Etaamb.openjustice.be
Wet van 08 april 2021
gepubliceerd op 12 april 2021

Wet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 24 maart 2021 tussen de Federale Staat, de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende de gegevensoverdracht van noodzakelijke gegevens naar de gefedereerde entiteiten, de lokale overheden of politiediensten met als doel het handhaven van de verplichte quarantaine of testing van de reizigers komende van buitenlandse zones bij wie een quarantaine of testing verplicht is bij aankomst in België

bron
federale overheidsdienst justitie
numac
2021030911
pub.
12/04/2021
prom.
08/04/2021
ELI
eli/wet/2021/04/08/2021030911/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)Kamer (parl. doc.)
Document Qrcode

8 APRIL 2021. - Wet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 24 maart 2021 tussen de Federale Staat, de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende de gegevensoverdracht van noodzakelijke gegevens naar de gefedereerde entiteiten, de lokale overheden of politiediensten met als doel het handhaven van de verplichte quarantaine of testing van de reizigers komende van buitenlandse zones bij wie een quarantaine of testing verplicht is bij aankomst in België (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

Art. 2.Instemming wordt verleend met het samenwerkingsakkoord van 24 maart 2021 tussen de Federale Staat, de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende de gegevensoverdracht van noodzakelijke gegevens naar de gefedereerde entiteiten, de lokale overheden of politiediensten met als doel het handhaven van de verplichte quarantaine of testing van de reizigers komende van buitenlandse zones bij wie een quarantaine of testing verplicht is bij aankomst in België, gevoegd bij deze wet.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Ciergnon, 8 april 2021.

FILIP Van Koningswege : De Vice-eersteminister en Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Fr. VANDENBROUCKE De Vice-eersteminister en Minister van Justitie en Noordzee, V. VAN QUICKENBORNE De Minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing, A. VERLINDEN Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) Stukken. - 55 1882.

Integraal verslag : 25 maart 2021.

Samenwerkingsakkoord van 24 maart 2021 tussen de Federale Staat, de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende de gegevensoverdracht van noodzakelijke gegevens naar de gefedereerde entiteiten, de lokale overheden of politiediensten met als doel het handhaven van de verplichte quarantaine of testing van de reizigers komende van buitenlandse zones bij wie een quarantaine of testing verplicht is bij aankomst in België Memorie van toelichting Algemene Toelichting Op 11 maart 2020 heeft de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) de uitbraak van het SARS-CoV-2-virus, dat de ziekte COVID-19 veroorzaakt, uitgeroepen tot een pandemie.

Ook België blijft niet gespaard van deze pandemie. In het kader van de COVID-19-gezondheidscrisis en om een verdere verspreiding van het SARS-CoV-2-virus (hierna "coronavirus") en haar steeds toenemend aantal varianten tegen te gaan, werd het Overlegcomité, waarin de vertegenwoordigers van de federale staat en van de gefedereerde entiteiten zetelen, belast om op elkaar afgestemde maatregelen te nemen teneinde de verdere verspreiding van het coronavirus en haar varianten te beperken.

Uit de moleculaire surveillance van SARS-COV-2, waarover in het wekelijks epidemiologisch rapport van Sciensano wordt gerapporteerd, blijkt dat varianten vaak België binnenkomen via reizigers uit het buitenland. Deze varianten zijn vaak besmettelijker dan de varianten die reeds aanwezig zijn in België. Door verplichte quarantaine of testing op te leggen bij aankomst in België en deze streng te handhaven wordt beoogd de verspreiding te vertragen in afwachting van een vaccinatie van de bevolking.

Overeenkomstig art. 21 van het ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, zijn de reizigers vanuit het buitenland naar België verplicht een Passenger Locator Form (PLF) in te vullen.

In toepassing van artikel 47/1 van het Vlaams Decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid, van hoofdstuk III van het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid van 29 september 2011, artikel 13 en 13/1 van de Brusselse Ordonnantie van 19 juli 2007 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid en artikel 10.3 van het Decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 1 juni 2004 betreffende de gezondheidspromotie moeten de personen die terugkeren uit een zogenaamde rode zone zich onderwerpen aan een zelfquarantaine en een test.

Om die maatregelen beter te kunnen handhaven, is een gegevensdeling met de gefedereerde autoriteiten, de lokale overheid en de politiediensten noodzakelijk.

Doelstelling De doelstelling van het voorliggende samenwerkingsakkoord is een betere naleving van de verplichte quarantaine en testing na aankomst (of terugkomst) in België te verkrijgen door meer in te zetten op de handhaving daarvan.

Om deze doelstelling te kunnen verwezenlijken, dienen gegevens te worden gedeeld. Om dit evenwel zo beperkt en proportioneel mogelijk te doen, worden twee onderscheiden scenario's voorzien: het ene met betrekking tot de handhaving van de verplichte quarantaine; het andere met betrekking tot de handhaving van de verplichte testing.

Voor de opvolging en handhaving van de verplichte quarantaine bij aankomst in België komende van buitenlandse zones waarbij een quarantaine of testing verplicht is bij aankomst in België, worden PLF-gegevens doorgegeven aan de gefedereerde entiteiten. De gefedereerde entiteiten kunnen de gegevens verder doorgeven aan de lokale overheden ofwel overeenkomstig de regelgeving van de gefedereerde entiteiten, ofwel bij vermoeden dat de quarantaine niet wordt nageleefd. Zij kunnen dan desgevallend de betrokken personen contacteren om te verifiëren of zij de quarantaine naleven en of alles goed met hen gaat.

De overdracht van de PLF-gegevens naar de politiediensten door de gefedereerde entiteiten of de lokale overheden is mogelijk ofwel overeenkomstig de regelgeving van de gefedereerde entiteiten, ofwel indien de gefedereerde entiteiten of de lokale overheden vermoeden dat de quarantaine niet wordt nageleefd (zoals voorzien in de regelgeving van de gefedereerde entiteiten, minstens overeenkomstig dit samenwerkingsakkoord).

De wettelijke basis voor deze overdracht is voorzien in de regelgeving van de gefedereerde entiteiten of op basis van voorliggend samenwerkingsakkoord, samen gelezen met de artikelen 8 en 20 van het Wetboek van Strafvordering, de artikelen 15 en 40 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt en dit samenwerkingsakkoord.

Voor de handhaving van de verplichte testing bij aankomst in België komende van buitenlandse zones waarbij een quarantaine of testing verplicht is bij aankomst in België, wordt voorzien in een dagelijkse melding in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt van de noodzakelijke gegevens uit de PLF, die worden ingevuld door reizigers komende van buitenlandse zones waarbij een quarantaine of testing verplicht is bij aankomst in België.

Deze gegevens kunnen enkel worden gebruikt voor de opvolging en de handhaving van de verplichte quarantaine of testing.

Bevoegdheden De melding van de gegevens inzake testing in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt teneinde de verplichte testing te handhaven, alsook de handhaving van de quarantaine (na opvolging door de gefedereerde entiteiten en de lokale overheden) is een bevoegdheid van de federale staat.

Quarantaine en testing zijn bevoegdheden van de gefedereerde entiteiten. De bepaling van wie in verplichte quarantaine of testing moet bij aankomst in België uit buitenlandse zones, is een taak van preventieve gezondheidszorg en is een bevoegdheid van de gefedereerde entiteiten. Ook de opvolging ervan is een bevoegdheid van de gefedereerde entiteiten.

Het samenwerkingsakkoord regelt derhalve aangelegenheden die zowel tot de materiële bevoegdheid van de gefedereerde entiteiten, als tot de materiële bevoegdheden van de federale staat behoren. Zoals hierboven reeds aangegeven, zijn de gefedereerde entiteiten bevoegd voor de opsporing en de strijd tegen de besmettelijke en de sociale ziekten, en dus de quarantaine of testing, als een onderdeel van hun bevoegdheden inzake preventieve gezondheidszorg. De federale staat is in dat kader materieel bevoegd inzake politionele handhaving en gegevensverwerking. Middels het samenwerkingsakkoord kunnen de federale staat en de gefedereerde entiteiten hun exclusieve bevoegdheden gezamenlijk uitoefenen.

Categorieën van persoonsgegevens die gedeeld worden in het kader van huidig samenwerkingsakkoord Uit het PLF worden de volgende gegevens gedeeld: de naam en de voornaam van de reiziger die in quarantaine moet gaan of een test moet laten afnemen, de geboortedatum, het verblijfsadres, de datum van aankomst in België en het telefoonnummer van de reiziger. Deze gegevens zijn nodig om de betrokkene te kunnen identificeren, te bereiken en te weten waar de betrokkene in quarantaine wenst te verblijven. De gefedereerde entiteiten, de lokale overheden of de politiediensten hebben deze informatie nodig om de naleving van de quarantaine of testing te kunnen handhaven bij de juiste personen.

Alle overige gegevens uit het PLF hebben de gefedereerde entiteiten, lokale overheden of politiediensten niet nodig en worden bijgevolg niet gedeeld in het kader van dit samenwerkingsakkoord.

Louter ter zijde en ten overvloede wordt benadrukt dat mochten de gegevens worden gekwalificeerd als zgn. "gezondheidsgegevens, hetgeen niet het geval lijkt te zijn, artikel 44/1, § 2, 1ste lid van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt een wettelijke basis biedt voor de verwerking van gezondheidsgegevens als "aanvulling of ter ondersteuning" van de vaststellingen die door de geïntegreerde politie worden verricht bij de uitvoering van de politionele opdrachten, zoals het handhaven van de verplichte testing. De gegevens zijn inderdaad in het kader van dit samenwerkingsakkoord ondersteunend bij de uitvoering van de politionele opdracht aangezien de handhaving betrekking heeft op de verplichte testing, een verplichting waarvan de niet-naleving via de regelgeving van de gefedereerde entiteiten wordt strafbaar gesteld met correctionele straffen.

Categorieën van betrokkenen Enkel de gegevens van reizigers komende vanuit buitenlandse zones waarbij een quarantaine verplicht is bij aankomst in België, worden verwerkt met het oog op opvolging en handhaving van de verplichte quarantaine.

Enkel de gegevens van reizigers komende vanuit buitenlandse zones waarbij een testing is verplicht bij aankomst in België en bij wie de activatiecode niet tijdig is gebruikt, worden gemeld in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt met het oog op handhaving van de verplichte testing. Met tijdig wordt in dit verband bedoeld de dag volgend op de dag die is aangemerkt (desgevallend in de regelgeving van de gefedereerde entiteiten) als de dag waarop moet worden getest.

Verwerkingsregels De verwerkingsregels zoals bepaald in de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt zijn van toepassing op de gegevens die gemeld worden in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet op het politieambt, zoals bijvoorbeeld de regels rond raadpleging van persoonsgegevens, de transparantie, verwerkingsverantwoordelijke, vertrouwelijkheid.

Bewaring gegevens De gedeelde gegevens inzake quarantaine en testing worden gewist na het verstrijken van een periode van maximaal 14 kalenderdagen na aankomst in België, met dien verstande dat de gemelde gegevens inzake testing in ieder geval worden gewist nadat de CTPC is gebruikt. Er is geenszins een zgn. "archivering" van gegevens. De periode van 14 kalenderdagen zal overigens nog worden ingekort in functie van de duur van de verplichte quarantaine. Deze wordt bepaald door de gefedereerde entiteiten en is onder meer afhankelijk van de evolutie van eventuele varianten van het virus.

De gegevens die vermeld staan op het proces-verbaal en die deel uitmaken van de betreffende strafrechtelijke vaststellingen volgen de verwerkingsregels die eigen zijn aan deze verwerkingen. Ze vallen bijgevolg niet onder de voormelde verplichting tot verwijdering.

