten in rekening gebracht.4° indien een betrekking wordt ingenomen door een personeelslid dat ingevolge een beslissing van de administratieve gezondheidsdienst ter beschikking is gesteld wegens ontstentenis van betrekking en wedertewerkgesteld wordt als administratieve medewerker, worden voor een voltijdse betrekking 63 punten in rekening gebracht. § 2. Voor de aanwending in uren wordt de toegekende puntenenveloppe omgezet volgens de onderstaande tabel : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2003 met uitzondering van de artikelen 1, 2 en 3 die uitwerking hebben met ingang van 1 september 2001.

Art. 6.De Vlaamse minister bevoegd voor Onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 5 december 2003.

De minister-president van de Vlaamse regering, B. SOMERS De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, M. VANDERPOORTEN

^