gepubliceerd op 11 oktober 2005
Wet tot wijziging wat de verzekering tegen natuurrampen betreft, van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst en de wet van 12 juli 1976 betreffende het herstel van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door natuurrampen
17 SEPTEMBER 2005. - Wet tot wijziging wat de verzekering tegen natuurrampen betreft, van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst en de wet van 12 juli 1976 betreffende het herstel van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door natuurrampen (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet. HOOFDSTUK II. - Wijzigingen van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst
Art. 2.In artikel 67 van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst, gewijzigd bij de wetten van 16 maart 1994 en van 21 mei 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2, 1°, worden de woorden « van aangifte van het schadegeval of » geschrapt;2° § 2, 2°, wordt vervangen als volgt : « 2° de verzekeraar betaalt het gedeelte van de vergoeding dat zonder betwisting bij onderling akkoord tussen de partijen is vastgesteld binnen dertig dagen die volgen op dit akkoord.In geval van betwisting van het bedrag van de schadevergoeding, stelt de verzekerde een expert aan die in samenspraak met de verzekeraar het bedrag van de schadevergoeding zal vaststellen. Indien er dan nog geen akkoord bereikt wordt, stellen beide experten een derde expert aan. De definitieve beslissing over het bedrag van de schadevergoeding wordt dan door de experten genomen met meerderheid van de stemmen. De kosten van de expert aangesteld door de verzekerde en desgevallend de derde expert worden voorgeschoten door de verzekeraar en zijn ten laste van de in het ongelijk gestelde partij.
De beëindiging van de expertise of de vaststelling van het bedrag van de schade moet plaatsvinden binnen 90 dagen die volgen op de datum waarop de verzekerde de verzekeraar heeft op de hoogte gebracht van de aanstelling van zijn expert. De schadevergoeding moet betaald worden binnen 30 dagen die volgen op de datum van de beëindiging van de expertise of, bij gebreke daaraan, op de datum van de vaststelling van het schadebedrag; »; 3° in § 2bis, 1°, van de Franse tekst wordt het woord « ou » vervangen door het woord « où »;4° in § 2bis wordt het 3° opgeheven;5° in § 2bis, 4°, wordt het woord « overstroming » vervangen door het woord « natuurramp » en worden de woorden « de termijn van negentig dagen bedoeld bij § 2, 2° » vervangen door de woorden « de termijnen bedoeld bij § 2, 1°, 2° en 6° ».
Art. 3.Het opschrift van titel II, hoofdstuk II, afdeling II, onderafdeling Ibis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003, wordt vervangen als volgt : « Onderafdeling Ibis - De verzekering tegen natuurrampen wat betreft eenvoudige risico's. »
Art. 4.In artikel 68-1 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het opschrift en het eerste lid worden vervangen als volgt : « Artikel 68-1 - Dekking van het risico van natuurrampen De verzekeraar van de zaakverzekeringsovereenkomst met betrekking tot het gevaar brand die dekking verleent voor eenvoudige risico's, zoals bepaald ter uitvoering van artikel 67, § 2, verleent verplicht de waarborg tegen de hierna opgesomde natuurrampen volgens de voorwaarden bedoeld bij deze onderafdeling : a) de aardbeving;b) de overstroming;c) het overlopen of de opstuwing van de openbare riolen;d) de aardverschuiving of grondverzakking.»; 2° tussen het eerste en het tweede lid wordt een nieuw lid ingevoegd, luidende : « Elke schorsing, nietigheid, beëindiging of opzegging van de waarborg tegen natuurrampen brengt van rechtswege deze van de waarborg met betrekking tot het gevaar brand met zich.Elke schorsing, nietigheid, beëindiging of opzegging van de waarborg tegen brand brengt eveneens van rechtswege deze van de waarborg met betrekking tot het gevaar natuurrampen met zich. »