De gegevens die worden gedeeld en de gegevens die worden gemeld, zullen in eerste instantie enkel en alleen verwerkt worden met oog op de controle en het toezicht op de maatregelen. Echter, wanneer bijvoorbeeld de politiediensten op basis van deze gegevens vaststellen dat iemand in overtreding is van één (of beide) van de maatregelen inzake quarantaine of testing dan zullen zij genoodzaakt zijn om hiervan een proces-verbaal op te stellen (verdere verwerking in het kader van de strafrechtelijke inbreuk). Het opstellen van dit proces-verbaal is eveneens een gegevensverwerking, doch deze vindt dan plaats volgens de normale verwerkingsregels zoals vermeld in de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt. De verdere verwerkingen van de vaststellingen vallen bijgevolg buiten de toepassing van dit samenwerkingsakkoord.

Oprichting gegevensbank PLF met het oog op handhaving De gegevens afkomstig van het PLF worden opgenomen in de gegevensbank PLF die wordt opgericht bij de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.

In dit samenwerkingsakkoord wordt een gedetailleerde opsomming voorzien van de gegevens die zullen worden verwerkt in het kader van de handhaving van het test- en quarantainebeleid. Wat betreft de gegevensbank PLF wordt verwezen naar het artikel 23 van de International Health Regulations (IHR) van de WGO voor wat betreft de wettelijke basis.

Artikelsgewijze bespreking Art. 1.

Artikel 1 bevat een aantal definities die relevant zijn om het specifieke toepassingsgebied en de doelstelling van het samenwerkingsakkoord te begrijpen. In het bijzonder is voor het voorwerp van het samenwerkingsakkoord een definitie van het Passenger Locator Form, de PLF-gegevens (met het oog op handhaving van de quarantaine en testing) en de COVID-19 Test Prescription Code (met het oog op de handhaving van de testing) relevant.

De CTPC dient om een door een arts voorgeschreven testafname te faciliteren. Het voorschrijven van een test resulteert in een CTCP die noodzakelijk is omdat i) de plaats van testafname een vrije keuze van de betrokkene is en ii) diegene die de test afneemt niet noodzakelijk de voorschrijver is. De CTPC zorgt voor het verband hiertussen.

In het kader van hun beroepsuitoefening en de wettelijk erkende rol die zij opnemen, is het toegestaan aan erkende artsen en arbeidsartsen om testafnames voor te schrijven.

Art. 2.

Artikel 2 bepaalt de doelstellingen van dit samenwerkingsakkoord zijnde een betere naleving van de verplichte quarantaine en testing na aankomst in België komende van buitenlandse zones waarbij een quarantaine of testing verplicht zijn bij aankomst in België te verkrijgen door meer in te zetten op handhaving.

Om deze doelstelling te kunnen verwezenlijken, dienen gegevens te worden gedeeld. Om dit evenwel zo beperkt en proportioneel mogelijk te doen, worden twee onderscheiden scenario's voorzien: het ene met betrekking tot de handhaving van de verplichte quarantaine; het andere met betrekking tot de handhaving van de verplichte testing.

Voor de opvolging en handhaving van de verplichte quarantaine bij aankomst in België komende van buitenlandse zones waarbij een quarantaine verplicht is bij aankomst in België, worden PLF-gegevens doorgegeven aan de gefedereerde entiteiten. Zij kunnen dan desgevallend de betrokken personen contacteren om te verifiëren of zij de quarantaine naleven en of alles goed met hen gaat. Ofwel overeenkomstig de regelgeving van de gefedereerde entiteiten, ofwel indien de gefedereerde entiteiten vermoeden dat de quarantaine niet wordt nageleefd (zoals voorzien in de regelgeving van de gefedereerde entiteiten, minstens overeenkomstig dit samenwerkingsakkoord), kunnen de PLF-gegevens worden bezorgd aan de lokale overheden met het oog op handhaving en opvolging. Daarnaast kunnen de PLF-gegevens door de gefedereerde entiteiten of de lokale overheden worden bezorgd aan de politiediensten met oog op handhaving en dit ofwel overeenkomstig de regelgeving van de gefedereerde entiteiten, ofwel indien de gefedereerde entiteiten of de lokale overheden vermoeden dat de quarantaine niet wordt nageleefd.

De gezondheidspolitie van Saniport en/of de gezondheidsinspecteurs van de gefedereerde entiteiten nemen een beslissing op basis van de PLF en de op dat ogenblik geldende regels betreffende quarantaine en testing zoals vastgelegd door de gefedereerde entiteiten. De gezondheidspolitie en/of de gezondheidsinspecteurs nemen in elk dossier een individuele beslissing, en worden hierin ondersteund door een toepassing voor de opslag, visualisatie en de verdere verwerking van deze gegevens. Deze bevat de gegevens van de PLF. Voor de handhaving van de verplichte testing bij aankomst in België komende van buitenlandse zones waarbij een testing is verplicht bij aankomst in België, wordt voorzien in een dagelijkse melding in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt van de noodzakelijke PLF-gegevens die worden ingevuld door reizigers komende van buitenlandse zones waarbij een quarantaine of testing verplicht is bij aankomst in België.

Art. 3.

Artikel 3 bepaalt dat de gefedereerde entiteiten of Saniport de reizigers met een risicoprofiel selecteren op basis van de gegevens opgenomen in de PLF. Er wordt opgemerkt dat bij het selecteren van een risicoprofiel inzake testing er een verschuiving is gebeurd van de selectie door de gefedereerde entiteiten naar Saniport. Voor zover de gefedereerde entiteiten dit ook zouden wensen inzake de selectie m.o.o. quarantaine, wordt ook hier in de mogelijkheid voorzien dat Saniport de selectie zal doorvoeren.

Afhankelijk van dit profiel wordt al dan niet een verplichte quarantaine opgelegd. Inderdaad zal het toekomen aan de gefedereerde entiteiten of Saniport om na te gaan of de reizigers komende van buitenlandse zones waarbij bij aankomst in België een verplichte quarantaine is voorzien, effectief een verplichte quarantaine moeten ondergaan, dan wel of er een reden is waarom er geen verplichte quarantaine dient te worden ondergaan, bv. omdat een uitzonderingsgrond van toepassing is, voorzien in de regelgeving van de gefedereerde entiteiten.

Teneinde de verplichte quarantaine te kunnen opvolgen, worden de PLF-gegevens van de reizigers die bij terugkeer uit een buitenlandse zone verplicht in quarantaine moeten gaan, dagelijks bezorgd aan de gefedereerde entiteiten overeenkomstig de volgende regelgeving: (i) Duitstalige Gemeenschap: artikel 10.3, § 2 van het Decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 1 juni 2004 betreffende de gezondheidspromotie en artikel 2 van het Besluit van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap van 21 januari 2021 tot vaststelling van maatregelen ter voorkoming van de verspreiding van het coronavirus (COVID-19); (ii) Waalse Gewest: de artikelen 47/15 en 47/15bis van het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid van 29 september 2011 en het Besluit van de Waalse Regering van 6 november 2020 houdende uitvoering van artikel 47/15bis van het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid; (iii) Vlaamse Gemeenschap: artikel 47/1, § 2, eerste lid van het decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid en artikel 47/1, § 2, tweede lid van het decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid; en (iv) Brussels Hoofdstedelijk Gewest: artikel 13 en 13/1 van de Brusselse Ordonnantie van 19 juli 2007 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid.

Zij kunnen dan desgevallend de betrokken personen contacteren om te verifiëren of zij de quarantaine naleven en of alles goed met hen gaat.

Ofwel overeenkomstig de regelgeving van de gefedereerde entiteiten, ofwel indien de gefedereerde entiteiten vermoeden dat de quarantaine niet wordt nageleefd (zoals voorzien in de regelgeving van de gefedereerde entiteiten, minstens overeenkomstig dit samenwerkingsakkoord), kunnen de PLF-gegevens worden bezorgd aan de lokale overheden met het oog op handhaving en opvolging. Daarnaast kunnen de PLF-gegevens door de gefedereerde entiteiten of de lokale overheden worden bezorgd aan de politiediensten met oog op handhaving en dit ofwel overeenkomstig de regelgeving van de gefedereerde entiteiten ofwel indien de gefedereerde entiteiten of de lokale overheden vermoeden dat de quarantaine niet wordt nageleefd.

Art. 4.

Artikel 4 bepaalt dat Saniport op basis van de regelgeving van de gefedereerde entiteiten de reizigers met een risicoprofiel selecteert op basis van de gegevens opgenomen in de PLF. Afhankelijk van dit profiel wordt al dan niet een verplichte testing opgelegd. Inderdaad zal het toekomen Saniport om na te gaan of de reizigers komende van buitenlandse zones waarbij bij aankomst in Belgïe een verplichte testing is voorzien, effectief een verplichte testing moeten ondergaan, dan wel of er een reden is waarom er geen verplichte testing dient te worden ondergaan, bv. omdat een uitzonderingsgrond van toepassing is, op basis van de regelgeving van de gefedereerde entiteiten.

De PLF-gegevens van reizigers die een testverplichting hebben ingevolge een terugkeer uit een buitenlandse zone en bij wie blijkt dat, binnen de termijn de CPTC nog niet is gebruikt voor een staalafname met het oog op de uitvoering van een COVID-19 test, worden dagelijks gemeld in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt met het oog op handhaving van deze verplichte testing. Men beperkt zich hier tot het melden van deze gegevens van diegenen waarvan blijkt dat de CTPC nog niet is gebruikt voor een staalafname.

Deze gegevens worden via de applicatie CROSS in voornoemde relevante politionele gegevensbanken ter beschikking gesteld aan de lokale politiezones. Zij zullen hierop steekproefsgewijs controles uitvoeren.

Bij de melding in de relevante politionele databanken, zijn noch de gefedereerde entiteiten noch Saniport betrokken.

Art. 5.

Artikel 5 bepaalt de bewaringstermijn van de gedeelde gegevens met de gefedereerde entiteiten en de lokale overheden en van de gemelde gegevens in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt.

De PLF-gegevens worden bewaard voor de duur van de verplichte quarantaine zoals bepaald in de regelgeving van de gefedereerde entiteiten met een maximum van 14 kalenderdagen na datum van aankomst van de reiziger in België.

De actueel geldende regels betreffende testing en quarantaine zoals vastgelegd door de gefedereerde entiteiten moeten worden gevolgd. Dit kan bijvoorbeeld verplichte testing zijn op dag 1 en dag 7.

Voor wat betreft testing zullen de PLF-gegevens in ieder geval worden gewist nadat de CTPC is gebruikt.

De termijn van maximum 14 kalenderdagen is gemotiveerd door het feit dat volgens de huidige wetenschappelijke inzichten, de besmettelijkheid pas na deze periode met zekerheid volledig is verdwenen.

Voor wat betreft het wissen van de PLF-gegevens inzake verplichte quarantaine staan de gefedereerde entiteiten in.

Voor wat betreft het wissen van de PLF-gegevens inzake verplichte testing, zal dit doorgang vinden overeenkomstig de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt.

Art. 6.

Artikel 6 bepaalt dat voor zover de gegevens zijn gemeld in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt, de regels van de wet op het politieambt van toepassing zijn, tenzij anders bepaald door dit samenwerkingsakkoord.

Zo is bijvoorbeeld de bewaartermijn veel korter dan voor de andere gegevens in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt.

Art. 7.

