gepubliceerd op 25 maart 2019
Wet tot invoering van het elektronisch proces-verbaal bij de inspectiediensten van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie en tot wijziging van het Sociaal Strafwetboek
17 MAART 2019. - Wet tot invoering van het elektronisch proces-verbaal bij de inspectiediensten van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie en tot wijziging van het Sociaal Strafwetboek (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt : HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet. HOOFDSTUK 2. - Het elektronisch proces-verbaal
Art. 2.Voor de toepassing van deze wet en haar uitvoeringsbesluiten, wordt verstaan onder: 1° het Beheerscomité: het Beheerscomité van de databank e-PV, bedoeld in artikel 100/8 van het Sociaal Strafwetboek;2° de elektronische identiteitskaart: de elektronische identiteitskaart bedoeld in de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen;3° het e-PV: het proces-verbaal tot vaststelling van inbreuken dat wordt aangemaakt, opgeslagen en verzonden overeenkomstig het in artikel 3, § 1, eerste lid, bedoelde model via de daartoe ontworpen informaticatoepassing bedoeld in artikel 100/2, eerste lid, van het Sociaal Strafwetboek;4° de databank e-PV: de databank bedoeld in het artikel 100/6 van het Sociaal Strafwetboek, waarin de gegevens van de e-PV's die opgenomen zijn in het in artikel 3, § 1, eerste lid, bedoelde model evenals de gegevens opgenomen in de bijlagen bij deze e-PV's, worden opgeslagen en bijgehouden.
Art. 3.§ 1. De Koning wijst de inspectiediensten van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie aan waarvan de ambtenaren, overeenkomstig deze wet, voor de aanmaak van hun processen-verbaal gebruik maken van de daartoe ontworpen informaticatoepassing bedoeld in artikel 100/2, eerste lid, van het Sociaal Strafwetboek.
Aanvullend op de maatregelen genomen door het Beheerscomité, zoals bedoeld in artikel 100/2, tweede lid, van het Sociaal Strafwetboek, duidt de Koning de ambtenaren aan die alle noodzakelijke maatregelen nemen om de continuïteit van de dienst te verzekeren, onder meer in het geval dat het proces-verbaal niet overeenkomstig het eerste lid kan aangemaakt worden ingevolge overmacht, inzonderheid wegens het disfunctioneren van de informaticatoepassing of in geval van verlies, diefstal of beschadiging van de elektronische identiteitskaart van de verbaliserende ambtenaar. § 2. De Koning legt een lijst vast van wetten waarvan een inbreuk overeenkomstig deze wet het voorwerp kan uitmaken van een e-PV.
Art. 4.§ 1. De ambtenaren die, in toepassing van artikel 3, § 1, tweede lid, door de Koning zijn aangewezen, bepalen de toegangsrechten van hun ondergeschikten tot de gegevens van de databank e-PV. Deze toegangsrechten kunnen slechts verleend worden voor zover de toegang noodzakelijk is voor het uitoefenen van de wettelijk voorziene opdrachten. § 2. De gegevens die opgenomen zijn in een proces-verbaal dat opgesteld wordt tijdens de uitvoering van de taken opgelegd door de gerechtelijke overheid, zijn enkel toegankelijk mits de uitdrukkelijke toestemming van deze laatste, behalve voor de opsteller of opstellers van het e-PV en met uitzondering van de volgende gegevens: 1° de datum van opstelling van het proces-verbaal;2° het nummer van het proces-verbaal;3° de aanduiding of het gaat om een proces-verbaal opgesteld op eigen initiatief van de verbalisant of in uitvoering van een taak opgelegd door een rechterlijke overheid;4° de dienst waartoe de verbaliserende ambtenaar behoort;5° de naam van de verbaliserende ambtenaar;6° de identiteit en het adres van de woonplaats of de maatschappelijke zetel van iedere persoon die ervan verdacht wordt (mede)dader te zijn van een inbreuk;7° de identiteit en het adres van de woonplaats of de maatschappelijke zetel van iedere persoon die burgerrechtelijk aansprakelijk geacht wordt voor een inbreuk;8° in voorkomend geval, de naam en het identificatienummer van de sociale zekerheid van iedere werknemer of persoon die betrokken is of geacht wordt betrokken te zijn bij een inbreuk;9° de kwalificatie van de vastgestelde inbreuk(en). § 3. Het openbaar ministerie bij de hoven en rechtbanken en de onderzoeksrechters hebben toegang tot de gegevens van de databank e-PV in het kader van de uitoefening van hun wettelijke opdracht. § 4. In afwijking van de paragrafen 1 en 2, kan het openbaar ministerie ten aanzien van de in deze paragrafen bedoelde personen, met uitzondering van de opsteller of opstellers van het e-PV, de toegang uitstellen tot de gegevens opgenomen in een bepaald e-PV wanneer en zolang de bevoegde magistraat van oordeel is dat deze toegang de uitoefening van de strafvordering of de veiligheid van een persoon in gevaar kan brengen.
