gepubliceerd op 07 april 2009
Wet tot wijziging van de wet van 19 mei 1994 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezing van het Europees Parlement
12 MAART 2009. - Wet tot wijziging van de wet van 19 mei 1994 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezing van het Europees Parlement (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art. 2.In artikel 1, 5°, van de wet van 19 mei 1994 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezing van het Europees Parlement, vervangen bij de wet van 25 april 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het derde lid wordt vervangen als volgt : « De voor de uitoefening van de bevoegdheden van de Controlecommissie gestelde termijnen worden gestuit tijdens de ontbinding van de federale Kamers.De nieuwe termijnen beginnen te lopen vanaf de installatie van de commissie, zoals bepaald in artikel 1, 4°, eerste lid, van de wet van 4 juli 1989. »; 2° in het vierde lid worden de woorden « tijdens het in artikel 7bis bedoelde onderzoek door het Rekenhof en » ingevoegd tussen het woord « geschorst » en de woorden « tijdens de recesperiodes ».
Art. 3.In artikel 2 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wetten van 25 juni 1998, 11 maart 2003 en 25 april 2004 en het koninklijk besluit van 20 juli 2000, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° paragraaf 1, vierde lid, wordt aangevuld met de volgende zin : « In dat geval moeten de partijen kunnen aantonen dat de uitgaven die ze voor die kandidaat of kandidaten hebben verricht, op een coherente manier passen in de campagne van de partij.»; 2° in § 2, 1°, worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) de woorden « of lijsten » worden ingevoegd tussen de woorden « hun lijst » en de woorden « bij de laatste verkiezingen »; b) de woorden « op de voorgedragen kandidatenlijst » worden ingevoegd tussen de woorden « aan te wijzen kandidaat » en het bedrag « : 8.700 euro »; 3° paragraaf 2, 2°, eerste zin, wordt vervangen als volgt : « Voor één kandidaat op de lijst van een politieke partij die bij de laatste verkiezingen in het betrokken kiescollege geen enkel mandaat heeft behaald of er geen kandidatenlijst heeft voorgedragen : het sub 1° bepaalde bedrag.»; 4° in § 2, 3°, worden de woorden « effectieve kandidaat » vervangen door het woord « kandidaat-titularis »;5° het artikel wordt aangevuld met een overgangsbepaling, luidende : « Overgangsbepaling Voor de vaststelling van het aantal eerstgeplaatste kandidaten bedoeld in § 2, 1°, ter gelegenheid van de verkiezing van het Europees Parlement op 7 juni 2009, wordt, wanneer een lijst bij de verkiezing van 13 juni 2004 samengesteld was uit kandidaten die gezamenlijk door twee of meer politieke partijen waren voorgedragen en deze partijen voor de verkiezing van 7 juni 2009 afzonderlijke lijsten voordragen, als uitgangspunt de partijaanhorigheid op 13 juni 2004 van de op die dag verkozen kandidaten voor het Europees Parlement genomen.».
Art. 4.In artikel 5, § 1, van dezelfde wet, gewijzigd bij de wetten van 25 juni 1998 en 25 april 2004, wordt de bepaling onder 5° vervangen als volgt : « 5° geen commerciële reclamespots op radio, televisie en in bioscopen verspreiden alsmede betalende boodschappen op internet. ».
Art. 5.Artikel 7bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 25 april 2004, wordt aangevuld met de volgende zin : « Het onderzoek door het Rekenhof schorst de in artikel 8, § 1, bepaalde termijn. ».
Art. 6.In artikel 8, § 1, eerste lid, van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 25 april 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de eerste zin wordt aangevuld als volgt : « , met dien verstande dat de commissie in ieder geval na haar installatie over negentig dagen beschikt.»; 2° in de tweede zin worden de woorden « Hiertoe kan zij » vervangen door de woorden « Met het oog op de vervulling van haar opdracht kan zij ».
Art. 7.In artikel 9 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 25 april 2004, worden de woorden « Bij overschrijding van het in artikel 2, § 1, vermelde toegestane maximumbedrag » vervangen door de woorden « Bij schending van artikel 2, § 1, ».
Art. 8.In artikel 10 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wetten van 25 juni 1998, 26 juni 2000 en 25 april 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2 worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) de woorden « een klacht ingediend » worden vervangen door de woorden « een aangifte gedaan »;b) de woorden « een klacht ingediend » worden ingevoegd tussen de woorden « de Controlecommissie of » en de woorden « door een persoon »;2° in § 3 wordt het eerste lid wordt vervangen als volgt : « De termijn voor de uitoefening van het initiatiefrecht van de procureur des Konings, voor het doen van aangiften en voor de indiening van klachten met betrekking tot de in § 1 omschreven overtredingen, verstrijkt de tweehonderdste dag na de verkiezingen, met dien verstande dat de Controlecommissie in ieder geval na haar installatie over honderdentien dagen beschikt.Ten aanzien van de Controlecommissie wordt deze termijn gestuit of geschorst overeenkomstig artikel 1, 5°, derde en vierde lid. ».
Art. 9.Deze wet treedt in werking de dag waarop ze in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 12 maart 2009.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, G. DE PADT Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, S. DE CLERCK _______ Nota (1) Gewone zitting 2008-2009 : Kamer van Volksvertegenwoordigers. Parlementaire bescheiden. - Wetsvoorstel, nr. 1807/1. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat, nr. 1807/2.
Integraal Verslag : 19 februari 2009.
Senaat.
Parlementaire bescheiden. - Ontwerp geëvoceerd door de Senaat, nr. 4-1186/1.Verslag, nr. 4-1186/2. - Beslissing om niet te amenderen, nr. 4-1186/3.
Handelingen van de Senaat : 5 maart 2009.