Dit artikel bepaalt dat de persoonsgegevens, die bij een persoon die komende van het buitenland aankomt in België worden ingezameld via het PLF, gedurende maximaal 28 dagen worden opgeslagen in een gegevensbank PLF beheerd door de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, met name de dienst Saniport, de sanitaire politie voor het internationaal verkeer, dewelke tevens optreedt als verwerkingsverantwoordelijke. De persoonsgegevens in deze gegevensbank mogen enkel worden verwerkt voor de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19, met inbegrip van het opsporen en onderzoeken van clusters en collectiviteiten op eenzelfde adres en het handhaven van de verplichte quarantaine en testing. Meer bepaald kunnen ze in dat kader worden verwerkt voor het vastleggen en meedelen aan de betrokkene van de exacte quarantaineduur, voor het uitnodigen van de betrokken personen voor het ondergaan van één of meerdere testen, voor het contacteren van de betrokken personen in het kader van de contactopsporing en -opvolging of voor de controle op de naleving van verplichte quarantaine en testing. De concrete organisatie van de verwerking van deze persoonsgegevens vormt het voorwerp van een overeenkomst tussen de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu en de gezondheidsinspectiediensten van de gefedereerde entiteiten.

In dit samenwerkingsakkoord wordt een gedetailleerde opsomming voorzien van de gegevens die zullen worden verwerkt in het kader van de handhaving van het test- en quarantainebeleid. De PLF-gegevens worden meegedeeld aan de gefedereerde entiteiten en/of gemeld in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt overeenkomstig de bepalingen van dit samenwerkingsakkoord.

De gegevensbank PLF in zijn geheel vindt zijn wettelijke grondslag in het artikel 23 van de International Health Regulations (IHR) van de WGO. De International Health Regulations van de WGO behoren tot het Belgisch positief recht en zijn gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 18 juni 2007. Artikel 23 van de International Health Regulations bepaalt : "Gezondheidsmaatregelen bij aankomst en vertrek 1. Met inachtneming van toepasselijke internationale overeenkomsten en relevante artikelen van deze Regeling kan een Staat die Partij is ten behoeve van de volksgezondheid bij aankomst of vertrek het volgende verlangen : a) ten aanzien van reizigers : i) informatie betreffende de bestemming van de reiziger zodat met hem of haar contact kan worden opgenomen; ii) informatie betreffende de reisroute van de reiziger teneinde vast te stellen of deze in of in de nabijheid van een getroffen gebied heeft gereisd of mogelijk andere contacten met een infectie- of besmettingsbron heeft gehad voorafgaande aan de aankomst, alsmede controle van de gezondheidsdocumenten van de reiziger indien deze ingevolge deze Regeling vereist zijn;" Voor de uitvoering daarvan is binnen de WGO een standaarddocument uitgewerkt, de Passenger Locator Card. De PLF is op dat model gebaseerd.

De PLF wordt in een breder kader gebruikt dan enkel bij COVID-19. Het is een middel voorgeschreven door de WGO om in het kader van epidemieën of pandemieën voldoende informatie te hebben om de verspreiding via reizigers te kunnen beperken.

De modaliteiten van de doorgifte aan Saniport van de lijst van reizigers, komende van buitenlandse zones waarbij een quarantaine of testing verplicht is bij aankomst in België en aan wie een CTPC is toegekend maar die nog niet is gebruikt, wordt bovendien geregeld door een beraadslaging van het Informatieveiligheidscomité.

Het Informatieveiligheidscomité publiceert op het eGezondheidsportaal een precieze functionele beschrijving van de gegevensbank PLF en van de persoonsgegevens die vanuit deze gegevensbank worden meegedeeld aan de gefedereerde entiteiten en de politie in uitvoering van dit samenwerkingsakkoord. De beraadslagingen van het Informatieveiligheidscomité worden systematisch gepubliceerd op de website van het eHealth-platform.

Saniport, de bevoegde gefedereerde entiteiten, de lokale overheden en de geïntegreerde politie, ieder binnen hun bevoegdheidssfeer, bepalen op transparante wijze hun respectieve verantwoordelijkheden, met name wat betreft de uitoefening van de rechten van de betrokkene en het verstrekken van informatie. Hiertoe maken Saniport, de bevoegde gefedereerde entiteiten, de lokale overheden en de geïntegreerde politie, de nodige afspraken waarin in het algemeen de verplichtingen eigen aan de gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken en in het bijzonder de respectieve rollen en relaties van de gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken ten opzichte van de betrokkenen bepaald worden.

Het Informatiebeveiligingscomité (IVC) is bij wet van 5 september 2018 ingesteld. De overwegingen van het IVC hebben normatieve waarde en kunnen worden aangevochten door de geldende rechtsmiddelen als ze in strijd zijn met hogere wettelijke normen. Het IVC geeft concreet invulling aan de maatregelen op het gebied van informatiebeveiliging tijdens de uitvoering van de gegevensuitwisseling.

In dit opzicht verordent de IVC specifieke interne publiekrechtelijke normen zoals vereist in bepaalde gevallen door de AVG (bv. Het gebruik van een uniek identificatienummer is alleen mogelijk indien `gepaste maatregelen' worden genomen ter bevordering van de privacybescherming - het systeem van beraadslaging over het delen van gegevens op basis van dit aantal is een belangrijke "passende maatregel").

De beraadslagingen van het Informatiebeveiligingscomité (IVC) hebben alleen betrekking op de (elektronische) gegevensuitwisseling. Bij de beraadslagingen is het IVC gebonden aan wettelijke bepalingen met betrekking tot de verwerkingsdoeleinden van de instanties die de gegevens ontvangen. De overwegingen van het IVC vormen slechts een rechtsgrond die een autoriteit die persoonsgegevens verwerkt op basis van legitieme doeleinden, toestaat deze persoonsgegevens aan andere autoriteiten mee te delen, in het kader van legitieme doeleinden waarvoor de ontvangende autoriteiten persoonsgegevens mogen verwerken.

De beraadslagingen van het IVC vormen geen wettelijke basis voor de eerste verzameling en verwerking van persoonsgegevens door de instantie die de gegevens verstrekt. De ontvangende instantie moet ook persoonsgegevens verwerken in overeenstemming met de rechtsgrondslagen waarover zij beschikt. Het IVC kan daarom de doeleinden van de initiële verwerking door de instantie die de gegevens verstrekt niet uitbreiden, noch een rechtsgrond bieden voor de doeleinden van de verwerking door de ontvangende instantie anders dan die voorzien bij of krachtens een wet.

Het IVC is geen toezichthoudende autoriteit in de zin van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Het is daarom niet bevoegd om toe te zien op de naleving van regelgeving, problemen en geschillen op te lossen of klachten te behandelen. Het is namelijk de Gegevensbeschermingsautoriteit die bevoegd is voor deze aangelegenheden. De Gegevensbeschermingsautoriteit kan op elk moment elk IVC-overleg confronteren met hogere wettelijke normen en kan het, in geval van niet-naleving, vragen om dit overleg te heroverwegen op de punten die het heeft aangegeven.

Art. 8.

Dit artikel regelt de beslechting van geschillen tussen de partijen door een samenwerkingsgerecht.

Art. 9.

Artikel 9 draagt de Interministeriële Conferentie Volksgezondheid op om toezicht te houden op de uitvoering en naleving van de bepalingen van het samenwerkingsakkoord en om aanpassingen voor te stellen.

Art. 10.

Artikel 10 regelt de uitwerking in de tijd van het samenwerkingsakkoord (paragraaf 1) en voorziet in de mogelijkheden tot de beëindiging ervan (paragrafen 2 en 3).

Samenwerkingsakkoord van 24 maart 2021 tussen de Federale Staat, de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende de gegevensoverdracht van noodzakelijke gegevens naar de gefedereerde entiteiten, de lokale overheden of politiediensten met als doel het handhaven van de verplichte quarantaine of testing van de reizigers komende van buitenlandse zones bij wie een quarantaine of testing verplicht is bij aankomst in België. HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Voor de toepassing van dit samenwerkingsakkoord wordt verstaan onder: 1° Passenger Locator Form (PLF): een formulier dat reizigers voorafgaand aan hun reis naar België dienen in te vullen en in voorkomend geval voor te leggen aan de vervoerder voorafgaand aan de boarding;2° COVID-19 Test Prescription Code (CTPC): het betreft een willekeurige code toegekend aan een persoon in het kader van het laten uitvoeren van een COVID-19 test;3° PLF-gegevens: de volgende gegevens afkomstig van het PLF: voornaam, achternaam, geboortedatum, telefoonnummer, verblijfsadres gedurende periode van quarantaine en datum van aankomst in België.4° Gegevensbank PLF: de databank, opgericht bij de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, die de PLF-gegevens bevat.

Art. 2.Dit samenwerkingsakkoord strekt ertoe: - de nodige gegevens te kunnen bezorgen aan de gefedereerde entiteiten en aan de lokale overheden en politiediensten teneinde de verplichte quarantaine te kunnen opvolgen voor reizigers komende van buitenlandse zones bij wie een quarantaine verplicht is bij aankomst in België conform de regelgeving van de gefedereerde entiteiten; - de nodige gegevens te melden in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt teneinde de politiediensten toe te laten de verplichte testing te handhaven voor reizigers komende van buitenlandse zones bij wie een testing verplicht is bij aankomst in België conform de regelgeving van de gefedereerde entiteiten en bij wie blijkt dat, binnen de opgelegde termijn, de CTPC niet is gebruikt voor een staalafname met het oog op de uitvoering van een COVID-19 test. HOOFDSTUK II. - Personen wiens persoonsgegevens worden doorgegeven in het kader van huidig samenwerkingsakkoord

Art. 3.§ 1. De gefedereerde entiteiten of Saniport selecteren, op basis van de gegevens opgenomen in de PLF, de reizigers met een risicoprofiel op basis van de regelgeving van de gefedereerde entiteiten. Afhankelijk van dit risicoprofiel wordt hen al dan niet een verplichte quarantaine opgelegd.

Teneinde de verplichte quarantaine zoals bepaald in artikel 2 te kunnen opvolgen, worden de PLF-gegevens van reizigers die bij aankomst in België komende van een buitenlandse zone verplicht in quarantaine moeten gaan dagelijks bezorgd aan de gefedereerde entiteiten. § 2. De PLF-gegevens van deze personen kunnen door de gefedereerde entiteiten worden doorgestuurd naar de lokale overheden, ofwel overeenkomstig de regelgeving van de gefedereerde entiteiten ofwel indien de gefedereerde entiteiten vermoeden dat de quarantaine niet wordt nageleefd op basis van voorliggend samenwerkingsakkoord.

De overdracht van de PLF-gegevens van de gefedereerde entiteiten of van de lokale overheden naar de politiediensten is mogelijk ofwel overeenkomstig de regelgeving van de gefedereerde entiteiten, ofwel indien de gefedereerde entiteiten of de lokale overheden vermoeden dat de quarantaine niet wordt nageleefd op basis van voorliggend samenwerkingsakkoord.

Art. 4.Saniport selecteert, op basis van de gegevens opgenomen in de PLF, de reizigers met een risicoprofiel op basis van de regelgeving van de gefedereerde entiteiten. Afhankelijk van dit risicoprofiel wordt hen al dan niet een verplichte testing opgelegd.

Met het oog op het handhaven van de verplichte testing zoals bepaald in artikel 2, worden de PLF-gegevens van reizigers die bij terugkeer uit een buitenlandse zone verplicht een test moeten ondergaan en bij wie blijkt dat, binnen de opgelegde termijn, de CTPC nog niet is gebruikt voor een staalafname met het oog op de uitvoering van een COVID-19 test, dagelijks gemeld aan Saniport. Met betrekking tot die personen geeft Saniport de desbetreffende PLF-gegevens door aan de Dienst Informatiebeheer en ICT van de politie, die deze vervolgens melden in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt.