Art. 5.§ 1. Het e-PV wordt door de opsteller of opstellers elektronisch ondertekend door middel van de gekwalificeerde elektronische handtekening in de zin van artikel 3.12. van Verordening (EU) nr. 910/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten voor elektronische transacties in de interne markt en tot intrekking van Richtlijn 1999/93/EG. De Koning kan, op de wijze voorzien in het artikel 100/3, § 1, tweede lid, van het Sociaal Strafwetboek, bepalen dat het e-PV door de opsteller of opstellers elektronisch ondertekend kan worden door middel van een ander systeem dat toelaat om de identiteit van de ondertekenaar en de integriteit van het ondertekende e-PV met afdoende waarborgen vast te stellen. § 2. Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt, onverminderd de artikelen 1322 en volgende van het Burgerlijk Wetboek, het e-PV dat door de opsteller of opstellers elektronisch werd ondertekend, overeenkomstig paragraaf 1, gelijkgesteld met een proces-verbaal op papieren drager ondertekend door middel van een handgeschreven handtekening. § 3. In afwijking van paragraaf 1, kan de Koning bepalen dat het e-PV, dat wordt aangemaakt overeenkomstig artikel 3, onder de voorwaarden, volgens de nadere regels en, in voorkomend geval, voor de duur die Hij bepaalt, op papieren drager wordt opgesteld en wordt ondertekend met een handgeschreven handtekening. HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het Sociaal Strafwetboek
Art. 6.In artikel 100/6 van het Sociaal Strafwetboek, ingevoegd bij de programmawet van 29 maart 2012Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 29/03/2012 pub. 06/04/2012 numac 2012021063 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het tweede lid worden de woorden ", de minister bevoegd voor economie" ingevoegd tussen de woorden "de minister bevoegd voor sociale zaken" en de woorden "en de minister bevoegd voor justitie"; 2° het derde lid wordt aangevuld met een bepaling onder 4°, luidende: "4° het verzamelen van informatie die noodzakelijk is om de ambtenaren bedoeld in artikel 3 van de wet van 17 maart 2019 tot invoering van het elektronisch proces-verbaal bij de inspectiediensten van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie en tot wijziging van het Sociaal Strafwetboek in staat te stellen hun wettelijke opdrachten uit te oefenen."; 3° in het vierde lid worden de woorden "en in artikel 3, § 1, eerste lid, van de wet van 17 maart 2019 tot invoering van het elektronisch proces-verbaal bij de inspectiediensten van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie en tot wijziging van het Sociaal Strafwetboek" ingevoegd tussen de woorden "in artikel 100/2" en de woorden "bedoelde model van e-PV"; 4° er wordt een zesde lid toegevoegd, luidende: "Het vijfde lid is niet toepassing op gegevens opgenomen in de databank e-PV die betrekking hebben op de processen-verbaal bedoeld in artikel 3 van de wet van 17 maart 2019 tot invoering van het elektronisch proces-verbaal bij de inspectiediensten van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie en tot wijziging van het Sociaal Strafwetboek."
Art. 7.Artikel 100/8, § 1, tweede lid, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de programmawet van 29 maart 2012Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 29/03/2012 pub. 06/04/2012 numac 2012021063 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) sluiten, wordt aangevuld met een bepaling onder 6°, luidende: "6° de leidend ambtenaren van de inspectiediensten van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie.".
Art. 8.In artikel 100/9, tweede lid, van hetzelfde wetboek, worden de woorden ", de minister bevoegd voor economie" ingevoegd tussen de woorden "de minister bevoegd voor sociale zaken" en de woorden "of de minister bevoegd voor justitie".
Art. 9.In artikel 100/10, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de programmawet van 29 maart 2012Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 29/03/2012 pub. 06/04/2012 numac 2012021063 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet (1) sluiten en laatst gewijzigd bij de wet van 5 september 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 5 worden de woorden ", de inspectiediensten van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie" ingevoegd tussen de woorden "en de sociale fraude" en de woorden "en tot de Dienst Vreemdelingenzaken"; 2° een paragraaf 7 wordt toegevoegd, luidende: " § 7.De paragrafen 1 tot en met 6 van dit artikel zijn niet van toepassing op de processen-verbaal bedoeld in artikel 3 van de wet van 17 maart 2019 tot invoering van het elektronisch proces-verbaal bij de inspectiediensten van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie en tot wijziging van het Sociaal Strafwetboek.
De toegang tot de databank e-PV voor wat betreft de processen-verbaal bedoeld in het eerste lid wordt uitsluitend geregeld door het artikel 4 van de wet van 17 maart 2019 tot invoering van het elektronisch proces-verbaal bij de inspectiediensten van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie en tot wijziging van het Sociaal Strafwetboek .".
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 17 maart 2019.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, K. PEETERS De Minister van Justitie, K. GEENS Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, K. GEENS _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers : (www.dekamer.be) Stukken : 54-3447 (2018/2019) Integraal Verslag : 14 februari 2019.