gepubliceerd op 31 december 2002
- Wet houdende wijziging van de artikelen 53quater , 53quinquies , 53sexies en 55 van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde
20 DECEMBER 2002.- Wet houdende wijziging van de artikelen 53quater , 53quinquies , 53sexies en 55 van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art. 2.In artikel 53quater , § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, ingevoegd bij de wet van 7 maart 2002, worden de woorden « overeenkomstig artikel 55, § 3, door een vooraf erkende persoon » vervangen door de woorden « overeenkomstig artikel 55, § 3, tweede lid, door een vooraf erkende persoon ».
Art. 3.In artikel 53quinquies van hetzelfde Wetboek, vervangen bij de wet van 7 maart 2002, worden de woorden « door een vooraf erkende persoon, overeenkomstig artikel 55, § 3, » vervangen door de woorden « door een vooraf erkende persoon, overeenkomstig artikel 55, § 3, tweede lid ».
Art. 4.In artikel 53sexies , § 1, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 28 december 1992 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 december 1992, bij het koninklijk besluit van 22 december 1995 en bij de wet van 7 maart 2002, worden de woorden « door een overeenkomstig artikel 55, § 3, vooraf erkende persoon, » vervangen door de woorden « door een overeenkomstig artikel 55, § 3, tweede lid, vooraf erkende persoon ».
Art. 5.In artikel 55 van hetzelfde Wetboek, vervangen bij de wet van 7 maart 2002, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1, tweede lid, wordt vervangen als volgt : « Door of vanwege de Minister van Financiën kan echter worden bepaald in welke omstandigheden de in het eerste lid bedoelde belastingplichtige wordt ontslagen van de verplichting een aansprakelijke vertegenwoordiger te laten erkennen.»; 2° § 2, eerste lid, wordt vervangen als volgt : « § 2.De niet in België gevestigde belastingplichtige, die gevestigd is in een andere lidstaat van de Gemeenschap, kan, door of vanwege de Minister van Financiën, een aansprakelijke vertegenwoordiger laten erkennen, wanneer deze belastingplichtige hier te lande handelingen verricht die, indien zij door een niet in de Gemeenschap gevestigde belastingplichtige werden verricht, de erkenning van een in België gevestigde aansprakelijke vertegenwoordiger ingevolge § 1, zouden vereisen. »; 3° § 2, tweede lid, is opgeheven;4° in § 3, wordt vóór het eerste lid, het volgende lid ingevoegd : « § 3.De Koning bepaalt de voorwaarden en modaliteiten van erkenning van de aansprakelijke vertegenwoordiger bedoeld in §§ 1 of 2. »; 5° in § 4, tweede lid, worden de woorden « of de vooraf erkende persoon bedoeld in § 3 » vervangen door de woorden « of de vooraf erkende persoon bedoeld in § 3, tweede lid »;6° in § 6, eerste lid, worden de woorden « een vooraf erkende persoon overeenkomstig § 3, » vervangen door de woorden « een vooraf erkende persoon overeenkomstig § 3, tweede lid ».
Art. 6.Deze wet heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2002.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 20 december 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, afwezig, De Minister van Financiën, D. REYNDERS Nota (1) Parlementaire verwijzingen : Stukken van de Kamer van volksvertegenwoordigers : 50-1947 - 2001/2002 : Nr.1 : Wetsontwerp. 50-1947 - 2002/2003 : Nr. 2 : Amendementen.
Nr. 3 : Verslag.
Nr. 4 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat.
Integraal Verslag : 21 november 2002.
Stukken van de Senaat : 2-1363 - 2002/2003 : Nr. 1 : Ontwerp niet geëvoceerd door de Senaat.