Via de applicatie CROSS in deze relevante politionele gegevensbanken kunnen deze gegevens ter beschikking gesteld worden van de lokale politiezones die hierop steekproefsgewijs controles zullen uitvoeren. HOOFDSTUK III. - Bewaringstermijn

Art. 5.De PLF-gegevens worden bewaard voor de duur van de verplichte quarantaine zoals bepaald in de regelgeving van de gefedereerde entiteiten met een maximum van 14 kalenderdagen na datum van aankomst van de reiziger in België. Voor wat betreft testing zullen de PLF-gegevens in ieder geval worden gewist nadat de CTPC is gebruikt.

Voor wat betreft het wissen van de PLF-gegevens inzake verplichte quarantaine staan de gefedereerde entiteiten in.

Voor wat betreft het wissen van de PLF-gegevens inzake verplichte testing, zal dit doorgang vinden overeenkomstig de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt. HOOFDSTUK IV. - Verwerking van gegevens

Art. 6.Van zodra de gegevens gemeld zijn in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt zijn de regels van toepassing zoals vermeld in de wet op het politieambt, behalve indien anders vermeld in het samenwerkingsakkoord. HOOFDSTUK V. - Gegevensbank PLF met het oog op handhaving

Art. 7.De gegevens die dienen te worden meegedeeld via het PLF opgelegd door of krachtens een wet, een decreet, een ordonnantie of een samenwerkingsakkoord, worden opgeslagen in de gegevensbank PLF beheerd door de dienst Saniport van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, die tevens optreedt als verwerkingsverantwoordelijke. Deze gegevens mogen enkel worden gebruikt voor de doeleinden van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19, met inbegrip van het opsporen en onderzoeken van clusters en collectiviteiten op eenzelfde adres en het handhaven van de verplichte quarantaine en testing. De gegevens in de gegevensbank PLF worden vernietigd 28 kalenderdagen na de datum van aankomst van de betrokkene op het Belgisch grondgebied.

De PLF-gegevens worden met het oog op handhaving van quarantaine en testing meegedeeld aan de gefedereerde entiteiten, Saniport en/of gemeld in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt overeenkomstig de bepalingen van dit samenwerkingsakkoord.

In dit samenwerkingsakkoord wordt een gedetailleerde opsomming voorzien van de gegevens die zullen worden verwerkt in het kader van de handhaving van het test- en quarantainebeleid.

De PLF-gegevens worden meegedeeld aan de gefedereerde entiteiten en/of gemeld in de relevante politionele gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 1, 2de lid, 1° tot en met 3° van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt overeenkomstig de bepalingen van dit samenwerkingsakkoord.

De gegevensbank PLF in zijn geheel vindt zijn wettelijke grondslag in het artikel 23 van de International Health Regulations (IHR) van de WGO. De modaliteiten van de doorgifte aan Saniport van de lijst van reizigers, komende van buitenlandse zones waarbij een quarantaine of testing verplicht is bij aankomst in België en aan wie een CTPC is toegekend maar die nog niet werd gebruikt, wordt bovendien geregeld door een beraadslaging van het Informatieveiligheidscomité.

Het Informatieveiligheidscomité publiceert op het eGezondheidsportaal een precieze functionele beschrijving van de gegevensbank PLF en van de persoonsgegevens die vanuit deze gegevensbank worden meegedeeld aan de gefedereerde entiteiten en de politie in uitvoering van dit samenwerkingsakkoord. De beraadslagingen van het Informatieveiligheidscomité worden systematisch gepubliceerd op de website van het eHealth-platform. Saniport, de bevoegde gefedereerde entiteiten, de lokale overheden en de geïntegreerde politie, ieder binnen hun bevoegdheidssfeer, bepalen op transparante wijze hun respectieve verantwoordelijkheden, met name wat betreft de uitoefening van de rechten van de betrokkene en het verstrekken van informatie.

Hiertoe maken Saniport, de bevoegde gefedereerde entiteiten, de lokale overheden en de geïntegreerde politie, de nodige afspraken waarin in het algemeen de verplichtingen eigen aan de gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken en in het bijzonder de respectieve rollen en relaties van de gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken ten opzichte van de betrokkenen bepaald worden. HOOFDSTUK VI. - Diverse bepalingen

Art. 8.De geschillen tussen de partijen bij dit samenwerkingsakkoord met betrekking tot de interpretatie of de uitvoering van dit samenwerkingsakkoord worden voorgelegd aan een samenwerkingsgerecht, in de zin van artikel 92bis, § 5 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. De leden van dit rechtscollege worden respectievelijk aangeduid door de Ministerraad, de Vlaamse regering, de regering van de Duitstalige Gemeenschap, het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Waalse regering.

De werkingskosten van het rechtscollege worden gelijk verdeeld over de Federale Staat, de Vlaamse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en het Waals Gewest.

Art. 9.§ 1. De Interministeriële conferentie Volksgezondheid houdt toezicht op de uitvoering en naleving van dit samenwerkingsakkoord en legt, indien nodig, voorstellen tot aanpassing voor. Eveneens oefent de Interministeriële conferentie Volksgezondheid een bemiddelingsfunctie uit in het kader van dit samenwerkingsakkoord alvorens geschillen worden voorgelegd aan een samenwerkingsgerecht zoals bepaald in artikel 8. § 2. De Interministeriële conferentie Volksgezondheid komt bijeen zodra een partij bij de samenwerkingsovereenkomst daarom verzoekt.

Art. 10.§ 1. Dit samenwerkingsakkoord treedt in werking op de datum van bekendmaking van de laatste wetgevende handeling tot instemming met dit samenwerkingsakkoord. § 2. De maatregelen tot stand gekomen middels dit samenwerkingsakkoord, namelijk de maatregelen inzake de overdracht van de gegevens inzake verplichte testing en quarantaine voor personen komende van buitenlandse zones waarbij een quarantaine of testing verplicht is bij aankomst in België. houden op uitwerking te hebben op de dag van de publicatie van het koninklijk besluit dat het einde van de toestand van de coronavirus COVID-19 epidemie afkondigt. § 3. Dit samenwerkingsakkoord heeft uitwerking tot de herziening of de herroeping ervan nadat de Centrale Secretarie van het Overlegcomité het schriftelijk akkoord heeft ontvangen van alle partijen om een einde te stellen aan het samenwerkingsakkoord en na de bekendmaking van een bericht in het Belgisch Staatsblad met de bevestiging van dit schriftelijk akkoord'.

Gedaan te Brussel, op 24 maart 2021, in één origineel exemplaar in de Nederlandse, de Franse en de Duitse taal.

Voor de Federale Staat: De Minister, A. DE CROO De Vice-eerste Minister en Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Fr. VANDENBROUCKE Vice-eerste Minister en Minister van Justitie en Noordzee, V. VAN QUICKENBORNE Minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing, A. VERLINDEN De Minister-President van de Vlaamse Regering en Vlaams Minister van Buitenlandse Zaken, Cultuur, ICT en Facilitair Management van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaams Minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding van de Vlaamse Regering, W. BEKE De Minister-President van de Waalse Regering, E. DI RUPO De Vice-Minister-President en Minister van Werk, Vorming, Gezondheid, Sociale Actie, Gelijke Kansen en Vrouwenrechten van de Waalse Regering, Ch. MORREALE De Minister-President en Minister van Lokale Besturen en Financiën van de Duitstalige Gemeenschap, O. PAASCH De Vice-Minister-President en Minister van Gezondheid en Sociale Aangelegenheden, Ruimtelijke Ordening en Huisvesting van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, A. ANTONIADIS De Voorzitter van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, R. VERVOORT Het lid van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, belast met Gezondheid en Welzijn, A. MARON Het lid van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, belast met Gezondheid en Welzijn, E. VAN DEN BRANDT

Zusammenarbeitsabkommen vom 24. märz 2021 zwischen dem Föderalstaat, der Flämischen Gemeinschaft, der wallonischen Region, der deutschsprachigen Gemeinschaft und der gemeinsamen Gemeinschaftskommission über die Übermittlung notwendiger Daten an die föderierten Teilgebiete, die lokalen Behörden oder die Polizeidienste zur Durchsetzung der verpflichteten Quarantäne oder Tests von Reisenden aus dem Ausland, die bei der Ankunft in Belgien einer verpflichteten Quarantäne oder Untersuchung unterliegen Allgemeine Erläuterungen Allgemeine Beschreibung Am 11. märz 2020 hat die Weltgesundheitsorganisation (WHO) den Ausbruch des Virus SARS-CoV-2, das die Krankheit COVID-19 verursacht, zur Pandemie erklärt.

Belgien ist von dieser Pandemie ebenfalls nicht verschont geblieben Vor dem Hintergrund der COVID-19-Gesundheitskrise und um die weitere Ausbreitung des Virus SARS-CoV-2 (nachstehend "Coronavirus") und seiner immer zahlreicheren Varianten zu verhindern, wurde der Konzertierungsausschuss, dem Vertreter des Föderalstaats und der Teilstaaten angehören, damit beauftragt, konzertierte Maßnahmen zur Begrenzung der weiteren Ausbreitung des Coronavirus und seiner Varianten zu ergreifen.

Die molekulare Überwachung von SARS-COV-2, über die im wöchentlichen epidemiologischen Bericht von Sciensano berichtet wird, zeigt, dass Varianten häufig über Reisende aus dem Ausland nach Belgien gelangen.

Diese Varianten sind oft ansteckender als die in Belgien bereits bestehenden Varianten. Durch die Verhängung und strikte Durchsetzung einer verpflichteten Quarantäne oder Tests bei der Ankunft in Belgien soll die Ausbreitung bis zur Impfung der Bevölkerung verlangsamt werden.

Gemäß Artikel 21 des Ministerialerlasses über Notfallmaßnahmen zur Begrenzung der Ausbreitung des Coronavirus COVID-19 sind Reisende aus dem Ausland verpflichtet bei der Ankunft in Belgien ein Passenger Locator Form (PLF) auszufüllen.

In Anwendung von Artikel 47/1 des flämischen Dekrets vom 21. November 2003 über die präventive Gesundheitspolitik, des Kapitels III des Wallonischen Gesetzbuches für soziale Aktion und Gesundheit vom 29.

September 2011, Artikel 13 und 13/1 der Brüsseler Verordnung vom 19.

Juli 2007 über die präventive Gesundheitspolitik und Artikel 10.3 des Dekrets der Deutschsprachigen Gemeinschaft vom 1. Juni 2004 zur Gesundheitsförderung und zur medizinischen Prävention, müssen sich Personen, die aus einer so genannten roten Zone zurückkehren, einer Selbstquarantäne und einem Test unterziehen.

Um diese Maßnahmen besser durchsetzen zu können, ist ein Datenaustausch zwischen den Teilstaaten, den lokalen Behörden und Polizeidiensten unerlässlich.

Ziel Ziel des vorliegenden Zusammenarbeitsabkommens ist es, eine bessere Einhaltung der verpflichteten Quarantäne und der Untersuchung nach der Ankunft (oder der Rückkehr) in Belgien durch verstärkte Bemühungen hinsichtlich der Durchsetzung zu erreichen.

Um dieses Ziel zu erreichen, müssen die Daten gemeinsam genutzt werden. Um dies jedoch so begrenzt und verhältnismäßig wie möglich zu tun, sind zwei unterschiedliche Szenarien vorgesehen: eines im Hinblick auf die Durchsetzung der verpflichteten Quarantäne, das andere im Hinblick auf die Durchsetzung der verpflichteten Tests.