Art. 5.Artikel 68-2 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003, wordt vervangen als volgt : « Artikel 68-2 - Natuurramp : omschrijving § 1. Onder natuurramp wordt verstaan : a) hetzij een overstroming, te weten het buiten de oevers treden van waterlopen, kanalen, meren, vijvers of zeeën ten gevolge van atmosferische neerslag, het smelten van sneeuw of ijs, een dijkbreuk of een vloedgolf;b) hetzij een aardbeving van natuurlijke oorsprong die - tegen dit gevaar verzekerbare goederen vernietigt, breekt of beschadigt binnen 10 kilometer van het verzekerde gebouw, - of werd geregistreerd met een minimum magnitude van vier graden op de schaal van Richter, alsmede de overstromingen, het overlopen of het opstuwen van openbare riolen, de aardverschuivingen of verzakkingen die eruit voortvloeien;c) hetzij een overlopen of een opstuwing van openbare riolen veroorzaakt door het wassen van het water of door atmosferische neerslag, een storm, het smelten van sneeuw of ijs of een overstroming;d) hetzij een aardverschuiving of grondverzakking, te weten een beweging van een belangrijke massa van de bodemlaag, die goederen vernielt of beschadigt, welke geheel of ten dele te wijten is aan een natuurlijk fenomeen anders dan een overstroming of een aardbeving. § 2. Metingen uitgevoerd door bevoegde openbare instellingen of bij ontstentenis door private instellingen die over de nodige wetenschappelijke bevoegdheden beschikken, kunnen gebruikt worden voor de vaststelling van natuurrampen bedoeld in § 1, a) tot d). § 3. De Koning kan, bij een in de Ministerraad overlegd besluit, de lijst van de in paragraaf 1 bedoelde natuurrampen uitbreiden. »
Art. 6.In artikel 68-3 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het opschrift wordt vervangen als volgt : « Artikel 68-3 Natuurramp : eenheid »;2° voor de bestaande tekst, die § 2 zal vormen, wordt een § 1 ingevoegd, luidende : « § 1.Worden beschouwd als één enkele aardbeving, de initiële aardbeving en haar naschokken die optreden binnen 72 uur, alsook de verzekerde gevaren die er rechtstreeks uit voortvloeien. »; 3° in de bestaande tekst, worden de woorden « waterpeil of de terugkeer » vervangen door de woorden « waterpeil, te weten de terugkeer » en worden de woorden « alsook de verzekerde gevaren die er rechtstreeks uit voortvloeien » toegevoegd.
Art. 7.In artikel 68-4 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt a) worden de woorden « een overstroming » vervangen door de woorden « een natuurramp » en de woorden « implosie en diefstal;» door de woorden « en implosie »; 2° er wordt een punt c) toegevoegd luidende : « c) de opruimings- en afbraakkosten nodig voor het herbouwen of voor de wedersamenstelling van de beschadigde verzekerde goederen;»; 3° er wordt een punt d) toegevoegd luidende : « d) voor woningen, de huisvestingskosten gedaan in de loop van de drie maanden die volgen op het schadegeval wanneer de woonlokalen onbewoonbaar zijn geworden.»; 4° artikel 68-4 wordt aangevuld met het volgende lid : « De Koning kan bijkomende minimumvoorwaarden betreffende de waarborg opleggen.»
Art. 8.In artikel 68-5 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het opschrift wordt vervangen als volgt : « Artikel 68-5 - Algemene uitsluitingen »;2° § 2, c) wordt vervangen als volgt : « c) tuinhuisjes, schuurtjes, berghokken en hun eventuele inhoud, afsluitingen en hagen van om het even welke aard, de tuinen, aanplantingen, toegangen en binnenplaatsen, terrassen, alsook de luxegoederen zoals zwembaden, tennis- en golfterreinen;»; 3° aan § 2 worden de punten h) en i) toegevoegd, luidende : « h) schade veroorzaakt door elke bron van ioniserende stralingen;i) diefstal, vandalisme, onroerende en roerende beschadigingen gepleegd bij een diefstal of een poging tot diefstal en daden van kwaadwilligheid die mogelijk gemaakt werden of vergemakkelijkt door een verzekerd schadegeval.»
Art. 9.Artikel 68-6 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003, wordt vervangen als volgt : « Artikel 68-6 - Uitsluitingen voor het gevaar overstroming en het overlopen of de opstuwing van openbare riolen Uit de door deze onderafdeling bedoelde waarborg, maar alleen voor het gevaar overstroming en het overlopen of de opstuwing van openbare riolen kan worden gesloten, de schade veroorzaakt aan de inhoud van kelders die op minder dan 10 centimeter van de grond is opgesteld, met uitzondering van de verwarmings-, electriciteits- en waterinstallaties die er blijvend zijn bevestigd.
