gepubliceerd op 10 mei 2007
Wet tot wijziging van de wet van 20 januari 1999 ter bescherming van het mariene milieu in de zeegebieden onder de rechtsbevoegdheid van België
21 APRIL 2007. - Wet tot wijziging van de wet van 20 januari 1999 ter bescherming van het mariene milieu in de zeegebieden onder de rechtsbevoegdheid van België (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art. 2.In artikel 2 van de wet van 20 januari 1999 ter bescherming van het mariene milieu in de zeegebieden onder de rechtsbevoegdheid van België gewijzigd bij de wetten van 3 mei 1999 en 17 september 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in 2° worden na de woorden « biotische componenten », de woorden « en de ecosysteemfuncties die zij vervullen » ingevoegd;b) in 16° worden de woorden « MARPOL-Verdrag of elk ander » ingevoegd tussen de woorden « in overeenstemming met het » en de woorden « toepasselijke internationaal recht »;c) in 18° worden de woorden « Verdrag van Parijs » vervangen door de woorden « OSPAR-Verdrag »;d) in 19° worden de woorden « , alsook latere wijzigingen van of aanvullingen op dit Verdrag welke voor België internationaal bindend zijn » ingevoegd na de woorden « 17 januari 1984 »;e) er wordt een 23° ingevoegd, luidende : « 23° « ecosysteemfuncties » : de functies die natuurlijke rijkdommen vervullen ten behoeve van andere natuurlijke rijkdommen of het publiek;»; f) er wordt een 24° ingevoegd, luidende : « 24° « exploitant » : een natuurlijke persoon of private of openbare rechtspersoon die een economische activiteit verricht in of met gevolgen voor het mariene milieu in de zeegebieden, ongeacht het al dan niet winstgevend karakter van die activiteit, met uitzondering van de scheepseigenaar;»; g) er wordt een 25° ingevoegd, luidende : « 25° « preventieve maatregelen » : maatregelen naar aanleiding van een gebeurtenis, handeling of nalatigheid waardoor een onmiddellijke dreiging van schade ontstaan is, teneinde die schade te voorkomen of tot een minimum te beperken;»; h) er wordt een 26° ingevoegd, luidende : « 26° « inperkingsmaatregelen » : dringende maatregelen die, na het intreden van de schade, genomen worden om de schade onder controle te houden, in te perken, te verwijderen of anderszins te beheersen;»; i) er wordt een 27° ingevoegd, luidende : « 27° « herstelmaatregelen » : niet-dringende maatregelen, gericht op het herstel, de rehabilitatie of de vervanging van het aangetaste mariene milieu of op het verschaffen van een gelijkwaardig alternatief voor het aangetaste mariene milieu;»; j) er wordt een 28° ingevoegd, luidende : « 28° « onmiddellijke dreiging van schade » : een voldoende waarschijnlijkheid dat zich in de nabije toekomst schade zal voordoen; »; k) er wordt een 29° ingevoegd, luidende : « 29° « natuurlijke rijkdommen » : beschermde soorten en natuurlijke habitats, water en bodem.»
Art. 3.Artikel 3 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt : «
Art. 3.Deze wet beoogt het behoud van de eigen aard, de biodiversiteit en het ongeschonden karakter van het mariene milieu door middel van maatregelen tot bescherming ervan en door middel van maatregelen tot preventie, inperking en herstel van schade en milieuverstoring, in het bijzonder door middel van duurzame beheers- en handhavingsmaatregelen. »
Art. 4.In artikel 12, § 2, van dezelfde wet vervallen de woorden « gezamenlijke » en de woorden « en van de minister tot wiens bevoegdheid de Landbouw behoort, ».
Art. 5.In artikel 18 van dezelfde wet worden de woorden « de Conventie van Oslo » vervangen door de woorden « het OSPAR-Verdrag ».
Art. 6.In het opschrift van hoofdstuk V van dezelfde wet worden de woorden « en exploitanten » ingevoegd na de woorden « veroorzaakt door schepen ».
Art. 7.Het opschrift van afdeling 2 van hoofdstuk V wordt vervangen als volgt : « Scheepvaartongevallen, het voorkomen en inperken van verontreiniging en schade en het optreden van de overheid met bevoegdheid op zee ».
Art. 8.Artikel 21, § 1, van dezelfde wet wordt vervangen als volgt : « § 1. De kapitein van een schip dat betrokken is bij een scheepvaartongeval in de zeegebieden, of bij diens ontstentenis de scheepseigenaar, dient dit onverwijld te melden aan de door de Koning aangewezen instantie volgens de modaliteiten voorzien in artikel 11 van de wet van 6 april 1995 betreffende de voorkoming van de verontreiniging van de zee door schepen. De kapitein of de scheepseigenaar treft elke redelijke preventieve maatregel of inperkingsmaatregel. »
Art. 9.In artikel 22, § 1, van dezelfde wet worden de woorden « tot het nemen van preventieve maatregelen of inperkingsmaatregelen » ingevoegd tussen de woorden « instructies geven » en « tot het voorkomen ».