Zur Überwachung und Durchsetzung der verpflichteten Quarantäne bei der Ankunft in Belgien aus ausländischen Gebieten, in denen eine Quarantäne oder eine Untersuchung bei der Ankunft in Belgien verpflichtend ist, wird eine begrenzte Anzahl von PLF-Daten an die Teilstaaten übermittelt. Die Teilstaaten können die Daten an die lokalen Behörden weiter übermitteln, entweder in Übereinstimmung mit Rechtsvorschriften der Teilstaaten oder bei Verdacht auf Nichteinhaltung der Quarantäne. Bei Bedarf können sie dann mit den betroffenen Personen Kontakt aufnehmen, um zu prüfen, ob sie sich an die Quarantäne halten und ob es ihnen gut geht.

Die Weitergabe der PLF-Daten an die Polizeidienste durch Teilstaaten oder die lokalen Behörden ist entweder in Übereinstimmung mit den Rechtsvorschriften der Teilstaaten möglich oder wenn die Teilstaaten oder die lokalen Behörden den Verdacht haben, dass die Quarantäne nicht eingehalten wird (wie in den Vorschriften der föderierten Teilgebiete vorgesehen zumindest gemäß diesem Zusammenarbeitsabkommen).

Die gesetzliche Grundlage für diese Übermittlung ist in den Rechtsvorschriften der föderierten Teilgebiete vorgesehen oder auf der Grundlage der vorliegenden Zusammenarbeitsabkommen; zu lesen in Kombination mit den Artikeln 8 und 20 des Strafprozessgesetzbuchs, den Artikeln 15 und 40 des Gesetzes über das Polizeiamt und dem vorliegenden Zusammenarbeitsabkommens.

Um die Einhaltung der verpflichteten Untersuchung bei der Ankunft von Reisenden in Belgien aus ausländischen Gebieten, für die bei Ankunft in Belgien eine Quarantäne- oder Testpflicht besteht, zu überwachen, ist in den relevanten polizeilichen Datenbanken gemäß Artikel 44/2 § 1, Abs. 2,1° bis 3° des Gesetzes vom 5. August 1992 über das Polizeiamt der erforderlichen Daten aus den PLF, die von Reisenden ausgefüllt werden, die aus ausländischen Gebieten zurückkehren, für die bei Ankunft in Belgien eine Quarantäne- oder Testpflicht besteht, eine tägliche Meldung vorgesehen.

Diese Daten können nur zur Überwachung und Durchsetzung der vorgeschriebenen Quarantäne oder Untersuchung verwendet werden.

Zuständigkeit Die Meldung der Testdaten in den relevanten polizeilichen Datenbanken gemäß Artikel 44/2 § 1, Abs. 2,1° bis 3° des Gesetzes vom 5. August 1992 über das Polizeiamt zur Durchsetzung der Testpflicht sowie zur Durchsetzung der Quarantänepflicht (nach Nachverfolgung durch die Teilstaaten und die lokalen Behörden) liegt in der Verantwortung des Föderalstaats.

Quarantäne und Tests fallen in den Zuständigkeitsbereich der Teilstaaten. Die Bestimmung, wer sich bei der Ankunft in Belgien aus dem Ausland der Quarantäne- bzw. Testpflicht unterziehen muss, ist Teil der präventiven Gesundheitspolitik und fällt in die Zuständigkeit der Teilstaaten. Deren Nachverfolgung fällt ebenfalls in den Zuständigkeitsbereich der Teilstaaten.

Das Zusammenarbeitsabkommen regelt daher Angelegenheiten, die sowohl in die materielle Zuständigkeit der Teilstaaten als auch in die materielle Zuständigkeit des Föderalstaats fallen. Wie bereits erwähnt, sind die Teilstaaten im Rahmen ihrer Befugnisse im Bereich der Präventivmedizin für die Früherkennung und die Bekämpfung gegen ansteckende und soziale Krankheiten und damit für die Quarantäne bzw. den Schnelltest zuständig. Die materielle Zuständigkeit für die polizeiliche Kontrolle und Verarbeitung der Daten liegt in diesem Rahmen beim Föderalstaat. Das Zusammenarbeitsabkommen ermöglicht es dem Föderalstaat und den Teilstaaten, ihre exklusiven Zuständigkeiten gemeinsam auszuüben.

Kategorien von personenbezogenen Daten, die im Rahmen des vorliegenden Zusammenarbeitsabkommens ausgetauscht werden Aus dem PLF werden folgende Daten weitergegeben: Name und Vorname des Reisenden, der sich einer Quarantäne oder einem Test unterziehen soll, Geburtsdatum, Wohnsitz, Ankunftsdatum in Belgien und die Telefonnummer des Reisenden. Diese Informationen sind erforderlich, um die betreffende Person zu identifizieren, sie zu kontaktieren und in Erfahrung zu bringen, wo sie die Quarantäne verbringen möchte. Die Teilstaaten, lokalen Behörden oder Polizeidienste benötigen diese Informationen, um Quarantäne oder Tests bei den richtigen Personen durchzusetzen. Alle anderen Daten aus dem PLF werden von den Teilstaaten, lokalen Behörden oder Polizeidiensten nicht benötigt.

Diese werden daher auch nicht im Rahmen dieses Zusammenarbeitsabkommens weitergegeben.

Im Übrigen ist zu betonen, dass Artikel 44/1, § 2 Abs. 1 des Gesetzes über das Polizeiamt, sollten diese Daten als "gesundheitsbezogene Daten" zu qualifizieren sein, was nicht der Fall zu sein scheint, eine gesetzliche Grundlage für die Verarbeitung von gesundheitsbezogenen Daten "ergänzend oder unterstützend" für Feststellungen der integrierten Polizei in Ausübung der polizeilichen Aufträge, wie die Kontrolle der Einhaltung der Testpflicht, bietet. Im Rahmen des vorliegenden Zusammenarbeitsabkommens bilden die Daten in der Tat eine Unterstützung in der Ausübung des polizeilichen Auftrags, da die Kontrolle der Einhaltung der Testpflicht, eine Pflicht, deren Nichteinhaltung mittels der Vorschriften der föderierten Teilgebiete mit Korrektionalstrafen belegt ist.

Kategorien betroffener Personen Nur die Daten von Reisenden, die aus Gebieten im Ausland kommen, für die eine Quarantäne bei der Ankunft in Belgien vorgeschrieben ist, werden zum Zweck der Nachverfolgung und Durchsetzung der verpflichteten Quarantäne verarbeitet.

Nur die Daten von Reisenden, die aus Gebieten im Ausland kommen, für die ein Test bei der Ankunft in Belgien verpflichtend ist, und für die der Aktivierungscode nicht rechtzeitig aktiviert wurde, werden in die Allgemeine Nationale Datenbank integriert, um die verpflichtete Untersuchung durchzusetzen. "Fristgerecht" bedeutet in diesem Zusammenhang der Tag, der auf den Tag folgt, der (ggf. in den Rechtsvorschriften der Teilstaaten) als der Tag bezeichnet ist, an dem die Untersuchung durchgeführt werden muss.

Verarbeitungsregeln Für die Daten, die in den relevanten polizeilichen Datenbanken gemäß Artikel 44/2, § 1, Abs. 2, 1° bis 3° des Gesetzes vom 5. August 1992 über das Polizeiamt gemeldet werden, gelten die im Gesetz über das Polizeiamt festgelegten Verarbeitungsregeln. Dazu gehören z. B. die Regeln über die Einsicht in personenbezogene Daten, Transparenz, Datenverantwortliche und Vertraulichkeit..

Aufbewahrung der Daten Die geteilten Daten zu Quarantäne und Schnelltest werden nach Ablauf eines Zeitraums von höchstens 14 Kalendertagen nach Ankunft in Belgien gelöscht, vorausgesetzt, die mitgeteilten Daten in Bezug auf den Schnelltest werden auf jeden Fall nach Benutzung des CTPC gelöscht.

Von einer "Archivierung" der Daten ist in keiner Weise die Rede. Der Zeitraum von 14 Tagen wird im Übrigen je nach Dauer der vorgeschriebenen Quarantäne noch verkürzt. Dies wird von den Teilstaaten bestimmt und hängt von der Entwicklung möglicher Varianten des Virus ab.

Die im Protokoll genannten Daten, die diesbezügliche strafrechtliche Feststellungen betreffen, folgen den für sie geltenden Verarbeitungsregeln. Sie unterliegen daher nicht der o.g.

Löschpflicht.

Die geteilten und mitgeteilten Daten werden zunächst nur zum Zwecke der Kontrolle und Überwachung der Maßnahmen verarbeitet. Wenn jedoch z. B.die Polizeidienste auf der Grundlage dieser Daten feststellen, dass jemand gegen eine (oder beide) der Maßnahmen in Bezug auf Quarantäne oder Schnelltests verstößt, sind sie verpflichtet, ein offizielles Protokoll zu erstellen (Weiterverarbeitung im Zusammenhang mit dem strafrechtlichen Verstoß). Die Erstellung dieses offiziellen Protokolls stellt ebenfalls eine Datenverarbeitung dar, die jedoch nach den normalen Verarbeitungsregeln des Gesetzes über das Polizeiamt erfolgt. Eine Weiterverarbeitung der Feststellungen fällt daher nicht in den Geltungsbereich dieses Zusammenarbeitsabkommens.

Schaffung einer PLF-Datenbank für Durchsetzungszwecke Die Daten aus den PLF werden in die PLF-Datenbank des Föderalen Öffentlichen Dienstes Gesundheit, Sicherheit der Lebensmittelkette und Umwelt aufgenommen.

Diese Zusammenarbeitsabkommens sieht eine detaillierte Liste der Daten vor, die im Rahmen der Durchsetzung der Test- und Quarantänepolitik verarbeitet werden. In Bezug auf die PLF-Datenbank wird hinsichtlich der Rechtsgrundlage auf Artikel 23 der International Health Regulations (IHR) der WHO verwiesen.

Kommentar zu den Artikeln Art. 1.

Artikel 1 enthält eine Reihe von Begriffsbestimmungen, die für das Verständnis des spezifischen Anwendungsbereichs und Ziels des Zusammenarbeitsabkommens relevant sind. Insbesondere eine Definition des Passenger Locator Form, der PLF-Daten (für Quarantäne- und Testdurchsetzungszwecke) und des COVID-19 Test Prescription Code (für Testdurchsetzungszwecke) sind für den Gegenstand des Zusammenarbeitsabkommens relevant.

Der CTPC dient dazu, die Durchführung eines von einem Arzt verschriebenen Tests zu erleichtern. Die Verschreibung eines Tests führt zu einem CTCP, der deshalb nötig ist, weil (i) der Ort, an dem der Test durchgeführt wird, die freie Entscheidung des Einzelnen ist, und (ii) die den Test durchführende Person nicht notwendigerweise der verschreibende Arzt ist. Der CTPC gewährleistet die Verknüpfung beider Personen. Ärzte sind im Rahmen der Ausübung ihres Berufs und ihrer vom Gesetz vorgesehenen und von ihnen gewährleisteten, anerkannten Aufgabe befugt, Tests zu verschreiben.

Art. 2.

Artikel 2 definiert die Ziele dieses Zusammenarbeitsabkommens, und zwar die Verbesserung der Einhaltung der Quarantäne- und Testpflicht nach der Ankunft aus Gebieten im Ausland, für die bei der Ankunft in Belgien eine Quarantäne oder ein Test vorgeschrieben ist, durch eine verstärkte Durchsetzung.

Um dieses Ziel zu erreichen, müssen die Daten gemeinsam genutzt werden. Um dies jedoch so begrenzt und verhältnismäßig wie möglich zu tun, werden zwei verschiedene Szenarien ins Auge gefasst: eines in Bezug auf die Durchsetzung der verpflichteten Quarantäne, das andere in Bezug auf die Durchsetzung der verpflichteten Tests.