Onder een kelder verstaat men elk vertrek waarvan de grondoppervlakte zich bevindt op meer dan 50 centimeter beneden het niveau van de hoofdingang die leidt naar de woonvertrekken van het gebouw, met uitzondering van de kelderlokalen die blijvend als woonvertrekken of voor de uitoefening van een beroep zijn ingericht. »
Art. 10.In artikel 68-7, § 3, eerste lid, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003 worden de woorden « mag de verzekeringsovereenkomst de dekking tegen overstromingsgevaar uitsluiten als zij » vervangen door de woorden « kan de verzekeraar van de zaakverzekeringsovereenkomst met betrekking tot het gevaar brand weigeren dekking te verlenen tegen de overstroming als hij ».
Art. 11.In artikel 68-8 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt aangevuld met het volgende lid : « De verzekeringsovereenkomst mag voor de risico's natuurrampen en andere uitzonderlijke gevaren geen hogere vrijstelling toepassen dan 610 EUR per schadegeval.Dit bedrag is gekoppeld aan de ontwikkeling van het indexcijfer der consumptieprijzen met als basisindexcijfer dat van december 1983, namelijk 119,64 (Basis 1981 = 100). »; 2° in § 2 worden de woorden « een onvoorziene overstroming » vervangen door de woorden « een natuurramp »;3° in § 2, in het tweede streepje, worden de woorden « een overstroming » vervangen door de woorden « een natuurramp anders dan een aardbeving »; 4° § 2 wordt aangevuld met het volgende lid : « In het geval van een aardbeving worden de coëfficiënt 0,35 en het bedrag van 3.000.000 EUR vervangen door respectievelijk 0,84 en 8.000.000 EUR. »; 5° in § 3 worden de woorden « ,evenredig verminderd » aangevuld met de woorden « wanneer de limieten voorgeschreven door artikel 34-3, derde lid, van de wet van 12 juli 1976 betreffende het herstel van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door natuurrampen overschreden worden.»
Art. 12.In artikel 68-9 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° §§ 1 en 2 worden vervangen als volgt : « § 1.Teneinde de dekking van de door deze onderafdeling bedoelde risico's te verzekeren, richt de Koning een Tariferingsbureau op met als opdracht de tariefvoorwaarden vast te stellen voor de risico's die geen dekking vinden. Behoudens de gevallen bedoeld in artikel 68-7, § 3, heeft elke kandidaat-verzekeringnemer toegang tot de tariefvoorwaarden van het Tariferingsbureau overeenkomstig het bepaalde in § 2.
De Koning stelt de datum van inwerkingtreding van het Bureau vast. § 2. De verzekeraar, die de kandidaat-verzekeringsnemer weigert of die een premie of een vrijstelling voorstelt die hoger ligt dan de tariefvoorwaarden van het Bureau, moet de kandidaat-verzekeringsnemer op eigen initiatief informeren over de tariefvoorwaarden van het Tariferingsbureau en tegelijk melding maken aan de kandidaat-verzekeringsnemer dat deze zich eventueel kan wenden tot een andere verzekeraar. »; 2° § 3, zevende lid, wordt vervangen als volgt : « De Ministers bevoegd voor Economie, Binnenlandse Zaken en Consumentenzaken kunnen een waarnemer naar het Bureau afvaardigen.»; 3° in § 4 vervallen de woorden « teneinde de dekkingsverplichting te eerbiedigen, bedoeld in paragraaf 1 »;4° § 5 wordt vervangen als volgt : « De aan de voorwaarden van het Bureau getarifeerde natuurrampenrisico's worden verzekerd door al de verzekeraars die in België de verzekering van de eenvoudige risico's tegen brand aanbieden.Het beheer van deze risico's wordt waargenomen door de zaakschadeverzekeraar eenvoudig risico brand van de verzekeringsnemer of, bij gebreke daaraan, door een andere door de kandidaat-verzekeringsnemer gekozen verzekeraar uit het geheel van de verzekeraars die in België de verzekering van de eenvoudige risico's tegen brand aanbieden. Het resultaat van dit beheer alsmede de werkingskosten van het Bureau worden omgeslagen over de verzekeraars die in België de verzekering van de eenvoudige risico's tegen brand aanbieden. »; 5° het artikel wordt aangevuld met een § 6, luidend als volgt : « § 6.Het Bureau maakt jaarlijks een verslag over zijn werking. Dit verslag bevat onder meer een analyse van de door de verzekeraars toegepaste tariefvoorwaarden en wordt onverwijld overgezonden aan de Federale Wetgevende Kamers. » HOOFDSTUK III. - Wijzigingen van de wet van 12 juli 1976 betreffende het herstel van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door natuurrampen
Art. 13.Het opschrift van titel I, hoofdstuk V, van de wet van 12 juli 1976 betreffende het herstel van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door natuurrampen, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003, wordt vervangen als volgt : « Hoofdstuk V. - Schade aan goederen verzekerd tegen natuurrampen ».