Art. 10.In artikel 23 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) § 1 wordt vervangen als volgt : « § 1.Indien de instructies in uitvoering van artikel 22 van deze wet niet tot gevolg hebben dat verontreiniging door het ongeval kan worden voorkomen, in voldoende mate worden beperkt of ongedaan worden gemaakt, kan de overheid met bevoegdheid op zee ambtshalve alle nodige preventieve maatregelen of inperkingsmaatregelen nemen tot het voorkomen, beperken of ongedaan maken van de schadelijke gevolgen van het ongeval.
Deze maatregelen kunnen onder meer tot doel hebben : (i) het verrichten van onderzoek naar de toestand aan boord van het schip en de aard en toestand van de zaken die zich aan boord bevinden; (ii) het brengen van het schip naar een haven, indien daardoor de schadelijke gevolgen beter kunnen worden voorkomen, beperkt of ongedaan gemaakt. » b) er wordt een § 3 ingevoegd, luidende : « § 3.De scheepseigenaar draagt de kosten voor de overeenkomstig deze afdeling genomen preventieve maatregelen en inperkingsmaatregelen. De Koning bepaalt de regels en de procedures voor het vaststellen en verhalen op de scheepseigenaar van de kosten voor de overeenkomstig deze afdeling genomen preventieve maatregelen en inperkingsmaatregelen. »
Art. 11.In artikel 24 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, worden de woorden « met bevoegdheid op zee » ingevoegd tussen de woorden « De overheid » en de woorden « kan eisen »;2° in § 2, worden de woorden « met bevoegdheid op zee » ingevoegd tussen de woorden « De overheid » en de woorden « ontvankelijk verklaarde ».
Art. 12.In hoofdstuk V van dezelfde wet wordt een afdeling 3 ingevoegd, luidende : « Afdeling 3. Exploitanten, het voorkomen en inperken van verontreiniging en schade, en het optreden van de overheid met bevoegdheid op zee.
Art. 24bis.§ 1. Ingeval van verontreiniging of schade in de zeegebieden : 1° meldt de exploitant dit onverwijld aan de door de Koning aangewezen instantie, volgens de door de Koning bepaalde procedure;2° treft de exploitant elke redelijke preventieve maatregel of inperkingsmaatregel. § 2. Op elk moment kan de overheid met bevoegdheid op zee : 1° de exploitant verplichten aanvullende informatie te verstrekken over de verontreiniging of de schade;2° de exploitant verplichten preventieve maatregelen of inperkingsmaatregelen te nemen;3° de exploitant verplichten instructies te volgen voor het nemen van preventieve maatregelen of inperkingsmaatregelen;4° zelf preventieve maatregelen of inperkingsmaatregelen nemen. § 3. De exploitant draagt de kosten voor de overeenkomstig deze afdeling genomen preventieve maatregelen en inperkingsmaatregelen. De Koning bepaalt de regels en de procedures voor het vaststellen en verhalen op de exploitant van de kosten voor de overeenkomstig deze afdeling genomen preventieve maatregelen en inperkingsmaatregelen.
Art. 24ter § 1. De overheid met bevoegdheid op zee kan eisen dat de exploitant, betrokken bij een gebeurtenis met risico's op verontreiniging van de zeegebieden, een borgsom in de Deposito- en Consignatiekas stort, ten belope van het maximum van de mogelijke aansprakelijkheidslimieten, zoals vastgelegd in internationale verdragen en in de Belgische wetgeving. § 2. Het storten van deze som kan zonder kosten voor de Staat worden vervangen door een bankgarantie verleend door een in België gevestigde bank of een door de overheid met bevoegdheid op zee ontvankelijk verklaarde garantie getekend door een « Protection and Indemnity Club ». § 3. Bij weigering tot het storten van een borgsom of het verstrekken van een bankgarantie kan de overheid overgaan tot het opschorten of intrekken van de vergunning voor de activiteiten van de exploitant. »
Art. 13.In artikel 26, eerste lid, van dezelfde wet worden de woorden « , de opheffing » ingevoegd tussen de woorden « de opschorting » en de woorden « en de intrekking ».
Art. 14.In artikel 27 van dezelfde wet worden de woorden « door de Koning » ingevoegd tussen de woorden « machtiging worden onderworpen » en « op gezamenlijk voordracht van ».