Zur Überwachung und Durchsetzung der verpflichteten Quarantäne bei der Ankunft in Belgien von ausländischen Gebieten, für die bei der Ankunft in Belgien eine Quarantäne- oder Testpflicht besteht, wird eine begrenzte Anzahl von PLF-Daten an die Teilstaaten übermittelt. Bei Bedarf können sie dann mit den betroffenen Personen Kontakt aufnehmen, um zu prüfen, ob sie sich an die Quarantäne halten und ob es ihnen gut geht. Entweder in Übereinstimmung mit den Rechtsvorschriften der Teilstaaten oder wenn die Teilstaaten den Verdacht haben, dass die Quarantäne nicht eingehalten wird, können die PLF-Daten (wie in den Vorschriften der föderierten Teilgebiete vorgesehen, zumindest gemäß diesem Zusammenarbeitsabkommen) zu Vollstreckungszwecken an die lokalen Behörden weitergegeben werden. Darüber hinaus können die PLF-Daten von den Teilstaaten oder den lokalen Behörden an die Polizeidiensten zu Vollstreckungszwecken weitergegeben werden, entweder in Übereinstimmung mit den Rechtsvorschriften der Teilstaaten oder wenn die Teilstaaten oder lokalen Behörden einen Verdacht auf Nichteinhaltung der Quarantäne haben.

Die Gesundheitspolizei von Saniport und/oder die Gesundheitsinspektoren der föderierten Teilgebiete treffen eine Entscheidung unter Zugrundelegung des PLF und der zu dem Zeitpunkt geltenden Quarantäne- und Testregeln, wie von den föderierten Teilgebieten festgelegt. Die Gesundheitspolizei und/oder die Gesundheitsinspektoren treffen eine individuelle Entscheidung für jeden Fall und werden dabei von einer Anwendung unterstützt, anhand derer diese Daten gespeichert und zu einem späteren Zeitpunkt aufgerufen und bearbeitet werden können. Diese Anwendung enthält die PLF-Daten.

Zur Überwachung der Einhaltung der verpflichteten Untersuchung bei der Ankunft von Reisenden in Belgien aus ausländischen Gebieten, für die bei Ankunft in Belgien eine Testpflicht besteht, ist in den relevanten polizeilichen Datenbanken gemäß Artikel 44/2 § 1, Abs. 2,1° bis 3° des Gesetzes vom 5. August 1992 über das Polizeiamt der erforderlichen Daten aus den PLF, die von Reisenden ausgefüllt werden, die aus ausländischen Gebieten zurückkehren, für die bei Ankunft in Belgien eine Quarantäne- oder Testpflicht besteht, eine tägliche Mitteilung vorgesehen.

Art. 3.

Artikel 3 besagt, dass die föderierten Teilgebiete oder Saniport die Reisenden auswählen, die auf Grundlage der PLF-Datenbank ein Risikoprofil aufweisen. Es ist zu beachten, dass bei der Auswahl eines Risikoprofils für die Prüfung eine Verlagerung von der Auswahl durch die föderierten Teilgebiete zu Saniport stattgefunden hat. Sofern die föderierten Teilgebiete dies auch im Hinblick auf die Auswahl der Quarantäne wünschen, ist auch hier die Möglichkeit vorgesehen, dass Saniport die Auswahl vornimmt.

Abhängig von diesem Risikoprofil wird eine Quarantänepflicht auferlegt oder nicht. In der Tat liegt es bei den föderierten Teilgebieten oder bei Saniport, zu prüfen, ob die Reisenden aus ausländischen Gebieten, für die bei Ankunft in Belgien eine Quarantäne vorgeschrieben ist, sich tatsächlich der Quarantänepflicht unterziehen müssen oder ob ein Grund dafür vorliegt, dass die Quarantänepflicht nicht eingehalten werden muss, zum Beispiel weil ein außergewöhnlicher Grund vorliegt, wie in den Vorschriften der föderierten Teilgebieten vorgesehen.

Zum Zweck der Überwachung der Quarantänepflicht werden die PLF-Daten der Reisenden, die bei ihrer Rückkehr aus einem ausländischen Gebiet eine Quarantänepflicht einhalten müssen, täglich an die föderierten Teilgebiete weitergeleitet, und zwar gemäß den folgenden Vorschriften: (i) deutschsprachige Gemeinschaft: Artikel 10.3, § 2 des Dekrets der deutschsprachigen Gemeinschaft vom 1. Juni 2004 über die Gesundheitsförderung und Artikel 2 des Regierungsbeschlusses der deutschsprachigen Gemeinschaft vom 21. Januar 2021 über die Maßnahmen zur Verhinderung der Verbreitung des Coronavirus (COVID-19); (ii) wallonische Region: Artikel 47/15 und 47/15bis des wallonischen Gesetzbuches für soziale Aktion und Gesundheit vom 29. September 2011 und der Beschluss der wallonischen Regierung vom 6. November 2020 über die Durchführung von Artikel 47/15bis des wallonischen Gesetzbuches für soziale Aktion und Gesundheit; (iii) flämische Gemeinschaft: Artikel 47/1, § 2, erster Absatz des Dekrets vom 21. November 2003 über die präventive Gesundheitspolitik und Artikel 47/1, § 2, zweiter Absatz des Dekrets vom 21. November 2003 über die präventive Gesundheitspolitik; und (iv) Region Brüssel-Hauptstadt: Artikel 13 und 13/1 der Brüsseler Verordnung vom 19. Juli 2007 über die präventive Gesundheitspolitik.

Bei Bedarf können sie dann mit den betroffenen Personen Kontakt aufnehmen, um zu prüfen, ob sie sich an die Quarantäne halten und ob es ihnen gut geht.

Entweder in Übereinstimmung mit den Rechtsvorschriften der Teilstaaten oder wenn die Teilstaaten den Verdacht haben, dass die Quarantäne nicht eingehalten wird, können die PLF-Daten (wie in den Vorschriften der föderierten Teilgebiete vorgesehen, zumindest gemäß diesem Zusammenarbeitsabkommen) zu Vollstreckungszwecken an die lokalen Behörden weitergegeben werden. Darüber hinaus können die PLF-Daten von den Teilstaaten oder den lokalen Behörden an die Polizeidiensten zu Vollstreckungszwecken weitergegeben werden, entweder in Übereinstimmung mit den Rechtsvorschriften der Teilstaaten oder wenn die Teilstaaten oder lokalen Behörden einen Verdacht auf Nichteinhaltung der Quarantäne haben.

Art. 4.

Artikel 4 sieht vor, dass Saniport auf der Grundlage der Vorschriften der föderierten Teilgebieten die Reisenden auswählt, die auf Grundlage der PLF-Datenbank ein Risikoprofil aufweisen. Abhängig von diesem Risikoprofil wird eine Testpflicht auferlegt oder nicht. In der Tat liegt es bei den föderierten Teilgebieten oder bei Saniport, zu prüfen, ob die Reisenden aus ausländischen Gebieten, für die bei Ankunft in Belgien ein Schnelltest vorgeschrieben ist, sich tatsächlich einem Schnelltest unterziehen müssen oder ob ein Grund dafür vorliegt, dass die Testpflicht nicht eingehalten werden muss, zum Beispiel weil ein außergewöhnlicher Grund vorliegt, auf der Grundlage der Vorschriften der föderierten Teilgebieten.

Die PLF-Daten der Reisenden, die sich nach ihrer Rückkehr aus einem ausländischen Gebiet einem vorgeschriebenen Schnelltest unterziehen müssen und für die festgestellt wird, dass der CPTC für die Probenahme zur Durchführung des COVID-19-Tests in der vorgeschriebenen Frist noch nicht verwendet wurde, werden in den relevanten polizeilichen Datenbankengemäß Artikel 44/2, § 1, Absatz 2, 1° bis 3° des Gesetzes vom 5. August 1992 über das Polizeiamt gemeldet, um die die Einhaltung dieser Testpflicht zu überwachen. Dies beschränkt sich auf die Meldung der Daten derjenigen Personen, für die das CPTC offenbar noch nicht für eine Probenahme aktiviert wurde.

Diese Daten werden den örtlichen Polizeizonen in den relevanten polizeilichen Datenbanken anhand der Anwendung CROSS bereitgestellt.

Sie führen diesbezüglich zufällige Kontrollen durch.

Die Meldung in den relevanten polizeilichen Datenbanken betrifft weder die föderierten Teilgebiete noch Saniport.

Art. 5.

In Artikel 5 ist die Dauer der Aufbewahrung der mit den föderierten Teilgebieten und den lokalen Behörden geteilten Daten und den in den relevanten polizeilichen Datenbankengemäß Artikel 44/2, § 1, Absatz 2, 1° bis 3° des Gesetzes vom 5.August 1992 über das Polizeiamt gemeldeten Daten festgelegt.

Die PLF-Daten werden für die Dauer der obligatorischen Quarantäne gespeichert, wie in den Vorschriften der föderierten Teilgebiete vorgesehen, mit einer maximalen Dauer von 14 Kalendertagen ab dem Datum der Ankunft des Reisenden in Belgien.

Die aktuell geltenden, von den föderierten Teilgebieten festgelegten Regeln für die Schnelltests und die Quarantäne sind einzuhalten. Das kann zum Beispiel die Pflicht sein, sich an Tag 1 und an Tag 7 einem vorgeschriebenen Schnelltest zu unterziehen.

Was den Schnelltest betrifft, so werden die PLF-Daten auf jeden Fall nach Verwendung des CTPC gelöscht.

Die Frist von 14 Kalendertagen ist dadurch begründet, dass die Infektiosität nach dem aktuellen Kenntnisstand der Wissenschaft bei Ablauf dieses Zeitraums nicht vollständig verschwunden ist.

Die Löschung der PLF-Daten zur Quarantäne wird von den föderierten Teilgebieten vorgenommen.

Die Löschung der PLF-Daten zur Testpflicht erfolgt gemäß dem Gesetz vom 5. August 1992 über das Polizeiamt.

Art. 6.

Artikel 6 besagt, dass, soweit die Daten in den relevanten polizeilichen Datenbanken gemäß Artikel 44/2, § 1, Absatz 2, Nr.1 bis 3 des Gesetzes vom 5. August 1992 über das Polizeiamt gemeldet werden, die Regeln des Gesetzes über das Polizeiamt gelten, sofern in diesem Zusammenarbeitsabkommen nichts anderes vorgesehen ist.

Somit ist die Aufbewahrungszeit weitaus kürzer als für die anderen Daten in den relevanten polizeilichen Datenbanken gemäß Artikel 44/2, § 1, Abs. 2, 1° bis 3° des Gesetzes vom 5. August 1992 über das Polizeiamt.

Art. 7.

Dieser Artikel legt fest, dass die personenbezogenen Daten, die von einer Person, die über das PLF aus dem Ausland in Belgien ankommt, gesammelt werden, für höchstens 28 Tage in einer PLF-Datenbank gespeichert werden, die vom Föderalen Öffentlichen Dienst für Volksgesundheit, Sicherheit der Nahrungsmittelkette und Umwelt verwaltet wird, insbesondere vom Saniport-Dienst, der Gesundheitspolizei für den internationalen Verkehr, die darüber hinaus als Verantwortlicher für die Datenverarbeitung auftritt. Die personenbezogenen Daten in dieser Datenbank dürfen nur zum Zweck der Bekämpfung der Ausbreitung des Coronavirus COVID-19 verarbeitet werden, einschließlich der Früherkennung und Untersuchung von Clustern und Personengemeinschaften, die an derselben Adresse leben, sowie zur Kontrolle der Einhaltung der Quarantäne- und Testpflicht. Insbesondere können sie in diesem Zusammenhang verarbeitet werden, um der betroffenen Person die genaue Dauer der Quarantäne mitzuteilen, um die betroffenen Personen aufzufordern, sich einem oder mehreren Tests zu unterziehen, oder um die betroffenen Personen im Rahmen der Ermittlung von Kontaktpersonen und der Nachverfolgung zu kontaktieren, oder für die Kontrolle der Einhaltung der Quarantäne- und Testpflicht. Die konkrete Organisation der Verarbeitung dieser personenbezogenen Daten ist Gegenstand einer Vereinbarung zwischen dem Föderalen Öffentlichen Dienst für Volksgesundheit, Sicherheit der Nahrungsmittelkette und Umwelt und den Gesundheitsinspektionsdiensten der Teilstaaten.

