Etaamb.openjustice.be
Wet van 24 december 1999
gepubliceerd op 12 januari 2000

Wet houdende opheffing van het verval van sommige wetsontwerpen die een aangelegenheid regelen als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet

bron
diensten van de eerste minister
numac
2000021001
pub.
12/01/2000
prom.
24/12/1999
ELI
eli/wet/1999/12/24/2000021001/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

24 DECEMBER 1999. - Wet houdende opheffing van het verval van sommige wetsontwerpen die een aangelegenheid regelen als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2.Krachtens artikel 2, tweede lid, van de wet van 5 mei 1999 betreffende de gevolgen van de ontbinding van de Wetgevende Kamers ten aanzien van de aanhangige wetsontwerpen en wetsvoorstellen, blijven bij de Kamers de hieronder opgesomde ontwerpen van wet aanhangig : Ontwerp van bijzondere wet tot wijziging van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen (ontwerp overgezonden door de Senaat op 12 maart 1999 Kamer, stuk nr. 2064/1);

Wetsontwerp houdende instelling van een procedure voor de evaluatie van de wetgeving (ontwerp overgezonden door de Senaat op 22 januari 1999 Kamer, stuk nr. 1950/1);

Wetsontwerp tot uitvoering en aanvulling van de wet van 2 mei 1995 betreffende de verplichting om een lijst van mandaten, ambten en beroepen, alsmede een vermogensaangifte in te dienen (ontwerp overgezonden door de Kamer op 29 april 1999 Senaat, stuk nr. 1-621/15);

Ontwerp van bijzondere wet tot uitvoering en aanvulling van de bijzondere wet van 2 mei 1995 betreffende de verplichting om een lijst van mandaten, ambten en beroepen, alsmede een vermogensaangifte in te dienen (ontwerp overgezonden door de Kamer op 29 april 1999 Senaat, stuk nr. 1-622/13);

Wetsontwerp tot wijziging van het bijvoegsel bij het Gerechtelijk Wetboek (ontwerp overgezonden door de Senaat op 3 mei 1999 Kamer, stuk nr. 2214/1);

Wetsontwerp tot wijziging van artikel 306 van het Gerechtelijk Wetboek (ontwerp overgezonden door de Senaat op 23 april 1999 Kamer, stuk nr. 85/6);

Wetsontwerp tot wijziging van artikel 117 van en tot invoeging van een artikel 240bis in het Gerechtelijk Wetboek (ontwerp overgezonden door de Kamer op 29 januari 1999 Senaat stuk nr. 1-1250/1).

Art. 3.Deze wet treedt in werking de dag waarop zij in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 24 december 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, G. VERHOFSTADT Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN _______ Nota (1) Zitting 1999-2000 Kamer van volksvertegenwoordigers : Parlementaire Stukken.- Wetsontwerp, nr. 50-187/1. - Amendement, nr. 50-187/2. - Verslag, nr. 50-187/3. - Tekst aangenomen door de commissie, nr. 50-187/4. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat, nr. 50-187/5.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 10 november 1999.

Senaat : Parlementaire Stukken. - Ontwerp overgezonden door de Kamer van volksvertegenwoordigers, nr. 2-148/1. - Verslag, nr. 2-148/2. - Tekst aangenomen door de commissie, nr. 2-148/3. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering, nr. 2-148/4.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 2 december 1999.

^