gepubliceerd op 07 september 2002
Ministerieel besluit tot bepaling van de wapens en munitie die behoren tot de voorgeschreven uitrusting van de inspecteurs en adjunct-hoofdinspecteur van de dienst beveiliging van de luchthaveninspectie op de luchthaven Brussel Nationaal
29 AUGUSTUS 2002. - Ministerieel besluit tot bepaling van de wapens en munitie die behoren tot de voorgeschreven uitrusting van de inspecteurs en adjunct-hoofdinspecteur van de dienst beveiliging van de luchthaveninspectie op de luchthaven Brussel Nationaal
De Minister van Mobiliteit en Vervoer De Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties Gelet op de wet van 3 januari 1933 op de vervaardiging van, de handel in en het dragen van wapens en op de handel in munitie, inzonderheid artikel 22, gewijzigd bij de wet van 30 januari 1991;
Gelet op de wet van 27 juni 1937 houdende herziening van de wet van 16 november 1919 betreffende de regeling der luchtvaart, inzonderheid op artikel 5, evenals op artikelen 38, 39, 41 en 42, gewijzigd bij de wetten van 3 mei 1999 en van 31 december 2001;
Gelet op het koninklijk besluit van 3 mei 1991 houdende regeling van de beveiliging van de burgerluchtvaart, inzonderheid op artikel 10;
Gelet op het koninklijk besluit van 4 mei 1999 houdende regeling van de opleidings- en certificatievoorwaarden van de inspecteurs en adjunct-hoofdinspecteurs van de luchthaveninspectie;
Gelet op het koninklijk besluit van 26 juni 2002 betreffende het voorhanden hebben en het dragen van wapens door de diensten van het openbaar gezag of van de openbare macht, inzonderheid op de artikels 1,12° en artikel 2, vijfde lid.
Gelet op het gunstig advies van de Ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie;
Overwegende dat om redenen van vertrouwelijkheid enkel de titel, de overwegingen en de artikelen 1, 2 en 10 zullen worden gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad .
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat overeenkomstig een beslissing van de ministerraad d.d. 19 juli 2002 de luchthaveninspectie van de luchthaven Brussel Nationaal met ingang van 1 september 2002 zal gelast worden met de beveiliging van de perimeter van de luchthaven Brussel Nationaal, in afwachting waarvan de federale politie deze beveiliging nog op zich neemt tot 31 augustus 2002; dat daartoe bij een koninklijk besluit van 26 juni 2002 houdende het voorhanden hebben en het dragen van wapens door diensten van het openbaar gezag of van de openbare macht, het dragen van een wapen onder zeer restrictieve voorwaarden mogelijk maakt wat betreft de adjunct hoofdinspecteur en de inspecteurs van de luchthaveninspectie; dat deze voorwaarden in uitvoering van dit besluit met hoogdringendheid dienen uitgevaardigd te worden zodat nog tijdig de vereiste schikkingen kunnen genomen worden opdat deze adjunct-hoofdinspecteur en inspecteurs vanaf 1 september 2002 de betreffende taken kunnen opnemen, bij gebreke waarvan niet meer kan voorzien worden in een efficiënte beveiliging van de luchthaven;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 19 augustus 2002 met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, vervangen door de wet van 4 augustus 1996, Besluiten :
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de houders van een mandaat van adjunct-hoofdinspecteur en inspecteur met bevoegdverklaring luchtvaartbeveiliging van de luchthaveninspectie van de luchthaven Brussel Nationaal, hierna de inspecteurs genoemd.
Art. 2.Ter uitvoering van de hen bij het artikel 2, 5e lid van het koninklijk besluit van 26 juni 2002 betreffende het voorhanden hebben en het dragen van wapens door de diensten van het openbaar gezag of van de openbare macht, toevertrouwde taken omvat de individuele bewapening van deze inspecteurs een 9 mm revolver, merk Smith & Wesson model 64, kaliber 38 SPL. De wapens zijn individueel en eigendom van de NV BIAC. De voorgeschreven uitrusting van de inspecteurs omvat tevens de benodigdheden voor het onderhoud van het vuurwapen en de holster voor het vuurwapen.
Art. 10.De gedeclasseerde wapens mogen niet doorverkocht worden en moeten teruggegeven worden aan de directeur van de Proefbank voor vuurwapens, met het oog op hun vernietiging.
Art. 12.Dit besluit treedt in werking op 1 september 2002.
Brussel, 29 augustus 2002.
Mevr. I. DURANT R. DAEMS