Diese Zusammenarbeitsabkommens sieht eine detaillierte Liste der Daten vor, die im Rahmen der Durchsetzung der Test- und Quarantänepolitik verarbeitet werden. Die PLF-Daten werden gemäß den Bestimmungen dieser Zusammenarbeitsabkommens an die föderierten Teilgebiete weitergegeben und/oder in den relevanten polizeilichen Datenbanken gemäß Artikel 44/2 § 1, Abs. 2,1° bis 3° des Gesetzes vom 5. August 1992 über das Polizeiamt gemeldet.

Die PLF-Datenbank als Ganzes hat ihre rechtliche Grundlage in Artikel 23 der International Health Regulations (IHR) der WHO. Die Internationalen Gesundheitsvorschriften der WHO sind Bestandteil des belgischen Rechts und wurden im belgischen Staatsblatt vom 18.

Juni 2007 veröffentlicht. Artikel 23 der Internationalen Gesundheitsvorschriften sieht folgendes vor: "Gesundheitsmaßnahmen bei Ankunft und Abreise 1. Vorbehaltlich geltender völkerrechtlicher Übereinkünfte und einschlägiger Artikel der vorliegenden Vorschriften kann ein Vertragsstaat für die Zwecke des Gesundheitsschutzes bei Ankunft oder Abreise folgendes verlangen: a) im Hinblick auf Reisende: i) Informationen zu ihrem Zielort, um sie kontaktieren zu können; ii) Informationen zur Reiseroute, um feststellen zu können, ob sie sich in einem betroffenen Gebiet oder in dessen Nähe aufgehalten haben, oder ob es anderen mögliche Kontakte zu Infektions- oder Verseuchungsquellen vor ihrer Ankunft gab, und Prüfung der Gesundheitsdokumente dieser Reisenden, wenn diese aufgrund dieser Vorschriften erforderlich sind;" Zu diesem Zweck wurde innerhalb der WHO ein Standarddokument, die Passagier-Lokalisierungskarte, ausgearbeitet. Das PLF basiert auf dieser Vorlage.

Das PLF findet in einem breiteren Kontext Anwendung als die COVID-19-Pandemie. Es handelt sich um von der WHO vorgeschriebenes Instrument, um im Kontext von Epidemien bzw. Pandemien im Besitze ausreichender Informationen zu sein, um die Verbreitung über Reisende zu begrenzen.

Die Modalitäten für die Übermittlung der Liste der Reisenden, die aus ausländischen Gebieten kommen, für die bei Ankunft eine Quarantäne- bzw. Testpflicht besteht, und denen ein CTPC zugewiesen wurde, der aber ungenutzt geblieben ist, werden darüber hinaus durch eine Beratung des Informationssicherheitsausschusses geregelt.

Der Informationssicherheitsausschuss veröffentlicht auf dem Portal eSanté (eGezondheid) eine genaue und funktionale Beschreibung der Daten der PLF-Datenbank und der personenbezogenen Daten aus dieser Datenbank, die in Durchführung des vorliegenden Zusammenarbeitsabkommens an die föderierten Teilgebiete und die Polizei weitergegeben werden. Die Beratungen des Informationssicherheitsausschusses werden systematisch auf der Website der eHealth-Plattform veröffentlicht.

Saniport, die zuständigen föderierten Teilgebiete, die lokalen Behörden und die integrierte Polizei bestimmen für ihren jeweiligen eigenen Zuständigkeitsbereich und auf transparente Weise ihre jeweilige Verantwortung, d.h. Was die Ausübung der Rechte des Betroffenen und die Informationsbereitstellung betrifft. Zu diesem Zweck treffen die zuständigen föderierten Teilgebiete, die lokalen Behörden und die integrierte Polizei die erforderlichen Vereinbarungen, in denen die jeweiligen Pflichten der gemeinsam für die Verarbeitung Verantwortlichen im Allgemeinen und die Aufgabenverteilung unter den gemeinsam für die Verarbeitung Verantwortlichen im Besonderen sowie deren Beziehung in Bezug auf die Betroffenen festgelegt werden.

Der Informationssicherheitsausschuss (ISA) wird per Gesetz vom 5.

September 2018 eingerichtet. Die Erwägungen des ISA haben einen normativen Charakter und können über die geltenden Rechtswege angefochten werden, wenn sie höher stehenden Rechtsnormen widersprechen. Der ISA gibt den Maßnahmen für die Informationssicherheit konkreten Inhalt bei der Durchführung des Datenaustauschs.

Der ISA erlässt diesbezüglich präzise interne Normen öffentlichen Rechts, wie die DSGVO in bestimmten Fällen verlangt (z. B. ist die Benutzung einer eindeutigen Identifikationsnummer nur möglich, wenn "geeignete Maßnahmen" zur Förderung des Schutzes der Privatsphäre getroffen werden - das System vorheriger Erwägungen über die Datenfreigabe auf Basis dieser Nummer ist dabei eine wichtige "geeignete Maßnahme").

Die Erwägungen des Informationssicherheitsausschusses (ISA) betreffen nur den (elektronischen) Datenaustausch. In seinen Erwägungen ist der ISA an die Rechtsvorschriften in Bezug auf den Verarbeitungszweck der die Daten empfangenden Stellen gebunden. Die Erwägungen des ISA bilden nur eine rechtliche Grundlage, die einer Stelle, die personenbezogene Daten zu legitimen Zwecken verarbeitet, die Möglichkeit gibt, diese personenbezogenen Daten an andere Stellen im Rahmen legitimer Zwecke weiterzuleiten, zu welchen die Empfängerstellen personenbezogene Daten bearbeiten dürfen. Die Erwägungen des ISA bilden keine rechtliche Grundlage für die Erfassung und Erstbearbeitung der personenbezogenen Daten durch die Stelle, die die Daten bereitstellt. Die Empfängerstelle muss die personenbezogenen Daten im Übrigen nach den gesetzlichen Grundlagen bearbeiten, über die sie verfügt. Der ISA kann demnach den ursprünglichen Verarbeitungszweck der Stelle, die die Daten bereitstellt, weder ausdehnen noch eine gesetzliche Grundlage für andere Verarbeitungszwecke der Empfängerstelle bereitstellen, als die von einem Gesetz vorgesehenen.

Der ISA ist keine Aufsichtsbehörde im Sinne der Datenschutzgrundverordnung (DSGVO). Er ist demnach nicht für die Beaufsichtigung der Einhaltung der Vorschriften, die Behebung von Problemen oder Streitigkeiten oder die Bearbeitung von Klagen zuständig. Für diese Angelegenheiten ist in der Tat die Datenschutzbehörde zuständig. Die Datenschutzbehörde kann jegliche Erwägungen des ISA jederzeit mit höheren Rechtsnormen konfrontieren und kann ihn bei Nichtübereinstimmung auffordern, dieses Erwägung in den von ihr genannten Punkten zu überdenken.

Art. 8.

Dieser Artikel regelt die Beilegung von Streitigkeiten zwischen den Parteien durch ein Zusammenarbeitsgericht.

Art. 9.

Artikel 9 beauftragt die Interministerielle Konferenz für Volksgesundheit, die Umsetzung und Einhaltung der Bestimmungen des Zusammenarbeitsabkommens zu überwachen und Anpassungen vorzuschlagen.

Art. 10.

Artikel 10 regelt den zeitlichen Anwendungsbereich des Zusammenarbeitsabkommens (Paragraf 1) und sieht seine Beendigung vor (Paragrafen 2 und 3).

Zusammenarbeitsabkommens vom 24. März 2021 zwischen dem Föderalstaat, der Flämischen Gemeinschaft, der wallonischen Region, der deutschsprachigen Gemeinschaft und der gemeinsamen Gemeinschaftskommission über die Übermittlung notwendiger Daten an die föderierten Teilgebiete, die lokalen Behörden oder die Polizeidienste zur Durchsetzung der verpflichteten Quarantäne oder Tests von Reisenden aus dem Ausland, die bei der Ankunft in Belgien einer verpflichteten Quarantäne oder Untersuchung unterliegen KAPITEL I. - Allgemeine Bestimmungen Artikel 1 - Für die Zwecke dieses Zusammenarbeitsabkommens: 1° Passenger Locator Form (PLF): Formular, das Passagiere vor ihrer Reise in Belgien ausfüllen und der Träger vor dem Boarding gegebenenfalls vorlegen müssen;2° COVID-19 Test Prescription Code (CTPC): Dies ist der zufällige Aktivierungscode, der einer Person im Rahmen des COVID-19-Schnelltests zugewiesen wird;3° PLF-Daten: die folgenden Daten aus der PLF: Vorname, Nachname, Geburtsdatum, Telefonnummer, Wohnadresse während der Quarantänezeit und Datum der Ankunft in Belgien;4° PLF-Datenbank: die vom Föderalen Öffentlichen Dienst Öffentliche Gesundheit, Sicherheit der Lebensmittelkette und Umwelt eingerichtete Datenbank mit PLF-Daten. Art. 2 - Der Zweck dieses Zusammenarbeitsabkommens besteht darin: - in der Lage zu sein, die notwendigen Daten an die föderierten Teilgebiete und an die lokalen Behörden und Polizeidienste zu übermitteln, um die obligatorische Quarantäne für Reisende, die aus Gebieten im Ausland kommen, für die eine Quarantäne bei der Ankunft in Belgien obligatorisch ist, gemäß den Vorschriften der föderierten Teilgebiete überwachen zu können; - die notwendigen Daten in den einschlägigen polizeilichen Datenbanken gemäß Artikel 44/2, § 1, Absatz 2, 1° bis 3° des Gesetzes vom 5.

August 1992 über das Polizeiamt zu melden, um den Polizeidiensten die Möglichkeit zu geben, die Testpflicht für Reisende aus Gebieten im Ausland durchzusetzen, für die bei Ankunft in Belgien gemäß den Vorschriften der föderierten Teilgebiete Testpflicht besteht und bei denen festgestellt wird, dass der CTPC nicht innerhalb der vorgeschriebenen Frist zum Zweck einer Probeentnahme zur Durchführung eines COVID-19-Tests aktiviert wurde.

KAPITEL II. - Personen, deren personenbezogene Daten im Rahmen dieses Zusammenarbeitsabkommens übermittelt werden Art. 3 - § 1. Die föderierten Teilgebiete oder Saniport wählen, anhand der im PLF enthaltenen Daten, die Reisenden mit einem Risikoprofil aus, auf der Grundlage der Vorschriften der föderierten Teilgebieten.

Abhängig von diesem Profil wird eine Quarantänepflicht auferlegt oder nicht.

Um die in Artikel 2 genannte obligatorische Quarantäne überwachen zu können, werden die PLF-Daten von Reisenden, die bei ihrer Ankunft in Belgien aus einer ausländischen Zone einer obligatorischen Quarantäne unterworfen sind, täglich an die föderierten Teilgebiete übermittelt. § 2. Die Weitergabe von PLF-Daten von den föderierten Teilgebieten an die lokalen Behörden ist entweder gemäß den Vorschriften der föderierten Teilgebiete möglich oder wenn die föderierten Teilgebiete vermuten, dass die Quarantäne nicht eingehalten wird auf der Grundlage diesem Zusammenarbeitsabkommen.