Art. 15.In artikel 29 van dezelfde wet wordt het woord « , opgeheven » ingevoegd tussen de woorden « of machtigingen opgeschort » en de woorden « of ingetrokken worden » en wordt het woord « , opheffings- » ingevoegd tussen de woorden « toepassing zijnde opschortings- » en de woorden « of intrekkingsregime ».
Art. 16.In artikel 37 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In § 2, 1°, worden de woorden « ;of van activiteiten die hoofdzakelijk de landsverdediging of de internationale veiligheid dienen; of van activiteiten die uitsluitend tot doel hebben bescherming te bieden tegen natuurrampen » ingevoegd tussen de woorden « oorlog, burgeroorlog, terrorisme » en de woorden « of van een natuurverschijnsel »; 2° § 2, 3°, wordt vervangen als volgt : « 3° het gevolg is van de opvolging van een dwingende opdracht of instructie van een overheid, tenzij het een opdracht of instructie betreft naar aanleiding van een verontreiniging, veroorzaakt door de activiteiten van de veroorzaker van de schade of milieuverstoring zelf.»; 3° § 3 wordt vervangen als volgt : « Het recht op herstel van schade bestaat in hoofde van de natuurlijke persoon of rechtspersoon die de schade heeft ondergaan.Natuurlijke personen of rechtspersonen die schade lijden, dan wel voldoende belang hebben bij de besluitvorming inzake de schade kunnen bij de overheid opmerkingen indienen betreffende gevallen van schade waarvan zij kennis hebben en kunnen de overheid verzoeken herstelmaatregelen te treffen.
De Koning bepaalt de regels en de procedures betreffende in voorgaand lid bedoelde verzoeken om herstelmaatregelen. Het recht op herstel van milieuverstoring bestaat in hoofde van de Staat. »; 4° § 5 wordt vervangen als volgt : « De veroorzaker van de schade of de milieuverstoring draagt de kosten voor de overeenkomstig deze afdeling genomen maatregelen voor het herstel van schade of milieuverstoring.Maatregelen voor het herstel van schade of milieuverstoring die worden getroffen door anderen dan de veroorzaker van de schade of de milieuverstoring om componenten van het mariene milieu in natura te herstellen of om hen te vervangen door gelijkwaardige componenten, moeten door de aansprakelijke veroorzaker van de schade of de milieuverstoring worden vergoed, voorzover de kosten van deze maatregelen niet onredelijk zijn in het licht van de te bereiken resultaten op het vlak van de bescherming van het mariene milieu. »; 5° Er wordt een § 6 toegevoegd, luidende : « § 6.De Koning bepaalt de regels en de procedures voor het vaststellen, uitvoeren en opleggen van herstelmaatregelen. ».
Art. 17.In artikel 38 van dezelfde wet worden de woorden « of milieuverstoring » ingevoegd tussen de woorden « te herstellen schade » en de woorden « bij verontreiniging omvat ».
Art. 18.In artikel 49 van dezelfde wet, wordt het woord « frank » telkens vervangen door het woord « EUR ».
Art. 19.In artikel 50 van dezelfde wet, wordt het woord « frank » telkens vervangen door het woord « EUR ».
Art. 20.In artikel 51 van dezelfde wet, wordt het woord « frank » telkens vervangen door het woord « EUR ».
Art. 21.In artikel 52 van dezelfde wet, wordt het woord « frank » telkens vervangen door het woord « EUR ».
Art. 22.In artikel 53 van dezelfde wet, wordt het woord « frank » telkens vervangen door het woord « EUR ».
Art. 23.In artikel 54 van dezelfde wet, wordt het woord « frank » telkens vervangen door het woord « EUR ».
Art. 24.In artikel 55 van dezelfde wet, wordt het woord « frank » telkens vervangen door het woord « EUR ».
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 21 april 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL De Minister van Buitenlandse Zaken, K. DE GUCHT De Minister van Landsverdediging, A. FLAHAUT De Minister van Economie, M. VERWILGHEN De Minister van Mobiliteit, belast met het Mariene Milieu, R. LANDUYT De Minister van Leefmilieu, B. TOBBACK Met s Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Parlementaire verwijzingen : Stukken van de Kamer van volksvertegenwoordigers : 51-2748 - 2006/2007 : Nr.1 : Wetsontwerp.
Nr. 2 : Verslag.
Nr. 3 : Tekst verbeterd door de commissie.
Nr. 4 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat.
Integraal verslag : 25 januari 2007 Stukken van de Senaat : 3-2036 - 2006/2007 : Nr. 1 : Ontwerp niet geëvoceerd door de Senaat.