Art. 14.In artikel 34-1, punt b) van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003, wordt het woord « overstroming » vervangen door het woord « natuurramp ».
Art. 15.In artikel 34-2 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in 1° wordt het woord « overstroming » vervangen door het woord « natuurramp »;2° in 2° wordt punt a) opgeheven en worden de punten b) en c) vernummerd als de punten a) en b).
Art. 16.In artikel 34-3 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003,worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het tweede lid wordt vervangen als volgt : « De Nationale Kas voor Rampenschade komt tussen telkens wanneer de individuele grens van tussenkomst van een verzekeringsonderneming is bereikt.»; 2° het artikel wordt aangevuld met het volgende lid : « Wanneer het bedrag ten laste van de Nationale kas voor Rampenschade bedoeld bij artikel 35, 700 miljoen euro in geval van een aardbeving of 280 miljoen euro in geval van de andere verzekerde gevaren bedoeld bij artikel 68-8, § 2, voornoemd overschrijdt, wordt de financiële tussenkomst evenredig verminderd.»
Art. 17.In artikel 34-4 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het derde lid wordt vervangen als volgt : « De Koning bepaalt de te volgen procedure door de verzekeringsondernemingen die voor rekening van hun verzekerden een tussenkomst vragen van de Nationale Kas voor Rampenschade alsmede de regels die als basis zullen dienen voor de vaststelling van het bedrag van deze tussenkomst en de modaliteiten van de uitbetaling van voorschotten of definitieve vergoedingen door de Nationale Kas voor Rampenschade.»; 2° het artikel wordt aangevuld met een vierde lid, luidende : « Wanneer een verzekeringsonderneming haar verzekerden vergoedt boven de grens van haar individuele tussenkomst, is zij gesubrogeerd ten belope van de voorgeschoten bedragen die deze grens overschrijden in de rechten en vorderingen van deze verzekerden tegenover de Nationale Kas voor Rampenschade.» HOOFDSTUK IV. - Inwerkingtreding
Art. 18.De artikelen 2, 12 en 18 treden in werking de dag waarop deze wet in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
De artikelen 68-1 tot 68-8 van de wet van 25 juni 1992, ingevoegd bij de wet van 21 mei 2003 en gewijzigd bij deze wet, evenals de wijzigingen van en invoegingen in de wet van 12 juli 1976, aangebracht bij de wet van 21 mei 2003 en gewijzigd bij deze wet, treden in werking op de dag van inwerkingtreding van het koninklijk besluit, bedoeld bij artikel 68-9, § 1, tweede lid, van de wet van 25 juni 1992 zoals gewijzigd bij deze wet.
Evenwel, voor de lopende verzekeringsovereenkomsten, wordt de waarborg natuurrampen slechts verworven vanaf de eerstvolgende vervaldag van de overeenkomst die volgt op de datum, bedoeld bij het voorgaande lid.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 17 september 2005.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Economie, M. VERWILGHEN De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Begroting, J. VANDE LANOTTE De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL De Minister van Landbouw, Mevr. S. LARUELLE Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota's (1)Zitting 2004-2005 Stukken van de Kamer van volksvertegenwoordigers : 51-1732 Nr. 1 : Wetsontwerp.
Nrs. 2 en 3 : Amendementen.
Nr. 4 : Verslag namens de commissie.
Nr. 5 : Tekst aangenomen door de commissie.
Nr. 6 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat.
Integraal verslag : 7 juli 2005.
Stukken van de Senaat : 3-1291 Nr. 1 : Ontwerp niet geëvoceerd door de Senaat.