Die Weitergabe von PLF-Daten an die Polizeidienste durch die föderierten Teilgebiete oder durch die lokalen Behörden ist entweder in Übereinstimmung mit den Vorschriften der föderierten Teilgebiete möglich oder wenn die föderierten Teilgebiete oder die lokalen Behörden den Verdacht haben, dass die Quarantäne nicht eingehalten wird auf der Grundlage diesem Zusammenarbeitsabkommen.

Art. 4 - Saniport wäht, anhand der im PLF enthaltenen Daten, die Reisenden mit einem Risikoprofil aus auf der Grundlage der Vorschriften der föderierten Teilgebieten. Abhängig von diesem Profil wird eine Testpflicht auferlegt oder nicht.

Um die Testpflicht gemäß Abschnitt 2 durchzusetzen, werden die PLF-Daten von Reisenden, die aus einem Gebiet im Ausland zurückkehren und sich einem obligatorischen Schnelltest unterziehen müssen und für die der CTPC offenbar noch nicht für eine Probenentnahme für COVID-19-Tests innerhalb der vorgeschriebenen Frist genutzt wurde, täglich an Saniport gemeldet. Was diese Personen betrifft, übermittelt Saniport die einschlägigen PLF-Daten an den Informationsmanagementdienst und die Straftäter-Identifikationstechniker (TIC - technicien d`identification de criminels) der Polizei, die sie wiederum in den einschlägigen polizeilichen Datenbanken nach Artikel 44/2, § 1, Absatz 2, 1° bis 3° des Gesetzes vom 5. August 1992 über das Polizeiamt meldet.

Diese Daten werden den örtlichen Polizeizonen in den relevanten polizeilichen Datenbanken anhand der Anwendung CROSS bereitgestellt.

Sie führen diesbezüglich zufällige Kontrollen durch.

KAPITEL III. - Dauer der Datenaufbewahrung Art. 5 - Die PLF-Daten werden für die Dauer der obligatorischen Quarantäne aufbewahrt, wie in den Vorschriften der föderierten Teilgebiete vorgesehen, mit einer maximalen Dauer von 14 Kalendertagen ab dem Datum der Ankunft des Reisenden in Belgien. Was den Schnelltest betrifft, so werden die PLF-Daten auf jeden Fall nach Verwendung des CTPC gelöscht.

Für die Löschung der PLF-Daten zur Quarantänepflicht sind die föderierten Teilgebiete zuständig.

Die Löschung der PLF-Daten zur Testpflicht erfolgt gemäß dem Gesetz vom 5. August 1992 über das Polizeiamt.

KAPITEL IV. - Datenverarbeitung Art. 6 - Sobald die Daten in den einschlägigen polizeilichen Datenbanken gemäß Artikel 44/2, § 1, Absatz 2, 1° bis 3° des Gesetzes vom 5. August 1992 über das Polizeiamt gemeldet wurden, gelten die Regeln des Gesetzes über das Polizeiamt, sofern in diesem Zusammenarbeitsabkommen nichts anderes vorgesehen ist.

KAPITEL V. - PLF-Datenbank für Durchsetzungszwecke Art. 7 - Die über das PLF übermittelten Daten, die durch ein Gesetz, einen Erlass, eine Verordnung oder ein Zusammenarbeitsabkommen vorgeschrieben sind, werden in einer PLF-Datenbank gespeichert, die von der Dienststelle Saniport des Föderalen Öffentlichen Dienstes für Volksgesundheit, die Lebensmittelkette und die Umwelt verwaltet wird, der darüber hinaus als Verantwortlicher für die Datenverarbeitung auftritt. Diese Daten dürfen nicht für andere Zwecke als die Kontrolle der Ausbreitung des Coronavirus COVID-19 verwendet werden, einschließlich der Rückverfolgung und Überwachung von Clustern und Gemeinschaften, die sich an derselben Adresse befinden, und die Kontrolle der Einhaltung der Quarantäne- und Testpflicht. Die in der PLF-Datenbank gespeicherten Daten müssen nach 28 Kalendertagen ab dem Datum der Ankunft der betroffenen Person auf belgischem Staatsgebiet vernichtet werden.

Die PLF-Daten werden gemäß den Bestimmungen des vorliegenden Zusammenarbeitsabkommens zur Aufrechterhaltung der Quarantäne und der Tests an die föderierten Teilgebiete, Saniport übermittelt und/oder in den entsprechenden polizeilichen Datenbanken gemäß Artikel 44/2, § 1, Absatz 2, 1° bis 3° des Gesetzes vom 5. August 1992 über das Polizeiamt gemeldet.

Diese Zusammenarbeitsabkommens sieht eine detaillierte Liste der Daten vor, die im Rahmen der Durchsetzung der Test- und Quarantänepolitik verarbeitet werden.

Die PLF-Daten werden gemäß den Bestimmungen dieser Zusammenarbeitsabkommens an die föderierten Teilgebiete weitergegeben und/oder in den relevanten polizeilichen Datenbanken gemäß Artikel 44/2 § 1, Abs. 2,1° bis 3° des Gesetzes vom 5. August 1992 über das Polizeiamt gemeldet.

Die PLF-Datenbank als Ganzes hat ihre rechtliche Grundlage in Artikel 23 der International Health Regulations (IHR) der WHO. Die Modalitäten für die Übermittlung der Liste der Reisenden, die aus ausländischen Gebieten kommen, für die bei Ankunft eine Quarantäne- bzw. Testpflicht besteht, und denen ein CTPC zugewiesen wurde, der aber ungenutzt geblieben ist, werden darüber hinaus durch eine Beratung des Informationssicherheitsausschusses geregelt.

Der Informationssicherheitsausschuss veröffentlicht auf dem Portal eSanté (eGezondheid) eine genaue und funktionale Beschreibung der Daten der PLF-Datenbank und der personenbezogenen Daten, die in Durchführung des vorliegenden Zusammenarbeitsabkommens an die föderierten Teilgebiete und die Polizei weitergegeben werden. Die Beratungen des Informationssicherheitsausschusses werden systematisch auf der Website der eHealth-Plattform veröffentlicht. Saniport, die zuständigen föderierten Teilgebiete, die lokalen Behörden und die integrierte Polizei bestimmen jeder in seinem Zuständigkeitsbereich und auf transparente Weise ihre jeweilige Verantwortung, d.h. was die Ausübung der Rechte des Betroffenen und die Informationsbereitstellung betrifft. Zu diesem Zweck treffen die zuständigen föderierten Teilgebiete, die lokalen Behörden und die integrierte Polizei die erforderlichen Vereinbarungen, in denen die jeweiligen Pflichten der gemeinsam für die Verarbeitung Verantwortlichen im Allgemeinen und die Aufgabenverteilung unter den gemeinsam für die Verarbeitung Verantwortlichen im Besonderen sowie deren Beziehung in Bezug auf die Betroffenen festgelegt werden.

KAPITEL VI. - Sonstige Bestimmungen Art. 8 - Streitigkeiten zwischen den Parteien dieses Abkommens über die Auslegung und Durchführung dieses Zusammenarbeitsabkommens unterliegen einer Zusammenarbeitsgerichtsbarkeit im Sinne des Artikels 92a § 5 des Sondergesetzes vom 8. August 1980 über institutionelle Reformen. Die Mitglieder dieses Recht sprechenden Kollegiums werden jeweils vom Ministerrat, der flämischen Regierung, der Regierung der deutschsprachigen Gemeinschaft, dem vereinigten Kollegium der gemeinsamen Gemeinschaftskommission und der wallonischen Regierung benannt.

Die Betriebskosten des Recht sprechenden Kollegiums werden zu gleichen Teilen zwischen dem Föderalstaat, der Flämischen Gemeinschaft, der deutschsprachigen Gemeinschaft, der gemeinsamen Gemeinschaftskommission und der wallonischen Region aufgeteilt.

Art. 9 - § 1. Die Interministerielle Konferenz für Volksgesundheit überwacht die Umsetzung und Einhaltung dieses Zusammenarbeitsabkommens und unterbreitet gegebenenfalls Vorschläge zur Anpassung. Die Interministerielle Konferenz für Volksgesundheit übt im Rahmen dieses Zusammenarbeitsabkommens auch eine Vermittlungsfunktion aus, bevor Streitigkeiten einem Zusammenarbeitsgericht vorgelegt werden, wie in Artikel 8 festgelegt. § 2. Die Interministerielle Konferenz für Volksgesundheit tritt zusammen, sobald eine Partei des Zusammenarbeitsabkommens dies beantragt.

Art. 10 - § 1. Das vorliegende Zusammenarbeitsabkommen tritt am Datum der Veröffentlichung des letzten Gesetzgebungsakts über die Billigung des vorliegenden Zusammenarbeitsabkommens in Kraft. § 2. Die durch das vorliegende Zusammenarbeitsabkommen getroffenen Maßnahmen, nämlich die Maßnahmen zur Übermittlung von Daten in Bezug auf die Pflichttests und Pflichtquarantäne der aus ausländischen Gebieten, für die eine Quarantäne- oder Testpflicht bei Ankunft in Belgien besteht, kommenden Personen enden am Tag der Veröffentlichung des königlichen Erlasses, der das Ende der Coronavirus-Epidemie COVID-19 verkündet. § 3. Das vorliegende Zusammenarbeitsabkommen bleibt bis zu seiner Revidierung oder Aufhebung nach Eingang des schriftlichen Einverständnisses aller Parteien mit der Beendung des vorliegenden Zusammenarbeitsabkommens beim Zentralsekretariat des Konzertierungsausschusses und nach Veröffentlichung eines Vermerks im belgischen Staatsblatt über die Bestätigung dieses schriftlichen Einverständnisses in Kraft.

Ausgefertigt zu Brüssel am 24. März 2021, in einem Original in Niederländisch, Französisch und Deutsch.

Für den Föderalstaat: Der Premierminister, A. DE CROO Vizepremierminister und Minister für Soziales und Volksgesundheit, Fr. VANDENBROUCKE Vizepremierminister und Minister für Justiz und Nordsee, V. VAN QUICKENBORNE Minister für Inneres, institutionelle Reformen und demokratische Erneuerung, A. VERLINDEN Der Ministerpräsident der flämischen Regierung und flämische Minister für Außenpolitik, Kultur, IT und allgemeine Dienste, J. JAMBON Der flämische Minister für Wohlfahrt, Volksgesundheit, Familie und Armutsbekämpfung, W. BEKE Der Ministerpräsident der wallonischen Regierung, E. DI RUPO Die Vizepräsidentin und Ministerin für Beschäftigung, Ausbildung, Gesundheit, soziale Maßnahmen, Chancengleichheit und Frauenrechte der wallonischen Regierung, Ch. MORREALE Der Ministerpräsident und der Minister für lokale Behörden und Finanzen der Deutschsprachigen Gemeinschaft, O. PAASCH Der Vize-Ministerpräsident und Minister für Gesundheit und Soziales, Raumordnung und Wohnungswesen der Deutschsprachigen Gemeinschaft, A. ANTONIADIS Der Präsident des Vereinten Kollegiums der Gemeinsamen Gemeinschaftskommission, R. VERVOORT Das Mitglied des Vereinigten Kollegiums der Gemeinsamen Gemeinschaftskommission, das Gesundheit und soziales Handeln in seinen Aufgabenbereichen hat, A. MARON Das Mitglied des Vereinigten Kollegiums der Gemeinsamen Gemeinschaftskommission, das Gesundheit und soziales Handeln in seinen Aufgabenbereichen hat, E. VAN DEN BRANDT

^